airbag FIAT SCUDO 2010 Instructieboek (in Dutch)

Page 111 of 210

110
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
HEADBAGS
(WINDOWBAGS) fig. 20
(indien aanwezig)
De headbag is een “gordijn”-systeem en
bevindt zich aan de rechter- en aan de
linkerzijde in de hemelbekleding aan de
zijkant en is afgedekt met een afwerklijst.
De headbags bieden bescherming aan het
hoofd van de inzittenden voor en achter
tijdens een zijdelingse botsing, dankzij het
grote effectieve oppervlak van de kussens.
BELANGRIJK De inzittende wordt bij een
zijdelingse botsing optimaal door het sy-
steem beschermd als hij/zij in de juiste po-
sitie in de stoel zit. Hierdoor kunnen de zij-
airbags op de juiste wijze worden opgebla-
zen.BELANGRIJK De frontairbags en/of zij-air-
bags kunnen ook worden geactiveerd bij
krachtige stoten tegen de onderzijde van
de carrosserie, bijvoorbeeld bij zware bot-
singen tegen drempels of stoepranden of
obstakels op het wegdek of als de auto te-
recht komt in grote gaten of verzakkingen
in het wegdek.
BELANGRIJK Als de airbags in werking
treden, ontsnapt een beetje rook. Deze
rook is niet schadelijk en duidt niet op
brand; bovendien kan het oppervlak van
het opgeblazen kussen en het interieur van
de auto bedekt zijn met een laagje poeder:
dit poeder kan de huid en de ogen irrite-
ren. Als u hiermee in aanraking bent geko-
men, moet u zich met neutrale zeep en
water wassen.
De geldigheidsduur van de pyrotechnische
lading en van het spiraalmechanisme is ver-
meld op het betreffende plaatje in het da-
shboardkastje. Laat ze voor het verstrijken
van deze termijn door het Fiat Service-
netwerk vervangen.
fig. 20F0P0117m
BELANGRIJK Na een ongeval waarbij een
of meerdere veiligheidssystemen zijn geac-
tiveerd, dient u contact op te nemen met
het Fiat Servicenetwerk om de geacti-
veerde systemen te laten vervangen en de
werking van het systeem te laten contro-
leren.
Alle controlewerkzaamheden, reparaties
en vervanging van de airbag moeten door
het Fiat Servicenetwerk worden uitge-
voerd.
Aan het einde van de lange levensduur van
uw auto, moet u contact opnemen met
het Fiat Servicenetwerk om het systeem
buiten werking te laten stellen, bovendien
moet bij verkoop van de auto de nieuwe
eigenaar op de hoogte gesteld worden van
het gebruik en de instructies, en moet hij
het instructieboekje ontvangen.
093-112 ScudoG9 NL:093-112 ScudoG9 NL 24-11-2008 10:57 Pagina 110

Page 112 of 210

111
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
Steun niet met het hoofd, de
armen of de ellebogen tegen
het portier, de ruiten of in het gebied
van de headbag (Window Bag) om
verwondingen tijdens het opblazen te
voorkomen.
ATTENTIE!
Steek nooit het hoofd, de ar-
men of de ellebogen uit het
raam.
ATTENTIE!
ALGEMENE OPMERKINGEN
Als u de contactsleutel in
stand M draait en het lampje
¬gaat niet branden of blijft branden
tijdens het rijden, dan is er mogelijk
een storing in de veiligheidssystemen;
in dat geval kunnen de airbags of gor-
delspanners niet geactiveerd worden
bij een ongeval of, in een zeer beperkt
aantal gevallen, niet op de juiste wij-
ze geactiveerd worden. Voordat u ver-
der rijdt , dient u contact op te nemen
met het Fiat Servicenetwerk om het
systeem direct te laten controleren.
ATTENTIE!
Bedek de rugleuning van de
stoelen voor en achter niet
met hoezen of kleden die niet zijn voor-
bereid op het gebruik met sidebags.
ATTENTIE!
Reis niet met voorwerpen op
schoot of voor de borst en
houd vooral geen pijp, potlood, enz.
in de mond. Bij een ongeval waarbij
de airbag in werking treedt , kan dit
ernstig letsel veroorzaken.
ATTENTIE!BELANGRIJK Het in werking treden van
de gordelspanners, de frontairbags en de
zij-airbags voor wordt door de elektroni-
sche regeleenheid bepaald, afhankelijk van
het type ongeval. Als een van deze on-
derdelen niet in werking treedt, dan duidt
dat niet op een storing in het systeem.
Rijd altijd met beide handen
op de stuurwielrand, zodat bij
het in werking treden van de airbag,
het systeem niet wordt gehinderd door
obstakels. Rijd niet met voorover ge-
bogen lichaam, maar ga goed rechtop
zitten en steun tegen de rugleuning.
ATTENTIE!
093-112 ScudoG9 NL:093-112 ScudoG9 NL 24-11-2008 10:57 Pagina 111

