JEEP CHEROKEE 2021 Instructieboek (in Dutch)
Page 161 of 356
159
Negentraps automatische versnellingsbak  
De schakelgroep (PRND) wordt weergegeven
naast  de versnellingshendel en in  de instru-
mentengroep. Om te schakelen drukt u op de
ontgrendeltoets  op  de  schakelhendel  en
beweegt  u  de  schakelhendel  naar  voren  of
achteren.  U  moet  ook  het  rempedaal
intrappen om de schakelhendel uit de stand
PARK  te  halen  (of  uit  NEUTRAL,  als  het
voertuig  stilstaat  of  bij  lage  snelheid  rijdt).
Kies de stand DRIVE voor normaal rijden.
OPMERKING:
Ingeval van een conflict van de stand van de
keuzehendel  en  de  werkelijke  versnelling
(bijvoorbeeld  de  bestuurder  selecteert
REVERSE terwijl voorwaarts wordt gereden),
knippert het positielampje continu totdat de
keuzehendel in de juiste stand wordt gezet of
de  gevraagde  versnelling  kan  worden
gekozen.
De  elektronisch  geregelde  transmissie  past
het schakelschema aan op basis van hande-
lingen van de bestuurder, samen met omge-
vings-  en  wegomstandigheden.  Het
elektronisch systeem van de versnellingsbak
is  zelf-kalibrerend.  Hierdoor  kunnen  de
eerste  schakelingen  bij  een  nieuwe  auto  in
het  begin  wat  abrupt  zijn.  Dat  is  echternormaal.  Het  nauwkeurige  schakelpatroon
ontwikkelt  zich  binnen  enkele  honderden
kilometers rijden.
De negentraps versnellingsbak is ontwikkeld
om  te  voldoen  aan  de  eisen  van  huidige  en
toekomstige  FWD/AWD-voertuigen.  Software
en kalibratie is verfijnd om de rijervaring van
de klant en het brandstofverbruik te optima-
liseren.  Bij  sommige  combinaties  van  voer-
tuig  en  aandrijflijn  wordt  de  9e  versnelling
alleen  bij  zeer  specifieke  rijsituaties  en
omstandigheden gebruikt.
U  mag uitsluitend van  DRIVE  naar PARK of
REVERSE  schakelen  nadat  u  het  gaspedaal
hebt  losgelaten  en  de  auto  tot  stilstand  is
gekomen. Houd altijd uw voet op het rempe-
daal als u naar deze standen schakelt.
De  versnellingshendel  heeft  de  standen
PARK,  REVERSE,  NEUTRAL,  DRIVE  en
MANUAL  (AutoStick).  U  kunt  handmatig
schakelen  met  de  schakelaar  AutoStick.
Door de schakelhendel in de stand MANUAL
(-/+) te zetten (naast de stand DRIVE), wordt
de modus AutoStick geactiveerd. U kunt dan
handmatig schakelen en de huidige versnel-
ling  wordt  in  de  instrumentengroep  weerge-
geven  (als  1,  2,  3  enzovoort).  Als  u  de
schakelhendel naar voren (-) of achteren (+)
beweegt  terwijl  deze  in  de  stand  MANUAL
staat, kiest u handmatig de versnelling.
Raadpleeg  "Autostick"  in  het  instructie-
boekje.
OPMERKING:
Als de schakelhendel niet in de stand PARK,
REVERSE  of  NEUTRAL  kan  worden  gezet
(indien  naar  voren  gedrukt),  dan  bevindt
deze  zich  waarschijnlijk  in  de  stand
MANUAL  (AutoStick,  (+/-))  (naast  de  stand
DRIVE).  In  de  MANUAL-modus  (AutoStick)
wordt  de  versnelling  (1,  2,  3  enz.)  weerge-
geven in de instrumentengroep. Zet de scha-
kelhendel  naar  rechts  (in  de  stand  DRIVE
[D])  voor  toegang  tot  PARK,  REVERSE  en
NEUTRAL.
Versnellingshendel
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book  Page 159   
Page 162 of 356
STARTEN EN RIJDEN
160
Versnellingen
Druk nooit het gaspedaal in wanneer u vanuit
de  standen  PARK  of  NEUTRAL  naar  een
andere versnelling schakelt.
