BMW 4 SERIES COUPE 2018 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 61 of 313

5.Profielnaam invoeren.6. Symbool selecteren.
Bestuurdersprofielterugzetten
De instellingen van het momenteel gebruikte
bestuurdersprofiel worden teruggezet op de fabrieksinstellingen.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"3.Bestuurdersprofiel selecteren.
Het met dit symbool gemarkeerde bej
stuurdersprofiel kan worden teruggezet.
4."Bestuurdersprofiel terugzetten"5."OK"
Bestuurdersprofielexporteren
De meeste instellingen van het momenteel gej bruikte bestuurdersprofiel kunnen worden gejexporteerd.
Het exporteren is handig bij het opslaan en herstellen van persoonlijke instellingen, bijj voorbeeld voor onderhoud in de werkplaats.De opgeslagen bestuurdersprofielen kunnenworden meegenomen naar een andere auto.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"3.Bestuurdersprofiel selecteren.
Het met dit symbool gemarkeerde bej
stuurdersprofiel kan worden ge

Page 62 of 313

'yDe bestuurder ontgrendelt de auto via decomforttoegang en heeft tevens meerdereafstandsbedieningen bij zich.'yBij wisselen van bestuurder zonder dat de
auto ont- en vergrendelt wordt.'yAls er zich meerdere afstandsbedieningen
aan in buitenzone van de auto bevinden.
Instellingen
Algemeen
Afhankelijk van de uitvoering en landuitvoering zijn verschillende instellingen voor het openen en sluiten mogelijk.
De instellingen worden opgeslagen voor het
momenteel gebruikte bestuurdersprofiel, zie pagina 59.
Ontgrendelen
Portieren
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3."Portieren/sleutels"4. "Bestuurdersportier" of "Alle
portieren"5.Gewenste instelling selecteren:'y"Bestuurdersportier"
Alleen het bestuurdersportier en de
klep van de tankdop worden ontgrenj deld. Bij het opnieuw indrukken wordt
de gehele auto ontgrendeld.'y"Alle portieren"
Gehele auto wordt ontgrendeld.'y"Comfort instappen"
Gehele auto wordt ontgrendeld.
Als de toets van de afstandsbediening twee keer direct na elkaar wordt ingejdrukt, wordt bij het daarop volgendeopenen van het portier de ruit verder
neergelaten.
Kofferdeksel
Afhankelijk van de uitvoering en landuitvoering
wordt deze instelling mogelijk niet aangeboj
den.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3."Portieren/sleutels"4. "Achterklep" of "Achterklep
en portier(en)"5.Gewenste instelling selecteren:'y"Achterklep"
Het kofferdeksel wordt geopend.'y"Achterklep en portier(en)"
Het kofferdeksel wordt geopend en de
portieren worden ontgrendeld.
Laatstestoel-enspiegelpositie
instellen
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"3.Bestuurdersprofiel selecteren.
Voor met dit symbool gemarkeerde bej
stuurdersprofiel kan de instelling worden uitgevoerd.
4."Laatst opgeslagen stoelpositie"
Bij het ontgrendelen van de auto worden de
laatst ingestelde standen van bestuurdersstoel
en buitenspiegels ingesteld.
De laatste positie is onafgankelijk van de via
het stoelgeheugen opgeslagen posities.
Seite 62BedieningOpenenensluiten62
Online Edition for Part no. 01402984410 - X/17

Page 63 of 313

Bevestigingssignalenvandeauto
Via iDrive:1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3."Portieren/sleutels"4."Knipperen bij ver-/ontgrendelen"
Het ontgrendelen wordt bevestigd door
tweemaal knipperen, het vergrendelen
door eenmaal knipperen.
Automatischvergrendelen
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3."Portieren/sleutels"4.Gewenste instelling selecteren:'y"Automatisch vergrendelen"
Na een korte tijd wordt de auto autoj
matisch vergrendeld als na het ontj
grendelen geen portier wordt geopend.'y"Vergrendelen bij wegrijden"
Na het wegrijden wordt automatisch vergrendeld.
Alarminstallatie
Algemeen
De alarminstallatie reageert bij een vergrenj
delde auto op de volgende veranderingen:
'yOnbevoegd openen van een portier, de motorkap of het kofferdeksel.'yBewegingen in het interieur.'yVeranderen van de hellingshoek van de
auto, bijvoorbeeld bij een poging van diefj stal van de wielen of bij het wegslepen.'yOnderbreking van de accuspanning.
Deze veranderingen signaleert de alarminstaljlatie optisch en akoestisch:
'yAkoestisch alarm.Afhankelijk van de wettelijke bepalingen
wordt het akoestische alarm eventueel onj derdrukt.'yInschakelen van de waarschuwingsknipjperlichtinstallatie.
In-/uitschakelen
Tegelijkertijd wordt met het ontgrendelen en vergrendelen van de auto via de afstandsbejdiening of via het comforttoegangssysteem de
alarminstallatie uit- en ingeschakeld.
Portierenopenenbijingeschakelde
alarminstallatie
De alarminstallatie gaat af bij het openen van
een portier, als deze met de ge

