BMW 2 SERIES COUPE 2017 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 231 of 265

'yLED brandt groen als de noodoproep gej
activeerd is.
Als een onderbrekingscontrole op het
Control Display wordt weergegeven, kan de noodoproep worden afgebroken.
Indien de omstandigheden dit toelaten, in
de auto wachten tot de spraakverbinding
tot stand is gekomen.'yLED knippert groen als de verbinding met
het alarmnummer tot stand is gebracht.
Bij een noodoproep via BMW worden gejgevens aan de alarmcentrale gestuurd, die
dienen voor het bepalen van de vereiste
reddingsmaatregelen. Bijv. de actuele poj
sitie van de auto, wanneer deze kan worj den bepaald. Als wedervragen van de
noodoproepcentrale onbeantwoord blijven
worden automatisch reddingsmaatregelen
genomen.
Als de alarmcentrale niet te horen is via de
luidsprekers, is mogelijk de handsfree-inj
stallatie buiten werking. U kunt dan echter
voor de alarmcentrale toch te horen zijn.
De noodoproep wordt door de alarmcentrale
be

Page 232 of 265

StarthulpAlgemeen
Bij een lege accu kan de motor met de accu van andere auto met behulp van twee startkajbels worden gestart. Gebruik hiervoor alleenstartkabels met volledig ge

Page 233 of 265

eenkomstige motor- of carrosseriemassavan de stroomleverende auto.5.Tweede poolklem op de accuminpool of op
de overeenkomstige motor- of carrosseriej
massa van de te starten auto bevestigen.
Motorstarten
Voor het starten van de motor geen startspray
gebruiken.
1.Motor van de stroomleverende auto starj ten en enkele minuten met verhoogd statij
onair toerental laten draaien.
Bij te starten auto met dieselmotor: motor
van de stroomleverende auto circa 10 mij
nuten laten lopen.2.Start de motor van de te starten auto zoals
gebruikelijk.
Als dit niet lukt, de startpoging pas na enj kele minuten herhalen, om de ontladen
accu in staat te stellen stroom op te nej
men.3.Beide motoren enkele minuten laten
draaien.4.Startkabels in omgekeerde volgorde weer losmaken.
Zo nodig de accu laten controleren en opladen.
Aan-enwegslepen Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
Door systeembeperkingen kunnen bij het
slepen/wegslepen met geactiveerde Intelligent
Safety-systemen storingen van afzonderlijke
functies optreden, bijvoorbeeld botswaarschuj
wing met remfunctie. Er bestaat gevaar voor
ongevallen. Voor het slepen/wegslepen alle Inj
telligent Safety-systemen uitschakelen.'

Page 234 of 265

'yDe auto met geschikt gereedschap omj
hoogbrengen.'yDe auto niet aan het sleepoog en delen van
de carrosserie of het onderstel omhoogj
brengen of bevestigen.'

Page 235 of 265

Eventueel de parkeervergrendeling elektroj
nisch ontgrendelen, zie pagina 82.
Slepenvanandereautos
Algemeen
Afhankelijk van de wettelijke bepalingen de waarschuwingsknipperlichtinstallatie inschaj
kelen.
Als de elektrische installatie is uitgevallen, de weg te slepen auto herkenbaar maken door bijj
voorbeeld een waarschuwingsbord of gevarenj driehoek achter de achterruit te plaatsen.
Veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING
Het toelaatbare totaalgewicht van de
trekkende auto mag niet lager zijn dan dat van
de te slepen auto, anders kunt u de controle over de voertuigen verliezen. Er bestaat gevaarvoor ongevallen! Erop letten dat het totaalgejwicht van de trekkende auto hoger is dan het
gewicht van de gesleepte auto.'

