stop start Alfa Romeo 156 2003 Instructieboek (in Dutch)

Page 13 of 291

12
BELANGRIJKOm schade aan de
elektronische schakelingen in de sleutels
te voorkomen, mogen de sleutels niet
aan directe zonnestraling worden blootge-
steld.
BELANGRIJK De codes op de CODE-
card moeten op een veilige plaats worden
opgeborgen, maar niet in de auto. Wij
raden u aan de elektronische code van
de CODE-card altijd bij u te hebben om-
dat deze onmisbaar is voor het uitvoe-
ren van een noodstart.
BELANGRIJK Elke sleutel heeft een
eigen code, die in de regeleenheid van
het systeem moet worden opgeslagen.
Om maximaal zeven nieuwe sleutels op
te slaan, moet u zich wenden tot de Alfa
Romeo-dealer. Hierbij moeten alle in u be-
zit zijnde sleutels, de CODE-card, een
identiteitsbewijs en het kentekenbewijs
worden meegenomen.WERKING (fig. 4)
Iedere keer als u de contactsleutel in
stand STOP zet, schakelt de Alfa Romeo
CODE de functies van de elektronische re-
geleenheid van de motor uit. Als u bij het
starten van de motor de sleutel in stand
MAR draait, dan stuurt de regeleenheid
van de Alfa Romeo CODE een code naar
de regeleenheid van de motor die, als de
code wordt herkend, de blokkering van
de functies opheft.
Als de blokkering is opgeheven, gaat
het controlelampje ( A) op het checkpa-
nel kort knipperen.
Als de code niet wordt herkend, blijft
het Alfa Romeo CODE-controlelampje (A )
samen met het EOBD-waarschuwings-
lampje/storing in inspuitsysteem (B )branden. Volg in dat geval de aanwijzin-
gen op die vermeld staan in de paragraaf
“Alfa Romeo CODE” in het hoofdstuk
“Wegwijs in uw auto”.
P4U00004
fig. 4 Als ongeveer 2 secon-
den na het draaien van
de contactsleutel in
stand MAR, het controlelampje
van de Alfa Romeo CODE (A) op-
nieuw gaat knipperen met een
interval van ongeveer een halve
seconde, betekent dit dat de co-
de van de sleutels niet is opge-
slagen en de auto dus niet door
de Alfa Romeo CODE wordt be-
veiligd tegen eventuele diefstal-
pogingen. Wendt u in dat geval
onmiddellijk tot een Alfa Romeo-
dealer om alle sleutels in het ge-
heugen te laten opslaan.

Page 14 of 291

13
fig. 5
P4U00416
DIEFSTALALARM
(indien aanwezig)
Het diefstalalarm wordt bediend door
een ontvanger in de auto en wordt in- en
uitgeschakeld met de in de sleutel (B-
fig. 5) ingebouwde afstandsbediening
die een versleutelde variabele code ver-
zendt.
Het diefstalalarm werkt alleen als de
sleutel uit het contactslot is genomen of
in stand STOP staat.
BELANGRIJK De startblokkering wordt
uitgevoerd door de Alfa Romeo CODE en
wordt automatisch ingeschakeld als de
contactsleutel uit het start-/contactslot
wordt genomen.
INSCHAKELEN
Druk voor inschakeling op knop ( A-fig.
5) van sleutel (B), richt de sleutel in de
richting van de auto en laat de knop los.
Bij de meeste uitvoeringen geeft het sys-
teem een akoestisch signaal (“BIEP”),
gaan de richtingaanwijzers ongeveer 3 se-
conden branden, wordt de portiervergren-
deling ingeschakeld en gaat lampje ( A-
fig. 6) op het dashboard branden.
Het lampje (A-fig. 6) knippert gedu-
rende de tijd dat het alarm is ingescha-
keld.
Bij bepaalde uitvoeringen zal, ook als
de knop van de afstandsbediening niet is
ingedrukt, na ongeveer 30 seconden na-
dat de contactsleutel in stand STOPof
P ARK is gedraaid en één van de portie-
ren of het kofferdeksel geopend en weer
gesloten is, het alarm automatisch wor-
den ingeschakeld.
Als het alarm automatisch wordt inge-
schakeld, worden de portieren niet ver-
grendeld.
UITSCHAKELEN
Druk voor uitschakeling op knop ( A-
fig. 5) van sleutel (B) en laat de knop
los.
Het knipperende lampje (A-fig. 6)
dooft.
Bij de meeste uitvoeringen geeft het
alarm twee akoestische signalen (“BIEP”),
gaan de richtingaanwijzers ongeveer
2 seconden knipperen en worden de por-
tieren ontgrendeld.
P4U00006
fig. 6

