BMW 5 SERIES 2021 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 211 of 466

ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Knopbrandtoranje:enkeleIntelligent
Safety-Systemenzijnuitgeschakeldof momenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Waarschuwingstijdstipinstellen
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Waarschuw.frontalebotsing6.Gewensteinstellingselecteren:'xVroeg'xGemiddeld'xLaat:erwordenalleenacutewaarschuj
wingenweergegeven.
Hetgeselecteerdetijdstipwordtopgeslagen voorhetmomenteelgebruiktebestuurdersproj
fiel.
Waarschuwingmetremfunctie
Weergave Algemeen
Alsereenbotsingmeteenwaargenomenander voertuigdreigt,wordtophetinstrumentenpaneel enevt.ophetHead-UpDisplayeenwaarschuj
wingssymboolweergegeven.
SymboolBetekenisBotsingsgevaarmetkruisendvoerj
tuigvanrechts.Botsingsgevaarmetkruisendvoerj
tuigvanlinks.Botsingsgevaarmetvoertuigmet
nietherkenbarerijrichting.
Weergavebijvoorwaarschuwing
Hetbetreffendesymboolbrandtrood:voorwaarj schuwingvoorautossdiedeeigenrijrichtingkruij
sen.
Zelfingrijpen,bijv.remmen.
Weergavebijacutewaarschuwing
Hetbetreffendesymboolknippertroodener klinkteensignaal:acutewaarschuwingbijauto's
diedeeigenrijrichtingkruisen.
Remmenenevt.uitwijken.
Vooralarm
Erwordtbijv.eenwaarschuwingweergegeven
alserbotsingsgevaarmeteenkruisendeauto
bestaat.
Bijeenvoorwaarschuwingzelfingrijpen.
Acutewaarschuwingmetremfunctie
Erwordteenacutewaarschuwinggegevenbij
onmiddellijkbotsingsgevaarmeteenkruisend
voertuig.
Bijeenacutewaarschuwingzelfingrijpen.Bij
botsgevaarondersteundhetsysteemeventueel
dooreenautomatischeremingreep.
Eenacutewaarschuwingkanookzondervoorafj
gaandvooralarmwordengeactiveerd.
Remingreep
Dewaarschuwingiseendringendverzoekom zelfintegrijpen.
Seite211VeiligheidBEDIENING211
OnlineEditionforPartno.01405A11313-VI/20

Page 212 of 466

Daarnaastkanhetsysteembijbotsingsgevaar
ondersteuningbiedendooreenautomatischerej
mingreep.
Deautokantotstilstandwordenafgeremd.
Deremingreepkandoorhetintrappenvanhet
rijpedaalofdooreenactievestuurbewegingworj denafgebroken.
Hetherkennenvanobjectenkanbeperktzijn.
Houdrekeningmetdegrenzenvanhetdetectiej gebiedendefunctionelebeperkingen.
Grenzenvanhetsysteem Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj
geren.Erbestaatkansopeenongevalof schade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvanhetsysteeminachtnemeneneventueelactiefingrijpen.
Bovenstesnelheidsgrens
Hetsysteemreageertopkruisendevoertuigenalsdeeigensnelheidlagerisdanongeveer80km/h.
Detectiegebied
Hetdetectievermogenvanhetsysteemisbej perkt.
Daaromkanhetgebeurendatdesysteemreacj
tiesnietoftelaatplaatsvinden.
Hetvolgendewordtbijvoorbeeldmogelijkerwijs
nietherkend:'xKruisendeautossdiebijv.dooreengebouw
nietzichtbaarzijn.'xPlotselinginvoegendeofsterkafremmende
voertuigen.'xKruisendetweewielers.'xVoertuigmetongebruikelijkezijkant.
Beperktewerking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijn:
'xBijdichtemistenhevigeregenofsneeuwval.'xInscherpebochten.'xBijbeperkingofdeactiveringvanderijstabilij
teitsregelsystemen,bijvoorbeeldDSCOFF.'xWanneerhetgezichtsveldvandecameraof
devoorruitrondomdebinnenspiegelvervuild
ofafgedektis.'xAlsdecameravanwegetehogetemperatuj renoververhitentijdelijkuitgeschakeldis.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.'xTijdensdekalibratieprocedurevandecamera
directnaafleveringvandeauto.'xBijaanhoudendeverblindendewerkingdoor
tegenlicht,bijvoorbeelddoorlaagstaande
zon.'xInhetdonker.'xAfhankelijkvandeuitrusting:bijvervuildeof afgedekteradarsensoren.'xAfhankelijkvandeuitrusting:naondeskundiguitgevoerdewerkzaamhedenaandelakvan
deautoinhetbereikvanderadarsensoren.
Hetaanbrengenvanvoorwerpen,bijv.stickersof
folie,inhetstraalbereikvanderadarsensorleidt
eveneenstoteenbe

