CITROEN C3 PICASSO 2014 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 81 of 290

4
Toegang tot de auto
79















Vulpistoolrestrictie (diesel) *


Werking

Wanneer u bij een dieseluitvoering een
benzinetankpistool in de tankopening plaatst,
wordt dit tegengehouden door een klep,
waardoor het vergrendeld blijft en er dus nietgetankt kan worden.Probeer in dat geval niet toch te tankenmaar kies een dieseltankpistool.
*

Volgens land van bestemming.
Het vullen van de brandstoftank met behulp van een jerrycan is wel mogelijk. Houd de tuit van de jerrycan recht,druk deze niet tegen de klep van devulpistoolrestrictie en giet voorzichtig om ervoor te zorgen dat de brandstof netjes in de vulopening stroomt.
Reizen naar het buitenland
Omdat de tankpistolen voor het tanken van Diesel per land kunnen verschillen, kan de aanwezigheid van een tankbeveiliging op de auto er toe leidendat tanken niet mogelijk is.
Wij adviseren u daarom voordat u naar het buitenland afreist bij het CITROËN-netwerk te informeren of uw auto geschikt is om in het desbetreffende land te kunnen tanken.


Dit mechanisme is aangebracht in auto's met een dieselmotor, waardoor het onmogelijk is om benzine te
tanken. Hiermee wordt schade aan motoren, ontstaan door het tanken van de verkeerde brandstof, voorkomen.
Deze voorziening, die in de tankopening is ingebouwd, is zichtbaar zodra u de brandstoftankdop
ver wijdert.

Page 82 of 290

Zicht
80














Lichtschakelaar
Met de lichtschakelaar kunt u de verlichting van de auto selecteren en inschakelen.
Hoofdverlichting

De lichtschakelaar heeft verschillende standen
om de zichtbaarheid van de auto en het zicht
van de bestuurder aan te passen aan de
omgeving:


- parkeerlicht: om gezien te worden,
- dimlicht: voor een optimaal zicht zonder
medeweggebruikers te verblinden,

- grootlicht: voor een optimaal zicht op
wegen zonder medeweggebruikers.

Aanvullende verlichting

Uw auto is voorzien van aanvullende verlichting
voor specifieke weersomstandigheden:


- één mistachterlicht zodat u gezien wordt bij
slecht zicht ,

- mistlampen vóór, waardoor u een beter
zicht krijgt.

Instellingen

Het verlichtingssysteem heeft verschillende
extra automatische functies, afhankelijk van de
uitvoering van uw auto:


- follow me home-verlichting,

- automatische verlichting.




Uitvoering zonder automatische inschakeling




Uitvoering met automatische
inschakeling







Automatische verlichting.


Handbediende functies

De lichtschakelaar bestaat uit de ring A
en de hendel B.
A.Ring voor de selectie van de stand van dehoofdverlichting: draai aan de ring om het symbool van de gewenste stand tegenover het merkteken te zetten.
Lichten uit
/verlichting overdag.
P
arkeerlicht.
B
. Trek de hendel naar u toe om over te schakelen van dim- naar grootlicht en terug.
Als de verlichting is uitgeschakeld of wanneer
alleen de parkeerlichten zijn ingeschakeld, kunt
u een lichtsignaal geven door de hendel naar u
toe te trekken. Dimlicht o
f grootlicht.

Verklikkerlampjes

Een verklikkerlampje op het
instrumentenpaneel geeft aan dat degeselecteerde verlichting is ingeschakeld.

Page 83 of 290

5
Zicht
81


Uitvoering met één
mistachterlicht
Mistachterlicht


)
Draai de ring C
naar voren om het
mistachterlicht in te schakelen.
Wanneer de verlichting automatisch wordt
uitgeschakeld (uitvoeringen met de stand
AUTO), blijven het mistachterlicht en het
dimlicht branden.


)
Draai de ring C
naar achteren om de
verlichting volledig uit te schakelen.