Page 16 of 291

15
START-/CONTACTSLOT
CONTACTSLOT (fig. 11)
De sleutel kan in één van de volgende
vier standen worden gezet:
– STOP: motor uit, sleutel uitneem-
baar, CODE ingeschakeld en stuurslot ge-
blokkeerd. Enkele elektrische installaties
werken (bijv. waarschuwingsknipperlich-
ten).
– MAR : contact aan. CODE uitgescha-
keld en alle elektrische systemen wor-
den van voedingsspanning voorzien.
– AV V : starten van de motor.
– PARK: motor uit, sleutel uitneem-
baar, CODE ingeschakeld, stuurslot ge-
blokkeerd, parkeerverlichting gaat auto-
matisch branden. BELANGRIJK
Om de sleutel in stand
P ARK te draaien, moet knop ( A) op het
contactslot worden ingedrukt.
fig. 10
P4U00409
fig. 11
HET OP AFSTAND
VER-/ONTGRENDELEN
V AN DE PORTIEREN
Het systeem bestaat uit een ontvanger
in de auto en een in de sleutel inge-
bouwde zender (afstandsbediening) ( B-
fig. 10).
Richt voor het ver-/ontgrendelen van
de portieren de zender in de richting van
de auto, druk op knopje ( A-fig. 10)
en laat het knopje los. Neem bij het verlaten
van de auto altijd de
sleutel uit het contact-
slot, zodat eventuele inzittenden
geen onoordeelkundig gebruik
van de bedieningsorganen kun-
nen maken. Laat kinderen nooit
alleen achter in de auto. Vergeet
niet de handrem aan te trekken
en schakel de eerste versnelling
in bij een helling omhoog of de
achteruit bij een helling omlaag.
P4U00416
Als het start-/contact-
slot is geforceerd (bijv.
bij een poging tot dief-
stal) moet u, voordat u weer met
de auto gaat rijden, de werking
van het slot laten controleren bij
een Alfa Romeo-dealer.

Page 17 of 291

16
STUURSLOT
Inschakelen:
– zet de sleutel in stand STOPof
P ARK, trek de sleutel uit het start-/con-
tactslot en draai het stuur totdat het ver-
grendelt.
Uitschakelen:
– draai het stuur iets heen en weer, ter-
wijl u de sleutel in stand MARdraait.
BUITENSPIEGELS (fig. 13)
Kies één van de twee spiegels met scha-
kelaar (A).
Verstel de gekozen spiegel met knop
(B).
Zet schakelaar ( A) in de middelste ver-
grendelde stand.
SPIEGELS
ACHTERUITKIJKSPIEGEL
(
fig. 12)
De spiegel kan met hendel (A) in twee
standen worden gezet: normaal of anti-
verblindingsstand.
BELANGRIJK Het model van de spie-
gel kan anders zijn als de auto is uitge-
r ust met een autoradio met geïntegreerde
mobiele telefoon en/of inbouwvoorbe-
reiding telepass. Het afgebeelde model is
alleen bedoeld om het afstellen te illustre-
ren.
Ver wijder de sleutel
nooit uit het contactslot
als de auto nog in be-
weging is. Bij de eerste stuur-
uitslag blokkeert het stuur auto-
matisch. Dit geldt in alle gevallen,
ook als de auto gesleept wordt.
P4U00011
fig. 12
P4U00012
fig. 13

