stop start CITROEN DS3 2013 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 95 of 393

93Toegang tot de auto

Starten van de motor
)Steek de sleutel in het contactslot.
Het systeem herkent de code van destartblokkering. )Draai de sleutel van u af in de stand
3 (Starten).)Laat zodra de motor draait de sleutel los.

)
Zet de auto stil.)
Draai de sleutel linksom in de stand
1 (Stop).) Ver wijder de sleutel uit het contactslot.
Afzetten van de motor
Bevestig geen zware objecten aan de sleutel waardoor deze - als hij in het contact steekt - naar beneden wordt getrokken, waardoor storingen kunnen ontstaan.


Waarschuwingssignaal sleutel

Als het bestuurdersportier wordt geopend ter wijl de sleutel nog in hetcontact zit, klinkt er een geluidssignaal.

Page 104 of 393


























Brandstoftank Inhoud van de brandstoftank: ongeveer 50 liter (benzine) of 46 liter (diesel); (Afhankelijk van de uitvoering: ongeveer 30 liter (benzine of diesel)).
Waarschuwing brandstofniveau
Ta n k e n
Op een label aan de binnenzijde van de
tankklep staat de voorgeschreven soor t
brandstof voor uw auto aangegeven.
Voor een juiste weergave van de
brandstofmeter is het raadzaam minimaal5 liter brandstof te tanken.
Zolang de brandstoftankdop niet is vastgedraaid, kan de sleutel niet uit dedop worden verwijderd.Bij het openen van de brandstoftankdop kan een aanzuiggeluid van lucht hoorbaar zijn. Dit is normaal en komt doordat de afdichting van het brandstofcircuit een onderdruk veroorzaakt.
Veilig tanken:)zet altijd de motor af,) open de brandstoftankklep,)
steek de sleutel in de dop en draai de sleutel linksom,
)ver wijder de dop en bevestig deze aan dehaak aan de binnenzijde van de klep, )u kunt de auto aftanken, maar laat het
vulpistool nooit meer dan 3 keer
afslaan
. Indien dit wel gebeurt, kunnen er storingen optreden.

Na het tanken: )breng de dop aan,)draai de sleutel naar rechts en verwijder
deze vervolgens uit de dop,
)sluit de brandstoftankklep.
Als dit controlelamp
je gaat branden,is het minimale niveau in de
brandstoftank bereikt. Op het momentdat het lampje gaat branden, bevindt zich nogongeveer 5 liter brandstofin de tank. fGa zo snel mogelijk tanken om te voorkomen
dat u met een lege tank strandt.
Raadpleeg indien u strandt met een lege tank(Diesel) het hoofdstuk "Controles-Niveaus".
Tank nooit als de motor door het Stop & Start-systeem is afgezet; zet in dat geval altijd het contact af met de sleutel.

Page 147 of 393

145
Veiligheid
Brake Assist System (BAS)
Dit systeem zorgt ervoor dat in noodgevallen de
optimale remdruk sneller wordt bereikt, zodat de remafstand kleiner wordt.

Inschakelen

Het systeem wordt ingeschakeld als het
rempedaal sneller wordt ingetrapt dan een
bepaalde grenswaarde.
Het systeem zorgt er dan voor dat de benodigdebedieningskracht minder wordt en dat deeffectiviteit van het remmen wordt vergroot.
Trap het rempedaal bij een noodstopzeer krachtig in en laat het pedaal niet los.















Stabiliteitscontrolesystemen
Antislipregeling
(ASR) en elektronisch
stabiliteitspro
gramma (ESP)
De antislipregeling verbetert de tractie van de wielen om doorslippen te voorkomen, door in
te grijpen op de remmen van de aangedreven wielen en op het motorkoppel.
Het elektronisch stabiliteitsprogramma grijptin via de remmen van één of meer wielen en
via het motorkoppel om de auto (binnen degrenzen van de natuurkundige wetmatigheden) weer in de juiste koers te brengen.


Inschakelen

De systemen worden automatisch ingeschakeld
zodra de motor wordt gestart.
De systemen worden geactiveerd zodra de
wielen te weinig grip hebben of de koers van
de auto afwijkt van de door de bestuurder gewenste richting.
In dat
geval gaat dit controlelampje ophet instrumentenpaneel knipperen.