Page 113 of 210

112
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
Als de contactsleutel in stand
M staat , kunnen, ook bij uit-
gezette motor, de airbags inschakelen
als de auto stilstaat en de auto fron-
taal wordt aangereden door een an-
dere auto. Daarom mogen, ook als de
auto stilstaat , absoluut geen kinderen
op de passagiersstoel voor worden ge-
plaatst . Als de contactsleutel echter in
stand S staat , wordt bij een ongeval
geen enkel beveiligingssysteem (airbag
of gordelspanners) geactiveerd; als een
systeem niet in werking treedt , be-
tekent dit niet dat het systeem niet
goed werkt .
ATTENTIE!
De stoelen mogen niet met
water worden afgenomen of
met stoom worden gereinigd (met de
hand of in een automatisch wasap-
paraat).
ATTENTIE!
De frontairbag treedt in
werking als de botsing zwaar-
der is dan een botsing waarbij alleen
de gordelspanners worden geactiveerd.
Bij aanrijdingen die tussen deze twee
drempelwaarden in liggen, treden al-
leen de gordelspanners in werking.
ATTENTIE!
Haak geen harde voorwer-
pen aan de kledinghaakjes
en aan de steunhandgrepen.
ATTENTIE!
De airbag is geen vervanging
voor de veiligheidsgordels,
maar een aanvulling. Omdat de fron-
tairbags niet worden geactiveerd bij
frontale botsingen bij lage snelheid, bij
zijdelingse aanrijdingen en als de auto
van achter wordt aangereden of over
de kop slaat , worden in deze gevallen
de inzittenden uitsluitend door de vei-
ligheidsgordels beschermd. De gordels
moeten dus altijd gedragen worden.
ATTENTIE!
Als u de contactsleutel in
stand M draait , gaat het
lampje
“(met de frontairbag
aan passagierszijde ingeschakeld) enke-
le seconden knipperen, om u eraan te
herinneren dat de airbag aan passa-
gierszijde bij een botsing wordt geac-
tiveerd. Hierna moet het lampje doven.
ATTENTIE!
Laat bij diefstal of een poging
tot diefstal, bij beschadiging
of als de auto bij een overstroming on-
der water is geweest , het airbagsy-
steem door het Fiat Servicenetwerk
controleren.
ATTENTIE!
093-112 ScudoG9 NL:093-112 ScudoG9 NL 24-11-2008 10:57 Pagina 112

Page 124 of 210

123
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
ALGEMENE OPMERKINGEN............................................ 124
TE LAAG REMVLOEISTOFNIVEAU................................. 124
AANGETROKKEN HANDREM........................................ 124
STORING AIRBAG ............................................................... 125
TE HOGE KOELVLOEISTOFTEMPERATUUR.............. 125
ACCU WORDT NIET VOLDOENDE OPGELADEN . 126
TE LAGE MOTOROLIEDRUK/TE HOGE
MOTOROLIETEMPERATUUR .......................................... 126
STORING ELEKTRISCHE STUURBEKRACHTIGING 127
NIET GOED GESLOTEN PORTIEREN............................ 127
NIET OMGELEGDE VEILIGHEIDSGORDELS............... 128
STORING EBD ...................................................................... 128
STORING IN INSPUITSYSTEEM ....................................... 128
UITGESCHAKELDE AIRBAG PASSAGIERSZIJDE ......... 129
STORING ABS ....................................................................... 129
STOP ........................................................................................ 129
BRANDSTOFRESERVE ........................................................ 130
MISTACHTERLICHTEN ...................................................... 130
ALGEMENE STORINGSMELDING................................... 130
STORING ESP ....................................................................... 130
VERSLETEN REMBLOKKEN.............................................. 131DIMLICHT.............................................................................. 131
MISTLAMPEN VOOR.......................................................... 131
ACHTERWIELOPHANGING MET LUCHTVERING ... 131
RICHTINGAANWIJZER LINKS........................................ 131
RICHTINGAANWIJZER RECHTS.................................... 131
GROOTLICHT....................................................................... 131
CRUISE-CONTROL ............................................................ 132
SNELHEIDSBEGRENZER.................................................... 132
VOORGLOEI-INSTALLATIE............................................... 132
WATER IN BRANDSTOFFILTER....................................... 132
GEPROGRAMMEERD ONDERHOUD ........................... 132
L L
A A
M M
P P
J J
E E
S S
E E
N N
B B
E E
R R
I I
C C
H H
T T
E E
N N
123-132 ScudoG9 NL:123-132 ScudoG9 NL 24-11-2008 10:58 Pagina 123

