BMW M5 2018 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 341 of 396

KoelvloeistofUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landspejcifieke en speciale uitrustingen beschreven die inde modelserie aangeboden worden. Er worden
daarom ook uitrustingen beschreven die in een
auto, bijvoorbeeld vanwege de landspecifieke of
gekozen speciale uitrusting niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsrelevante functies
en systemen. Bij gebruik van deze functies en systemen moeten de geldende wetten en voorj
schriften worden nageleefd.
Algemeen
De koelvloeistof bestaat uit water en koelvloeij stoftoevoeging.
Niet alle in de handel verkrijgbare toevoegingen
zijn voor de auto geschikt. Verdere informatie
over geschikte toevoegingen is verkrijgbaar bij
een Service Partner van de fabrikant of een anj
dere gekwalificeerde Service Partner of speciaj list.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Bij hete motor en geopend koelsysteem kan
koelvloeistof ontsnappen en tot verbranding leij den. Er bestaat kans op letsel. Het koelsysteem
alleen bij afgekoelde motor openen.
WAARSCHUWING
Toevoegingen zijn schadelijk voor de gezondj
heid en verkeerde toevoegingen kunnen de motor beschadigen. Er bestaat kans op letsel ofschade. Kleding, huid of ogen mogen niet met
toevoegingen in aanraking komen en deze mojgen niet worden ingeslikt. Alleen geschikte toejvoegingen gebruiken.
Koelvloeistofpeil
Algemeen
De auto beschikt over twee koelcircuits. Altijd het
koelvloeistofpeil van beide koelvloeistofreservoirs controleren en indien nodig bijvullen.
Koelvloeistofpeilinde
vulopeningcontroleren
1.Motor laten afkoelen.2.Dop van het koelvloeistofreservoir rechtsom iets opendraaien, zodat de overdruk kan ontjsnappen.3.Dop van het koelvloeistofreservoir openen.4.Het koelvloeistofpeil is correct, als het tussen
de min- en max-markering in de vulbuis staat.
Bijvullen
1.Motor laten afkoelen.2.Dop van het koelvloeistofreservoir rechtsom iets opendraaien, zodat de overdruk kan ontjsnappen.3.Dop van het koelvloeistofreservoir openen.Seite 341,oelvloeistofMOBILITEIT341
Online Edition for Part no. 01402989792 - II/18

Page 342 of 396

4.Zo nodig langzaam tot het correcte peil vuljlen, niet te veel bijvullen.5.Dop dichtdraaien.6.Oorzaak van het koelvloeistofverlies zo snelmogelijk laten verhelpen.
Afvalverwerking
Bij het afvoeren van koelvloeistof mettoevoegingen voor koelvloeistoffen moej
ten de betreffende milieuvoorschriften in
acht worden genomen.
Seite 342MOBILITEIT,oelvloeistof342
Online Edition for Part no. 01402989792 - II/18

Page 343 of 396

OnderhoudUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landspejcifieke en speciale uitrustingen beschreven die inde modelserie aangeboden worden. Er worden
daarom ook uitrustingen beschreven die in een
auto, bijvoorbeeld vanwege de landspecifieke of
gekozen speciale uitrusting niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsrelevante functies
en systemen. Bij gebruik van deze functies en systemen moeten de geldende wetten en voorj
schriften worden nageleefd.
BMWonderhoudssysteem
Het onderhoudssysteem wijst op vereiste onderj houdsmaatregelen en helpt zo om de auto verjkeers- en bedrijfsveilig te houden.
Evt. kunnen de omvang en intervallen van het
onderhoudssysteem verschillen afhankelijk van de landuitvoering. Vervangingswerkzaamheden,
reserveonderdelen, verbruiksmaterialen en matej riaal onderhevig aan slijtage worden afzonderlijk
berekend. Meer informatie is bij een Service Partner van de fabrikant of een andere gekwalifij
ceerde Service Partner of specialist verkrijgbaar.
ConditionBasedServiceCBS
Principe
Sensoren en speciale algoritmen houden rekej
ning met het gebruik van de auto. CBS berekent daarmee het benodigd onderhoud.
Met dit systeem kan dus het onderhoud worden
aangepast aan het individuele gebruiksprofiel.
Algemeen
Op het Control Display kan informatie over de servicebehoefte, zie pagina 152, worden weerj
gegeven.
Servicegegevensinde
afstandsbediening
In de afstandsbediening wordt continu informatie
opgeslagen over de onderhoudsbehoefte. De
Service Partner kan deze gegevens uitlezen en
een onderhoudsbeurt voor de auto voorstellen.
Overhandig de serviceadviseur daarom de afj
standsbediening waarmee het laatst werd gerej
den.
Stilstandtijden Er wordt geen rekening gehouden met stilstandj
tijden met losgekoppelde voertuigaccu.
Daarom periodieke onderhoudswerkzaamheden,zoals vervangen van de remvloeistof en eventuj
eel de motorolie en het micro-/actief-koolstoffilj
ter, door een Service Partner van de fabrikant of
een andere gekwalificeerde Service Partner of specialist laten uitvoeren.
Onderhoudsgeschiedenis
Onderhoudenreparatie Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden bijeen Service Partner van de fabrikant of een anjdere gekwalificeerde Service Partner of specialistlaten uitvoeren.
Invoeren
De uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden
worden in de onderhoudsbriefjes en in de voerj
tuiggegevens ingevoerd. De vermeldingen zijn net zoals het onderhoudsboekje het bewijs van
regelmatig onderhoud.
Seite 3430nderhoudMOBILITEIT343
Online Edition for Part no. 01402989792 - II/18