Page 172 of 393












Stop & Start-systeem Het Stop & Start-systeem zet de motor tijdelijk af (STOP-stand) als u stopt (bij rood licht, opstoppingen enz.). De motor wordt automatisch gestart(STA R T- s t a n d) als u weer weg wilt rijden. Het starten gebeur t direct, snel en stil.
Het
Stop&Start-systeem is perfect afgestemd op stadsgebruik en zorgt voor een lager brandstofverbruik, minder uitstoot van schadelijke stoffen en een aangename rust in het interieur tijdens het wachten.
Werking
Overgang naar de
STOP-stand
Het systeem werkt de eerste10 seconden na het inschakelen van deachteruitversnelling niet. Als de motor door het systeem in deSTOP-stand wordt gezet, blijven alleandere componenten zoals de remmenen de stuurbekrachtiging normaalfunctioneren.
Tank nooit als de motor door het Stop &Start-systeem in de STOP-stand is gezet. Zet in dat geval altijd het
contact af en neem de sleutel uit het contactslot. Het controlelamp
je "ECO"
op het instrumentenpaneel gaat branden en de
motor wordt in de STOP-stand gezet:
- als u,
bij een handgeschakelde
versnellingsbak,bij een snelheid lager
dan 20 km/h de versnellingshendel in
de neutraalstand zet en vervolgens het koppelingspedaal loslaat.
- a
ls u, bij een EGS-versnellingsbak met
5 of 6 versnellingen, bij een snelheid lager dan 8 km/h het rempedaal intrapt of de selectiehendel in de stand N
zet.

Een teller telt de duur van de
momenten dat de motor a
fgezet
is, op. Elke keer als u het contactopnieuw aanzet, wordt deze
teller op 0 gezet. De STOP-stand wordt niet
geactiveerd als:


- het bestuurderportier geopend is,

- de autogordel van de bestuurder losgemaakt is,

- de auto sinds de laatste start met de sleutel niet sneller dan 10 km/h heeft gereden,

- de klimaatregeling in het interieur dat niet
toelaat,

- de voorruitontwasemin
g is ingeschakeld,

- er bepaalde bijzondere omstandigheden
zijn (laadtoestand accu, motor temperatuur, rembekrachtiging, buitentemperatuur...).

Bijzonderheden: STOP-stand niet
beschikbaar
Het controlelampje "ECO"knippert een
paar seconden en gaat vervolgens uit.
Deze werking van het systeem is volkomen
normaal.

Page 173 of 393

171Rijden

Overgang naar de START-stand
Het controlelampje "ECO"gaat uit en
de motor wordt automatisch gestart:


-
bij een handgeschakelde
versnellingsbak , als u het
koppelingspedaal intrapt,

- bij een EGS-versnellingsbak met 5 of
6 versnellingen :

met de selectiehendel in de stand A
of M
, wanneer u het rempedaal loslaat,

met de selectiehendel in de stand N
en het rempedaal niet ingetrapt, wanneer u de selectiehendel in de stand A
of Mzet,

of wanneer u de achteruitversnellinginschakelt.
Bijzonderheden: automatischactiveren van de START-stand


Als het systeem in de STOP-stand wordt uitgeschakeld, dan wordt demotor direct weer gestart.
U kunt deze
functie op elk willekeurig moment uitschakelen door de schakelaar "ECO OFF"
in
te drukken.
Het controlelampje in de schakelaar gaat
branden en er verschijnt een melding op het
display.

Uitschakelen
Uit veiligheids- of comfortoverwegingen kan deSTART-stand automatisch worden geactiveerd als:
- het bestuurderpor tier wordt geopend,
- de autogordel van de bestuurder wordt losgemaakt,
- de snelheid van de auto hoger is dan
11 k m/h (EGS-versnellingsbak),
- er bepaalde bijzondere omstandigheden
zijn (laadtoestand accu, motortemperatuur,rembekrachtiging, instellingairconditioning...).
Het controlelamp
je "ECO"
knippert een
paar seconden en gaat vervolgens uit.
Dat onder deze omstandigheden de START-
stand wordt geactiveerd, is volkomen
normaal
.
Als u bij een auto met eenhandgeschakelde versnellingsbak in de STOP-stand een versnelling inschakelt, maar daarbij het koppelingspedaal niet
helemaal intrapt, verschijnt er een melding met het verzoek het koppelingspedaalhelemaal in te trappen, omdat anders demotor niet gestart kan worden.

