BMW X6 2017 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 91 of 316

Overzicht1Brandstofmeter\_982Controle- en waarschuwingslampjes\_ 943Snelheidsmeter4Variabele weergaven5Toerenteller\_98Selectielijsten\_ 104
ECO PRO-weergaven\_ 2336Motorolietemperatuur\_ 987Boordcomputer\_1048Kilometers resetten\_ 99Veranderingvandeweergavenin-/
uitschakelen
Er kan ingesteld worden of het instrumentenj
display bij een verandering van het rijproj gramma naar de ECO PRO- of SPORT-weerj
gave automatisch wisselt naar de
overeenkomstige weergave.
Op het Control Display:1."Instellingen"2."Info-display"3."ECO PRO info"
of "Rijmodusweergave"MetnavigatiesysteemProfessional:
vergrootglasfunctiein-/uitschakelen
De actuele snelheid kan in de snelheidsaanduijding vergroot worden weergegeven.
Via iDrive:1."Instellingen"2."Info-display"3."Loepfunctie"Seite 91WeergavenBediening91
Online Edition for Part no. 01402977606 - II/17

Page 92 of 316

ECOPROweergeven1Snelheidsmeter2Variabele weergaven: ECO PRO-tips, Aanj
wijzingen vertragingsassistent, Weergaven bestuurdersassistentiesystemen3Effici

Page 93 of 316

Sport-weergaven1Snelheidsmeter2Toerenteller\_983Transmissie-aanduiding4Shift Lights, bij overeenkomstige uitrusting5Vermogensweergave6Variabele weergavenIn de rijmodus Sport en Sport+ schakelt het inj
strumentendisplay naar de sportweergaven. Deze weergave ondersteunt een sportieve
rijstijl door een duidelijkere weergave van de
toerenteller, de transmissie-aanduidingen en
de snelheid.
ShiftLights
Principe
Bij overeenkomstige uitrusting geven Shift
Lights het optimale schakeltijdstip in de toej renteller aan. Daarmee wordt bij sportieve rijstjijl de best mogelijke acceleratie van de auto
behaald.
Algemeen
Steptronic Sport versnellingsbak: shift Lights worden weergegeven, als het rijprogramma
SPORT+ geactiveerd is. Bovendien moet dehandbediening M van de transmissie worden
geactiveerd.
ShiftLightsinschakelen Steptronic Sport versnellingsbak:1.SPORT+ selecteren via de rijbelevingsj
schakelaar.2.Handbediening M/S van de transmissie acj tiveren.Seite 93WeergavenBediening93
Online Edition for Part no. 01402977606 - II/17

Page 94 of 316

Weergave'yHet huidige toerental wordt op de toerenjteller weergegeven.'yPijl 1: achter elkaar geel brandende velden
wijzen op de verhoging van het toerental.'yPijl 2: achter elkaar oranje brandende
velden wijzen op het aanstaande schakelj tijdstip.'yPijl 3: velden branden rood. Uiterlijk op datmoment schakelen.
Bij het bereiken van het toegestane maximale
toerental knippert de gehele weergave. Bij het overschrijden van het maximale toerental
wordt ter bescherming van de motor de brandj
stoftoevoer verminderd.
Check-Control
Principe Check-Control controleert functies in de autoen geeft een melding als in de bewaakte systejmen een storing is opgetreden.
Algemeen
Op het instrumentenpaneel en op het Head-
Up Display wordt een Check-Control-melding weergegeven als een combinatie van controle-of waarschuwingslampjes en textuele meldinj
gen.
Tevens klinkt er eventueel een akoestisch sigj naal en verschijnt er een tekstbericht op het
Control Display.
Controle-enwaarschuwingslampjes
Algemeen
Controle- en waarschuwingslampjes op het inj
strumentenpaneel kunnen in verschillende
combinaties en kleuren gaan branden.
Van sommige lampen wordt bij het starten van de motor of inschakelen van het contact de
werking gecontroleerd, waarbij deze even kort branden.
Rodelampjes
Gordelherinnering De veiligheidsgordel aan de bestuurj
derszijde is niet omgedaan. Bij somj mige landuitvoeringen: passagiersgorj
del niet omgegespt of voorwerpen herkend op
de passagiersstoel.
Controlelampje knippert of brandt: Veiligheidsj
gordel aan bestuurders- of passagierszijde is
niet omgedaan. De gordelherinnering kan ook
in werking treden als er voorwerpen op de pasj
sagiersstoel liggen.
Controleren of de veiligheidsgordel correct is
omgedaan.
Gordelwaarschuwingvoorachterbank Rood: De veiligheidsgordel van de bejtreffende zitplaats op de achterbank is
niet vastgemaakt.
Groen: De veiligheidsgordel van de betrefj fende zitplaats op de achterbank is vastgejmaakt.
Airbagsysteem Airbagsysteem en gordelspanner zijn
mogelijk defect.
De auto zo snel mogelijk door een Serj
vice Partner van de fabrikant of een andere gej kwalificeerde Service Partner of specialist lajten controleren.Seite 94BedieningWeergaven94
Online Edition for Part no. 01402977606 - II/17