Page 31 of 291

30
fig. 4
P4U00004
Houd voor het inklappen van de meta-
len baard in de handgreep knopje ( B-
fig. 3) ingedrukt en draai de baard in de
richting van de pijl tot de baard vastklikt.
Druk voor het op afstand ver-/ontgren-
delen van de portieren op knopje C. Als
bij auto’s met diefstalalarm knopje C
wordt ingedrukt, wordt ook het diefstal-
alarm in-/uitgeschakeld en knippert
lampje Dop de sleutel als de zender de
code naar de ontvanger zendt. Deze code
(rolling code) wijzigt telkens als de zen-
der wordt gebruikt.
BELANGRIJK Als u knopje Cindrukt
en lampje D knippert slechts één keer
kort, dan moet de batterij worden vervan-
gen, zoals verderop is aangegeven. Kofferdeksel openen
Het kofferdeksel kan van buitenaf op af-
stand worden ontgrendeld door knopje E
(fig. 3) in te drukken, ook als het dief-
stalalarm (indien aanwezig) is ingescha-
keld.
Als bij auto’s met diefstalalarm het
kofferdeksel wordt geopend, dan worden
de omtrekbeveiliging en de kofferdeksel-
sensor uitgeschakeld. Het systeem geeft
(behalve bij sommige uitvoeringen in en-
kele landen) twee geluidssignalen
(“BIEP”) en de richtingaanwijzers gaan
ongeveer 3 seconden branden.
Als het kofferdeksel weer wordt geslo-
ten, dan worden de functies hersteld. Het
systeem geeft (behalve bij sommige uit-
voeringen in enkele landen) twee geluids-
signalen (“BIEP”) en de richtingaanwij-
zers gaan ongeveer 3 seconden branden.WERKING (fig. 4)
Iedere keer als u de contactsleutel in
stand STOP zet, schakelt de Alfa
Romeo CODE de functies van de elektro-
nische regeleenheid van de motor uit.
Als u bij het starten van de motor de
sleutel in stand MAR draait, dan stuurt
de regeleenheid van de Alfa Romeo CODE
een code naar de regeleenheid van de
motor die, als de code wordt herkend, de
blokkering van de functies opheft. De ge-
heime code wordt door de sleutel verzon-
den en heeft meer dan 4 miljard combina-
ties. De code wordt alleen verzonden als
de regeleenheid van het systeem de code
heeft herkend via een in het start-/con-
tactslot ingebouwde antenne.