Page 213 of 466

Gevoeligheidvande
waarschuwingen
Hoegevoeligerdewaarschuwingenwordeninj
gesteld,bijvoorbeeldhetmomentvanwaarschuj wing,hoemeerwaarschuwingenwordengejtoond.Hetkandaardoorookmeertottevroegeofongegrondewaarschuwingenenreactieskoj
men.
PedestrianWarningmet City-remfunctie
Principe Hetsysteemkanhelpenomongevallenmetvoetgangersenfietserstevoorkomen.Alseen ongevalnietkanwordenvermeden,helpthet
systeemomdebotsingsnelheidteverlagen.
Hetsysteemwaarschuwtaanstadsverkeersnelj
hedenvoormogelijkbotsingsgevaarenremtde
autozonodigzelfstandigaf.
Algemeen
Hetsysteemwaarschuwtvanafcirca5km/hvoor
mogelijkeaanrijdingenvanpersonenenfietsers.
Daarbijwordtgeletoppersonenenfietsersdie
zichinhetdetectiegebiedvanhetsysteembej
vinden.
Afhankelijkvandeuitrustingwordthetsysteem viadevolgendesensorenaangestuurd:
'xCamerabijdebinnenspiegel.'xRadarsensorindevoorbumper.Detectiegebied
Hetdetectiegebiedvoordeautobestaatuittweedelen:
'xCentraalgebied,pijl1,directv

Page 214 of 466

WAARSCHUWING
Systeembeperkingenkunnenbijhetaan-/
wegslepenmetgeactiveerdeIntelligentSafety- systemenleidentotverkeerdgedragvandeafj
zonderlijkefuncties.Erbestaatgevaarvooronj gevallen.Voorhetslepen/wegslepenalleIntelligentSafety-systemenuitschakelen.
Overzicht
Toetsindeauto
IntelligentSafety
Camera
Decamerabevindtzichbijdebinnenspiegel. Voorruitvoordebinnenspiegelschoonenvrij
houden.
Metradarsensor
Deradarsensorbevindtzichaandeonderzijde vandevoorstebumper.
Radarsensorschoonenvrijhouden.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen Hetsysteemwordtbijvertrekautomatischgeacj
tiveerd.
Handmatiginschakelen Toetsindrukken.
HetmenunaardeIntelligentSafety-
systemenwordtweergegeven.
AlsalleIntelligentSafety-systemenuitgeschaj
keldzijn,wordennuallesystemeningeschakeld.
INDIVIDUALconfigureren:afhankelijkvande
uitvoeringkunnendeIntelligentSafety-systemen afzonderlijkgeconfigureerdworden.Deindivij
dueleinstellingenwordengeactiveerdenopgej slagenvoorhetmomenteelgebruiktebestuurj
dersprofiel.Zodrainhetmenueeninstelling
wordtgewijzigd,wordenalleinstellingenvanhet
menugeactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctiesworden
basisinstellingengeactiveerd.
Seite214BEDIENINGVeiligheid214
OnlineEditionforPartno.01405A11313-VI/20