Uitvoering met mistlampen
vóór en mistachterlicht Mistlampen vóór en mistachterlicht
Verdraai ring C
:


)
één stand naar voren om de mistlampen
vóór in te schakelen,

)
twee standen naar voren om het
mistachterlicht in te schakelen,

)
één stand naar achteren om het
mistachterlicht uit te schakelen,

)
twee standen naar achteren om de
mistlampen voor uit te schakelen.
C.
Ring voor de selectie van de mistverlichting.
De mistverlichting werkt in combinatie met
dimlicht en grootlicht. Als de verlichting automatisch wordt
uitgeschakeld (uitvoeringen met automatische
verlichting) of als het dimlicht handmatig wordt
uitgeschakeld, blijven de mistverlichting en het
parkeerlicht branden.
) Draai de ring naar achteren om demistverlichting uit te schakelen. Het parkeerlicht wordt dan ook uitgeschakeld.
Bij helder of regenachtig weer,
zowel overdag als 's nachts, zijn de
mistlampen vóór en het mistachterlicht
verblindend voor medeweggebruikers
en daarom niet toegestaan.
Vergeet niet de mistlampen uit te zetten
zodra ze niet meer nodig zijn.

Page 84 of 290

Zicht
82
Handbediende follow me
home-verlichting
Deze functie zorgt er voor dat na het afzetten
van het contact de dimlichten nog even blijven branden om het uitstappen in het donker te
vergemakkelijken.

Inschakelen
)
Geef bij afgezet contact een "lichtsignaal"
met de lichtschakelaar. ) Geef nogmaals een "lichtsignaal" om defunctie uit te schakelen.

Uitschakelen
Na het vergrendelen van de auto wordt de
handbediende follow me home-verlichting naeen bepaalde tijd automatisch uitgeschakeld.



Vergeten verlichting

Als u het contact afzet, worden alle
lichten automatisch uitgeschakeld,
behalve als de automatische follow me
home-verlichting is geactiveerd.
Als u handmatig de follow me
home-verlichting inschakelt terwijl
het contact is afgezet en een van de
voorportieren wordt geopend, klinkt een
geluidssignaal om aan te geven dat de
verlichting nog brandt.

Onder bepaalde weersomstandigheden
(lage temperatuur, vochtigheid) kan zich
een laagje condens aan de binnenzijde
van de koplampen en de achterlichten
vormen; dit verdwijnt enkele minuten na
het ontsteken van de koplampen.

Page 85 of 290

5
Zicht
83
Koppeling met follow me home-verlichting
De koppeling van dit systeem aan de automatische verlichting biedt de volgende
extra mogelijkheden:
- automatische inschakeling van de follow
me home-verlichting als de automatische
verlichting is ingeschakeld (via "Instellingen
auto" in het configuratiemenu van het
multifunctionele display.
- instellen van de duur van de follow mehome-verlichting (15, 30 of 60 seconden) via het configuratiemenu
van de auto op het multifunctionele
display (geldt niet voor het monochroomdisplay type A, waarbij dit
is voorgeprogrammeerd).



Storing

Bij een storing in de lichtsensor gaat de verlichting branden, wordt dit pictogram weergegevenop het instrumentenpaneel en/of verschijnteen melding op het multifunctionele display, incombinatie met een geluidssignaal.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.

Als de lichtsensor bij mist of sneeuwvoldoende licht waarneemt, wordt de verlichting niet automatischingeschakeld. Dek de met de regensensor gecombineerde lichtsensor die zich in het midden van de voorruit achter debinnenspiegel bevindt, niet af. De aande sensor gekoppelde functies kunnen dan niet meer worden bediend.
Automatische verlichting

Het parkeerlicht en het dimlicht worden
automatisch ingeschakeld als de lichtsterkte
van de omgeving onvoldoende is of inbepaalde gevallen dat de ruitenwissers wordeningeschakeld.
De verlichting wordt uitgeschakeld als de
lichtsterkte van de omgeving weer voldoende is
o
f nadat het wissen is gestopt.
Inschakelen
)Draai de ring A
in de stand "AU TO "
. Het inschakelen wordt bevestigd door een melding op het multifunctionele display.



Uitschakelen
)Draai de ring A
in een andere standdan de stand "AUTO"
. Het uitschakelen
wordt bevestigd door een melding op het multifunctionele display.

Page 86 of 290

Zicht
84





Led-dagrijverlichting

Als de motor wordt gestart, wordt de dagrijverlichting automatisch ingeschakeld alsde lichtschakelaar in de stand "0"of "AUTO"staat.
Zodra de parkeerlichten of het dim- of grootlicht
handmatig of automatisch wordt ingeschakeld,gaat de dagrijverlichting uit.


