service Alfa Romeo 4C 2016 Instructieboek (in Dutch)

Page 143 of 193

km x 1000 20 40 60 80 100 120
Maanden 12 24 36 48 60 72
Conditie en slijtage remblokken en schijven achterremmen
controleren en de werking van remblokslijtagesensor controleren●●●●●●
Vloeistofniveaus controleren en eventueel bijvullen (motorkoeling,
remmen, ruitensproeiers, enz.)●●●●●●
Conditie van aandrijfriem(en) hulporganen visueel controleren●
Toestand van de getande distributieriem controleren●
Slag handremhendel controleren en, indien nodig, afstellen (of om
de 12 maanden)●●●●●●
Gebruik de diagnoseaansluiting om de werking van het
managementsysteem van brandstoftoevoer/motor en
automatische versnellingsbak en de verslechtering van de
motorolie te controleren
●●●●●●
Oliepeil van de automatische versnellingsbak met dubbele
koppeling controleren en eventueel bijvullen●
Bougies vervangen (#)●●
Aandrijfriem(en) hulporganen vervangen●
De getande distributieriem vervangen (*)●
(#) De volgende zaken zijn van vitaal belang om de correcte werking te garanderen en ernstige schade aan de motor te voorkomen: gebruik uitsluitend bougies van
hetzelfde merk en type die speciaal gecertificeerd zijn voor deze motoren (zie de paragraaf “Motor” in het hoofdstuk “Technische gegevens”); houd u strikt aan
de vervangingsintervallen van de bougies die vermeld zijn in het Geprogrammeerde Onderhoudsschema; geadviseerd wordt contact op te nemen met een
speciaal Alfa Romeo Servicepunt om de bougies te laten vervangen.
(*) Ongeacht de kilometerstand moet de distributieriem bij zware bedrijfsomstandigheden (koud klimaat, gebruik in de stad, langdurig stationair draaien) om de 4
jaar worden vervangen of in elk geval om de 5 jaar.
140
ONDERHOUD EN ZORG
g

Page 150 of 193

van de motorkap;
neem de witte trechter D
fig. 127 voor het bijvullen van de
ruitensproeiervloeistof/brandstof en de
verlengbuis uit de servicekit in de
bagageruimte;
neem plug B fig. 125 met de
vloeistofbedieningspijp weg via de
opening van de motorkap op het
rooster;
zet trechter D fig. 127 en de
verlengpijp in de hals van het reservoir
en vult het bij;
verwijder, na het bijvullen, trechter D
met de verlengpijp;
zet plug B terug met de peilstok;
zet het rooster van de motorkap
terug en draai de 4 zelftappende
schroeven A vast.
REMVLOEISTOF
125) 126)
26) 27)
Ga als volgt te werk om het
remvloeistofniveau te controleren:
draai de 2 zelftappende schroeven E
fig. 128 los en verwijder het
beschermpaneel;
Controleer of het de vloeistof op het
maximumniveau staat.
zet, na de controle, het
beschermpaneel terug en draai de 2
zelftappende schroeven E vast.
Als het vloeistofniveau in het reservoir
onvoldoende is, ga dan als volgt te
werk:
neem de zwarte trechter voor het
bijvullen van de remvloeistof en de
verlengbuis uit de servicekit in de
bagageruimte;
draai de dop van het reservoir los en
zet trechter F fig. 129 met de
verlengpijp in de opening van het
reservoir;
verwijder, na het bijvullen, trechter F
met de verlengpijp;
draai de dop van het reservoir vast;
zet het beschermpaneel terug en
draai de 2 zelftappende schroeven E
vast.
WAARSCHUWING Wees uiterst
voorzichtig bij het verwijderen van de
dop van de opening om te voorkomen
dat de dop in de carrosserie van de
auto valt.
127A0L0148
128A0L0149
129A0L0160
147
g