Page 215 of 466

INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen
wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Manueeluitschakelen Toetsingedrukthouden.
AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Knopbrandtoranje:enkeleIntelligent
Safety-Systemenzijnuitgeschakeldof momenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Waarschuwingmetremfunctie
Weergave Alsereenbotsingmeteenwaargenomenvoetj
gangeroffietserdreigt,wordtophetinstrumenj
tenpaneelenevt.inhetHead-UpDisplayeen
waarschuwingssymboolweergegeven.
Roodsymboolwordtweergegevenener
klinkteensignaal.
Afhankelijkvandeuitvoeringbrandtals
alternatiefeenrodegevarendriehoekin
hetinstrumentenpaneel.
Directzelfingrijpendoorremmenofuitwijken.
Remingreep
Dewaarschuwingiseendringendverzoekom
zelfintegrijpen.Tijdenseenwaarschuwing wordt,bijhetbedienenvanderem,demaximaleremkrachttoegepast.Voorwaardevoordeonjdersteuningvanderembekrachtigingishetvolj
doendesnelenkrachtigintrappenvanhetremjpedaal.
Daarnaastkanhetsysteembijbotsingsgevaar
ondersteuningbiedendooreenremingreep.
Deautokanbijlagesnelheidafgeremdworden
totstilstand.
Deremingreepkandoorhetintrappenvanhet
rijpedaalofdooreenactievestuurbewegingworj denafgebroken.
Hetherkennenvanobjectenkanbeperktzijn. Houdrekeningmetdegrenzenvanhetdetectiej
gebiedendefunctionelebeperkingen.
Grenzenvanhetsysteem Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj
geren.Erbestaatkansopeenongevalof schade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvan
hetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Bovenstesnelheidsgrens
Hetsysteemreageertopvoetgangersenfietsersalsdeeigensnelheidonder80km/hligt.
Detectiegebied Hetdetectievermogenvanhetsysteemisbej
perkt.
Daaromkanhetgebeurendaternietoftelaat
wordtgewaarschuwd.
Hetvolgendewordtbijvoorbeeldmogelijkerwijs nietherkend:
'xDeelsniet-zichtbarevoetgangers.'xVoetgangersdiewegensdegezichtshoekof
contournietalszodanigherkendworden.'xVoetgangersbuitenhetdetectiegebied.'xVoetgangerskleinerdancirca80cm.Seite215VeiligheidBEDIENING215
OnlineEditionforPartno.01405A11313-VI/20

Page 216 of 466

Beperktewerking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijn:'xBijdichtemistenhevigeregenofsneeuwval.'xInscherpebochten.'xBijdeactiveringvanderijstabiliteitsregelsysj temen,bijvoorbeeldDSCOFF.'xWanneerhetgezichtsveldvandecameraof
devoorruitrondomdebinnenspiegelvervuild
ofafgedektis.'xAlsdecameravanwegetehogetemperatuj renoververhitentijdelijkuitgeschakeldis.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.'xTijdensdekalibratieprocedurevandecamera
directnaafleveringvandeauto.'xBijaanhoudendeverblindendewerkingdoor
tegenlicht,bijvoorbeelddoorlaagstaande
zon.'xInhetdonker.'xAfhankelijkvandeuitrusting:bijvervuildeof afgedekteradarsensoren.'xAfhankelijkvandeuitrusting:naondeskundiguitgevoerdewerkzaamhedenaandelakvan
deautoinhetbereikvanderadarsensoren.
Hetaanbrengenvanvoorwerpen,bijv.stickersof
folie,inhetstraalbereikvanderadarsensorleidt
eveneenstoteenbe

