CITROEN DS3 2011 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 81 of 324

79Comfort
Toegang tot de achterbank
)Trek de hendel omhoog om de rugleuning naar
voren te klappen en schuif de stoel vooruit.
Als de stoel wordt teruggeduwd, komt dezeautomatisch weer in de oorspronkelijke stand terug.

Zorg er voor dat het terugschuiven van de stoel in de oorspronkelijkestand niet wordt gehinderd; deze stand is noodzakelijk om de stoel tevergrendelen in de lengterichting.
Let erop dat de gordel volledig is opgerold, zodat de achterpassagiers ongehinderd kunnen in- en uitstappen.
Bediening stoelverwarming

Bij draaiende motor is de stoelver warming voor
beide voorstoelen afzonderlijk regelbaar. ) Met de draaiknop naast de voorstoel kan
de stoelverwarming ingeschakeld worden en kan een ver warmingsstand worden geselecteerd:0 : Uit. 1: Laag.2
: Gemiddeld.
3
: Hoog.

Handgreep
De ergonomische handgreep in de zijbekledingheeft de volgende functies:
- houvast voor de achterpassagiers aanraamzijde tijdens het rijden ,- houvast voor de achterpassagiers bij het intstappen,
- houvast voor de achterpassagiers bij het uitstappen.

Page 82 of 324















Voorstoelen RACING U kunt de zitting en de rugleuning verstellen voor een optimale zitpositie.
Handmatig verstellen
Verstelling in lengterichting
)Til de beugel op en schuif de stoel naar
voren of naar achteren.


Hoogteverstelling bestuurders- en passagiersstoel
)
Trek de hendel omhoog om de stoel te
verhogen of duw deze omlaag om de stoel
te verlagen, totdat de gewenste standbereikt is.


Rugleuningverstelling
)Duw de handgreep naar achteren en kantelde stoel naar voren of naar achteren.

Page 83 of 324

81Comfort
Aanvullende instellingen


To egang tot de achterbank
)Tr e k d e h a n dgreep naar voren om derugleuning naar voren te klappen en schuif de stoel vooruit. Als de stoel wordt teruggeduwd, komt dezeautomatisch weer in de oorspronkelijke stand terug.
Handgreep
De ergonomische handgreep boven aan dezijbekleding heeft de volgende functies:
- houvast voor de buitenste achterpassagiers
tijdens het rijden,
- houvast voor de achterpassagiers bij het instappen,
- houvast voor de achterpassagiers bij het uitstappen.

Zorg er voor dat het terugschuiven in de oorspronkelijke stand niet wordtverhinderd; deze stand is noodzakelijkom de stoel te vergrendelen in de lengterichting.
Let erop dat de autogordel niet blokkeert om de toegang tot de
achterbank niet te belemmeren.

Page 84 of 324











Achterbank
bestaat uit één deel en kan niet opgeklapt worden.
)Schuif de desbetreffende voorstoel indien nodig naar voren.)Houd de veiligheidsgordel naast derugleuning. )Zet de hoofdsteunen in de laagste stand.
Neerklappen van de
rugleuning van de achterbank
)
Trek de hendel 1
naar voren om de
rugleuning 2 te ontgrendelen. )
Klap de rugleuning 2op de zitting.

Bij het terugplaatsen van de rugleuning: )Zet de rugleuning 2rechtop en vergrendel
deze.)Controleer of de rode markering bij dehendel 1niet meer zichtbaar is.

Te r ugplaatsen van de rugleuning
van de achterbank

Let erop dat bij het terugplaatsen van de rugleuning van de achterbank deveiligheidsgordels niet klem komen te zitten.

Page 85 of 324

83Comfort
De hoofdsteunen hebben een gebruiksstand (hoog) en een ingeklapte stand (laag).
De hoofdsteunen kunnen ook worden
ver wijderd.Verwijderen van een hoofdsteun: )ontgrendel de rugleuning met de hendel 1,)kantel de rugleuning 2 enigszins naar
voren, )trek de hoofdsteun omhoog tot aan deaanslag, )druk vervolgens de pal A in.


Hoofdsteunen achter

Ga nooit rijden als de hoofdsteunen zijnver wijderd; de hoofdsteunen moeten zijn geplaatst en correct zijn afgesteld.









Stuurwielverstelling
)Zorg dat de auto stilstaat
en trek aan de hendel om het stuur wiel te ontgrendelen.)
Verstel het stuur wiel in hoogte en diepte
voor een optimale zithouding.) Druk de hendel goed vast om het stuur wiel
te vergrendelen.
Voer deze handelingen om veiligheidsredenen uitsluitend uit bijstilstaande auto.