Page 151 of 193

BELANGRIJK
22)Let erop dat de verschillende types
vloeistoffen tijdens het bijvullen niet
verwisseld worden: ze mogen absoluut niet
onderling gemengd worden! Bijvullen met
een ongeschikte vloeistof kan leiden tot
ernstige schade aan het voertuig.
23)Het olieniveau mag nooit boven het
MAX-teken komen.
24)Vul geen olie bij met andere kenmerken
dan de olie waarmee de motor is gevuld.
25)PARAFLU
UPantivriesvloeistof wordt
gebruikt in het motorkoelsysteem; gebruik
voor het bijvullen hetzelfde vloeistoftype als
het type dat al in het koelsysteem zit.
PARAFLU
UPmag niet met andere typen
antivriesvloeistoffen worden gemengd. Als
er toch bijgevuld is met een ongeschikt
product, start dan in geen enkele
omstandigheid de motor en neem contact
op met een speciaal Alfa Romeo
Servicepunt.
26)Vermijd elk contact tussen de uiterst
corrosieve remvloeistof en de gelakte
delen. Spoel bij contact onmiddellijk uit met
rijkelijk water.
27)Wees uiterst voorzichtig bij het bijvullen
van de remvloeistof, het zou kunnen lekken
uit de verlengbuis en terechtkomen onder
de motorkap en op delen van de
carrosserie en de voorruit, waardoor deze
gaan roesten en beschadigd raken.
Gebruik geschikte bescherming (bijv.
absorberend papier) om dit risico zo veel
mogelijk te beperken.
BELANGRIJK
118)De Alfa Romeo 4C is ontworpen en
gefabriceerd voor gebruik op de weg, in
overeenstemming met de wettelijke
bepalingen die op dit gebied van kracht
zijn. Het gebruik van het voertuig op het
circuit moet beschouwd worden als
incidenteel en valt in ieder geval onder de
verantwoordelijkheid van de gebruiker. Er
MOGEN GEEN veranderingen aan het
voertuig worden aangebracht en er mag
op geen enkele wijze aan geknoeid
worden, dit zou van invloed zijn op de
typegoedkeuring van de Fabrikant en/of de
veiligheidsvereisten. Het gebruik van een
voertuig waaraan wijzigingen zijn
aangebracht of waaraan geknoeid is,
ontheft de Fabrikant van elke
aansprakelijkheid voor het product en kan
mensen blootstellen aan ernstige risico's.
119)Rook nooit tijdens het uitvoeren van
werkzaamheden in de motorruimte: er
kunnen ontvlambare gassen en dampen
vrijkomen die brand kunnen veroorzaken.
120)Wees erg voorzichtig bij het uitvoeren
van werkzaamheden in de motorruimte
wanneer de motor nog warm is: gevaar
voor brandwonden.
121)Wacht voor het bijvullen van de olie
tot de motor is afgekoeld alvorens de
vulplug los te maken. Dit geldt in het
bijzonder voor auto's met een aluminium
vulplug (voor bepaalde versies/markten).
WAARSCHUWING: gevaar voor
brandwonden!122)Het koelsysteem staat onder druk.
Vervang, indien nodig, de dop alleen door
een origineel exemplaar om de werking van
het systeem niet negatief te beïnvloeden.
Draai bij warme motor de dop van het
reservoir niet los: gevaar voor
brandwonden.
123)Rijd nooit met een leeg
ruitensproeiervloeistofreservoir:
ruitensproeiers zijn van fundamenteel
belang voor een goed zicht. Herhaaldelijke
werking van het systeem zonder vloeistof
kan leiden tot schade aan of snelle
verslechtering van sommige
systeemcomponenten.
124)Sommige in de handel verkrijgbare
ruitensproeiervloeistoffen zijn ontvlambaar.
De motorruimte omvat warme onderdelen
die bij contact met de vloeistof brand
kunnen veroorzaken.
125)Remvloeistof is giftig en uiterst
corrosief. Als er per ongeluk remvloeistof
gemorst wordt, moeten de betrokken delen
onmiddellijk worden gewassen met water
en neutrale zeep. Vervolgens met veel
water afspoelen. In geval van inslikken
onmiddellijk een arts raadplegen.
126)Het symbool
, op het reservoir van
de remvloeistof geeft aan dat een
remvloeistof een synthetische of op
mineralen gebaseerde vloeistof is. Het
gebruik van minerale vloeistoffen kan de
speciale rubberen pakkingen in het
remsysteem onherstelbaar beschadigen.
148
ONDERHOUD EN ZORG
g