Page 217 of 466

Voorwaardenvooreencorrecte
werking
DerijbaanbegrenzingenmoetendoordecamerawordenherkendopdathetLaneDepartureWarjning-systeemwerkt.
Overzicht Toetsindeauto
IntelligentSafety
Camera
Decamerabevindtzichbijdebinnenspiegel. Voorruitvoordebinnenspiegelschoonenvrij
houden.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen DeLaneDepartureWarningwordtopnieuwaujtomatischgeactiveerdnahetvertrek,alsde
functiebijbeëindigingvandelaatsteeinderitinj geschakeldwas.
Afhankelijkvandelanduitvoeringishetsysteem
naelkvertrekautomatischactief.Daarbijwordt debasisinstellinggeactiveerd.
Handmatiginschakelen Toetsindrukken.HetmenunaardeIntelligentSafety-
systemenwordtweergegeven.
AlsalleIntelligentSafety-systemenuitgeschaj
keldzijn,wordennuallesystemeningeschakeld.
INDIVIDUALconfigureren:afhankelijkvande
uitvoeringkunnendeIntelligentSafety-systemen afzonderlijkgeconfigureerdworden.Deindivij
dueleinstellingenwordengeactiveerdenopgej
slagenvoorhetmomenteelgebruiktebestuurj
dersprofiel.Zodrainhetmenueeninstelling
wordtgewijzigd,wordenalleinstellingenvanhet
menugeactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctiesworden basisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen
wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Manueeluitschakelen Toetsingedrukthouden.
AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.Seite217VeiligheidBEDIENING217
OnlineEditionforPartno.01405A11313-VI/20

Page 218 of 466

ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Knopbrandtoranje:enkeleIntelligent
Safety-Systemenzijnuitgeschakeldof momenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Waarschuwingstijdstipinstellen
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Rijstrookverlatenwaarschuw.6.Gewensteinstellingselecteren:'xVroeg'xGemiddeld'xBeperkt:afhankelijkvandesituatieworj denbepaaldewaarschuwingenonderj
drukt,bijvoorbeeldbijhetinhalenzonder richtingaantegevenofbijhetbewustrijj
denoverrijlijneninbochten.'xUit:ervindengeenwaarschuwingen
plaats.
Degekozeninstellingwordtopgeslagenvoorhet momenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Sterktevandestuurwieltrillingen
instellen
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Retourmeld.ophetstuurwiel5.Trillingssterkte6.Gewensteinstellingselecteren.
DeinstellingwordtovergenomenvooralleIntellij
gentSafety-systemenenopgeslagenvoorhet
momenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Stuuringreepin-/uitschakelen
Destuuringreepkanafzonderlijkvoorrijstrookj
wisselmeldingenLaneDepartureWarningworj
denin-enuitgeschakeld.1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Rijstrookverlatenwaarschuw.6.Stuuringreep
Degekozeninstellingwordtopgeslagenvoorhet momenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Weergaveinhet instrumentenpaneel
Hetsymboolbrandtgroen:tenminste
aanéénkantvandeautowerdereenrijj
baanbegrenzingherkendenwaarschuj
wenismogelijk.
Waarschuwingsfunctie
Bijhetverlatenvanderijbaan
Alsdeautoderijstrookverlaatenalsereenrijj baanbegrenzingwordtherkend,trilthetstuurafj
hankelijkvandeinstellingvandestuurtrilling.
Alsvoorhetveranderenvanrijbaanderichtingj
aanwijzerindeovereenkomstigerichtingwordt
ingeschakeld,wordtergeenwaarschuwinggej
geven.
Stuuringreep
Afhankelijkvandeuitvoering:alsinhetsnelj
heidsbereiktot210km/ueenrijbaanbegrenzing wordtoverschreden,dangrijpthetsysteem
naastdetrillingookindooreenkorteactieve
stuuringreep.Destuuringreephelptdeautobinj nenderijbaantehouden.Destuuringreepisin
hetstuurwielvoelbaarenkanopelkmoment handmatigoverstuurdworden.Bijeenactieve
Seite218BEDIENINGVeiligheid218
OnlineEditionforPartno.01405A11313-VI/20