Page 126 of 210

125
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
STORING
AIRBAGSYSTEEM
(rood)
Als u de contactsleutel in stand Mdraait,
gaat het lampje branden. Na enkele se-
conden moet het lampje doven.
Als het lampje continu blijft branden, geeft
dit een storing in het airbagsysteem aan.
¬Als u de contactsleutel in
stand M draait en het lamp-
je
¬gaat niet branden of blijft bran-
den tijdens het rijden, dan is er moge-
lijk een storing in de veiligheidssyste-
men; in dat geval kunnen de airbags of
gordelspanners niet geactiveerd wor-
den bij een ongeval of, in een zeer be-
perkt aantal gevallen, niet op de juis-
te wijze geactiveerd worden. Voordat u
verder rijdt , dient u contact op te ne-
men met het Fiat Servicenetwerk om
het systeem direct te laten controleren.
ATTENTIE!
Een defect lampje ¬(lamp-
je gedoofd) wordt aangege-
ven doordat het lampje voor de uit-
geschakelde frontairbag aan passa-
gierszijde
“langer dan de normale
4 seconden knippert .
ATTENTIE!
TE HOGE
KOELVLOEISTOF
TEMPERATUUR (rood)
Als u de contactsleutel in stand Mdraait,
gaat het lampje branden. Na enkele se-
conden moet het lampje doven.
Als het lampje gaat knipperen, dan is het
koelvloeistofniveau van de motor te laag.
Het lampje gaat branden als de motor te
warm is.
Als het lampje gaat branden, moeten de
volgende maatregelen worden genomen:
❒bij normale rij-omstandigheden:
stop de auto, zet de motor uit en con-
troleer of het niveau van de koel-
vloeistof in het reservoir niet onder
hetMIN-merkteken staat. Als dit wel
het geval is, wacht dan enkele minuten
zodat de motor kan afkoelen, open
vervolgens langzaam en voorzichtig de
dop, vul koelvloeistof bij en controleer
of de koelvloeistof tussen het MIN-
enMAX-merkteken staat. Contro-
leer ook of er geen vloeistof weglekt.
Als bij het starten van de motor het
lampje opnieuw gaat branden, wendt
u dan tot het Fiat Servicenetwerk.
u
123-132 ScudoG9 NL:123-132 ScudoG9 NL 24-11-2008 10:58 Pagina 125

Page 130 of 210

129
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTENSTOP (rood)
Dit lampje gaat branden gelijk-
tijdig met een willekeurig ander
waarschuwingslampjeSTORING ABS (geel)
Als u de contactsleutel in stand
Mdraait, gaat het lampje bran-
den. Na enkele seconden moet het
lampje doven.
Het lampje gaat branden als het systeem
defect of niet beschikbaar is. In dat geval
blijft het remsysteem normaal werken,
maar zonder de mogelijkheden van het
ABS. Rijd voorzichtig verder en wendt u
zo snel mogelijk tot het Fiat Servicenet-
werk.
>“
AIRBAG
PASSAGIERSZIJDE
UITGESCHAKELD
(geel)
Het lampje
“brandt als de frontairbag
aan passagierszijde is uitgeschakeld.
Als u bij ingeschakelde frontairbag aan pas-
sagierszijde de contactsleutel in stand M
draait, gaat het lampje
“ongeveer 4 se-
conden branden en vervolgens 4 secon-
den knipperen. Hierna moet het lampje
doven.Het lampje
“geeft boven-
dien eventuele storingen van
het lampje
¬aan. Dit wordt weer-
gegeven met een knipperend lampje
“, ook als de 4 seconden al zijn ver-
streken. In dit geval kan het lampje ¬geen storingen in de airbag-/gordel-
spannersystemen aangeven. Voordat
u verder rijdt , dient u contact op te
nemen met het Fiat Servicenetwerk
om het systeem direct te laten con-
troleren.
ATTENTIE!
STOP
Als dit lampje brandt : stop de
auto op een veilige plaats,
verwijder de sleutel uit het contactslot
en wendt u tot het Fiat Servicenetwerk.
ATTENTIE!
123-132 ScudoG9 NL:123-132 ScudoG9 NL 24-11-2008 10:58 Pagina 129