OPMERKING:
Na  het  selecteren  van  een  schakelgroep
moet u even wachten tot de gekozen versnel-
ling is geactiveerd, voordat u gas geeft. Dit is
met name belangrijk wanneer de motor koud
is.
AUTOSTICK  
AutoStick  is  een  interactieve  functie,  die
handmatig  schakelen  mogelijk  maakt  waar-
door u meer controle over de auto krijgt. Met
AutoStick  kunt  u  maximaal  remmen  op  de
motor,  ongewenst  op-  of  terugschakelen
voorkomen  en  de  prestaties  van  de  auto
verbeteren. Met dit systeem heeft u ook meer
controle over de auto bij het inhalen, bij het
rijden  in  de  stad,  bij  glad  wegdek,  in  de
bergen,  het  trekken  van  een  aanhanger  en
vele andere situaties.
Bediening
Wanneer de schakelhendel in de stand Auto-
Stick staat (naast de stand DRIVE), kan deze
naar voren en achteren worden bewogen. Debestuurder  kan  zo  handmatig  de  gewenste
versnelling  kiezen.  Door  de  schakelhendel
naar  voren  (-)  te  bewegen,  wordt  terugge-
schakeld  en  naar  achteren  (+)  wordt  opge-
schakeld.  De  huidige  versnelling  wordt
weergegeven in de instrumentengroep.
OPMERKING:
In  de  AutoStick-modus  schakelt  de  versnel-
lingsbak  alleen  op  of  terug  wanneer  de
bestuurder  de  schakelhendel  naar  achteren
(+)  of  naar  voren  (-)  beweegt,  behalve  zoals
hieronder is beschreven.Indien  nodig  schakelt  de  versnellingsbak
automatisch  op  om  te  hoge  motortoeren-
tallen te voorkomen.
De  versnellingsbak  schakelt  automatisch
terug als de snelheid van de auto afneemt
(om stotteren van de motor te voorkomen),
waarbij  de  huidige  versnelling  wordt
aangegeven.
De  versnellingsbak  schakelt  automatisch
terug  naar  de  EERSTE  of  TWEEDE
versnelling  (afhankelijk  van  het  model)
wanneer  de  auto  tot  stilstand  komt.  Na
stilstand  moet  de  bestuurder  handmatig
opschakelen (+) tijdens het optrekken.
U kunt (vanuit stilstand) in de EERSTE of
TWEEDE versnelling wegrijden. Wegrijden
in  de  TWEEDE  versnelling  kan  zinvol  zijn
bij  sneeuw  of  ijsvorming.  Tik  de  versnel-
lingshendel  naar  voren  of  naar  achteren
om  de  gewenste  versnelling  te  schakelen
nadat de auto tot stilstand is gebracht.
Als  door  terugschakelen  het  maximum
motortoerental  wordt  overschreden,  vindt
het terugschakelen niet plaats.
Wanneer  de  voertuigsnelheid  te  laag  is,
negeert  het  systeem  alle  opschakelpo-
gingen.
Maak  geen  gebruik  van  de  cruisecontrol
als  AutoStick  is  ingeschakeld,  omdat  de
versnellingsbak  niet  automatisch  scha-
kelt.
Het  schakelen  van  de  transmissie  valt
meer op als AutoStick is ingeschakeld.
Het systeem kan terugkeren naar de auto-
matische schakelmodus als een storing of
oververhitting wordt gedetecteerd.
U  kunt  de  AutoStick-modus  uitschakelen
door  de  schakelhendel  weer  in  de  stand
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book  Page 160   
Page 163 of 356
161
DRIVE  te  zetten.  U  kunt  AutoStick  op  elk
moment in  of  uitschakelen  zonder  dat  u uw
voet van het gaspedaal hoeft te nemen.