Programmeren

Voor landen waar het voeren van dagrijverlichting niet wettelijk verplicht is,
kunt u de functie in- of uitschakelen via het configuratiemenu op het multifunctionele
display.
In landen waar het wél verplicht is overdag verlichting te voeren:

- is de functie standaardingeschakeld en mag deze niet worden uitgeschakeld,

- branden overdag ookde parkeerlichten en de kentekenplaatverlichting,

- wordt de dagrijverlichtinguitgeschakeld zodra het dimlicht handmatig of automatisch wordtingeschakeld.In deze landen gaat bij auto's zonder led-dagrijverlichting het dimlicht automatisch branden bij het star ten van de motor.
De dagverlichting geeft de auto een herkenbare uitstraling en bestaat uit twee sets van zes leds die zich onder iedere mistlamp bevinden.

Page 87 of 290

5
Zicht
85








Statische bochtverlichting
wordt de mistlamp vóór ingeschakeld om de
binnenkant van de bocht extra te verlichten bijsnelheden tot 40 km/h (handig in de stad, opbochtige wegen, kruispunten, parkeergaragesenz.).
met statische bochtverlichting
zonder statische bochtverlichting

Statische bochtverlichting ingeschakeld
De bochtverlichting wordt in de volgende
gevallen ingeschakeld:


- bij het inschakelen van een
richtingaanwijzer,

of

- als het stuur wiel ver genoeg wordt
verdraaid.



Statische bochtverlichting werkt
niet
De verlichting werkt in de volgende gevallen niet:


- bij een geringe stuuruitslag,

- bij snelheden boven 40 km/h,

- als de achteruit is ingeschakeld.

Page 88 of 290

Zicht
86







Koplampen
verstellen
Verstel de koplampen met halogeenlampen
afhankelijk van de belading van uw auto
om verblinding van medeweggebruikers te
voorkomen.

0.
1 of 2 personen op de voorstoelen.

-.
Minder dan 5 personen.

1.
5 personen.
- .
5 personen + maximaal toegestane
belading.

2

-

3
. Bestuurder + maximaal toegestane
belading.
Stand "0"
: basisinstelling.
Reizen naar het buitenland
Wanneer u uw auto gaat gebruikenin een land waarin het verkeer aan de andere kant van de weg rijdt, moet de afstelling van de dimlichten worden gewijzigd om te voorkomen dattegemoetkomend verkeer wordt verblind. Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.

Page 89 of 290

5
Zicht
87








Ruitenwisserschakelaar


Handmatige functies
De ruitenwisserschakelaar bestaat uit de hendel Aen de ring B.



Uitvoering met intervalstand



Uitvoering met automatische
ruitenwissers

Hoge snelheid (hevige neerslag).
Normale snelheid
(matige regenval).
Interval
(wissnelheid aangepast aan
de wagensnelheid).

A
utomatisch en één keer wissen(zie de desbetreffende rubriek).

Uit.
Eén keer wissen
(duw de hendel
even omlaag).
Instellen

Afhankelijk van de uitvoering zijn de volgende
automatische functies van de ruitenwissers
mogelijk:


- automatische werking van de
ruitenwissers vóór,

- automatisch inschakelen van de
ruitenwisser achter bij het inschakelen van
de achteruitversnelling.



Ruitenwissers vóór
A.Selecteer de wissnelheid met de hendel.
of
Met behulp van de ruitenwisserschakelaar kunt
u de ruitenwissers voor en achter inschakelen
om regen en vuil van de ruit te wissen.
De ruitenwissers voor en achter zorgen
voor een optimaal zicht voor de bestuurder,
ongeacht de weersomstandigheden.

Page 90 of 290

Zicht
88
Ruitensproeiers voor
Trek de hendel naar u toe: de ruitensproeiers
treden in werking en na enige tijd worden ook
de ruitenwissers ingeschakeld.
B
. Ring voor de selectie van de ruitenwisser achter:
uit,
interval,
wissen en sproeien (gedurende
enige tijd).


Achteruitversnelling

Als de ruitenwissers vóór aan staan op
het moment dat u de achteruitversnelling
inschakelt, treedt automatisch ook de
ruitenwisser achter in werking.


Instellen

Deze functie kan worden geactiveerd of
gedeactiveerd via het configuratiemenu van het
multifunctionele display.
Deze functie is standaard geactiveerd.













Ruitenwisser achter
Wisbereik
Door de bolle vorm van de achterruit valt een
deel van de achterruit buiten het wisbereik.


Schakel de automatische werking van
de ruitenwisser achter uit bij sneeuwval
of strenge vorst en bij montage van een
fietsendrager op de achterklep. Dit kan
worden uitgevoerd via het configuratiemenu
van het multifunctionele display.

Page:   < prev 1-10 ... 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 ... 290 next >