CITROEN DS4 2011 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 71 of 402

69Multifunctionele displays
Parameters auto

Via dit menu kunt u de verschillendefuncties voor het rijden en het comfor t in- enuitschakelen:


- "Toegang tot de auto" (zie het hoofdstuk "Toegang tot de auto"):

"Afst.bd." (Alleen bestuurdersportier
ontgrendelen),

"Alleen a klep ontgrendelen"(Alleen achterklep ontgrendelen).


- "Hulp bij het rijden":

"Automatische parkeerrem" (Automatische, elektrische parkeerrem; zie het hoofdstuk "Rijden"),

"Autom. RW achter aan" (Ruitenwisser achter gekoppeld aan het inschakelen
van de achteruit; zie het hoofdstuk
"Zicht"),

"Opgeslagen snelheden" (Opslaan van snelheden; zie het hoofdstuk "Rijden").



- "Verlichting" (zie het hoofdstuk "Zicht"):

"Bochtverlichting" (Statische
bochtverlichting/meedraaiende
koplampen),

"Dagrijverlichting" (Dagrijverlichting).



- "Comfortverlichting" (zie het hoofdstuk
"Zicht") :

"Foll.-home verlicht."
(Automatische"follow me home"-verlichting),

"Instapverlichting" (Instapverlichtinginterieur/exterieur).
Instellingen display
Via dit menu kunt u:
- de taal van de weergave kiezen uit een lijst,
- de eenheden instellen: temperatuur (°Celsius of °Fahrenheit) en het verbruik (l/100 km, mpg of km/l),
- de kleur instellen van het centrale display.

Geluiden instellen
Via dit menu kunt u de weergave van geluiden instellen. Er zijn 4 verschillende settings die zijn ingedeeld naar aard en omstandigheden (waarschuwingen, bevestigingen, weigeringen,richtingaanwijzers, vergeten verlichting, "sleutel in slot" enz.).

Page 72 of 402

Boordcomputer
Monochroom display C


Weergave van de informatie
Druk op de toets Aom de weergave van de
informatie te veranderen:


- de gegevens van de boordcomputer
verschijnen tijdelijk boven de audio-
in
formatie die permanent op een volledig scherm wordt weergegeven,
of

- de gegevens van de boordcomputer en die van de audio-installatie worden
tegelijkertijd permanent weergegeven op
verkleinde schermen.
)Druk herhaaldelijk op de toets op het uiteinde van de ruitenwisserschakelaarom de verschillende standen van de
boordcomputer weer te geven. De boordcomputer
geeft actuele informatie over het rijden (actieradius, brandstofverbruik...).

Page 73 of 402

71Multifunctionele displays
- De actuele informatie zoals:

de actieradius,

het actuele brandstofverbruik,

de teller van het Stop & Start-systeem.

-
Het traject "1":●
de afgelegde afstand,

het gemiddelde
brandstofverbruik,

de
gemiddelde snelheid
voor het eerste traject.
- Het tra
ject "2"
:

de afgelegde afstand,

het gemiddelde
brandstofverbruik,●
de gemiddelde snelheid voor het tweede traject.
Tr aject op nul zetten
)
Druk de knop op het uiteinde van deruitenwisserschakelaar langer dan
2 seconden in zodra het
gewenste traject
wordt aangegeven. De trajecten "1"en "2"zijn onafhankelijk enhebben dezelfde eigenschappen. Traject "1"kan bijvoorbeeld gebruikt worden
voor een dagelijks verbruik en traject "2"
voor
een maandelijks verbruik.

Page 74 of 402

Centraal kleurendisplay gekoppeld aan navigatiesysteem
Weergave van de informatie


- Weergave van de actuele informatie met:

de actieradius
,

het actuele brandstofverbruik,

de teller van het Stop & Start -systeem.



- Weergave van traject "1"
met:

de afgelegde afstand,

het gemiddelde brandstofverbruik,

de gemiddelde snelheid,
tijdens het eerste traject.


- Weergave van traject "2"met:

de afgelegde afstand,

het gemiddelde brandstofverbruik,

de gemiddelde snelheid,
tijdens het tweede traject.


informatie over de gekozen geluidsbron,


black panel,


route-aanwijzingen van het
navigatiesysteem.