WERKING VAN DE 
VIERWIELAANDRIJVING
1-traps vierwielaandrijving (4X4) — indien 
aanwezig
Deze functie  zorgt  voor on-demand  vierwiel-
aandrijving  (4X4).  Het  systeem  werkt  auto-
matisch,  de  bestuurder  hoeft  niets  te
bedienen  en  heeft  geen  extra  vaardigheden
nodig.  Onder  normale  rijomstandigheden
hebben de voorwielen de meeste grip. Als de
voorwielen grip dreigen te verliezen, wordt er
automatisch  meer  trekkracht  overgebracht
op  de  achterwielen.  Hoe  meer  grip  de  voor-
wielen verliezen, hoe meer trekkracht er naar
de achterwielen wordt overgedragen.Schakelaar 1-traps 4X4
Bovendien  wordt  op  een  droog  wegdek  bij
krachtig  accelereren  (waar  geen  wielspin
optreedt),  het  koppel  naar  de  achterwielen
geleid,  om  preventief  de  tractie  en  de  rijei-
genschappen te verbeteren.
2-traps vierwielaandrijving (4x4) — indien 
aanwezig
Schakelaar 2-traps 4X4
Schakelaar 2-traps 4X4 (met achterste ver- grendeling)
De  vierwielaandrijving  is  volledig  automa-
tisch  in  de  normale  rijmodus.  Met  de
 WAARSCHUWING!
Schakel  op gladde wegen  niet terug om  te
remmen  op  de  motor.  De  aangedreven
wielen  kunnen  hun  grip  verliezen,
waardoor  de  auto  in  een  slip  kan  raken,
wat  een  aanrijding of  persoonlijk  letsel  tot
gevolg kan hebben.
 LET OP!
Alle  wielen  moeten  banden  hebben  met
dezelfde  maat  en  van  hetzelfde  type.
Gebruik  geen  banden  met  een
verschillende  bandmaat.  Een  ongelijke
bandenmaat  kan  tot  beschadiging  van  de
krachtoverbrenging leiden.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book  Page 161   
Page 164 of 356
STARTEN EN RIJDEN
162
Selec-Terrain  knoppen  kunnen  drie  standen
worden gekozen:
4WD LOW
REAR LOCK (indien aanwezig)
NEUTRAL
Als extra tractie is vereist, kan de groep 4WD
LOW worden  gebruikt  voor een  grotere  over-
brengingsverhouding  waardoor  er  meer
koppel  aan  zowel  de  voor-  als  achterwielen
kan  worden  geleverd.  4WD  LOW  is  uitslui-
tend  bedoeld  voor  een  onverhard,  glad
wegdek.  Rijden  in  4WD  LOW  op  droge,
verharde  wegen  kan  leiden  tot  overmatige
slijtage  van  de  banden  en  schade  aan  de
onderdelen van de aandrijflijn.
Wanneer  u  bij  een  bepaalde  rijsnelheid  in
4WD  LOW  rijdt,  is  het  motortoerental  circa
driemaal zo hoog als het motortoerental in de
normale rijsstand. Laat de motor niet met te
hoge toerentallen draaien en rijd niet sneller
dan 80 km/u (50 mph). Voor  een  juist  gebruik  van  voertuigen  met
vierwielaandrijving  moeten  alle  banden  van
hetzelfde  type  zijn  en  dezelfde  maat  en
omtrek  hebben.  Het  gebruik  van  verschil-
lende  banden  beïnvloedt  het  schakelgedrag
en  kan  de  onderdelen  van  de  aandrijflijn
beschadigen.
Aangezien  vierwielaandrijving  de  tractie
verbetert,  heeft  men  de  neiging  de  veilige
snelheden  voor  bochten en stoppen  te  over-
schrijden. Rij niet harder dan de verkeersom-
standigheden toelaten.
Schakelstanden
Voor  meer  informatie  over  het  gebruik  van
elke stand van het 4WD-systeem, zie onder-
staande informatie:
NEUTRAL (N)
In deze groep wordt de aandrijflijn losgekop-
peld van de aandrijving.
4WD LOW
Deze  groep  is  bedoeld  voor  vierwielaandrij-
ving  met  lage  snelheid.  Hij  zorgt  voor  een
grotere overbrengingsverhouding waardoor er
meer  koppel  aan  zowel  de  voor-  als  achter-
wielen  kan  worden  geleverd  en  daarmee
extra tractie en maximale trekkracht, uitslui-
tend op onverharde, gladde wegen. Rijd niet
sneller dan 40 km/u (25 mph).
