CITROEN C-ZERO 2014 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 101 of 177

8
Praktische informatie
99









Een lamp vervangen
1.Richtingaanwijzers(W21W - 21 W).2.Parkeerlicht (W5W - 5 W).3.Grootlicht (HB3 - 60 W).4.Dimlicht (H11 - 55 W).

De koplampunits zijn voorzien van glasvan polycarbonaat met een speciale vernislaag: )reinig de koplampen nooit met een droge of schurende doek engebruik geen oplosmiddelen,)
gebruik een spons met zeepwater,)
wanneer u met eenhogedrukreiniger hardnekkig vuil probeert te verwijderen, houdde straal dan nooit langdurig opde koplampen, de achterlichten en de randen er van gericht, ombeschadiging van de vernislaag en de afdichtrubbers te voorkomen, )
raak de lamp niet met de vingersaan, maar gebruik een niet-pluizende doek.


Bij het ver vangen van lampen moet deverlichting minstens enkele minuten uitgeschakeld zijn (risico van ernstige verbranding).
In verband met het behoud van de kwaliteit van de koplampen mogen uitsluitend anti-UV-lampen worden gebruikt. Vervang een kapotte lamp altijd door een nieuwe lamp met dezelfdespecificaties.
Verlichting vóór

5. Mistlampen vóór r(H8 - 35 W).6.Dagrijverlichting (P13W - 13 W).

Page 102 of 177

Praktische informatie
100
) Maak het kapje B
met behulp van een schroevendraaier die gewikkeld is in een
doek, los.) Draai de moer C
los tot de bovenkant van de moer de bekleding raakt.
)Ver wijder de clips waarmee de
bumper vastzit met behulp van een
schroevendraaier.)Duw de bumper voorzichtig omhoog. Om een defecte lamp te kunnen ver van
gen, moet u eerst de koplampunit ver wijderen. Om de koplampunit te ver wijderen: )Open de voorklep. )Druk op de lip A
om de stekker los te
maken.
Toegang tot de lampen

Page 103 of 177

8
Praktische informatie
101
Draai de bevestigingsmoer Dlos, terwijl u
de bumper omhoog houdt. )Draai de moer E los.
)
Trek de koplampunit naar u toe en maak
de lip Flos om de koplamp in zijn geheel te kunnen ver wijderen.

Page 104 of 177

Praktische informatie
102
Parkeerlicht vervangen
) Draai de lamphouder linksom en verwijder deze. )
Verwijder en vervang de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde
volgorde.

Grootlicht vervangen
)Draai de lamphouder linksom en ver wijder deze.)Verwijder de lamp door de lip in te drukken. )Vervang de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde
vol
gorde.
Lamp van richtingaanwijzer vervangen
)Draai de lamphouder naar links en
ver wijder deze. )Ver wijder en ver vang de lamp.
Voer het monteren in de omgekeerdevolgorde uit.

De amberkleurige lampen moetenworden vervangen door lampen metdezelfde kleur en eigenschappen.

Page 105 of 177

8
Praktische informatie
103
Lampen dimlicht vervangen
)Draai de lamphouder linksom en ver wijder deze.)Verwijder de lamp door de lip in te drukken.)Vervang de lamp.
Voer het monteren in omgekeerde volgorde uit.
Lampen van mistlampen /
verlichting overdag ver vangen
) Draai de wielen zo ver mogelijk naar buiten, om toegang tot de lampen te
vergemakkelijken. ) Ver wijder de bevestigingsclips van het
deksel van de lamphouder.
) Ver wijder het deksel.
)
Draai de lamphouder (Avoor demistlampen, B
voor de verlichting overdag)naar links en ver wijder deze.)
Ver wijder en vervang de lamp
.
Voer het monteren in omgekeerde volgorde uit.

Page 106 of 177

Praktische informatie
104
1.Remlicht / parkeerlicht(21 W/15 W of diodes).2.Richtingaanwijzers (W Y21W - 21 W).3.Achteruitrijlicht (W21W - 21 W).
Achterlichten
De amberkleurige lampen, zoals de richtingaanwijzers, moeten wordenvervangen door lampen met dezelfdeeigenschappen en kleur.
Onder bepaalde weersomstandigheden (lage temperatuur, vochtigheid) kan zich een laagje condens aan de binnenzijde van de koplampen en de achterlichten vormen; dit verdwijntenkele minuten na het ontsteken vande koplampen.