Page 174 of 393


Het systeem wordt automatisch ingeschakeld zodra u het contactopnieuw aanzet.

Inschakelen

Dit systeem heeft specifieke kenmerkenen maakt gebruik van een speciale accu(raadpleeg voor meer informatie het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats).
Het gebruik van een andere dan de door CITROËN voorgeschreven accu's kan leiden
tot storingen in het systeem. Bij een storing in het systeem gaat het controlelampje in de schakelaar "ECO OFF"knipperen en vervolgens constant branden.
Laat het systeem controleren door het CITROËN-netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.
Als er in de STOP-stand een storin
g zou
optreden, kan het zijn dat de motor niet
meer wil aanslaan of direct afslaat. Allecontrolelampjes op het instrumentenpaneel
branden. Zet in dat geval het contact af en star t
de auto dan met behulp van de sleutel.

Storingen
Onderhoud


Schakel omwille van de veiligheid hetStop & Star t-systeem altijd uit als u handelingen onder de motorkap wilt uitvoeren.


Het Stop & Start-systeem maaktgebruik van geavanceerde technologie.
Laat eventuele werkzaamhedenaan dit type accu uitvoeren door het CITROËN-netwerk of door eengekwalificeerde werkplaats. Druk no
gmaals op de schakelaar "ECO OFF".Het systeem is dan weer ingeschakeld; hetcontrolelampje in de schakelaar gaat uit en er
wordt een melding op het display weergegeven.

Page 185 of 393

183Onderhoud








Motorkap De motorkap biedt toegang tot de motorruimte, zodat u de verschillende niveaus kunt controleren.


Openen
)Open het linker voorportier. )Trek de hendel A
aan de onderzijde vanhet portierkader naar u toe.
)
Duw de veiligheidshaak B
naar links en tilde motorkap op.
)
Neem de motorkapsteun Cuit de houder en houd deze vast bij het met schuimrubber
beklede gedeelte.
) Bevestig de motorkapsteun in de uitsparingom de motorkap geopend te houden.
De plaats van de ontgrendelingshendel in het interieur zorgt ervoor dat demotorkap niet geopend kan worden alshet linker voorportier is gesloten.

Wees voorzichtig bij het losmakenvan de veiligheidshaak en de motorkapsteun als de motor warm is.
Schakel het Stop&Start-systeemaltijd uit als u handelingen onder de motorkap wilt uitvoeren, om letsel door het automatisch activeren van de STA R T- s t a n d t e v o o r ko m e n .

Page 192 of 393





























Controles
Accu
Luchtfilter en interieurfilter

Oliefilte
r Roetfilter
(diesel)
Raadpleeg, tenzij anders aangegeven, de bladzijden in het onderhoudsboekje die betrekking hebben op de motoruitvoering van uw auto voor het laten
controleren van bepaalde onderdelen volgens het onderhoudsschema van de constructeur.
Laat de controles eventueel uitvoeren door het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
De accu is onderhoudsvri
j.
Niettemin is het raadzaam om
regelmatig te controleren of de
accupolen en -klemmen schoon zijn,
vooral bij warm weer en in de winter. Raadpleeg voordat u de accukabels losneemthet hoofdstuk "Praktische informatie"
voor meer informatie over de te nemen
voorzorgsmaatregelen. Laat de
filters periodiek ver vangen
volgens de in het onderhoudsboekjeaangegeven intervallen.
Als de omgeving (veel stof...) en
het gebruik (veel stadsverkeer...) daartoe
aanleiding geven, moeten de filters twee keer zo vaak worden vervangen
(zie
paragraaf "Motoren").
Een verstopt interieurfilter kan de prestaties
van de airconditioning verstoren en
onaangename geuren veroorzaken.
Laat bij het olie ver versen tevens het
oliefilter vervangen.
Raadpleeg het onderhoudsboekje
voor het ver vangingsinterval. Deze sticker, die hoort bi
j het Stop & Start-systeem, geeft aan dat er een speciale 12 V
loodaccu is gebruikt die alleen losgekoppelden/of vervangen mag worden door het
CITROËN-netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.Het negeren van deze aanwijzing kan ertoe leiden dat de accu vroegtijdig aan vervanging toe is. Als het roet
filter ver vuild is, wordt u
hierop geattendeerd door het tijdelijk
branden van dit lampje in combinatie met eenmelding op het multifunctionele display.
Ga om het roetfilter te regenereren, zodra de
omstandigheden het toelaten, met een snelheid
van minimaal 60 km/h rijden tot het lampje dooft.
Als het lampje blijft branden is het minimum
brandstofadditiefniveau bereikt: raadpleeg deparagraaf "Niveau brandstofadditief ".