 WAARSCHUWING!
Als  u  de  auto  zonder  toezicht  achterlaat
terwijl  de  verdeelbak  in  de  stand
NEUTRAL  (N)  staat  en  de  handrem  niet
helemaal  is  aangetrokken,  kunnen  u  of
anderen  (dodelijk)  gewond  raken.  In  de
NEUTRAL-stand (N) wordt het contact met
de aandrijflijn van zowel de aandrijfas voor
als  achter  verbroken,  zodat  de  auto  kan
gaan  rollen,  zelfs  als  de  automatische
versnellingsbak  in  de  stand  PARK  (P)  (of
de  handgeschakelde  versnellingsbak  in
een  versnelling)  is  gezet.  De  handrem
moet  altijd  aangetrokken  zijn  als  de
bestuurder niet in de auto zit.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book  Page 162   
Page 165 of 356
163
OPMERKING:
Raadpleeg  de  paragraaf  "Selec-Terrain  —
indien  aanwezig"  voor  meer  informatie  over
de  verschillende  instellingen  en  het
bedoelde gebruik.
Schakelprocedures
Schakelen in 4WD LOW
Bij  een  voertuigsnelheid  tussen  de  0  en  de
5 km/u (0 en 3 mph), met het contact in destand  ON  en  lopende  motor,  schakelt  u  de
transmissie  naar  NEUTRAL  en  drukt  u  één
keer op de toets "4WD LOW” (4WD laag). Het
controlelampje  “4WD  LOW”  in  de  instru-
mentengroep  gaat  knipperen  en  blijft
branden wanneer het schakelen is voltooid.
Schakelaar 2-traps 4X4 (met achterste ver- grendeling) OPMERKING:
Als  schakelcondities/vergrendelingen  niet
worden bereikt, knippert in het display in de
instrumentengroep  een  bericht  met  instruc-
ties  voor  het  voltooien  van  het  schakelver-
zoek.
Raadpleeg de paragraaf "Display in de instru-
mentengroep"  in  het  hoofdstuk  "Uw  Instru-
mentenpaneel  leren  kennen"  voor  meer
informatie hierover.
Uit 4WD LOW schakelen
Bij  een  voertuigsnelheid  tussen  de  0  en  de
5 km/u (0 en 3 mph), met het contact in de
stand  ON  en  lopende  motor,  schakelt  u  de
transmissie  naar  NEUTRAL  en  drukt  u  één
keer op de toets "4WD LOW” (4WD laag). Het
controlelampje  “4WD  LOW”  op  de  instru-
mentengroep  gaat knipperen en dooft nadat
het schakelen is voltooid.
OPMERKING:
Als  schakelcondities/vergrendelingen  niet
worden  bereikt, knippert  in  het  display in
de  instrumentengroep  een  bericht  met
instructies voor het voltooien van het scha-
kelverzoek.  Raadpleeg  de  paragraaf
"Display  in  de  instrumentengroep"  in  het hoofdstuk  "Uw  Instrumentenpaneel  leren
kennen" voor meer informatie hierover.
Het is mogelijk om naar en uit 4WD LOW
te  schakelen  als  de  auto  helemaal  stil-
staat;  er  kunnen  echter  problemen
ontstaan  omdat  de  koppelingstanden  dan
mogelijk niet goed zijn uitgelijnd. Mogelijk
moet  u  een  aantal  schakelpogingen  doen
om de koppelingstanden uit te lijnen en de
overschakeling  te  voltooien.  De  beste
methode  is  tijdens het rollen  van  de  auto
tussen  de  0  en  de  5 km/u  (0  tot  3 mph).
Als  de  auto  sneller  rijdt  dan  5 km/u
(3 mph)  dan verhindert  het 4WD-systeem
het schakelen.
Schakelen in NEUTRAL (N)
Raadpleeg voor informatie over de procedure
voor  schakelen  naar  neutraal  de  paragraaf
"De  auto  slepen  achter  een  camper”  in  dit
hoofdstuk voor meer informatie.