Page 95 of 316

ParkeerremParkeerrem is vastgezet.
Parkeerrem vrijzetten, zie pagina 77.
Remsysteem Remsysteem vertoont een storing.
Voorzichtig doorrijden.
De auto zo snel mogelijk door een Serj
vice Partner van de fabrikant of een andere gej kwalificeerde Service Partner of specialist lajten controleren.
Botsingswaarschuwing Controlelampje brandt: Vooralarm, bijjvoorbeeld bij een dreigend botsingsgejvaar of bij zeer geringe afstand tot een
voorligger.
Afstand vergroten.
Controlelampje knippert: Acute waarschuwing
bij direct botsingsgevaar, als de auto met relaj tief hogere, andere snelheid een andere auto
nadert.
Ingrijpen door te remmen en eventueel uit te
wijken.
Persoonswaarschuwing Symbool op het instrumentenpaneel.
Dreigt er een botsing met een herkent
persoon, dan licht het symbool op en
klinkt er een signaal.
Symbool op het instrumentendisplay.Dreigt er een botsing met een herkent
persoon, dan licht het symbool op en
klinkt er een signaal.Oranjelampjes
Actievesnelheidsregeling De gekozen afstand tot het voorligj
gende voertuig wordt aangegeven door
het aantal dwarsbalken.
Actieve snelheidsregeling met Stop&Go-funcj
tie, ACC, zie pagina 161.
Voertuigherkenning,actieve
snelheidsregeling
Controlelampje brandt: Voorligger gej
detecteerd.
Controlelampje knippert: Aan de voorj
waarden voor het gebruik van het systeem
wordt niet meer voldaan.
Het systeem is gedeactiveerd, maar remt af tot
uw actieve overname door indrukken van het
rempedaal of het rijpedaal.
Gelelampjes
AntiblokkeersysteemABS Rembekrachtiger mogelijk defect. Plotj
seling remmen vermijden. Houd rekej ning met een langere remweg.
Direct door een Service Partner van de fabrij kant of een andere gekwalificeerde ServicePartner of specialist laten controleren.
DynamischestabiliteitscontroleDSC Controlelampje knippert: DSC regelt de
aandrijf- en remkrachten. De auto
wordt gestabiliseerd. Snelheid verlagen
en rijstijl aan de wegomstandigheden aanpasj sen.
Controlelampje brandt: DSC is uitgevallen. Het systeem door een Service Partner van de
fabrikant of een andere gekwalificeerde Serj
vice Partner of specialist laten controleren.Seite 95WeergavenBediening95
Online Edition for Part no. 01402977606 - II/17

