BMW X5 2018 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 271 of 376

Praktischetipsvoorhetrijden
Achterklepsluiten
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Een geopende achterklep steekt boven de auto
uit en kan bij een ongeval, rem- of uitwijkmaj
noeuvre inzittenden en andere verkeersdeelnej mers in gevaar brengen of de auto beschadij
gen. Tevens kunnen uitlaatgassen in het
interieur binnendringen. Er bestaat kans op letj
sel of schade. Niet met geopende achterklep
rijden.
Rijdenmetgeopendeachterklep
Als u niettemin met geopende klep moet rijden:
'xAlle ruiten en het glazen dak sluiten.'xDe aanjagercapaciteit sterk verhogen.'xRustig rijden.
Heetuitlaatsysteem
WAARSCHUWING
Tijdens het rijden kunnen hoge temperaturen onder de carrosserie optreden, bijvoorbeelddoor het uitlaatsysteem. Als brandbare materiajlen, bijvoorbeeld bladeren of gras, met hete onj
derdelen van het uitlaatsysteem in contact koj
men, kunnen deze materialen ontbranden. Er
bestaat kans op letsel of schade. De aangej
brachte hitteschilden niet verwijderen of van een bodembeschermingslaag voorzien. Eropletten dat tijdens het rijden, bij stationair draaienof bij het parkeren geen brandbare materialen
met hete onderdelen van de auto in contact kunnen komen. Heet uitlaatsysteem niet aanraj
ken.
Uitlaatgaspartikelfilter
PrincipeIn het uitlaatgaspartikelfilter worden roetdeeltjes
opgevangen. De uitlaatgaspartikelfilter wordt
naar behoefte gereinigd door de roetdeeltjes onj
der hoge temperatuur te verbranden.
Algemeen
Tijdens de reinigingsduur van enkele minuten
kan het volgende optreden:'xMotor draait tijdelijk wat onregelmatiger.'xNormale vermogensontwikkeling vereist een iets hoger toerental.'xLichte rookontwikkeling uit het uitlaatsysj
teem, ook na het uitschakelen van de motor.'xGeluiden zoals draaiende radiateurventilator, ook enkele minuten na het uitschakelen vande motor.
Warmtewerendevoorruit
Het gemarkeerde vlak is niet voorzien van eenwarmtereflecterende laag.
Dit vlak gebruiken voor afstandsbedieningen van
garagedeuren, apparatuur voor de elektronische
tolheffing.
Seite 271BijhetrijdeninachtnemenRIJTIPS271
Online Edition for Part no. 01402988817 - II/18

Page 272 of 376

Mobiele
communicatieapparatuurinde
auto
WAARSCHUWING
Voertuigelektronica en draadloze apparatuur
kunnen elkaar wederzijds be