Elektronisch sperdifferentieel achter 
(E-Locker) — indien aanwezig
Het  E-Locker-systeem  achter  is  een  mecha-
nisch  sperdifferenteel  dat  zorgt  voor  meer
tractie in de stand 4WD LOW. De knop REAR
LOCK bevindt zich op de knop Selec-Terrain.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book  Page 163   
Page 166 of 356
STARTEN EN RIJDEN
164
Activeren van E-Locker achter
Om  het  E-Locker-systeem  achter  te  acti-
veren,  moet  aan  de  volgende  voorwaarden
worden voldaan:
1. Het 4WD-systeem moet in de stand 4WDLOW staan.
2. Het  contact  moet  in  de  stand  ON  staan en de motor moet draaien.
3. De  voertuigsnelheid  moet  lager  zijn  dan 24 km/u (15 mph).
4. Om  E-Locker  achter  in  te  schakelen, drukt u eenmaal op de knop REAR LOCK.
Toets Rear Lock (achterin geblokkeerd) Deactiveren van E-Locker-systeem achter
Om  het  E-Locker-systeem  achter  te  deacti-
veren,  moet  aan  de  volgende  voorwaarden
worden voldaan:
1. E-Locker  achter  moet  zijn  ingeschakeld
en het controlelampje REAR LOCK moet
branden.
2. Het  contact  moet  in  de  stand  ON  staan en de motor moet draaien.
3. Om  E-Locker  achter  uit  te  schakelen, drukt u eenmaal op de knop REAR LOCK.
OPMERKING:
Het  kan  ook  nodig  zijn  om  langzaam  te
rijden  en  het  stuurwiel  heen  en  weer  te
bewegen  voordat  E-Locker  volledig  wordt
ingeschakeld of uitgeschakeld.
Als  E-Locker  achter  wordt  ingeschakeld,
gaat  het  controlelampje  in  de  instrumen-
tengroep en op de knop REAR LOCK knip-
peren.  Na  het  schakelen  gaan  de  REAR
LOCK-controlelampjes continue branden.
Als  E-Locker  achter  wordt  uitgeschakeld,
gaat  het  controlelampje  in  de  instrumen-
tengroep en op de knop REAR LOCK knip- peren.  Na  het  schakelen  gaan  de  REAR
LOCK-controlelampjes uit.
Het  is  mogelijk  om  naar  en  uit  Rear
E-Locker  te  schakelen  als  de  auto  hele-
maal  stilstaat;  er  kunnen  echter
problemen  ontstaan  omdat  de  koppe-
lingstanden  dan  mogelijk  niet  goed  zijn
uitgelijnd.  Mogelijk  moet  u  een  aantal
schakelpogingen  doen  om  de  koppe-
lingstanden uit te lijnen en de overschake-
ling  te  voltooien.  De  beste  methode  is  de
auto  laten  rollen  met  een  snelheid  lager
dan  24 km/u  (15 mph)  terwijl  u  naar
rechts en links stuurt om de tanden van de
koppeling te laten uitlijnen.
Het E-Locker-systeem achter moet worden
uitgeschakeld voordat u uit de groep 4WD
LOW  schakelt.  Als  condities/vergrende-
lingen voor het schakelen naar 4WD LOW
niet  worden  bereikt,  knippert  op  het
display  in  de  instrumentengroep  een
bericht  met  instructies  voor  het  voltooien
van het schakelverzoek.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book  Page 164   
Page 167 of 356
165
SELEC-TERRAIN
Omschrijving
Selec-Terrain stelt de bestuurder in staat de
ondergrond  te  specificeren,  zodat  de  voer-
tuigsystemen  de  best  mogelijke  prestaties
onder  een  breed  scala  aan  omstandigheden
kunnen leveren.
Draai  aan  de  knop  Selec-Terrain  om  de
gewenste modus te kiezen.Selec-Terrain schakelaar
Selec-Terrain biedt de volgende modi:
AUTO   —  Volautomatische,  continue  vier-
wielaandrijving kan worden gebruikt op de
weg en in het terrein. Zoekt een evenwicht tussen  tractie  en  naadloos  stuurgevoel
voor verbeterd rijgedrag en optrekken.
SNOW — Tuning ingesteld op extra stabili-
teit  onder  slechte  weersomstandigheden.