Bij een nieuwe auto kunt u de eerste paar keer dat het roetfilter geregenereerd wordt een brandluchtruiken; dit is volkomen normaal. Als langdurig met zeer lage snelheidwordt gereden of de motor langdurigstationair draait, kan bij gasgeven
soms rook uit de uitlaat waargenomen worden. Dit heeft geen invloed op deprestaties en heeft geen gevolgen voor het milieu.

Page 223 of 393

221Praktische informatie










Accu Procedure voor het opladen van de accu en het gebruik van een hulpaccu voor het starten van de motor met behulp van startkabels.
De accu bevindt zich in de motorruimte.Toegang tot de accu:
)
open de motorkap met de hendel in het
interieur en deblokkeer vervolgens de
veiligheidshaak via de buitenzijde,) bevestig de motorkapsteun,)
beweeg de kunststof afdekkap van de (+)pool omhoog.


Toegang tot de accu
)
Sluit de rode kabel aan op de (+) pool van de ontladen accu Aen vervolgens op de (+)
pool van de hulpaccu B.


Starten van de motor met
een hulpaccu en startkabels


Na het monteren van de accu door het CITROËN-netwerk of door eengekwalificeerde werkplaats duurt heteven voordat het Stop & Star t-systeem weer zal werken, hoe lang dit duur tis afhankelijk van klimatologischeomstandigheden en de laadtoestand van
de accu (kan tot ongeveer 8 uur duren).
Deze sticker hoort bij het Stop &Start-systeem en geeft aan dat er eenspeciale 12V-loodaccu is gebruikt die alleen losgekoppeld en/of vervangen
mag worden door een dealer van het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Het negeren van deze aanwijzing kaner toe leiden dat de accu vroegtijdig aanver vanging toe is.
)
Sluit de groene of zwar te kabel aan op de(-) pool van de hulpaccu B
. )
Sluit het andere uiteinde van de groene
of zwar te kabel aan op het afzonderlijkemassapunt (-) van uw auto.

Page 242 of 393

UITVOERINGEN:MOTOREN EN VERSNELLINGSBAKKEN
Type variant uitvoering:SA...8HR48HP4/PS9HPK/S9HP8/PS9HR8/S
DIESELMOTORENHDi70e-HDi 70e- HDi 90e-HDi 110

Cilinderinhoud (cm3 ) 1398
15 6 0
15 6 0
Borin
g x slag (mm)73,7 x 82 75 x 88,3 75 x 88,3
Max.vermo
gen: ECE-norm (kW)50
68
82
Toerental bi
j max.vermogen (t/min) 4000

4000
3600

Max.koppel: ECE-norm (Nm)160
230 270
Toerental bi
j max.koppel (t/min) 1750
1750
1750

Br
andstof Diesel
Diesel
Diesel
Katal
ysator Ja Ja Ja
Roet
filter (FA P)Ja
Ja
Ja
VERSNELLINGSBAKKEN Handgeschakeld(5 versnellingen)
EGS(5 versnellingen) Handgeschakeld
(5 versnellingen)

EGS
(6 versnellingen)
Handgeschakeld(6 versnellingen)

INHOUD CARTER
(in liter)




Motor
(met vervangen filter)
3,75 3,75 3,75
.../S
:uitvoering e-HDi met Stop & Start-systeem.

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 next >