Page 32 of 291

31
BELANGRIJKHet systeem wordt be-
veiligd door een zekering van 7,5A. Deze
bevindt zich in een zekeringenhouder bo-
ven het hoofdzekeringenkastje (zie de
paragraaf “Een doorgebrande zekering of
relais” in het hoofdstuk “Noodgevallen”). Als ongeveer 2 secon-
den na het draaien van
de contactsleutel in
stand MAR, het controlelampje
van de Alfa Romeo CODE op-
nieuw gaat knipperen met een in-
terval van ongeveer een halve
seconde, betekent dit dat de code
van de sleutels niet is opgeslagen
en de auto dus niet door de Alfa
Romeo CODE wordt beveiligd te-
gen eventuele diefstalpogingen.
W endt u in dat geval tot een Alfa
Romeo-dealer om alle sleutels in
het geheugen te laten opslaan.
Als tijdens het opslaan
van een nieuwe sleutel-
code de reeds opgesla-
gen sleutelcodes niet opnieuw
worden ingevoerd, worden ze uit
het geheugen gewist, zodat
eventueel verloren of gestolen
sleutels niet meer gebruikt kun-
nen worden voor het starten van
de motor.
BELANGRIJK Het CODE-controle-
lampje kan gaan branden als u de con-
tactsleutel in stand MARdraait:
1) Als het lampje gaat branden, bete-
kent dit dat het systeem zichzelf contro-
leert (bijv. als de spanning lager wordt).
Zodra de auto stilstaat kan de systeemtest
worden uitgevoerd: zet de motor uit, draai
de contactsleutel in stand STOPen ver-
volgens weer in stand MAR: het lampje
gaat branden en moet na ongeveer 1 se-
conde doven. Als het controlelampje blijft
branden, dan moet de gehele procedure
herhaald worden, waarbij de contactsleu-
tel ten minste 30 seconden in stand
STOP moet blijven. Als het lampje blijft
branden, dan moet u zich tot de Alfa
Romeo-dealer wenden. 2) Als het controlelampje knippert, be-
tekent dit dat de auto niet beveiligd
wordt door de startblokkering. Wendt u
onmiddellijk tot een Alfa Romeo-dealer
om alle sleutels in het geheugen te laten
opslaan.
Als de code wordt herkend, gaat lampje
(A) op het checkpanel kort knipperen.
Als de code niet wordt herkend, blijft
het CODE-controlelampje ( A) branden sa-
men met het EOBD-lampje/storing in in-
spuitsysteem (B).
In dat geval raden wij u aan de sleutel
in stand STOP en vervolgens opnieuw in
stand MAR te draaien; als de motor ge-
blokkeerd blijft, probeer het dan opnieuw
met de andere geleverde sleutel. Als de
motor dan nog niet aanslaat, voer dan
zelf een noodstart uit zoals hierna
beschreven, en wendt u vervolgens tot de
Alfa Romeo-dealer.
BELANGRIJK Elke sleutel heeft een
eigen code, die in de regeleenheid van
het systeem moet worden opgeslagen.
V oor het opslaan van de nieuwe sleutels
(maximaal zeven), moet u zich tot de
Alfa Romeo-dealer wenden. Hierbij moe-
ten alle in uw bezit zijnde sleutels, de
CODE-card, een identiteitsbewijs en het
kentekenbewijs worden meegenomen.

Page 33 of 291

32
4) Het lampje Ubegint te knipperen:
als het lampje evenveel keer heeft ge-
knipperd als het eerste cijfer van de code
op uw CODE-card, moet u het gaspedaal
intrappen en ingetrapt houden totdat het
lampje
U4 seconden heeft gebrand.
Zodra het lampje is gedoofd, moet u het
gaspedaal loslaten.
5) Het lampje
Ugaat weer knippe-
ren: als het lampje evenveel keer heeft
geknipperd als het tweede cijfer van de
code op uw CODE-card, moet u het gas-
pedaal intrappen en ingetrapt houden.
6) Herhaal deze procedure voor de
overige cijfers van de code op uw CODE-
card
7) Houd bij het laatste cijfer het gas-
pedaal ingetrapt. Het lampje
Ugaat 4
seconden branden. Zodra het lampje is
gedoofd, moet u het gaspedaal loslaten.
8) Als het lampje
Uongeveer 4 se-
conden snel gaat knipperen, is de proce-
dure op de juiste wijze uitgevoerd.
9) Start de motor door de contactsleu-
tel van stand MAR in stand AV Vte
draaien zonder de sleutel in stand STOP
te zetten. Als het lampje
Ublijft branden, draai
dan de contactsleutel in stand STOPen
herhaal de procedure vanaf punt 1).
BELANGRIJK Bij elke volgende start-
poging van de motor moet deze nood-
startprocedure worden herhaald. Wij ra-
den u daarom aan om na het uitvoeren
van een noodstart een Alfa Romeo-dealer
te raadplegen.NOODSTART
Als de Alfa Romeo CODE er niet in
slaagt de startblokkering op te heffen,
kan de Alfa Romeo-dealer een noodstart
uitvoeren met de code die op de CODE-
card vermeld staat. U kunt ook zelf een
noodstart uitvoeren volgens de hierna
beschreven procedure.
BELANGRIJK Wij raden u aan om
eerst de instructies goed te lezen voordat
u de motor op deze wijze start.
Als er tijdens deze noodstartprocedure
een vergissing wordt gemaakt, moet de
contactsleutel in stand STOP worden ge-
draaid en de gehele procedure vanaf het
begin (punt 1) worden herhaald.
1) Lees de 5-cijferige elektronische
code die op de CODE-card staat vermeld.
2) Draai de contactsleutel in stand
MAR.
3) Trap het gaspedaal geheel in en
houd het ingetrapt. Het EOBD-waarschu-
wingslampje/storing in inspuitsysteem
Ugaat ongeveer acht seconden bran-
den. Zodra het lampje is gedoofd, moet u
het gaspedaal loslaten.