Page 344 of 396

Als een invoer in de elektronische onderhoudsjgeschiedenis van de auto wordt opgeslagen,
worden onderhoudsrelevante gegevens opgeslaj
gen in de auto en op de centrale IT-systemen van BMW AG, München.
De in de elektronische onderhoudsgeschiedenis opgeslagen gegevens kunnen na een wijziging
van de autobezitter ook door de nieuwe autobej zitter worden ingezien. Een Service Partner van
de fabrikant of een andere gekwalificeerde Serj
vice Partner of specialist kan de in de elektronij
sche onderhoudsgeschiedenis opgeslagen gej
gevens inzien.
Bezwaar De autobezitter kan bij een Service Partner van
de fabrikant of een andere gekwalificeerde Serj
vice Partner of specialist bezwaar maken tegen
de invoer in de elektronische onderhoudsgej
schiedenis met de daarmee gepaard gaande opj
slag van de gegevens in de auto en de gegej
vensoverdracht aan de autofabrikant gedurende
de tijd dat de auto in zijn bezit is. Er vindt dan
geen invoer in de elektronische onderhoudsgej
schiedenis van de auto plaats.
Weergaven Ingevoerd onderhoud op het Control Displayweergeven, zie pagina 153.
AansluitingvoorOn-Board DiagnoseOBD
Algemeen
Apparaten die op de OBD-contactdoos zijn aanj
gesloten, zetten de alarminstallatie in werking als de auto is vergrendeld. Verwijder apparaten dieop de OBD-contactdoos zijn aangesloten alvojrens de auto te vergrendelen.
Veiligheidsaanwijzing
OPMERKING
Ondeskundig gebruik van de contactdoos voor
de On-Board-Diagnose OBD kan tot storingen
aan de auto leiden. Er bestaat gevaar voor
schade. Service- en onderhoudswerkzaamhej
den via de contactdoos voor de On-Board-Diaj
gnose OBD alleen door een Service Partner
van de fabrikant, een andere gekwalificeerde
Service Partner, een gespecialiseerde werkj
plaats of door andere geautoriseerde personen
laten uitvoeren. Alleen apparaten aansluiten
waarvan het gebruik aan de contactdoos voor
On-Board-Diagnose OBD gecontroleerd is en
geen problemen oplevert.
Positie
Aan bestuurderszijde bevindt zich een OBD-aanj
sluiting voor het testen van onderdelen die voor
de emissiesamenstelling bepalend zijn.
Emissiewaarden
'xHet waarschuwingslampje knippert:
Motorstoring die tot beschadiging
van de katalysator kan leiden. Auto
onmiddellijk laten controleren.'xHet waarschuwingslampje brandt:
Verslechtering van de emissiewaarden. Auto
zo spoedig mogelijk laten controleren.Seite 344MOBILITEIT0nderhoud344
Online Edition for Part no. 01402989792 - II/18

Page 345 of 396

Terugnamevandeauto
De fabrikant van uw auto adviseert, de auto aan
het eind van zijn levenscyclus in te leveren bij
een door de fabrikant aangeduid terugnamepunt.
Voor de terugname zijn de betreffende nationale wettelijke voorschriften van toepassing. Meer inj
formatie is bij een Service Partner van de fabrij
kant of een andere gekwalificeerde Service Partj ner of specialist verkrijgbaar.
Seite 3450nderhoudMOBILITEIT345
Online Edition for Part no. 01402989792 - II/18