Page 64 of 313

'yHet controlelampje knippert circa 10 sejconden en gaat daarna elke 2 secondenflitsen:
De interieurbeveiliging en hellingshoekj
sensor zijn niet actief, omdat de portieren,
de motorkap of het kofferdeksel niet corj
rect gesloten zijn. Correct gesloten toej gangen zijn geblokkeerd.
Wordt de nog geopende toegang gesloten,
dan worden de interieurbeveiliging en helj lingshoeksensor ingeschakeld.'yControlelampje dooft na het ontgrendelen:
Aan de auto zijn geen ongeoorloofde hanj
delingen uitgevoerd.'yControlelampje blijft na het ontgrendelen
knipperen tot het contact wordt ingeschaj
keld, maximaal echter circa 5 minuten:
Alarm is geactiveerd.
Hellingshoeksensor
De hellingshoek van de auto wordt bewaakt.
De alarminstallatie reageert bijv. bij een poging van diefstal van de wielen of bij het wegslepen.
InterieurbeveiligingVoor een optimale werking moeten ruiten englazen dak gesloten zijn.
Ongewildalarmvermijden
Algemeen
De hellingshoeksensor en de interieurbeveilij ging kunnen een alarm activeren, hoewel geenonbevoegde handelingen zijn uitgevoerd.
Mogelijke situaties voor een ongewild alarm:
'yIn wasinstallatie of wasstraten.'yIn stapelgarages.'yBij het transport op autotreinen, op zee of op een aanhangwagen.'yBij dieren in de auto.'yAan het tankstation: als de auto na het bejgin van het tanken wordt vergrendeld.Voor dergelijke situaties kunnen de hellingsjhoeksensor en interieurbeveiliging worden uitj
geschakeld.
Hellingshoeksensoren
interieurbeveiliginguitschakelen
Toets van de afstandsbediening binnen
10 seconden opnieuw indrukken, zodra
de auto vergrendeld is.
Controlelampje brandt circa 2 seconden en
gaat daarna knipperen.
Hellingshoeksensor en interieurbeveiliging zijn
totdat de auto opnieuw wordt ont- en vergrenj deld uitgeschakeld.
Alarmbe

Page 65 of 313

Overzicht
Ruitbediening
Openen
'y Schakelaar tot het drukpunt indrukj
ken.
De ruit wordt geopend, zolang de schakej
laar ingedrukt wordt gehouden.'y Schakelaar door het drukpunt heen
drukken.
De ruit wordt automatisch geopend. Opj
nieuw indrukken van de schakelaar stopt
de beweging.
Comfortopening met de afstandsbediening, zie
pagina 51.
Sluiten
'y Schakelaar tot het drukpunt indrukj
ken.
De ruit wordt gesloten, zolang de schakej
laar ingedrukt wordt gehouden.'y Schakelaar door het drukpunt heen
drukken.
Bij gesloten portier sluit de ruit automaj
tisch. Opnieuw trekken stopt de beweging.
Comfortsluiten met de afstandsbediening, zie pagina 52.
Sluiten via het comforttoegangssysteem, zie pagina 56.
Nahetuitschakelenvanhetcontact
De ruiten kunnen nog worden bediend:'yIn standby-modus van de radio gedurende
langere tijd.'yBij uitgeschakeld contact gedurende circa
1 minuut.
Inklembeveiliging
Algemeen
Overtreft de sluitkracht bij het sluiten van een
ruit een bepaalde waarde, dan wordt het sluij ten onderbroken.
De ruit wordt een beetje geopend.
Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
Accessoires op de ruiten, bijvoorbeeld
antennes, kunnen de inklembeveiliging nadelig
be

Page 66 of 313

;onneschermen
;onneschermvoorachterruit
Algemeen
Als het zonnescherm van de achterruit nadat deze meermaals kort na elkaar is bediend niet
meer worden bewogen, is het systeem voor een beperkte tijd geblokkeerd om oververhitj
ting te voorkomen. Systeem laten afkoelen.
Bij een lage interieurtemperatuur kan het zonj
nescherm van de achterruit niet meer worden
bewogen.
;onneschermvoorachterruituit-of
inschuiven
Toets indrukken.
Glazendak,elektrisch
Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
Bij de bediening van het glazen dak kunj
nen lichaamsdelen worden ingeklemd. Er bej staat kans op letsel. Bij het openen en sluitenerop letten dat het bewegingsgebied van het
glazen dak vrij is.'