Page 96 of 316

Dynamische stabiliteitscontrole DSC, zie paj
gina 153.
DynamischestabiliteitscontroleDSC
gedeactiveerdofdynamische
tractiecontroleDTCgeactiveerd
Dynamische stabiliteitscontrole DSC is
gedeactiveerd of dynamische tractiej controle DTC is geactiveerd.
Dynamische stabiliteitscontrole DSC, zie paj
gina 153, endynamische tractiecontrole DTC,
zie pagina 154.
BandenpechwaarschuwingRPA De bandenpechwaarschuwing meldt
spanningsverlies in een band.
Snelheid verminderen en voorzichtig
stoppen. Heftige rem- en stuurbewegingen
vermijden.
Bandenpechwaarschuwing, zie pagina 125.
BandenspanningscontroleRDC Het controlelampje brandt.
e bandenspanningscontrole meldt een
lage bandenspanning of bandenpech.
De informatie in de Check-Control-melding in acht nemen.
Het controlelampje knippert en brandt vervolj gens continu.
Er kan geen bandenpech of geen verlies van bandenspanning herkend worden.'yStoring door installaties of apparaten met dezelfde zendfrequentie: na verlaten van
het storingsgebied wordt het systeem auj tomatisch weer actief.'yRDC kan de reset niet voltooien: voer de
reset van het systeem opnieuw uit.'yWiel zonder RDC-elektronica is gemonj
teerd: Evt. laten controleren door een Serj vice Partner van de fabrikant of een anderegekwalificeerde Service Partner of speciajlist.'yStoring: het systeem door een ServicePartner van de fabrikant of een andere gej
kwalificeerde Service Partner of specialist
laten controleren.
Bandenspanningscontrole, zie pagina 121.
Stuursysteem Stuursysteem mogelijk defect.
Het stuursysteem door een Service
Partner van de fabrikant of een andere
gekwalificeerde Service Partner of specialist laten controleren.
Emissiewaarden Storing in werking van de motor.
De auto door een Service Partner van
de fabrikant of een andere gekwalifij
ceerde Service Partner of specialist laten conj troleren.
Aansluiting voor On-Board Diagnose, zie paj
gina 271.
LaneDepartureWarning Als het systeem is ingeschakeld, wordt
er bij het verlaten van een herkende rijj baan zonder eerst de richting aan te
geven onder bepaalde omstandigheden een
waarschuwing gegeven.
Waarschuwing rijbaan verlaten, zie paj
gina 143.
Mistachterlicht Mistachterlichten zijn ingeschakeld.
Mistachterlicht, zie pagina 115.
Seite 96BedieningWeergaven96
Online Edition for Part no. 01402977606 - II/17

Page 97 of 316

Groenelampjes
Richtingaanwijzers Richtingaanwijzers ingeschakeld.
Ongewoon snel knipperen van de conj trolelampje duidt op een uitgevallen
richtingaanwijzerlampje.
Richtingaanwijzers, zie pagina 79.
Stadslicht,rijlicht Stadslicht of rijlicht is ingeschakeld.
Parkeer-/dimlicht, verlichtingsregeling,
zie pagina 111.
Mistlamp Mistlampen zijn ingeschakeld.
Mistlamp, zie pagina 115.
Grootlichtassistent Grootlichtassistent is ingeschakeld.
Het grootlicht wordt afhankelijk van de
verkeerssituatie automatisch in- en uitj
geschakeld.
Grootlichtassistent, zie pagina 114.
Snelheidsregeling Systeem is ingeschakeld. De snelheiddie met de bedieningselementen op
het stuurwiel is ingesteld wordt aangej
houden.
Handmatigesnelheidsbegrenzer Controlelampje brandt: Het systeem is
ingeschakeld.
Controlelampje knippert: De ingestelde
snelheidslimiet wordt overschreden. Er klinkt
eventueel een signaal.
Verminder de snelheid of deactiveer het sysj
teem.AutomaticHold
Automatic Hold is ingeschakeld. De
auto wordt bij stilstand automatisch op
zijn plaats gehouden.
Automatic Hold, zie pagina 77.
Blauwelampjes
Grootlicht Grootlicht is ingeschakeld.
Grootlicht, zie pagina 80.
Check-Control-meldingen
onderdrukken
Toets op de richtingaanwijzerschakelaar inj
drukken.
Permanenteweergave Enkele Check-Control-meldingen worden perj
manent weergegeven en blijven zichtbaar, totj dat de storing is opgelost. Bij meerdere gelijkjtijdige storingen worden de meldingen na
elkaar weergegeven.
Deze meldingen kunnen gedurende circa 8 sej conden onzichtbaar worden gemaakt. Hiernaworden deze weer automatisch weergegeven.
Tijdelijkeweergave
Andere Check-Control-meldingen verdwijnen na circa 20 seconden automatisch. Deze
Check-Control-meldingen blijven opgeslagen
en kunnen opnieuw worden weergegeven.
Seite 97WeergavenBediening97
Online Edition for Part no. 01402977606 - II/17