Page 346 of 396

VervangenvanonderdelenUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landspejcifieke en speciale uitrustingen beschreven die inde modelserie aangeboden worden. Er worden
daarom ook uitrustingen beschreven die in een
auto, bijvoorbeeld vanwege de landspecifieke of
gekozen speciale uitrusting niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsrelevante functies
en systemen. Bij gebruik van deze functies en systemen moeten de geldende wetten en voorj
schriften worden nageleefd.
Boordgereedschap
Het boordgereedschap bevindt zich in het linker opbergvak van de bagageruimte.
Wisserbladen
Veiligheidsvoorschriften
OPMERKING
Als de wisser zonder wisserblad op de ruit valt,
kan de ruit beschadigd worden. Er bestaat gej
vaar voor schade. Wisser vasthouden tijdens
het vervangen van het wisserblad. Wisser niet inklappen of inschakelen, zolang er geen wisj
serblad is gemonteerd.
OPMERKING
Opgeklapte wissers kunnen bij het openen van
de motorkap worden ingeklemd. Er bestaat gej
vaar voor schade. Voor het openen van de moj torkap erop letten dat de wissers met gemonjteerde wisserbladen op de voorruit liggen.
Voorwisserbladenvervangen
1.Voor het vervangen de wissers in uitgeklapte
stand brengen, zie pagina 134.2.Wissers volledig optillen van de voorruit.3.Toets indrukken, pijl 1, en wisserblad eruit
trekken, pijl 2.4.Nieuwe wisser bevestigen en naar beneden drukken totdat deze vastklikt in de houder.5.Wissers inklappen.Seite 346MOBILITEITVervangenvanonderdelen346
Online Edition for Part no. 01402989792 - II/18

Page 347 of 396

Lampenenverlichtingen
Algemeen
Lampenenverlichtingen Lampen en verlichting dragen in hoge mate bijaan de verkeersveiligheid.
Sommige uitrustingsvarianten hebben achter een afdekking LED-lampen als lichtbron. Deze
LED's zijn verwant met gewone lasers en worj den als lichtemitterende diode van klasse 1 gej
kenmerkt.
De fabrikant van de auto adviseert bij een defect
de desbetreffende werkzaamheden door een Service Partner van de fabrikant of een andere
gekwalificeerde Service Partner of specialist te laten uitvoeren.
Een doos met reservelampen is verkrijgbaar bij een Service Partner van de fabrikant of een anj
dere gekwalificeerde Service Partner of speciaj list.
Veiligheidsaanwijzingen, zie pagina 347, in acht
nemen.
Koplampglazen Bij koel of vochtig weer kunnen de voertuigverj
lichtingsunits aan de binnenzijde beslaan. Bij rijj
den met ingeschakeld licht verdwijnt de wasem
na korte tijd. Het koplampglas hoeft niet te worj
den vervangen.
Als zich ondanks ingeschakelde koplampen
steeds meer vocht vormt, bijvoorbeeld waterj
druppels in de lamp, de koplampen controleren
laten.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Ingeschakelde lampen kunnen heet worden. De lampen niet aanraken om verbrandingen te
voorkomen. Er bestaat kans op letsel. Lampen alleen vervangen als ze zijn afgekoeld.
WAARSCHUWING
Bij werkzaamheden aan ingeschakelde verlichj
ting kan er kortsluiting ontstaan. Er bestaat kans op letsel of schade. Bij werkzaamheden
aan de verlichting de betreffende lampen uitj schakelen. De eventueel bijgevoegde gebruiksjaanwijzing van de fabrikant van de lamp in acht
nemen.
WAARSCHUWING
Intensieve helderheid kan het netvlies van de ogen irriteren of beschadigen. Er bestaat kansop letsel. Niet rechtstreeks in de koplamp of
andere lichtbronnen kijken. Afdekkingen van LED's niet verwijderen.
OPMERKING
Verontreinigde lampen hebben een kortere lej
vensduur. Er bestaat gevaar voor schade. Het
glas van nieuwe lampen niet met de blote hand
vastpakken. Gebruik een schone doek of iets
dergelijke of pak de lamp bij de fitting vast.
Frontlampen
AdaptieveLED-koplampen
Veiligheidsaanwijzingen, zie pagina 347, in acht
nemen.
Alle lampen zijn uitgevoerd in LED-techniek. Bij een defect contact opnemen met de Service Partner van de fabrikant of een andere gekwalifijceerde Service Partner of specialist.
Achterlichten Algemeen
Veiligheidsaanwijzingen, zie pagina 347, in acht
nemen.
Seite 347VervangenvanonderdelenMOBILITEIT347
Online Edition for Part no. 01402989792 - II/18