Page 35 of 291

34
DIEFSTALALARM
(indien aanwezig)
BESCHRIJVING
Het systeem is goedgekeurd volgens de
EU-normen 95/56 en bestaat uit: zender,
ontvanger, regeleenheid met sirene en be-
wegingssensoren. Het diefstalalarm wordt
bediend door de in het instrumentenpaneel
opgenomen ontvanger en wordt in- en uit-
geschakeld met de zender in de sleutel. De
zender verzendt een versleutelde variabele
code. Het diefstalalarm controleert: het on-
bevoegd openen van de portieren, het
kofferdeksel en de motorkap (omtrekbevei-
liging), de bediening van het start-/con-
tactslot, het onderbreken van de accuka-
bels, het doorknippen van de kabels van de
sleutelschakelaar, de aanwezigheid van be-
wegende objecten in het interieur (volume-
trische beveiliging). Het systeem bedient
ook de centrale portiervergrendeling. Bo-
vendien kan de volumetrische beveiliging
en/of de sirene worden uitgeschakeld.
BELANGRIJK De startblokkering
wordt uitgevoerd door de Alfa Romeo
CODE en wordt automatisch ingeschakeld
als de contactsleutel uit het start-/con-
tactslot wordt genomen. Extra afstandsbedieningen
bestellen
De ontvanger kan in totaal 5 afstandsbe-
dieningen herkennen. Als u om welke re-
den dan ook een nieuwe sleutel met af-
standsbediening nodig hebt, moet u zich
wenden tot de Alfa Romeo-dealer. Hierbij
moeten alle in u bezit zijnde sleutels, de
CODE-card, een identiteitsbewijs en het
kentekenbewijs worden meegenomen.
ALARM INSCHAKELEN
Richt bij gesloten portieren, kofferdeksel
en motorkap en het contactslot in stand
STOP of PARK (uitgenomen sleutel) de
sleutel met afstandsbediening in de richting
van de auto. Druk op het knopje en laat het
knopje los.
Bij de meeste uitvoeringen geeft het sys-
teem een akoestisch signaal (“BIEP”),
gaan de richtingaanwijzers ongeveer 3 se-
conden branden en worden de portier-
sloten vergrendeld.
Het inschakelen van het alarm wordt
voorafgegaan door een zelfdiagnose waar-
in lampje (A-fig. 9) met verschillende
frequenties knippert. Als het systeem een
storing vindt, dan klinkt nogmaals een
akoestisch waarschuwingssignaal.
P4U00417
fig. 8
AFSTANDSBEDIENING (fig. 8)
De in de contactsleutel ingebouwde af-
standsbediening is uitgerust met een knop-
je (A ) en een lampje (B ); met het knopje
schakelt u de afstandbediening in en het
lampje knippert als de zender een code
stuurt naar de ontvanger. Deze code (rol-
ling code) wijzigt telkens als de zender
wordt gebruikt.
BELANGRIJK Als u knopje Aindrukt
en lampje B knippert slechts één keer
kort, dan moet de batterij worden vervan-
gen, zoals hiervoor is beschreven.