Gebruik  deze  functie  bij  het  rijden  op
ondergronden  met  weinig  grip,  zoals
sneeuw, zowel op de weg als op terrein. In
de stand SNOW (afhankelijk van bepaalde
gebruiksomstandigheden)  kan  de  trans-
missie  de  TWEEDE  versnelling  gebruiken
(in  plaats  van  de  EERSTE)  bij  het
wegrijden om het slippen van de wielen te
minimaliseren.
SPORT
 — Met deze stand wordt het scha-
kelpatroon  van  de  automatische  versnel-
lingsbak  gewijzigd  voor  een  sportievere
rijstijl.  Er  wordt  bij  hogere  toerentallen
opgeschakeld  dan  normaal  om  volledig
gebruik  te  maken  van  het  beschikbare
motorvermogen.
OPMERKING:
De stand SPORT is niet beschikbaar wanneer
4WD LOW is gekozen.
SAND/MUD  — Kalibratie voor  terreinrijden
op ondergronden met weinig tractie, zoals
modder,  zand  of  nat  gras.  Het
4WD-systeem  levert  maximale  capaciteit
aan alle wielen. Enig slippen kan voelbaar zijn  op  ondergronden  met  veel  grip.  Het
elektronische  remsysteem  wordt  aange-
past om het automatisch remmen van slip-
pende  wielen  te  verminderen  en  om  de
motor zonder beperkingen te laten werken.
ROCK
  —  Kalibratie  voor  terreinrijden  is
alleen beschikbaar in de groep 4WD LOW.
De  modus  ROCK  biedt  de  meest  agres-
sieve 4WD-prestaties voor extreem terrein.
Gebruik voor het rijden op obstakels zoals
grote rotsen, diepe sporen, enz.
OPMERKING:
De  stand  ROCK  is  alleen  beschikbaar  op
voertuigen  die  zijn  uitgerust  met  het
Off-Road-pakket.
Schakel  de  afdalingsregeling  of  de  Selec
Speed  Control  in  voor  het  afrijden  van
steile hellingen.
Raadpleeg de paragraaf "Elektronisch remsy-
steem"  in  het  hoofdstuk  "Veiligheid"  voor
meer informatie.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book  Page 165   
Page 168 of 356
STARTEN EN RIJDEN
166
STOP/START-SYSTEEM
De  Stop/Start-functie  is  ontwikkeld  om
brandstof te besparen. Het systeem stopt de
motor automatisch tijdens een stop, wanneer
aan  alle  voorwaarden  is  voldaan.  Door  het
rempedaal los te laten of het gaspedaal in te
trappen  zal  de  motor  automatisch  opnieuw
worden gestart.
Dit  voertuig  is  geüpgraded  met  een  heavy
duty-accu,  een  startmotor  en  andere
motoronderdelen  om  de  extra  motorstarts
aan te kunnen.
Automatische modus
De Stop/Start-functie wordt ingeschakeld na
elke  normale  motorstart.  Op  dat  moment
activeert  het  systeem  de  modus  STOP/
START  READY  (Stop/Start-systeem  gereed)
en, wanneer aan  alle overige voorwaarden is
voldaan,  activeert  het  vervolgens  de  modus
STOP/START  AUTOSTOP  ACTIVE  (Autostop
Stop/Start-systeem actief).
Om de autostop-modus te activeren, doet u het
volgende:
Het systeem moet in modus STOP/START
READY (Stop/Start-systeem gereed) staan.
De  melding  STOP/START  READY  (Stop/Start-systeem  gereed)  wordt  weergegeven
op het display in de instrumentengroep in
het  gedeelte  Stop/Start.  Raadpleeg  de
paragraaf  "Waarschuwingslampjes  en
meldingen"  in  het  hoofdstuk  "Uw  instru-
mentenpaneel  leren  kennen"  in  uw
instructieboekje.
Het  voertuig  moet  volledig  tot  stilstand
zijn gebracht.
De schakelhendel  moet in een  vooruitver-
snelling  staan  en  het  rempedaal  moet
worden ingetrapt.