Page 86 of 324






Spiegels
De verstelbare buitenspiegels zorgen voor het benodigde zicht naar achteren bij een
inhaalmanoeuvre of het parkeren van de
auto. De buitenspiegels kunnen ook worden
ingeklapt voor het parkeren in een smalle straat.
Ontwaseming - ontdooiing
Als uw auto voorzien is vanspiegelver warming, kunt u deze inschakelen door bij draaiendemotor op de toets van deachterruitverwarming te drukken (zie paragraaf “Ontwaseming - Ontdooiing achterruit”).

Verstellen
)
Zet de knop A
naar links of rechts om de
desbetreffende spiegel te selecteren. ) Duw de knop B
in de 4 richtingen om de
spiegel af te stellen. )
Zet de knop A
weer in het midden.
Buitenspiegels
De waargenomen objecten in de buitenspiegels lijken verder af dan ze in werkelijkheid zijn. Hiermee moet rekening wordengehouden om de afstand ten opzichtevan achteropkomend verkeer goed inte schatten.




Inklappen
)Van buitenaf: vergrendel de auto met deafstandsbediening of de sleutel. )Vanuit het interieur: trek bij aangezetcontact de schakelaar Avanuit de middelste stand naar achteren.


Uitklappen
)Van buitenaf: ontgrendel de auto met de afstandsbediening of de sleutel. )Vanuit het interieur: trek bij aangezetcontact de schakelaar Avanuit de middelste stand naar achteren.

Als de buitenspiegels zijn ingeklapt metbehulp van de schakelaar A
, worden ze niet automatisch uitgeklapt als deauto wordt ontgrendeld. Trek nogmaalsde schakelaar A
naar achteren om debuitenspiegels uit te klappen.

Het automatisch in- en uitklappen van de buitenspiegels kan wordengedeactiveerd door het CITROËN-netwerk of door een gekwalificeerdewerkplaats.
Klap de elektrisch bediende spiegels nooit handmatig in of uit.

Page 87 of 324

85
Comfort





Binnenspiegel
Binnenspiegel met handbediende
dag-/nachtstand
Verstellen
)
Stel de spiegel af als deze in de dagstand staat.

Dag-/nachtstand
)
Trek aan het hendeltje om de spiegel in de
nachtstand te zetten.) Duw het hendeltje naar voren om despiegel terug te zetten in de dagstand.

Dankzi
j een sensor die de hoeveelheid licht die
vanaf de achterzijde van de auto op de spiegel
valt meet, gaat de binnenspiegel geleidelijk en
automatisch over van de dag- in de nachtstand.
Automatisch dimmende
binnenspiegel


Zodra de achteruitversnelling wordt ingeschakeld, wordt de spiegel in dedagstand gezet voor een maximaal zicht naar achteren.

Om veiligheidsrdenen moeten de speiegels zo zijn ingesteld dat de "dodehoek" zo klein mogelijk is.

Verstelbare spiegel voor het zicht recht achter de auto.
De binnenspiegel is voorzien van eennachtstand waardoor de spiegel donkerder
wordt en de bestuurder minder hinder
onder vindt van de koplampverlichting
van achteropkomend verkeer, zon ...
(antiverblindingsstand).

Page 88 of 324

004
Toegang tot de auto
Dit hoofdstuk behandelt de werking van uw afstandsbediening, de elektrische ruitbediening, het centraal vergrendelen en ontgrendelen
van de portieren en de achterklep en de toegang tot de brandstoftank.

Page 89 of 324

Page 90 of 324


















Sleutel met afstandsbediening U kunt om de auto te ontgrendelen of vergrendelen de centrale vergrendeling bedienen met de sleutel in het por tierslot of met de afstandsbediening.
De sleutel met afstandsbediening dient tevens voor de lokalisering en het starten van de auto en maakt deel uit van de diefstalbeveiliging.
Openen van de auto
Uitklappen van de sleutel
)Druk op deze knop om de sleutel uit te klappen.



Ontgrendelen met de
afstandsbedienin
g

Ontgrendelen met de sleutel
)Druk op het geopende hangslot
om de auto te ontgrendelen.

)
Draai de sleutel linksom in het slot van
het bestuurderspor tier om de auto te
ontgrendelen.

Het ontgrendelen wordt bevestigd door
het gedurende ongeveer 2 seconden snel
knipperen van de richtingaanwijzers.
Te
gelijker tijd worden, afhankelijk van deuitvoering van de auto, de buitenspiegelsuitgeklapt.

Page:   < prev 1-10 ... 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 ... 330 next >