Page 273 of 376

bruiken en nooit meerdere vloermatten over elj
kaar leggen. Erop letten dat voldoende ruimte
voor de pedalen aanwezig is. Erop letten dat de vloermatten weer veilig worden bevestigd najdat deze werden verwijderd, bijvoorbeeld voor
reiniging.
Natweer
Bij nat weer, strooizout of sterke regen over een afstand van enkele kilometers licht remmen.
Andere verkeersdeelnemers daarbij niet hindej
ren.
Door de warmte die tijdens het remmen ontstaat
worden de remschijven en remvoeringen gej droogd en tegen corrosie beschermd.
De remkracht staat indien nodig onmiddellijk ter beschikking.
Afdalingen Algemeen
Op lange of steile afdalingen in de versnelling rijj
den waarin het minst moet worden geremd. Anj
ders kan het remsysteem oververhit geraken en
wordt de remwerking gereduceerd.
De remwerking van de motor kan door handmaj
tig terugschakelen, eventueel tot in de eerste
versnelling, verder worden versterkt.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Lichte maar permanente druk op het rempej
daal kan hoge temperaturen, remblokslijtage en mogelijk het uitvallen van het remsysteem totgevolg hebben. Er bestaat gevaar voor ongejvallen. Overmatige belasting van de rem vermijjden.
WAARSCHUWING
Bij stationair draaiende of afgezette motor zijn
veiligheidsrelevante functies beperkt of niet meer beschikbaar, bijvoorbeeld de remwerking
van de motor of de ondersteuning van remj kracht en besturing. Er bestaat gevaar voor onjgevallen. Niet met stationair draaiende of afgejzette motor rijden.
Corrosievanderemschijven
Corrosie van de remschijven en verontreiniging van de remvoeringen worden door de volgende
omstandigheden bevorderd:
'xWeinig gebruik van de auto.'xLange standtijden.'xGeringe belasting.'xAgressieve, zuurhoudende of alkalische reinij gingsmiddelen.
Gecorrodeerde remschijven krijgen bij het remj
men groeven die meestal niet meer kunnen worj
den verwijderd.
Condenswaterbijgeparkeerde
auto
In de airconditioning ontstaat condenswater, datonder de auto wegloopt.
Rijdenopslechtewegen
Principe Door de hogere bodemvrijheid kan met de auto
op wegen met verschillend wegdek worden gej reden.
Vierwielaandrijving kan helpen, de tractie te verj beteren.
Seite 273BijhetrijdeninachtnemenRIJTIPS273
Online Edition for Part no. 01402988817 - II/18

Page 274 of 376

Veiligheidsaanwijzing
OPMERKING
Objecten op onverharde wegen, bijvoorbeeld
stenen of takken, kunnen de auto beschadigen.
Er bestaat gevaar voor schade. Niet op onverj
harde wegen rijden.
Bijhetrijdenopslechtewegen
Voor uw eigen veiligheid en die van passagiers
en de auto letten op de volgende punten:
'xVoor het wegrijden zich vertrouwd maken
met de auto, geen risico's nemen bij het rijj
den.'xSnelheid aanpassen aan de wegcondities. Hoe steiler en hobbeliger het wegdek, hoe lajger de snelheid moet zijn.'xBij het rijden op steile hellingen of afdalingen:motorolie en koelvloeistof bijvullen tot aan de
MAX-markering. Er kan gereden worden op hellingen en afdalingen tot max. 50 %.'xBij het steil bergaf rijden Hill Descent ControlHDC gebruiken.
Het wegrijden is mogelijk op hellingen tot
32 %. Het zijdelings overhellen is toegestaan tot 50 %.'xContact van de onderzijde van de carrosserie
met de ondergrond vermijden.
De bodemvrijheid bedraagt maximaal 20 cm
en kan vari

Page 275 of 376

BeladingUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landspejcifieke en speciale uitrustingen beschreven die inde modelserie aangeboden worden. Er worden
daarom ook uitrustingen beschreven die in een
auto, bijvoorbeeld vanwege de landspecifieke of
gekozen speciale uitrusting niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsrelevante functies
en systemen. Bij gebruik van deze functies en systemen moeten de geldende wetten en voorj
schriften worden nageleefd.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Door een hoog totaalgewicht kan de band
oververhit raken, inwendig beschadigd raken en plotseling spanningsverlies veroorzaken. De rij-eigenschappen kunnen negatief worden be