Page 152 of 193

BELANGRIJK
3)De gebruikte motorolie en oliefilters
bevatten stoffen die schadelijk zijn voor het
milieu. Geadviseerd wordt naar een
Speciaal Alfa Romeo Servicepunt te gaan
om de olie en de filters te laten vervangen.
LUCHTFILTER
Neem voor het vervangen van het filter
contact op met een speciaal Alfa
Romeo Servicepunt.
ACCU
Het elektrolyt van de accu A
fig. 130 hoeft niet te worden bijgevuld
met gedestilleerd water. Een periodieke
controle bij een speciaal Alfa Romeo
Servicepunt is echter noodzakelijk om
de efficiëntie te verifiëren.
ACCU VERVANGEN
127) 128) 129) 130)
28)
4)
Vervang indien nodig de accu door een
andere originele accu met dezelfde
specificaties. Volg de aanwijzingen van
de fabrikant van de accu voor het
onderhoud.
130A0L0138
149
g

Page 153 of 193

NUTTIG ADVIES OM DE
LEVENSDUUR VAN DE
ACCU TE VERLENGEN
Neem de volgende aanwijzingen in acht
om het snel ontladen van de accu te
voorkomen en de levensduur te
verlengen:
wanneer de auto wordt geparkeerd,
controleer dan of de portieren en de
achterklep goed gesloten zijn. Hiermee
wordt voorkomen dat de verlichting in
respectievelijk het interieur en de
bagageruimte blijft branden.
schakel de interieurverlichting uit; de
auto is in ieder geval uitgerust met een
systeem dat de binnenverlichting
automatisch uitschakelt;
houd accessoires (bijv. autoradio,
alarmknipperlichten, etc.) niet te lang
ingeschakeld wanneer de motor is
uitgezet;
maak voordat werkzaamheden aan
de elektrische installatie worden
uitgevoerd, de kabel van de minpool op
de accu los.
BELANGRIJK Wacht, nadat de
contactsleutel naar STOP is gedraaid
en het bestuurdersportier is gesloten,
minstens één minuut alvorens de
elektrische voeding naar de accu los te
koppelen. Wanneer de elektrische
voeding naar de accu weer wordt
aangesloten, controleren of decontactsleutel in de stand STOP staat
en of het bestuurdersportier gesloten is.
BELANGRIJK Als het ladingsniveau
gedurende langere tijd onder 50% blijft,
raakt de accu door sulfatering
beschadigd. Hierdoor verminderen de
capaciteit en het startvermogen.
De accu is in dit geval ook gevoeliger
voor bevriezing (dit kan reeds bij
temperaturen van -10°C gebeuren). Als
de auto langere tijd niet gebruikt wordt,
zie dan de paragraaf "Langdurige
stilstand van de auto” in het hoofdstuk
"Starten en rijden".
Als men na aanschaf van de auto
elektrische accessoires wil monteren
die constante voeding vereisen (alarm
enz.), of accessoires die de elektrische
installatie zwaar belasten, wordt
geadviseerd contact op te nemen met
een speciaal Alfa Romeo Servicepunt;
het gekwalificeerde personeel zal dan
het totale stroomverbruik van deze
accessoires beoordelen.
BELANGRIJK
127)Accuvloeistof is giftig en corrosief.
Vermijd contact met huid en ogen. Houd
open vuur en vonkvormende apparaten uit
de buurt van de accu: brand- en
explosiegevaar.
128)Als de accu met onvoldoende
vloeistof werkt, kan dit de accu
onherstelbaar beschadigen en een explosie
veroorzaken.129)Als de auto langere tijd niet gebruikt
wordt onder extreem koude
weersomstandigheden, dan moet de accu
worden verwijderd en op een verwarmde
plaats worden bewaard om bevriezing te
voorkomen.
130)Bij werkzaamheden aan de accu of in
de buurt van de accu, moeten de ogen
altijd met een speciale bril beschermd
worden.
BELANGRIJK
28)Onjuiste installatie van elektrische en
elektronische apparatuur kan leiden tot
ernstige schade aan de auto. Neem
contact op met een speciaal Alfa Romeo
Servicepunt als u, na aanschaf van de
auto, accessoires wilt installeren
(diefstalbeveiliging, enz.). Zij kunnen de
meest geschikte apparaten aanraden en
vooral beoordelen of een accu met grotere
capaciteit nodig is.
BELANGRIJK
4)Accu’s bevatten stoffen die zeer
gevaarlijk zijn voor het milieu. Neem voor
het vervangen van de accu contact op met
het Alfa Romeo Servicenetwerk.
150
ONDERHOUD EN ZORG
g