Page 67 of 313

ComfortpositieBij sommige modellen zijn de windgeluiden in
het interieur het minst als het glazen dak nog
niet volledig geopend is. Bij deze modellen
wordt het glazen dak door de automatische
functie eerst slechts tot deze comfortstand gej
opend.
Door de schakelaar nog eens te bedienen, wordt het glazen dak volledig geopend.
Nahetuitschakelenvanhetcontact Het glazen dak kan bij uitgeschakeld contact
nog circa 1 minuut lang worden bediend.
Inklembeveiliging
Algemeen
Overschrijdt bij het sluiten van het glazen dak
de sluitkracht een bepaalde waarde, dan wordt
het sluiten onderbroken vanaf het midden van de dakopening of bij het sluiten uit opgeheven
positie. Het glazen dak wordt geopend.
Sluitenzonderinklembescherminguit
geopendepositie
Bij gevaar van buitenaf als volgt te werk gaan:1.Schakelaar door het drukpunt heen naar
voren schuiven en houden.
Het glazen dak wordt met beperkte inklemj
beveiliging gesloten. Overtreft bij het sluij ten van een ruit de sluitkracht een bej
paalde waarde, dan wordt het sluiten
onderbroken.2.Schakelaar opnieuw door het drukpunt
heen naar voren schuiven en ingedrukt
houden, tot het glazen dak zonder inklemj
beveiliging gesloten wordt. Let erop dat
het sluitbereik vrij is.Sluitenzonderinklembescherminguit verhoogdepositie
Bij gevaar van buiten de schakej
laar door het drukpunt heen naar voor schuiven en zo houden.
Het glazen dak wordt zonder inj
klembeveiliging gesloten.
Initialiserennastroomonderbreking
Algemeen
Na een stroomonderbreking tijdens het opej
nen of sluiten is het glazen dak mogelijk
slechts beperkt te bedienen.
Het systeem kan onder volgende voorwaarden ge

Page 68 of 313

InstellenUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege de
landspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de geldende wetten en voorschriften worden
nageleefd.
Veiligzitten Voorwaarde voor ontspannen rijden zonder
vermoeid te raken is een zitpositie die aan de
behoeften van de inzittenden is aangepast.
Bij een ongeval speelt een correcte stoelposij tie een belangrijke rol. Voor veilig rijden bovenj
dien de volgende hoofdstukken in acht nemen:'yStoelen, zie pagina 68.'yVeiligheidsgordels, zie pagina 72.'yHoofdsteunen, zie pagina 75.'yAirbags, zie pagina 130.
Stoelen
Veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING
Door het instellen van de stoel tijdens het
rijden kunnen onverwachte stoelbewegingen
optreden. U kunt de controle over de auto verj liezen. Er bestaat gevaar voor ongevallen. Destoel aan bestuurderszijde alleen instellen als
de auto stilstaat.'

Page 69 of 313

Langsrichting
Aan de hendel trekken en de stoel in de gej
wenste richting schuiven.
Na de hendel te hebben losgelaten, de stoel licht voor- of achteruit bewegen zodat deze
juist aangrijpt.
Hoogte
Aan de hendel trekken en de stoel naar bej
hoefte be- of ontlasten.
Rugleuninghoek
Aan de hendel trekken en de rugleuning naar
behoefte be- of ontlasten.
;ittinghoek
Aan de hendel trekken en stoel bewegen tot de gewenste hellingshoek is ingesteld. Na dehendel te hebben losgelaten, de stoel be- en
ontlasten zodat hij juist aangrijpt.
Elektrischverstelbarestoelen
Algemeen
De stoelinstelling voor de bestuurdersstoel
wordt voor het momenteel gebruikte profiel opgeslagen. Bij het ontgrendelen van de auto
via de afstandsbediening wordt de positie auj
tomatisch opgeroepen, als de functie, zie paj
gina 62, hiervoor is geactiveerd.
De actuele zitpositie kan met de Geheugenj
functie, zie pagina 76, opgeslagen worden.
Overzicht
1Geheugenfunctie2Rugleuningbreedte3Lendensteun4Rugleuninghoek5Langsrichting, hoogte, zittinghoekSeite 69InstellenBediening69
Online Edition for Part no. 01402984410 - X/17

Page 70 of 313

Langsrichting
De schakelaar naar voren of achteren drukken.
Hoogte
De schakelaar naar boven of onder drukken. ;ittinghoek
De schakelaar naar boven of onder kantelen.
Rugleuninghoek
De schakelaar naar voren of achteren kantelen.
Bovenbeensteun
Aan de hendel aan de voorzijde van de stoel
trekken en bovenbeensteun instellen.
Lendensteun De welving van de rugleuning kan dusdanigworden gewijzigd, dat de onderrug (lende)wordt ondersteund. Voor een rechte zithouj
ding worden de bovenste bekkenrand en de
wervelkolom ondersteund.
'yToets voor/achter indrukken:
Welving wordt versterkt/
verzwakt.'yToets boven/onder indrukj
ken:
Welving wordt naar boven/
onder verschoven.Seite 70BedieningInstellen70
Online Edition for Part no. 01402984410 - X/17

Page:   < prev 1-10 ... 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 ... 320 next >