Page 276 of 376

'xHeel zware bagage: bij onbezette achterbankde buitenste veiligheidsgordels in de bijbehojrende sluitingen steken.'xRugleuningen helemaal inklappen als dat
voor het plaatsen van de bagage nodig is.'xBagage niet hoger dan de bovenkant van de
rugleuningen opstapelen.'xAls bescherming voor de inzittenden bagagej
ruimteafscheidingsnet, zie pagina 257, gej
bruiken. Erop letten dat er geen voorwerpen door het bagageruimteafscheidingsnet heenkunnen dringen.'xKleine en lichte bagage: met bagagespanriejmen of met een bagagenet of trekbanden
vastzetten.'xGrotere en zware bagage: met bagagespanj riemen vastzetten.
Bevestigingsogeninde
bagageruimte
Voor het vastzetten van de bagage zijn vier bej
vestigingsogen aangebracht in de bagageruimte.
Hulpmiddelen voor het vastzetten van de baj
gage, zoals sjorbanden, spanbanden, trekbanden
of bagagenetten, aan de sjorogen in de bagagej
ruimte bevestigen.
Sjorogeninde
bagageruimtemetrails
Voor het vastzetten van de bagage zijn vier verj
schuifbare bevestigingsogen aangebracht in de
bagageruimte.
Om de sjorogen te verschuiven, knop indrukken,
zie pijl 1. Erop letten dat de sjorogen vastklikken
in de nieuwe positie.
De sjorogen kunnen bij de uitsparingen uit de
rails worden genomen.
Hulpmiddelen voor het vastzetten van de baj gage, zoals sjorbanden, spanbanden, trekbandenof bagagenetten, aan de sjorogen in de bagagejruimte bevestigen.
Bagageruimtenet,FlexNet
Het flexibele bagageruimtenet wordt aan ogen
vastgehaakt en biedt in de bagageruimte een opj
bergmogelijkheid. Het bagagenet kan aan de volj
gende ogen worden bevestigd:
Seite 276RIJTIPSBelading276
Online Edition for Part no. 01402988817 - II/18

Page 277 of 376

'xSjorogen aan de rails.'xOgen aan de bagageruimtezijde.
De ogen bevinden zich aan beide zijden van de
bagageruimte.
Hulpmiddelen voor het vastzetten van de baj gage, zoals sjormiddelen, sjorbanden, spanbanj
den, trekbanden of bagagenetten, aan de sjorj
ogen in de bagageruimte bevestigen.
Dakdrager
Algemeen
Montage alleen mogelijk bij dakreling.
Dakdragers zijn beschikbaar als speciale accesj
soires.
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Bij het rijden met dakbelasting, bijvoorbeeld
met een dakdrager, kan door het hogere zwaarj tepunt in rijkritische situaties de rijveiligheid nietmeer gewaarborgd zijn. Er bestaat kans op een
ongeval of schade. Bij het rijden met dakbelasj
ting de Dynamische Stabiliteitscontrole DSC
niet deactiveren.
Bevestiging
De montagehandleiding van de dakdrager in achtnemen.
Belading
Beladen dakdragers veranderen het rij- en stuurjgedrag van de auto omdat het zwaartepunt wordt verplaatst.
Daarom bij het beladen en rijden het volgende in acht nemen:'xToegestane dak-/aslast en toegestane totaalj
gewicht niet overschrijden.'xErop letten dat voldoende vrije ruimte overj
blijft voor het kantelen en openen van het glaj zen dak.'xDakbelading gelijkmatig verdelen.'xDakbelading mag geen groot vlak beslaan.'xDe zwaarste bagagestukken onderop leggen.'xDakbagage veilig bevestigen, bijvoorbeeld
met spanbanden vastsjorren.'xGeen voorwerpen in het zwenkbereik van de achterklep laten uitsteken.'xDefensief rijden en fel accelereren en remj
men of snel rijden in de bochten vermijden.Seite 277BeladingRIJTIPS277
Online Edition for Part no. 01402988817 - II/18