Page 155 of 193

Het is raadzaam het wisserblad
ongeveer jaarlijks te vervangen.
136)
Met enkele eenvoudige
voorzorgsmaatregelen kan de
beschadiging van het wisserblad
worden gereduceerd:
bij temperaturen onder het vriespunt
moet men controleren of het wisserblad
niet op de ruit is vastgevroren. Gebruik
zo nodig een antivriesmiddel om het
wisserblad vrij te maken;
verwijder eventuele sneeuw van de
ruit;
laat de ruitenwisser nooit op een
droge ruit werken.
BELANGRIJK Til de arm van de
ruitenwisser nooit op wanneer deze
zich in zijn ruststand bevindt. Zie de
volgende aanwijzingen om het
wisserblad op de juiste wijze van de
voorruit op te tillen.
Wisserblad optillen
Als het wisserblad van de voorruit
opgetild moeten worden (bijv. in geval
van sneeuw of als de bladen vervangen
moeten worden), ga dan als volgt te
werk:
zet de draaischakelaar A fig. 132 op
(wisser uit).
draai de contactsleutel naar de stand
MAR en daarna naar STOP.
plaats, nadat de contactsleutel op
STOP is gezet, de rechterhendel binnen
2 minuten minstens een halve seconde
in de onstabiele ("anti-paniek") stand
naar boven. De ruitenwisser voert
vervolgens een gedeelte van een slag
uit; bij elk commando wordt circa 1/3
van een normale wisserslag uitgevoerd.
de vorige handeling kan maximaal 3
keer herhaald worden om het
wisserblad in de geschiktste stand te
zetten;
til het wisserblad van de voorruit op
en voer de vereiste werkzaamheid uit;
laat het wisserblad zakken en breng
het weer in contact met de voorruit;
breng het wisserblad weer in de
ruststand door de contactsleutel naar
MAR te draaien.
29)
Wisserblad voorruit
vervangen
Ga als volgt te werk:til het wisserblad op volgens de
eerder gegeven aanwijzingen;
druk op lipje A fig. 133 van de
koppelingsveer en verwijder het
wisserblad van de arm;
monteer het nieuwe wisserblad door
het lipje in de speciale zitting op de
wisserarm te blokkeren;
breng de wisserarm voorzichtig
tegen de ruit.
RUITENSPROEIERS
Ruitensproeiers
De ruitensproeiers zijn verstelbaar
fig. 134. Ze zijn oorspronkelijk in de
fabriek afgesteld. Neem contact op met
een speciaal Alfa Romeo Servicepunt
om ze indien nodig opnieuw af te
132A0L0021
133A0L0086
152
ONDERHOUD EN ZORG
g
stellen.

