stop start Alfa Romeo Giulia 2016 Handleiding (in Dutch)
Page 144 of 204
BELANGRIJK
53)Gebruik nooit een accusnellader om de
motor te starten, aangezien deze de
elektronische systemen kan beschadigen,
met name de regeleenheden van de
ontsteking en de brandstoftoevoer.
54)Verbind de startkabel niet met de
minpool (–) van de lege accu. De afgegeven
vonk kan explosie van de accu tot gevolg
hebben en ernstige schade veroorzaken.
Gebruik alleen het specifieke massapunt;
gebruik geen andere blootgestelde metalen
onderdelen.
AFSLUITER VAN DE
BRANDSTOFTOEVOER
BESCHRIJVING
139)
Afhankelijk van het type en het geweld
van de botsing, bepaalt de regeleenheid
van de ORC-beschermingssystemen voor
inzittenden of de airbags en de voorste
veiligheidsgordelaanspanners moeten
worden geactiveerd en of de stroom
onmiddellijk moet worden gestopt in de
batterijen om pompen te voeden en naar
apparatuur dat de motor bedient. De
kracht van de accu wordt onderbroken
door de pyrotechnische zekering "over te
slaan" geplaatst op de zekeringenkast
naast de positieve pool van de accu.
Wanneer de zekering wordt
"overgeslagen", blijven alleen sommige
diensten, noodzakelijk voor de veiligheid
van het voertuig (bijv.
portiervergrendeling,
antidiefstalapparaat, etc.), gevoed.
BELANGRIJK Controleer na de aanrijding
het voertuig zorgvuldig op
brandstoflekkage, bijvoorbeeld in de
motorruimte, onder het voertuig of in de
buurt van de tank.
BELANGRIJK Laat het systeem
onmiddellijk controleren door het Alfa
Romeo Servicenetwerk.
BELANGRIJK
139)Als na een botsing een brandstoflucht
wordt geroken of brandstoflekkage wordt
geconstateerd, dan mag het systeem niet
opnieuw ingeschakeld worden om brand te
voorkomen.
142
NOODGEVALLEN
Page 146 of 204
pak de sleepoog van zijn plaats in de
bagageruimte en zorgvuldig reinigen van
de schroefdraad behuizing op het
voertuig alvorens het te gebruiken;
draai sleepoog van het voertuig op zijn
plaats gedurende ongeveer
11 windingen.
BELANGRIJK De grootste werkhoek van
de kabel om te bevestigen aan het
sleepoog mag de 15° niet overschrijden,
zoals getoond in fig. 147.
BELANGRIJK
140)Beweeg de startinrichting naar ON en
dan naar STOP, zonder het portier te openen.
141)Onthoud dat tijdens het slepen de
rembekrachtiging en de elektrische
stuurbekrachtiging niet werken. Om die
reden is meer kracht benodigd voor de
bediening van het rempedaal en het stuur.
Gebruik voor het slepen geen soepele kabels
en vermijd bruuske bewegingen. Zorg tijdens
het slepen dat er geen onderdelen door de
sleepverbinding kunnen worden beschadigd.
Neem bij het slepen in elk geval de wettelijke
voorschriften in acht van het land waarin
wordt gereden en pas uw rijgedrag aan.
Start de motor niet wanneer de auto wordt
gesleept. Maak voor de montage van het
sleepoog de schroefdraad zorgvuldig
schoon. Controleer of het sleepoog volledig
op de schroefdraadpen is gedraaid alvorens
de auto te slepen.
14608136S0003EM14708136S0002EM
144
NOODGEVALLEN
Page 157 of 204
ONDERHOUDSPROCEDURES
154) 155) 156)
61) 62) 63) 64) 65) 66) 67)
ONDERHOUD AIRCONDITIONING
68) 69)
Om de beste prestaties te garanderen,
moet de airconditioning gecontroleerd en
onderhouden worden bij een werkplaats
van het Alfa Romeo Servicenetwerk, bij
het begin van de zomer.
RUITENWISSER
De wisserbladen van de ruitenwisser
omhoog zetten (functie "Servicestand")
Dankzij de functie "Servicestand" kan de
bestuurder de wisserbladen eenvoudiger
vervangen. Het wordt ook aanbevolen om
deze functie te activeren wanneer het
sneeuwt en om het gemakkelijker te
maken elke afzetting van vuil te
verwijderen in de zone waar de bladen
normaal geplaatst zijn, bij het wissen.
Inschakeling van de functie
Schakel, om deze functie in te schakelen,
de ruitenwissers uit (draaischakelaar
fig. 151 in standO) voordat u de
startinrichting op STOP zet.
Deze functie kan alleen binnen 2 minuten
nadat de startinrichting op STOP is gezet
ingeschakeld worden.Beweeg, voor inschakeling van deze
functie, de hendel minstens een drie
seconden omhoog (onstabiele stand).
Indien, na gebruik van deze functie, de
startinrichting teruggezet wordt op
AANmet de wisserbladen in een andere
stand dan de ruststand (onderaan op de
voorruit), dan zullen ze alleen terugkeren
naar de ruststand na een commando
afkomstig van de hendel (hendel omhoog,
naar onstabiele stand) of wanneer een
snelheid van 5 km/h wordt overschreden.
Wisserbladen voorruit vervangen
Ga als volgt te werk:
hef de wisserarm op, druk op het lipje
fig. 152 van de springveer en verwijder
het wisserblad van de arm;
monteer het nieuwe wisserblad door
het lipje in de speciale zitting op de
wisserarm te blokkeren;
laat de wisserarm voorzichtig op de
ruit zakken.