)Druk op de knop op het uiteinde van deruitenwisserschakelaar
, rof )verdraai het knopje links op het stuur,rom achtereenvolgens de verschillende gegevens op te vragen:

herhaling van de rijsnelheid,

actuele informatie,

traject "1",●
traject "2",

Page 75 of 402

73Multifunctionele displays

Tr aject op 0 zetten
)Selecteer het traject dat u op 0 wilt
zetten. Houd het draaiknop
je links op het
stuur
of de knop op het uiteinde van deruitenwisserschakelaar even ingedrukt.
De trajecten "1"
en "2"zijn onafhankelijk en hebben dezelfde eigenschappen.
Traject "1"kan bijvoorbeeld gebruikt worden
voor een dagelijks verbruik en traject "2"voor een maandelijks verbruik.

Page 76 of 402

Enkele definities...
Deze waarde kan variëren door een gewijzigde rijstijl of het rijden op een helling, waardoor het momentelebrandstofverbruik aanzienlijk kanwijzigen.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats als tijdens het rijden de streepjes continu worden weergegeven.
Deze functie wordt alleen weergegevenbij snelheden vanaf 30 km/h.
Dit verbruik zal de eerste 5000 kmhoger zijn dan de theoretische waarden die door CITROËN wordenaangegeven.
Actieradius
(km of mijl)De actieradius geeft aan hoeveel
kilometer u nog met de resterende hoeveelheid
brandstof kunt rijden, berekend op basis
van
het gemiddelde verbruik over de laatsteafgelegde kilometers.

Als de actieradius minder dan 30 km bedraagt,
verschijnen streepjes op het display. Na het
tanken van minimaal 5 liter brandsto
f wordt de actieradius opnieuw berekend en weergegeven als deze meer dan 10 0 km bedraagt.

Momenteel verbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
Dit is het gemiddeldebrandstofverbruik over de laatste seconden.


Gemiddeld verbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
Dit is het gemiddelde
verbruik sinds de laatste nulstelling van de boordcomputer.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mph)
Dit is de gemiddelde snelheid sinds
de laatste nulstelling van de boordcomputer (contact aan).
Afgelegde afstand
(km of miles)Deze afstand wordt berekendsinds de laatste nulstelling van de
boordcomputer.






Stop & Start-teller
(minuten/seconden of uren/
minuten)
Als uw auto is uitgerust met Stop & Start,
registreert een teller hoelang de STOP-stand
tijdens een traject is geactiveerd.
De teller wordt, elke keer als u het contact met
de sleutel aanzet, weer op nul
gezet.

Page 77 of 402

75
Multifunctionele displays

Page 78 of 402

003
Comfort

Page 79 of 402

Page 80 of 402







Vent ilat ie
Luchttoevoer
De lucht in het interieur, die overigens wordt gefilterd, wordt van buitenaf toegevoerd via het
luchtrooster onder de voorruit, of is lucht die in
het interieur wordt gerecirculeerd.
Luchtgeleiding
De lucht kan afhankelijk van de instellingen van de bestuurder via verschillende circuits worden
toegevoerd:
- r
echtstreekse toevoer naar het interieur (toevoer van buitenlucht),
- toevoer via het ver warmingscircuit,
- toevoer via het circuit van deairconditioning.

Bedieningspaneel
Het systeem wordt bediend via het
bedieningspaneel A van de middenconsole.


Luchtverdeling
1.Uitstroomopeningen voor het ontdooien of ontwasemen van de voorruit. 2.
Uitstroomopeningen voor het ontdooien of ontwasemen van de zijruiten. 3.
Afsluitbare en verstelbare
zijventilatieroosters.
4. Afsluitbare en verstelbare middelste
ventilatieroosters.
5. Uitstroomopeningen beenruimte
voorpassagiers.
6.Uitstroomopeningen beenruimte
voorpassagiers.
7. Uitstroomopeningen beenruimte
achterpassagiers.

Page:   < prev 1-10 ... 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 ... 410 next >