De  motor  wordt  uitgeschakeld,  de  toeren-
teller gaat naar de nulstand en het controle-
lampje  Stop/Start  gaat  branden  om  aan  te
geven  dat  autostop  is  ingeschakeld.  De
instellingen  van  de  klant  blijven  gehand-
haafd wanneer de motor weer wordt gestart.
Raadpleeg de paragraaf "Stop/Start-systeem"
in  hoofdstuk  "Starten  en  rijden"  in  uw
instructieboekje.
Mogelijke oorzaken waarom de motor niet 
automatisch stopt
Voor het  uitschakelen van  de  motor,  contro-
leert  het  systeem  vele  veiligheids-  en
comfortvoorwaarden  om  te  controleren  of hieraan is voldaan. Op het Stop/Start-scherm
van het display in de instrumentengroep kan
gedetailleerde  informatie  worden  weerge-
geven  over  de  werking  van  het  Stop/
Start-systeem.  In  de  volgende  situaties  zal
de motor niet stoppen:
De  veiligheidsgordel  van  de  bestuurder  is
niet vastgegespt
Het bestuurdersportier is niet gesloten
De accutemperatuur is te hoog of te laag
De accu is bijna leeg
Het  voertuig  bevindt  zich  op  een  steile
helling
De interieurverwarming of -koeling is inge-
schakeld en er is geen acceptabele tempe-
ratuur in het interieur bereikt
De klimaatregeling is ingesteld op volledig
ontdooien bij een hoge aanjagersnelheid
De klimaatregeling is ingesteld op MAX 
A/C
De motor heeft de normale bedrijfstempe-
ratuur nog niet bereikt
De  transmissie  staat  niet  in  een  versnel-
ling vooruit of achteruit
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book  Page 166   
Page 169 of 356
167
De motorkap is geopend
De  tussenbak  van  het  voertuig  staat  in
stand  4WD  LOW  (indien  uitgerust  met
4WD)
Het  rempedaal  wordt  niet  met  voldoende
druk  ingetrapt terwijl  de  auto  in  de  stand
DRIVE staat
Andere  factoren  die  het  gebruik  van  Autostop
verhinderen:  
Bediening van het gaspedaal
Motortemperatuur te hoog
8 km/u  (5 mph)  drempelwaarde  niet
bereikt bij vorige AUTOSTOP
Stuurhoek boven drempelwaarde
Adaptieve cruisecontrol (ACC) is ingescha-
keld en snelheid is ingesteld
Het is mogelijk dat meerdere malen met het
voertuig wordt gereden, zonder dat het Stop/
Start-systeem  de  status  STOP/START
READY  (Stop/Start  gereed)  aanneemt,
wanneer  de  omstandigheden  extremer  zijn
dan hierboven genoemd.
De motor starten in de stand autostop
In  de  vooruitversnelling  start  de  motor
wanneer  het  rempedaal  niet  is  ingetrapt  of
het  gaspedaal  wordt  ingetrapt.  De  trans-
missie wordt automatisch opnieuw ingescha-
keld als de motor opnieuw wordt gestart.
Omstandigheden  waarin  de  motor  automatisch
opnieuw start in de stand autostop:  
De  schakelhendel  wordt  vanuit  de  stand
DRIVE  in  een  andere  stand  gezet,  met
uitzondering van de stand PARK.
De  comfortstand  van  de  temperatuur  in
het interieur wordt gehandhaafd
Het  klimaatsysteem  in  volle  ontwase-
mingsmodus is
De temperatuur van het klimaatsysteem of
de  aanjagersnelheid  wordt  handmatig
versteld
De  accuspanning  daalt  naar  een  te  lage
waarde
Vacuümwaarde  remsysteem  laag  (bijv.  na
meerdere keren na elkaar remmen)
De schakelaar Stop/Start OFF is ingedrukt
Er doet  zich  een storing voor  in het  Stop/
Start-systeem
De vierwielaandrijving is in de stand 4WD
LOW gezet (indien uitgerust met 4WD).