Page 183 of 193

RICHTLIJNEN VOOR DE BEHANDELING VAN HET VOERTUIG AAN
HET EINDE VAN DE LEVENSDUUR
Al jaren zet FCA zich volledig in voor de bescherming van het milieu via de continue verbetering van de productieprocessen en
de realisatie van producten die steeds "eco-compatibeler" zijn. Om de klanten de best mogelijke service te garanderen in
overeenstemming met de milieuwetgeving en conform de Europese richtlijn 2000/53/EG inzake de behandeling van voertuigen
aan het einde van hun levensduur, biedt FCA haar klanten de mogelijkheid hun auto aan het einde van zijn levensduur zonder
extra kosten in te leveren.
De Europese richtlijn bepaalt namelijk dat het voertuig kan worden ingeleverd zonder kosten voor de laatste houder of eigenaar
als het voertuig geen of een negatieve marktwaarde heeft.
Voor de kosteloze inlevering van het voertuig aan het einde van zijn levensduur kunt u als u een andere auto gaat aanschaffen,
zich tot een van onze dealers of tot een door FCA goedgekeurd inzamelings- en verwerkingsbedrijf wenden.
Deze bedrijven zijn zorgvuldig geselecteerd en bieden kwaliteitsservice voor de inzameling, verwerking en recycling van
afgedankte auto’s met respect voor het milieu.
Voor meer informatie over deze inzamelings- en verwerkingsbedrijven kunt u zich wenden tot een FCA Servicepunt, het
telefoonnummer in het garantieboekje bellen of naar de websites van de verschillende merken van FCA gaan.
180
TECHNISCHE GEGEVENS
g

Page 184 of 193

Storing Mogelijke oplossing
... EEN BAND LEK IS. Gebruik de Fix&Go bandenreparatiekit.Raadpleeg............. 116.
... EEN BAND LEEG IS. Herstel de bandenspanning.Raadpleeg
............. 170.
... DE ACCU LEEG IS. -Raadpleeg
............. 134of neem contact op met een
speciaal Alfa Romeo
Servicepunt.
... DE PLAFONDVERLICHTING NIET INSCHAKELT. Vervang het lampje.Raadpleeg
............. 129of neem contact op met een
speciaal Alfa Romeo
Servicepunt.
... DE BAGAGERUIMTEVERLICHTING NIET
INSCHAKELT.Vervang het lampje.Raadpleeg
............. 129of neem contact op met een
speciaal Alfa Romeo
Servicepunt.
... EEN LAMP VAN DE BUITENVERLICHTING
(grootlicht, dimlicht...) NIET INSCHAKELT.-Neem contact op met een
speciaal Alfa Romeo
Servicepunt.
Vervang het lampje.Raadpleeg
............. 126of neem contact op met een
speciaal Alfa Romeo
Servicepunt.
... DE AFSTANDSBEDIENING NIET WERKT. Vervang de batterijen in de afstandsbediening.Raadpleeg
............... 16.
181
g

Page 185 of 193

Storing Mogelijke oplossing
... EEN ELEKTRISCHE RUIT NIET WERKT.Controleer de betreffende veiligheidszekering.Raadpleeg
............. 130of neem contact op met een
speciaal Alfa Romeo
Servicepunt.
Laat de motor voor het openen/sluiten van de ruit
controlerenNeem contact op met een
speciaal Alfa Romeo
Servicepunt.
... DE MOTOR NIET START, DE STARTMOTOR
NIET DRAAIT.-Neem contact op met een
speciaal Alfa Romeo
Servicepunt.
... DE MOTOR NIET START OF AFSLAAT TIJDENS
HET RIJDEN.Controleer of er genoeg brandstof in de tank is;
tank zo nodig bij.Raadpleeg
............... 63.
... DE MOTOR NIET START NA EEN BOTSING.Controleer of de afsluiter van de brandstoftoevoer in
werking is getreden.Raadpleeg
............... 35.
182
TECHNISCHE GEGEVENS
g

Page 186 of 193

MOPAR
TECHNICAL SERVICES - SERVICE ENGINEERING
FCA Italy S.p.A. - Largo Senatore G. Agnelli, 3 - 10040 Volvera - Torino (Italia)
Pubblicazione n. 604.38.xxx - Edizione 1 - 10/2015
Proprietà riservata. Riproduzione, anche parziale, vietata senza
autorizzazione scritta della FCA Italy S.p.A.
183
g

Page:   < prev 1-10 ... 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 next >