Vervangen van de geïntegreerde
zijknipperlichten (WY5W - 5W)
)Druk het knipperlicht naar achteren en
ver wijder het. )Draai de lamphouder naar links en
verwijder deze.
)Ver wijder en ver vang de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde
volgorde.
Toegang tot de lampen
)Draai de twee bouten los.)Trek de achterlichtunit naar u toe om dezete verwijderen.

Page 107 of 177

8
Praktische informatie
105
Richtingaanwijzers vervangen
) Draai de lamphouder naar links en
ver wijder deze.) Verwijder de lamp en ver vang deze.Voer het monteren in de omgekeerde
volgorde uit.

Remlicht / parkeerlicht vervangen (21 W / 15 W)
Remlichten / parkeerlicht(diodes) ver vangen

Alle werkzaamheden aan diodes moeten worden uitgevoerd door het CITROËN-netwerk
o
f een gekwalificeerde werkplaats.

Lamp achteruitrijlichten
ver vangen
) Draai de lamphouder naar links en
ver wijder deze. ) Ver wijder de lamp en vervang deze.
Voer het monteren in de omgekeerde volgorde uit.
)Draai de lamphouder naar links en
ver wijder deze. )Verwijder de lamp en vervang deze.
Voer het monteren in de omgekeerde volgorde uit.

Page 108 of 177

Praktische informatie
106
Vervangen van de mistlamp(W21W - 21W)
)Ver wijder de afdekkap. )Draai de lamphouder naar links en
ver wijder deze. )Ver wijder en ver vang de lamp.
Voer het monteren uit in de om
gekeerde
volgorde.
Vervangen van het derde remlicht (W5W - 5W)
) Ver wijder de 2 bouten. )
Verwijder de lamphouder.)
Ver wijder en vervang de defecte lamp.
Montage: verricht de handelingen voor het
demonteren in om
gekeerde volgorde.

Vervangen van dekentekenplaatverlichting (W5W - 5W)

)Duw de afdekking naar binnen. )Draai de lamphouder en ver wijder deze.)Ver wijder de defecte lamp en vervang hem.
Voer om de lamp te monteren de handelingen in omgekeerde volgorde uit.

Page 109 of 177

8
Praktische informatie
107










Zekeringen vervangen
zekeringen is bevestigd aan de binnenzijde
van het deksel van de zekeringkast in het
dashboard (links).
To egang:)Klik het deksel los en trek het in zijn geheelnaar u toe. )Neem de zekeringentang los.


To egang tot het gereedschap
Voordat u een zekering ver vangt, dient u eerstde oorzaak van de storing op te sporen en te(laten) verhelpen.)
Controleer of het contact in de stand " LOCK" staat. )
Traceer de defecte zekering door de geleidende draad te bekijken.
Vervangen van een zekering
Goed Defect
)
Gebruik de speciale tang om de zekering uit de houder te nemen.)
Vervang een zekering altijd door een zekering met dezelfde stroomsterkte. )
Controleer of het getal op de zekeringkast en de stroomsterkte op de zekeringovereenkomen met de waarden in de onderstaande tabel.

CITROËN is niet verantwoordelijk voor kosten die voortvloeien uit het verhelpen van storingen veroorzaakt door het monteren van extra accessoires die niet door haar aanbevolen en geleverd worden of door voorzieningen die niet volgensde voorschriften van CITROËN zijn gemonteerd. Dit geldt met name voor apparatuur met een stroomverbruik vanmeer dan 10 milliampère.

Bij het ontwerp van het elektrischecircuit van uw auto is reeds rekeninggehouden met de montage van zowel destandaarduitrusting als eventuele opties.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats voordatu andere elektrische voorzieningen of accessoires in de auto monteert of laat monteren.

Page 110 of 177

Praktische informatie
108
Zekeringen dashboard
De zekeringkast bevindt zich in het onderste deel van het dashboard aan de linkerzijde.
ZekeringAmpèreFuncties
17,5 A Parkeerlichten vóór en linksachter.
215 A 12V-aansluiting.
3- Niet gebruikt.
47,5 A Startmotor.
520
A Audio-installatie.
6
- Niet gebruikt.
7
7,5 A Boorduitrusting, parkeerlichten vóór en rechtsachter.
87,5 A Elektrisch bediende buitenspiegels.
97,5 A
Supervisor.
107,5 A
Airconditioning.
1110 A
Mistachterlicht.
1215 A Centrale vergrendeling.
13 10 A
Pl
afonnier.

Page:   < prev 1-10 ... 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 ... 180 next >