Page 278 of 376

RijdenmeteenaanhangwagenUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landspejcifieke en speciale uitrustingen beschreven die inde modelserie aangeboden worden. Er worden
daarom ook uitrustingen beschreven die in een
auto, bijvoorbeeld vanwege de landspecifieke of
gekozen speciale uitrusting niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsrelevante functies
en systemen. Bij gebruik van deze functies en systemen moeten de geldende wetten en voorj
schriften worden nageleefd.
Algemeen
Het toegestane aanhangwagengewicht, de asj
belastingen, kogeldruk en het toegestane totaalj
gewicht zijn aangegeven in de technische gegej vens.
De auto is uitgerust met een versterkte vering aan de achteras en afhankelijk van het type met
een koelsysteem met verhoogde capaciteit.
Voorhetrijden
Kogeldruk De minimale kogeldruk van 25 kg indien mogelijkniet onderschrijden en de maximale kogeldruk zo veel mogelijk benutten.
De maximale belading van de trekkende auto wordt door het gewicht van de trekhaak en dekogeldruk verminderd. De kogeldruk verhoogthet gewicht van de auto. Het maximaal toelaatjbaar totaalgewicht van de trekkende auto mag
daardoor niet worden overschreden.
Belading De bagage zo gelijkmatig mogelijk over het laadjvlak verdelen.
De belading zo laag mogelijk en in de nabijheidvan de aanhangerassen opbergen. Een lager
aanhangerzwaartepunt verhoogt de veiligheid van de totale combinatie.
Het toegestane totaalgewicht van de aanhanger
en de toegestane aanhangerlast van de auto moj
gen niet overschreden worden. De laagste
waarde is altijd beslissend.
Bandenspanning Let op de bandenspanning van de auto en de
aanhanger.
Voor de auto geldt de bandenspanning, zie paj gina 301, voor hogere belading.
Bij de aanhanger zijn de voorschriften van de faj
brikant maatgevend.
BandenpechwaarschuwingRPA
Na correctie van de bandenspanning of het aan- of afkoppelen van een aanhangwagen een initialij
sering van de bandenpechwaarschuwing RPA
uitvoeren.
BandenspanningscontroleRDC Na correctie van de bandenspanning of het aan-
of afkoppelen van een aanhangwagen een reset
van de bandenspanningscontrole RDC uitvoeren.
Buitenspiegels
De wetgever schrijft twee buitenspiegels voor
die de beide achterkanten van de aanhanger laj
ten zien. Dergelijke spiegels zijn als accessoires bij een Service Partner van de fabrikant of eenandere gekwalificeerde Service Partner of specij
alist verkrijgbaar.
Stroomverbruik Voor het begin van de rit de werking van de achj
terlichten van de aanhangwagen controleren.Seite 278RIJTIPSRijdenmeteenaanhangwagen278
Online Edition for Part no. 01402988817 - II/18

Page 279 of 376

Het vermogen van de aanhangwagenachterlichj
ten mag de volgende waarden niet overschrijden:'xRichtingaanwijzers: per zijde 42 watt.'xAchterlichtlampen: per zijde 50 watt.'xRemlichten: samen 84 watt.'xMistachterlichten: samen 42 watt.'xAchteruitrijlamp: samen 42 watt.
Inschakeltijden van de stroomverbruikers bij het
rijden met een caravan kort houden om leegloj
pen van de accu te voorkomen.
Rijdenmeteen aanhangwagen
Algemeen
Als er iets is aangesloten op een aanhangwagenj contactdoos, zijn sommige rijhulpsystemen niet
of slechts beperkt beschikbaar. Evt. wordt er een Check-Control-melding weergegeven.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Vanaf ca. 80 km/h kan de aanhangwagen, afj
hankelijk van de constructie en voertuigbelaj ding, in slingerbewegingen raken. Er bestaatkans op een ongeval of schade.
Bij het rijden met een aanhanger snelheid aanj
passen. Bij slingerbewegingen direct remmen
en de nodige stuurcorrecties zo voorzichtig
mogelijk uitvoeren.
WAARSCHUWING
Door de grotere asbelasting bij het rijden met
een aanhangwagen moet de bandenspanning
worden aangepast. Bij het rijden met een te lage bandenspanning kunnen de banden bej
schadigd raken. Er bestaat kans op een ongej val of schade. Snelheid van 100 km/h niet overj
schrijden. De bandenspanning van het
trekkende voertuig met 0,2 bar verhogen. Daarj
bij de maximum bandenspanning die op de
banden worden aangegeven in acht nemen.
Klimvermogen
In verband met de veiligheid en de verkeersdoorj
stroming is trekken van een aanhanger toegej staan tot hellingen van 12 %.
Als hogere aanhangergewichten zijn toegestaan,
geldt een grens van 8 %.
HellingopwaartswegrijdenDe parkeerrem wordt bij het bedienen van het
gaspedaal automatisch vrijgezet.
Om terugrollen bij wegrijden te voorkomen, parj
keerrem gebruiken.1. Kort voor het wegrijden aan de schakej
laar trekken en loslaten.
De parkeerrem is vastgezet.2.Voor het wegrijden voldoende gas geven.
Afdalingen
Op afdalingen vertoont een combinatie eerder de neiging te gaan slingeren.
Voor de helling handmatig terugschakelen in de
volgende lagere versnelling en langzaam naar beneden rijden.
Grotebelastingenenhoge
buitentemperatuur
OPMERKING
Bij lange ritten met een hoog aanhangwagenj
gewicht, een hoge buitentemperatuur en gej
ringe tankinhoud kan het brandstofsysteem
oververhit raken en het motorvermogen afnej
men. Er bestaat gevaar voor schade. Op tijd
tanken. Bij lange ritten met een hoog aanhangj
wagengewicht en een hoge buitentemperatuur
Seite 279RijdenmeteenaanhangwagenRIJTIPS279
Online Edition for Part no. 01402988817 - II/18