Omstandigheden  waarin  automatisch  de  elek -
trische  parkeerrem  wordt  bediend  in  de  stand
autostop:  
Het  bestuurdersportier  is  geopend  en  het
rempedaal is niet ingetrapt
Het  bestuurdersportier  is  geopend  en  de
veiligheidsgordel  van  de  bestuurdersstoel
is niet vastgemaakt
De motorkap is geopend
Er doet  zich  een storing voor  in het  Stop/
Start-systeem
Als de elektrische parkeerrem wordt bediend
terwijl  de  motor  is  uitgeschakeld,  moet  de
motor  mogelijk  handmatig  opnieuw  worden
gestart  en  de  elektrische  parkeerrem  hand-
matig  worden  vrijgezet  (trap  het  rempedaal
in  en  druk  op  de  schakelaar  Electric  Park
Brake).  Raadpleeg  de  paragraaf  "Display  in
de instrumentengroep" in het hoofdstuk "Uw
instrumentenpaneel  leren  kennen"  in  het
instructieboekje.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book  Page 167   
Page 170 of 356
STARTEN EN RIJDEN
168
Het Stop/Start-systeem handmatig 
uitschakelen
1. Druk op de schakelaar Stop/Start OFF (inde  rij  schakelaars).  Het  lampje  in  de
schakelaar dooft.
Schakelaar Stop/Start OFF
2. De  melding  "STOP/START  OFF"  (stop/ start  uit)  verschijnt  op  het  display  in  de
instrumentengroep.  Raadpleeg  de  para-
graaf  "Waarschuwingslampjes  en
meldingen"  in  het  hoofdstuk  "Uw instru-
mentenpaneel  leren  kennen"  in  uw
instructieboekje.
3. Bij  de  volgende  stop  van  het  voertuig (nadat  het  Stop/Start-systeem  is  uitge-
schakeld) zal de motor niet worden uitge-
schakeld. 4. Het  Stop/Start-systeem  schakelt  elke
keer  zelfstandig  naar  de  stand  ON
wanneer  het  contact  uit-  en  weer  inge-
schakeld wordt.
Het Stop/Start-systeem handmatig 
inschakelen
Druk op de schakelaar Stop/Start OFF (in de
rij schakelaars). Het lampje in de schakelaar
dooft.
Raadpleeg  voor  meer  informatie  over  het
Stop/Start-systeem  de  paragraaf  "Stop/
Start-systeem"  in  het  hoofdstuk  "Starten  en
rijden" in uw instructieboekje.
STOP/START-SYSTEEM - 
ALLEEN DIESELMODELLEN
De  Stop/Start-functie  is  ontwikkeld  om
brandstof  te  besparen  en  de  uitstoot  van
schadelijke stoffen te beperken. Het systeem
stopt de motor automatisch tijdens een stop,
wanneer aan alle voorwaarden is voldaan. Als
bij  een  automatische  versnellingsbak  het
rempedaal wordt losgelaten of het gaspedaal
wordt  ingetrapt, of bij een handgeschakelde
versnellingsbak  het  koppelingspedaal  wordt
ingetrapt,  wordt  automatisch  de  motor
opnieuw gestart.
Automatische modus
De Stop/Start-functie wordt ingeschakeld na
elke  normale  motorstart.  Het  systeem  blijft
in  de  modus  STOP/START  NOT  READY
(Stop/Start-systeem  niet  gereed)  totdat  u
sneller  dan  7 km/u  (4 mph)  met  de  auto
vooruit gaat rijden. Op dat moment activeert
het systeem de modus STOP/START READY
(Stop/Start-systeem gereed) en, wanneer aan
alle overige voorwaarden is voldaan, activeert
het  vervolgens  de  modus  STOP/START
AUTOSTOP  ACTIVE  (Autostop  Stop/
Start-systeem actief).
Om de autostop-modus te activeren, doet u het
volgende:
Het systeem moet in modus STOP/START
READY (Stop/Start-systeem gereed) staan.
De  melding  STOP/START  READY  (Stop/
Start-systeem  gereed)  wordt  weergegeven
op het display in de instrumentengroep in
het  gedeelte  Stop/Start.  Raadpleeg  de
paragraaf  "Display  in  de  instrumenten-
groep" in het hoofdstuk "Uw Instrumenten-
paneel leren kennen" in de informatie voor
de eigenaar voor meer informatie.
Het  voertuig  moet  volledig  tot  stilstand
zijn gebracht.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book  Page 168