JEEP GRAND CHEROKEE 2015 Instructieboek (in Dutch)
Page 241 of 480
tuurbalk en schuif deze naar de schermtoets
met de rode pijl om de ingestelde temperatuur
te verlagen
OPMERKING:
In de modus Sync regelt deze knop tegelij-
kertijd ook automatisch de temperatuurre-
geling aan passagierszijde.
14. Knop temperatuurhoging bestuurder
Biedt de bestuurder een onafhankelijke tempe-
ratuurregeling. Drukop de toets op het front om
de ingestelde temperatuur te verhogen of op
het aanraakscherm op de schermtoets tempe-
ratuurbalk en schuif deze naar de schermtoets
met de rode pijl om de ingestelde temperatuur
te verhogen.
OPMERKING:
In de modus Sync regelt deze knop tegelij-
kertijd ook automatisch de temperatuurre-
geling aan passagierszijde. 15. Temperatuurregeling (alleen 5.0 Radio)
Kies de schermtoets voor temperatuur om de
luchttemperatuur in
het passagierscomparti-
ment te regelen. Door de temperatuurbalk in het
rode gebied te bewegen, wordt de temperatuur
hoger. Door de temperatuurbalk in het blauwe
gebied te bewegen, wordt de temperatuur lager.Functies van de klimaatregelingA/C (airconditioning)
Met de knop voor de A/C (airconditioning) kan
de gebruiker het aircosysteem handmatig in- of
uitschakelen. Als het aircosysteem is ingescha-
keld, stroomt via de luchtroosters koele, droge
lucht in het interieur. Druk voor een lager brand-
stofverbruik op knop A/C om de airconditioning
uit te schakelen en stel met de hand de aanja-
ger en luchtverdeling in. Zorg ook dat u alleen
de stand Instrumentenpaneel, Ventilatie op
twee niveaus of Vloer kiest.
OPMERKING:
Wanneer zich wasem of condens vormt
op de voorruit of zijramen, kiest u de
ontdooistand en stelt u het aanjagertoe-
rental indien nodig af.
Als het lijkt of de airconditioning minder
goed werkt dan verwacht, controleer dan
of de voorzijde van de airco-condensor
(vóór in de radiateur) is verstopt door vuil
of insecten. Maak de condensor schoon
door voorzichtig water vanaf de achter-
zijde van de radiateur door de condensor
te spuiten. Beschermhoezen kunnen de
luchtstroom door de condensor hinderen,
waardoor de prestaties van de airconditi-
oning afnemen.
MAX A/C
Met MAX A/C wordt maximaal gekoeld.
Druk kort op de knop om te schakelen tussen
MAX A/C en de voorgaande instellingen. De
schermtoets brandt wanneer MAX A/C is inge-
schakeld.
De gebruiker kan in de modus MAX A/C het
gewenste aanjagertoerental en de gewenste
stand kiezen. Door op andere instellingen te
drukken, schakelt de MAX A/C-werking over
naar de geselecteerde instelling en wordt MAX
A/C verlaten.
237
Page 242 of 480
RecirculatieWanneer de buitenlucht rook, on-
prettige luchtjes of veel vocht be-
vat, of wanneer een snelle koeling
gewenst is, kunt u de binnenlucht
laten circuleren door op de recircu-
latieknop te drukken. Wanneer
deze knop is ingedrukt, brandt de het indicatie-
lampje voor recirculatie. Druk nogmaals op de
knop om de recirculatiestand uit te schakelen
en buitenlucht in het interieur te laten stromen.
OPMERKING:
Bij koud weer kunnen de ruiten, bij gebruik
van de recirculatiestand, sneller beslaan. De
recirculatiefunctie is mogelijk niet beschik-
baar (schermtoets grijs weergegeven). In de
modus Ontwasemen mag de recirculatie-
stand niet worden gebruikt om de ramen
sneller vrij te maken. De recirculatie wordt
automatische uitgeschakeld als deze stand
wordt gekozen. Als u de recirculatie pro-
beert in te schakelen terwijl deze stand ac-
tief is, gaat het lampje in de bedieningsknop
knipperen en vervolgens uit.
Automatische temperatuurregeling
(ATC)Automatische werking
1. Druk op de knop AUTO op het front en kies
vervolgens de schermtoets "AUTO"(4) in
het bedieningspaneel van de automatische
temperatuurregeling (ATC).
2.
Stel vervolgens de gewenste temperatuur in
met de toetsen of schermtoetsen (7, 8, 13 en
14) voor het regelen van de temperatuur aan de
bestuurderszijde en de passagierszijde. Zodra
de gewenste temperatuur wordt weergegeven,
zorgt het systeem dat deze temperatuur wordt
bereikt en automatisch wordt gehandhaafd.
3.
Nadat de gewenste temperatuur is ingesteld,
hoeft u de temperatuur niet meer te wijzigen. U
ervaart het meeste gebruiksgemak wanneer u
het systeem automatisch laat werken.
OPMERKING:
U hoeft de temperatuurinstelling niet te
wijzigen. Het systeem past automatisch de
temperatuur, de luchtverdeling en het aan- jagertoerental aan om zo snel mogelijk de
door u gewenste instelling te bereiken.
De temperatuur kan worden weergegeven
in Amerikaanse of metrische maateenhe-
den, door de programmeerbare optie US
of Metric (metrisch) te kiezen. Raadpleeg
voor meer informatie de paragraaf Instel-
lingen van Uconnect®