Page 280 of 376

moet de brandstoftank voor meer dan 1/4 gej
vuld zijn.
Aanhangerstabilisatieregeli ng
Principe Dit systeem helpt bij het opvangen van de slinj
gerbeweging van de aanhanger.
Het herkent de slingerbewegingen en remt de
auto automatisch snel af, teneinde het kritieke
snelheidsbereik te verlaten en de combinatie te
stabiliseren.
Als de aanhangercontactdoos in gebruik is zonj der dat er een aanhanger is aangekoppeld, kan het systeem in extreme verkeerssituaties evenj
eens in werking treden bijv. bij gebruik van een fietsendrager met verlichting.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
Het systeem werkt bij het trekken van een aanj
hanger en gebruikte aanhangercontactdoos vanaf ca. 65 km/h.
Grenzenvanhetsysteem
'xHet systeem kan niet ingrijpen als de aanhanj
ger meteen schaart, bijv. op bij gladheid of op
wegen met een losse ondergrond.'xAanhangers met een hoog zwaartepunt kunj nen kantelen voordat een slingerbeweging
wordt herkend.'xHet systeem is buiten bedrijf, wanneer de dyj
namische stabiliteitscontrole DSC gedeactij veerd of uitgevallen is.Trekhaakmetelektrisch
draaibarekogelkop
Algemeen
De wegdraaibare kogelkop bevindt zich aan de
onderzijde van de auto.
LED in de knop brandt groen als het systeem
bedrijfsklaar is.
De toets voor het uit- en inzwenken van de koj
gelkop bevindt zich achter de rechterzijbekleding
in de bagageruimte.
Veiligheidsvoorschriften
OPMERKING
De trekhaak is geschikt voor gebruik met een
aanhangwagen. Een uitgeklapte kogelkop van
de trekhaak kan worden vastgedraaid als zonj
der aanhangwagen of bagagedrager wordt gej
reden. Er bestaat gevaar voor schade. De koj
gelkop inklappen, als zonder aanhangwagen of
bagagedrager wordt gereden.
WAARSCHUWING
Bij een niet vergrendelde kogelkop kunnen inj
stabiele rijtoestanden of ongevallen optreden. Er bestaat kans op een ongeval of schade.
Voordat met een aanhangwagen of bagagedraj
ger wordt gereden, controleren of de kogelkop
correct vergrendeld is.
Seite 280RIJTIPSRijdenmeteenaanhangwagen280
Online Edition for Part no. 01402988817 - II/18

Page:   < prev 1-10 ... 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 281-290 291-300 301-310 311-320 ... 380 next >