Page 98 of 316

OpgeslagenCheck-Control-
meldingenweergeven
Via iDrive:1."Auto-info"2."Autostatus"3. "Check Control"4.Tekstmelding selecteren.
Weergave
Check-Control Minimaal één Check-Control-melding
wordt weergegeven of is opgeslagen.
Tekstmeldingen Tekstmeldingen in combinatie met een symjbool in het instrumentenpaneel geven uitlegover een Check-Control-melding en de betejkenis van de controle- en waarschuwingslampjjes.
Aanvullendetekstmeldingen Meer informatie, bijvoorbeeld over de oorzaak
van een storing en de noodzaak tot ingrijpen,
kan worden opgeroepen via Check-Control.
Bij dringende meldingen wordt de aanvullende
tekst automatisch op het Control Display gej
toond.
Verderehulp
Afhankelijk van de Check-Control-melding kan verdere hulp geselecteerd worden.
'y "Handleiding"
Bijkomende informatie over de Check-
Control-melding weergeven in de geïntej
greerde handleiding.'y "Serviceaanmelding"
Contact opnemen met een Service Partner van de fabrikant of een andere gekwalifijceerde Service Partner of specialist.'y "Pechhulp"Contact opnemen met de Mobile Service.
Meldingenaanheteindevanderit
Bepaalde meldingen die tijdens het rijden zijn weergegeven worden na het uitschakelen van
het contact opnieuw weergegeven.
Brandstofmeter De pijl naast het benzinepompj
symbool toont, afhankelijk de
uitvoering, aan welke kant van de auto de tankdopklep zit.
Het hellen van de auto kan tot
schommelingen in de weergave leiden.
Aanwijzingen voor tanken, zie pagina 242.
Toerenteller Vermijd beslist toerentallen in het rode waarjschuwingsgebied. In dit gebied wordt ter bej
scherming van de motor de brandstoftoevoer
verminderd.
Motorolietemperatuur
'yKoude motor: de wijzer staat
op de laagste temperatuurj
waarde. Rij met gering toej
rental en matige snelheid.'yNormale bedrijfstemperaj
tuur: de wijzer bevindt zich in
het midden of in de linkerj
helft van de temperatuurmej
ter.'yHete motor: de wijzer staat op de hoogste temperatuurwaarde. Bovendien wordt eenCheck-Control-melding weergegeven.Seite 98BedieningWeergaven98
Online Edition for Part no. 01402977606 - II/17

Page 99 of 316

Koelvloeistoftemperatuur
Indien de koelvloeistof en daarmee de motor te heet wordt, verschijnt er een Check-Control-
melding.
Koelvloeistofpeil controleren.
Kilometer-endagteller Weergave'yKilometerteller, pijl 1.'yDagteller, pijl 2.
Kilometersweergeven/resetten Toets indrukken.
'yBij uitgeschakeld contact
worden de tijd, buitentemj
peratuur en kilometerteller
weergegeven.'yBij ingeschakeld contact wordt de dagteller teruggezet.
Buitentemperatuur
WAARSCHUWING
Ook bij temperaturen boven +3 

Page 100 of 316

ActieradiusweergevenAfhankelijk van de uitrusting kan de actieradius
ook als balkweergave in het instrumentenpaj
neel worden weergegeven.
Via iDrive:1."Instellingen"2."Info-display"3."Overige weergaven"
Metnavigatiesysteem:reikwijdtebij
actieveroutebegeleiding
Bij desbetreffende uitvoering
wordt bij actieve routebegeleij
ding de verwachte brandstofverj bruik tot het reisdoel weergegej
ven.
Momenteelverbruik Weergave Afhankelijk van de uitrusting kan
het huidige brandstofverbruik op
het instrumentenpaneel worden
weergegeven. Er kan worden gecontroleerd hoe zuinig en mij
lieubewust wordt gereden.
Momenteelverbruikweergeven
Via iDrive:
1."Instellingen"2."Info-display"3."Overige weergaven"
De weergavebalk voor het momenteel verbruik
wordt in het instrumentenpaneel weergegej
ven.
Energieterugwinning
Weergave Bewegingsenergie van de auto
wordt tijdens accelaratie omgej
zet in elektrische energie. De
accu wordt gedeeltelijk geladen
en het brandstofverbruik kan
worden verlaagd.
Benodigdonderhoud
Principe De functie geeft het benodigde onderhoud en
de overeenkomstige onderhoudsomvang aan.
Algemeen
Afstand of tijd tot het volgende onderhoud
wordt na inschakelen van het contact kort
weergegeven in het instrumentenpaneel.
De actuele servicebehoefte kan door een serj
viceadviseur worden uitgelezen uit de afj
standsbediening.
Weergave
Gedetailleerdeinformatieoverhet
benodigdeonderhoud
Nadere informatie over de omvang van het onjderhoud kan op het Control Display worden
weergegeven.
Via iDrive:1."Auto-info"2."Autostatus"3. "Servicebehoefte"
Noodzakelijke omvang van het onderhoud
en zo nodig wettelijk voorgeschreven keuj ringen worden weergegeven.4.Vermelding selecteren om nadere informajtie te laten weergeven.Seite 100BedieningWeergaven100
Online Edition for Part no. 01402977606 - II/17

Page:   < prev 1-10 ... 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 ... 320 next >