Page 236 of 265

Schroefdraadvoorsleepoog
Op de markering aan de rand van de afdekkingdrukken om deze naar buiten te duwen.
Aanslepen
Steptronicversnellingsbak
Auto niet aanslepen.
Vanwege de Steptronic versnellingsbak is het
starten van de motor door aanslepen niet moj gelijk.
De oorzaak van de startproblemen door een
Service Partner van de fabrikant of een andere gekwalificeerde Service Partner of specialistlaten verhelpen.
Handversnelling De auto indien mogelijk niet aanslepen, maar
de motor starten met de starthulp, zie paj
gina 232. Met een katalysator de auto alleen
aanslepen bij een koude motor.
1.Alarmknipperlichten inschakelen, rekening
houden met landspecifieke voorschriften.2.Contact, zie pagina 68, inschakelen.3.Naar de 3e versnelling schakelen.4.De auto laten aanslepen met ingedrukt
koppelingspedaal en de koppeling langj
zaam laten opkomen. Na het aanslaan van
de motor de koppeling direct weer indrukj ken.5.Op een geschikte plaats stoppen, sleepjstang of -kabel verwijderen, alarmknipperj
lichten uitschakelen.6.De auto door een Service Partner van de
fabrikant of een andere gekwalificeerde
Service Partner of specialist laten controlej
ren.Seite 236MobiliteitHulpingevalvanpech236
Online Edition for Part no. 01402977714 - II/17

Page 237 of 265

VerzorgingUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege de
landspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de geldende wetten en voorschriften worden
nageleefd.
Nahetwassenvandeauto Algemeen
Regelmatig vreemde voorwerpen, bijv. bladej
ren, bij geopende motorkap in het gebied onj
der de voorruit verwijderen.
Zeker in de winter de auto vaker wassen.
Sterke verontreiniging en strooizout kunnen tot schade aan de auto leiden.
Stoomreinigerenhogedrukreiniger
Veiligheidsaanwijzing OPMERKING
Bij het reinigen met een hogedrukreinij
ger kunnen verschillende onderdelen worden beschadigd door een te hoge druk of een tehoge temperatuur. Er bestaat gevaar voorschade. Voldoende afstand aanhouden en niet
continu sproeien. De bedieningsinstructies voor de hogedrukreiniger in acht nemen.'

Page 238 of 265

Handversnelling:1.De wasstraat binnenrijden.2.Vrijstand inschakelen.3.Motor afzetten.4.Contact inschakelen.
Steptronic versnelling:
1.De wasstraat binnenrijden.2.Keuzehendelstand N inschakelen.3.Motor uitschakelen.
Het contact blijft op deze manier ingeschaj
keld en een Check-Control-melding wordt weergegeven.
OPMERKING
Keuzehendelstand P wordt automaj
tisch ingeschakeld bij het uitschakelen van
het contact. Er bestaat gevaar voor schade. Contact in wasstraten niet uitschakelen.'

Page 239 of 265

VeiligheidsaanwijzingWAARSCHUWING
Reinigingsmiddelen kunnen stoffen bej
vatten die gevaarlijk of schadelijk voor de gej
zondheid zijn. Er bestaat kans op letsel. Bij reij
nigen van het interieur de portieren of ruiten openen. Alleen middelen gebruiken die voor
het reinigen van auto's zijn bedoeld. Aanwijzinj
gen op de verpakking in acht nemen.'

Page 240 of 265

ChroomachtigeoppervlakkenOnderdelen zoals bijv. radiatorgrille of portierjgrepen vooral bij contact met strooizout metvoldoende water en evt. shampoo zorgvuldigreinigen.
Rubberdelen Door milieu-invloeden kunnen bij rubberdelen
vervuiling van het oppervlak en verlies van
glans optreden. Voor het reinigen alleen water
en geschikte verzorgingsmiddelen gebruiken.
In het bijzonder zwaarbelaste rubberdelen rej
gelmatig met onderhoudsmiddel voor rubber
behandelen. Voor het onderhoud van afdichtj
rubbers geen siliconenhoudend onderhoudsj
middel gebruiken, om beschadigingen of windj
geruis te voorkomen.
Edelhoutendelen
Edelhouten panelen en van edelhout vervaarj
digde delen mogen uitsluitend met een vochj tige doek worden gereinigd. Vervolgens met
een zachte doek drogen.
Kunststofonderdelen OPMERKING
Reinigers die alcohol of oplosmiddelen
bevatten zoals nitroverdunner, koudreiniger,
brandstof o.i.d. kunnen kunststof delen bej schadigen. Er bestaat gevaar voor schade. Gej
bruik voor de reiniging een microvezeldoek. De doek eventueel licht met water bevochtigen.'

Page:   < prev 1-10 ... 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 270 next >