Page 147 of 210

146
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
ZEKERINGEN
VERVANGEN
ALGEMEEN
Het elektrische systeem wordt door ze-
keringen beveiligd: de zekering brandt
door bij een storing of bij oneigenlijk ge-
bruik van het systeem.
Als een elektrisch onderdeel niet werkt,
controleer dan eerst of de zekering niet is
doorgebrand: de verbindingsstrip A-
fig. 21mag niet onderbroken zijn. Is dit
wel het geval, dan moet u de zekering ver-
vangen door een exemplaar met dezelf-
de stroomsterkte (zelfde kleur).
Bzekering in goede staat
Czekering met doorgebrande strip.
Gebruik voor het vervangen van een ze-
kering, het tangetje A-fig. 21/a dat sa-
men met de reservezekeringen op de ach-
terzijde van het demontabele klepje Bis
geplaatst.
fig. 21F0P0236m
Vervang een zekering nooit
door een zekering met een
hogere stroomsterkte (ampère);
BRANDGEVAAR.
ATTENTIE!
Vervang een defecte zekering
nooit door ander materiaal.
Als een hoofdzekering
(MEGA-FUSE, MIDI-FUSE,
MAXI-FUSE) doorbrandt, wendt u
dan tot het Fiat Servicenetwerk. Con-
troleer, voordat u een zekering ver-
vangt, of de contactsleutel uit het con-
tactslot is genomen en alle stroom-
verbruikers uit staan en/of zijn uitge-
schakeld.
ATTENTIE!
Als een zekering van de vei-
ligheidssystemen (airbagsys-
teem, remsysteem), de aandrijving
van de auto (motormanagementsys-
teem, regelsysteem van de versnel-
lingsbak) of de stuurinrichting door-
brandt, wendt u dan tot het Fiat Ser-
vicenetwerk.
ATTENTIE!
Als de zekering opnieuw
doorbrandt, wendt u dan tot
het Fiat Servicenetwerk.
ATTENTIE!
fig. 21/aF0P0348m
133-152 ScudoG9 NL:133-152 ScudoG9 NL 16-11-2009 14:23 Pagina 146

Page 148 of 210

147
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
fig. 22F0P0299m
F1
F2
F4
F5
F6
F7
F8
F9
F10
F11
F12
F13
F14
F15
F16
F1715

10
30
30
5
20
10
30
15
15
5
15
30

40/10
Zekeringenkast op dashboard aan passagierszijde
VERBRUIKERS ZEKERING AMPÈRAGE
Achterruitwisser
Vrij
Koplampverstelling, diagnosestekker, ESP-regeleenheid,
ventilatie, additiefpomp roetfilter, stuurhoeksensor
Elektrische spiegel, ruitbediening passagierszijde
Voeding ruitbediening voor
Plafondverlichting, verlichting dashboardkastje
Multifunctioneel display, sirene diefstalalarm, autoradio,
CD-Changer, Autotelefoon, optionalregeleenheid aanhanger
beveiligingsregeleenheid carrosserie
Aansteker, stekkerdoos laadruimte
Elektronisch geregelde luchtvering achter, start-/contactslot,
instrumentenpaneel
Diagnosestekker, regeleenheid diefstalalarm
Handsfreeset, regeleenheid airbag
Regeleenheid motor, regeleenheid aanhanger
Regensensor, automatische klimaatregeling,
instrumentenpaneel, achterste aanjager in interieur
(combi-uitvoering)
Portierver-/ontgrendeling
Vrij
Verwarming achterruit en buitenspiegels
❒Kantel het opbergvak en trek het met
kracht los om de zekeringen te bereiken.
133-152 ScudoG9 NL:133-152 ScudoG9 NL 16-11-2009 14:23 Pagina 147