Page 219 of 466

stuuringreepknippertdeweergaveophetinstrujmentenpaneel.
Waarschuwingsgeluid
Afhankelijkvandeuitrusting:alshetsysteem binnen3minutenmeermaalsactiefmoetingrijj
penindebesturingzonderdatdebestuurderhet
stuuroverneemt,klinktereenwaarschuwingsgej
luid.Bijde2estuuringreepklinktereenkort
waarschuwingsgeluid.Vanafde3eingreepklinkt
ereenlangerwaarschuwingsgeluid.
BovendienwordteenCheck-Control-melding
weergegeven.
WaarschuwingsgeluidenCheck-Control-melj dinggebiedendebestuurderombeteropde rijstrookteletten.
Bijhetrijdenmeteen
aanhangwagen
Alshetstopcontactvandeaanhangwageningej
bruikisofdeaanhangwagenmodusisgeactij
veerd,bijvoorbeeldalsereenaanhangwagenof
fietsendragerisaangekoppeld,vindtgeenstuurj ingreepplaats.
Onderbrekingvandewaarschuwing Dewaarschuwingwordtbijv.indevolgendesituj
atiesgeannuleerd:'xAutomatischnaenkeleseconden.'xBijterugkeernaardeeigenrijbaan.'xBijkrachtigremmen.'xBijrichtingaangeven.'xAlsdeDynamischeStabiliteitscontroleDSC
regelt.Grenzenvanhetsysteem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj geren.Erbestaatkansopeenongevalofschade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvanhetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Beperktewerking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijn:
'xBijdichtemistenhevigeregenofsneeuwval.'xBijontbrekende,afgesleten,moeilijkzichtj bare,samen-ofuiteenlopendeofonduidej
lijkerijbaanbegrenzingen,zoalsbijvoorbeeld bijwegwerkzaamheden.'xAlsrijbaanbegrenzingenbedektzijnmet
sneeuw,ijs,vuilofwater.'xInscherpebochtenofopsmallewegen.'xAlsrijbaanbegrenzingennietwitzijn.'xAlsrijbaanbegrenzingenbedektzijndoorobj
jecten.'xBijdichtachterhetvoorliggendevoertuigrijj den.'xBijaanhoudendeverblindendewerkingdoor
tegenlicht,bijvoorbeelddoorlaagstaande
zon.'xWanneerhetgezichtsveldvandecameraof
devoorruitrondomdebinnenspiegelvervuild
ofafgedektis.'xAlsdecameravanwegetehogetemperatuj renoververhitentijdelijkuitgeschakeldis.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.'xTijdensdekalibratieprocedurevandecamera
directnaafleveringvandeauto.Seite219VeiligheidBEDIENING219
OnlineEditionforPartno.01405A11313-VI/20

Page 220 of 466

Alsdewerkingisbeperkt,wordtereventueel
eenCheck-Control-meldingweergegeven.
Rijstrookwisselmelding
Principe Derijstrookwisselmeldingherkentvoertuigenin
dedodehoekofwanneervoertuigenopde
naastgelegenrijstrookvanachterennaderen.In
dezesituatieswordteenwaarschuwinginverj
schillendefasesgegeven.
Algemeen
Tweeradarsensorenindeachterbumperbewaj kenvanafeenminimumsnelheidhetgebiedachjterennaastdeauto.
Deminimumsnelheidislandspecifiekenwordtin
hetmenuvandeIntelligentSafety-systemen weergegeven.
Hetsysteemlaatzienwanneerzichvoertuigenin dedodehoekbevinden,pijl1,ofopdenaastgej
legenrijstrookvanachterennaderen,pijl2.
Hetlampjeindebuitenspiegelgaatgedimd
branden.
Bijveranderenvanrijbaanmetingeschakelde richtingaanwijzerwaarschuwthetsysteeminde eerdergenoemdesituaties.
Hetlampjeindebuitenspiegelknippertenhet stuurwieltrilt.
Autometwaarschuwingssysteemvoorzijdej lingseaanrijdingen:bijsnelhedentot210km/h
kanhetsysteemmeteenkorteactievestuurbej
wegingingrijpenenzohelpenomdeautoterug
opderijstrooktebrengen.Destuuringreep wordtpasvanafeenminimalesnelheiduitgejvoerd.DezeminimalesnelheidwordtopdeConjtrolDisplayinhetmenuvoorstuuringrepenweergegeven.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden
endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Er
bestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet
vanuweigenverantwoording.Doorsysteemj
beperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin
debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Overzicht
Toetsindeauto
IntelligentSafety
Seite220BEDIENINGVeiligheid220
OnlineEditionforPartno.01405A11313-VI/20

Page:   < prev 1-10 ... 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 ... 470 next >