Page 37 of 291

36
fig. 10
P4U00007
AUTOMATISCHE IN-
SCHAKELING VAN HET ALARM
(indien aanwezig)
Als het diefstalalarm niet met de af-
standsbediening is ingeschakeld, wordt
het systeem automatisch ingeschakeld na
ongeveer 30 seconden nadat de contact-
sleutel in stand STOP of PARK is ge-
draaid en voor de laatste keer één van de
portieren geopend en weer gesloten is.
Als het systeem is ingeschakeld, gaat het
lampje in de auto knipperen, knipperen
de richtingaanwijzers twee keer kort en
klinken er twee geluidssignalen (biep).
U schakelt het alarm uit door het knopje
van de afstandsbediening in te drukken.
Het alarm schakelt zichzelf ook automa-
tisch in als de portieren met de sleutel
worden vergrendeld.
Als het alarm automatisch wordt inge-
schakeld, worden de portieren niet ver-
grendeld.
W ANNEER GAAT HET ALARM
AF
Bij ingeschakeld systeem wordt het
alarm in de volgende gevallen geactiveerd: – als één van de portieren, de motorkap
of het kofferdeksel wordt geopend; – als de accu wordt losgekoppeld of de
voedingskabels van het diefstalalarm of
van de sleutelschakelaar worden losge-
maakt; – als iets in het interieur komt, bijv. bij
het breken van de ruiten (volumetrische be-
veiliging); – bij een startpoging (contactsleutel in
stand MAR).
Afhankelijk van het land schakelt het
alarm de sirene en de richtingaanwijzers
in (gedurende ongeveer 26 seconden).
De manier waarop het systeem werkt en
het aantal cycli, kunnen per land verschil-
len.
Toch is een maximum aantal cycli voor-
zien voor de akoestische en zichtbare sig-
nalen.
Na een alarmsignalering schakelt het
systeem over naar de normale bewa-
kingsfunctie.
ALARM ONDERBREKEN
Druk op het knopje van de afstandsbe-
diening om het alarm te onderbreken of
schakel het alarm uit met de noodsleutel
(indien aanwezig), zoals in de volgende
paragraaf wordt beschreven.

Page 40 of 291

39
Als het start-/contact-
slot is geforceerd (bijv.
bij een poging tot dief-
stal) moet u, voordat u weer met
de auto gaat rijden, de werking
van het slot laten controleren bij
een Alfa Romeo-dealer.
Ver wijder de sleutel
nooit uit het contactslot
als de auto nog in be-
weging is. Bij de eerste stuuruit-
slag blokkeert het stuur automa-
tisch. Dit geldt in alle gevallen,
ook als de auto gesleept wordt.
STUURSLOT
Inschakelen:
– zet de sleutel in stand STOP of
P ARK, trek de sleutel uit het start-/con-
tactslot en draai het stuur totdat het ver-
grendelt.
Uitschakelen:
– draai het stuur iets heen en weer,
terwijl u de sleutel in stand MARdraait.
BELANGRIJK
Als de motor bij de
eerste poging niet aanslaat, moet u de
sleutel terugdraaien in stand STOPen
nogmaals starten. Het start-/contactslot is voorzien van
een beveiligingsmechanisme, waardoor
het slot niet in stand AV Vkan worden
gezet bij een draaiende motor.
– PARK: motor uit, sleutel uitneembaar,
CODE ingeschakeld, stuurslot geblokkeerd,
parkeerverlichting gaat automatisch branden.
BELANGRIJK Om de contactsleutel
in stand P ARKte zetten, moet knop
(A) op het contactslot worden ingedrukt.
fig. 15 Neem bij het verlaten
van de auto altijd de
sleutel uit het contact-
slot, om te voorkomen dat even-
tuele inzittenden de bedienings-
organen onvoorzichtig gebruiken.
Laat kinderen nooit alleen achter
in de auto. Vergeet niet de hand-
rem aan te trekken en schakel de
eerste versnelling in bij een hel-
ling omhoog of de achteruit bij
een helling omlaag.
START-/CONTACTSLOT
CONTACTSLOT (fig. 15)
De sleutel kan in één van de volgende
vier standen worden gezet:
– STOP: motor uit, sleutel uitneembaar,
CODE ingeschakeld en stuurslot geblokkeerd.
Enkele elektrische installaties werken (bijv.
waarschuwingsknipperlichten).
– MAR : contact aan. CODE uitgescha-
keld en alle elektrische systemen wor-
den van voedingsspanning voorzien.
BELANGRIJK Laat het slot niet in de-
ze stand staan als de motor is uitgescha-
keld.
– AV V : starten van de motor.
P4U00409

Page:   1-10 11-20 21-30 next >