BELANGRIJK Schakel de ruitenwissers
niet met van de ruit opgeheven
wisserbladen in.
Ruitensproeier
De ruitensproeiers zijn niet verstelbaar.
Als de ruitensproeiers niet werken,
controleer dan eerst of er
ruitensproeiervloeistof in het reservoir
zit (zie paragraaf “Motorruimte” in dit
hoofdstuk).
Controleer vervolgens of de
sproeigaatjes niet verstopt zijn. Gebruik
zo nodig een naald om ze te ontstoppen.
15109046S0001EM
15209046S0002EM
155
Page 195 of 204
SPRAAKBEDIENING
BELANGRIJK Voor de niet door het
systeem ondersteunde talen is de
spraakbediening niet beschikbaar.
Om de spraakbediening te gebruiken,
druk op de toets
op de knoppen op
het stuur en spreek hardop de functie uit
die u wilt activeren.
In de volgende lijsten wordt voor elke
knop de belangrijkste term aangegeven.
Radiofuncties
Met de toets
kunt u de volgende
functies activeren:
Afstemmen op station<XXX>
Afstemmen op frequentie<XXX>
Toevoegen aan favorieten
Beschikbare stations tonen
Favoriete stations tonen
FM
AM
DAB
SiriusXM
Media-functies
Met de toets
kunt u de volgende
functies activeren:
Album tonen
Album afspelen
Artiest tonen
Artiest afspelen
Componist tonen
Componist afspelen
Genre tonen
Genre afspelen
Playlist tonen
Playlist afspelen
Nummer afspelen
Alles afspelen
Alle albums tonen
Alle artiesten tonen
Alle componisten tonen
Alle genres tonen
Alle playlists tonen
Alle liedjes tonen
Activeren shuffle
Deactiveren shuffle
Bron wijzigen in Aux
Bron wijzigen in USB 1
Bron wijzigen in USB 2
Bron wijzigen in Bluetooth
Telefoonfuncties
Met de toets
kunt u de volgende
functies activeren:
Nummer intoetsen<XXX>
Bellen<XXX>
Nummer herhalen
Toon contacten
Toon alle oproepen
Toon gemiste oproepen
Zoek
Navigatiefunctie
(indien aanwezig)
Met de toets
kunt u de volgende
functies activeren:
Navigeer naar<adres>
Favoriet
2D-kaart instellen
Gedetailleerde 3D-kaart instellen
Bovenaanzicht instellen
Route weergave
Navigatie starten
Navigatie stoppen
Instructies herhalen
Toon kaart
Dichtstbijzijnde<nuttige plaats>
vinden
193
Page 200 of 204
i-Size kinderzitjes.............93
Identificatiegegevens..........162
Interieurverlichting............30
ISOFIX-kinderzitje (montage)......91
Kinderen veilig vervoeren........87
Kinderslot..................17
Kinderzitjes.................87
Klimaatregeling...............32
KNOPPEN
Samenvattende tabel knoppen
aan het stuur..............184
Samenvattende tabel knoppen op
de tunnelconsole...........181
Lakwerk (reiniging en onderhoud). .159
Lamp buitenverlichting vervangen . .129
Lampen
typen lampen.............127
Lampjes en berichten...........49
Lichtschakelaar..............26
Mistlampen (lamp vervangen).....130
Mistlampen voor..............26
Modificaties/wijzigingen aan het
voertuig..................5
Motor....................163
niveau motorkoelvloeistof.....151
Motorkap..................36
Motorolie
niveau controleren..........151
verbruik................151
Motorruimte...............150
Niveaus controleren...........150
Noodstart.................140
Onderhoudsprocedures........155
Parkeerlichten...............27
Parkeersensorensysteem.......118
Passive Entry (systeem).........15
PBA-systeem (Panic Brake Assist) . . .69
Plafondverlichting voor..........30
Portieren..................14
Prestaties (topsnelheid)........173
RCP-systeem...............73
Regensensor................31
Remmen
remvloeistofniveau..........151
Richtingaanwijzers (lamp
vervangen)...............130
Richtlijnen voor de behandeling van
het voertuig aan het einde van
de levensduur.............176
Rijbaanwissel................28
Rijhulpsystemen..............72
Rijmodi...................114
Ruitensproeiervloeistof voor
voorruit/koplampen.........151
Ruitenwisser................30
wisserbladen vervangen.......155
Ruitenwisser/-sproeier..........30
"Intelligente" wis-/wasfunctie....31
SBA (Gordelwaarschuwing).......84SBA (Gordelwaarschuwing)
Systeem.................84
SBL-functie.................28
Schemersensor...............26
Slepen van het voertuig.........143
Slepen van voertuig met pech.....143
Sleutels
elektronische sleutel . .........11
Sneeuwkettingen. ............157
Snelheidsbegrenzer...........116
SRS (aanvullend
veiligheidssysteem) . .........99
Stadslicht..................26
Start & Stop-Evo.............115
Starten met een sleutel met lege
batterij..................12
Starten met hulpaccu..........141
Startonderbreking (systeem)......13
Stoelen....................18
Stuurslot. . .................12
Stuurwiel..................23
Symbolen...................4
Systeem Waarschuwing
Rijbaanoverschrijding........121
Tanken...............124 ,169
Tankprocedure..............124
TC-Systeem (Traction Control).....69
TFT-display (3,5") . ............40
TFT-display (7")..............41
ALFABETISCH REGISTER