Page 201 of 210

200
LAMPJES EN
BERICHTEN
DASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Brandstofnoodschakelaar.......................... 64
Brandstofverbruik......................................... 197
Buitenverlichting
– bediening ................................................... 47
– gloeilamp achter vervangen ............ 143
– gloeilamp voor vervangen ................. 141
Carrosserie
– onderhoud ................................................ 170
– uitvoeringen .............................................. 173
Centrale portiervergrendeling .............. 72
CO
2-emissie via de uitlaat ......................... 199
Cruise-control ................................................. 54
Dashboard ..................................................... 5
Dashboardkastje ............................................ 65
Derde remlicht ............................................... 144
Dieselfilter (aanwezigheid van water) 132
Dimlicht
– bediening .................................................... 47
– gloeilamp vervangen............................. 141
EOBD (systeem).......................................... 87
Extra accessoires............................................ 90
Fiat CODE ...................................................... 6
Frontairbags...................................................... 106
Fix & Go ............................................................. 138
Gewichten en trekgewichten ................ 190
Gloeilamp (vervangen van een lamp). 139
Gordelspanners .............................................. 96
Grootlicht
– bediening ................................................... 47
– gloeilamp vervangen............................. 141
Handrem.......................................................... 116
Hendels aan het stuur ................................ 47
Hoofdsteun....................................................... 23
Identificatiegegevens .................................. 174
Imperiaal/skidrager
(montagevoorbereiding)........................ 77
Instrumenten ................................................... 14
Instrumentenpaneel .................................... 13
Interieur.............................................................. 172
Interieuruitrusting ......................................... 65
Interieurverlichting...................................... 60
– gloeilamp vervangen ........................... 139
Aansteker ........................................................ 67
Aanwijzingen voor het laden ................... 79
ABS ...................................................................... 82
Accu
– economische modus ............................ 151
– opladen........................................................ 151
– starten met een hulpaccu................. 134
– technische specificaties ...................... 180
– vloeistofniveau......................................... 164
Achterruitverwarming.................. 30-35-43
Achteruitrijlichten.......................................... 143
Afmetingen....................................................... 185
Afstandsbediening centrale portierver-
/ontgrendeling.............................................. 7
Airconditioning, handbediend................. 31
Asbak ................................................................... 67
Autoradio (Systeem) ................................... 89
Banden .............................................................. 184
– een lekke band ........................................ 135
Bandenspanning (plaatje) .......................... 184
Brandstof
– brandstofmeter ...................................... 14
– dop van de brandstoftank................. 91
Brandstofmeter ............................................ 14
A A
L L
F F
A A
B B
E E
T T
I I
S S
C C
H H
R R
E E
G G
I I
S S
T T
E E
R R
200-208 ScudoG9 NL.qxd:200-208 ScudoG9 IT 10-12-09 19:16 Page 200

Page 203 of 210

202
LAMPJES EN
BERICHTEN
DASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Spiegels
– binnenspiegel............................................ 25
– buitenspiegels........................................... 25
Startmotor........................................................ 180
Stuurinrichting ................................................. 181
Stuurslot ............................................................. 12
Stuurwiel............................................................ 24
Symbolen ........................................................... 6
Technische gegevens ................................. 173
Toerenteller .................................................... 14
Transmissie........................................................ 180
Veiligheidsgordels
– algemene opmerkingen .................... 97
– gebruik......................................................... 94
– hoogteverstelling ................................... 95
– onderhoud ................................................ 99
Ventilatie............................................................. 27
Versnellingsbak
– gebruik van de handgeschakelde ver-
snellingsbak .................................................... 117
Verwarming en ventilatie ......................... 27
Vullingstabel .................................................... 194
Waarschuwingsknipperlichten............. 61
Wiel (verwisselen)........................................ 135
Wielophanging (technische gegevens).... 181
Wisserbladen voor/achter........................ 168
Zekeringen ...................................................... 146
Zij-airbags.......................................................... 109
Zitplaatsen
– achter ........................................................... 20
– opstelling stoelen................................... 22
– reinigen ...................................................... 172
– voor............................................................... 17
Zonnekleppen................................................. 68 – gloeilamp voor vervangen ................. 142
Ruitbediening ................................................... 74
Ruiten
– reinigen........................................................ 171
– schuifruiten................................................ 69
Ruitensproeiers
Ruitensproeiers.............................................. 170
– bediening .................................................... 50
– vloeistofniveau......................................... 162
Ruitenwissers
– bediening ................................................... 50
– ruitensproeiers........................................ 170
– wisserbladen ............................................. 168
Slepen van de auto .................................... 152
Sleutels ............................................................... 7
Smeermiddelen (specificaties)................ 195
Sneeuwkettingen ........................................... 121
Snelheid (maximum) .................................. 189
Snelheidsbegrenzer ...................................... 57
Snelheidsmeter ............................................... 14
Snelle bandenreparatieset ....................... 38
200-208 ScudoG9 NL.qxd:200-208 ScudoG9 IT 10-12-09 19:16 Page 202

Page:   < prev 1-10 11-20