Page 348 of 396

Alle achterlichten zijn uitgevoerd in LED-techj
niek, met uitzondering van de beide achteruitrijj
lampen in het kofferdeksel.
Bij een defect contact opnemen met de Service Partner van de fabrikant of een andere gekwalifij
ceerde Service Partner of specialist.
Achteruitrijlicht,vervangenvande
lamp
Algemeen
Veiligheidsaanwijzingen, zie pagina 347, in acht
nemen.
Lamp 21 watt, H21W.
Zondergevarendriehoek:paneel
demonteren1.Kofferdeksel openen.2.De ontgrendeling indrukken, pijl 1, en het paj
neel afnemen, pijl 2.
Metgevarendriehoek:houderdemonteren
1.Kofferdeksel openen.2.Gevarendriehoekeruitnemen, zie pagina 353.3.Beide fixatielussen met de schroevendraaier
uit het boordgereedschap indrukken in pijljrichting, pijl 1, en de houder van de gevarenjdriehoek wegnemen, pijl 2.
Scharnierafdekkingdemonteren
1.Op de scharnierafdekking beide klemmen
openen.2.De binnenste pen op de spreidnagel voorj
zichtig met een schroevendraaier eruit wipj pen. Vervolgens de spreidnagel voorzichtig
met een schroevendraaier volledig eruit wipj
pen.Seite 348MOBILITEITVervangenvanonderdelen348
Online Edition for Part no. 01402989792 - II/18

Page 349 of 396

3.Scharnierafdekking voorzichtig van de scharj
nierarm tillen, pijl 1, tot de borgpennen, pijl 2, achter de bekleding loslaat.4.De scharnierafdekking naar beneden lostrekjken.5.Tweede scharnierafdekking op dezelfde wijzedemonteren.
Binnenbekledingdemonteren
1.De acht spreidnagels met een schroevenjdraaier voorzichtig eruit wippen. Gebruik de
spreidnagels zoals hiervoor beschreven.2.Aan een zijde in de verzonken handgreep grijj
pen en de binnenbekleding voorzichtig zo ver
naar achteren trekken, pijl 1, dat de tweeborgpennen, pijl 2, achter de binnenbeklej ding loslaten.3.Aan de andere zijde op dezelfde wijze te werkgaan.4.De binnenberkleding voorzichtig van het kofjferdeksel losmaken, pijl 1, en evt. de kabel
met stekker van de schakeleenheid, pijl 2, lostrekken.5.De binnenbekleding verwijderen.
Achteruitrijlichtvervangen
1.De lamphouder in de op de reflector aangejgeven richting draaien en eruittrekken.2.Lamp licht in de lamphouder drukken, tegende klok in draaien en eruitdraaien.3.Lamphouder monteren.Seite 349VervangenvanonderdelenMOBILITEIT349
Online Edition for Part no. 01402989792 - II/18

Page 350 of 396

Binnenbekledingmonteren1.Evt. de kabel op de schakeleenheid aansluij
ten. Let erop dat de stekker vergrendelt.2.De binnenbekleding op de kofferklep plaatj
sen en met twee spreidnagels vastzetten.3.Zodanig tegen de binnenbekleding drukken,
pijlen, dat de vier borgpennen in de kofferklep
vastklikken.4.De binnenbekleding met de overige spreidj nagel bevestigen en op de spreidnagels depennen indrukken.5.Aan een kant de scharnierafdekking op debinnenbekleding steken, pijl 1, en de scharj
nierafdekking op de scharnierarm klappen,
pijl 2.6.Scharnierafekking met de spreidnagel bevesj tigen, pijl 1, en zo op de scharnierafdekking
drukken, dat de borgpenen in de kofferklep
vastklikken, pijl 2.7.Op klemmen op de scharnierafdekking sluij
ten.8.De andere scharnierafdekking opdezelfde
manier aanbrengen.9.De houder voor de gevarendriehoek en de
gevarendriehoek bevestigen of het paneel monteren.
Accu
Algemeen
De accu is onderhoudsvrij.
Specifieke informatie over de accu kan bij een Service Partner van de fabrikant of een andere
gekwalificeerde Service Partner of specialist worj
den opgevraagd.
De fabrikant van uw auto adviseert om de accu
na vervanging door een servicepartner van de faj
brikant of een andere gekwalificeerde servicej
partner of gekwalificeerde werkplaats bij de auto
te laten aanmelden. Met de nieuwe aanmelding
zijn alle comfortfuncties onbeperkt beschikbaar
en eventuele Check-Control-meldingen voor
deze comfortfuncties worden niet meer weergej
geven.
Seite 350MOBILITEITVervangenvanonderdelen350
Online Edition for Part no. 01402989792 - II/18

Page:   < prev 1-10 ... 301-310 311-320 321-330 331-340 341-350 351-360 361-370 371-380 381-390 ... 400 next >