Lancia Delta 2011 Instructieboek (in Dutch)

Page 1 of 290

Instructieboekje

Page 2 of 290

Geachte cliënt,
Wij feliciteren u met uw aankoop en bedanken u dat u voor een LANCIA hebt gekozen.
Wij hebben dit boekje samengesteld om u de kwaliteiten van deze auto volledig te laten benutten.
Wij raden u aan alle hoofdstukken door te lezen voordat u voor de eerste keer met de auto gaat rijden.
Dit instructieboekje bevat informatie, tips en aanwijzingen die u zullen helpen de technische kwaliteiten van uw
LANCIA volledig te benutten.
U zult niet alleen de bijzondere eigenschappen ontdekken van uw LANCIA maar ook belangrijke aanwijzingen vinden
voor de verzorging, het onderhoud, de rijveiligheid en het geprogrammeerd onderhoud.
Wij raden u aan de waarschuwingen en tips aandachtig te lezen die worden voorafgegaan door de symbolen:
veiligheid van de inzittenden;
conditie van de auto;
bescherming van het milieu.
In de bijgevoegde “Service- en garantiehandleiding” vindt u de extra service van LANCIA:
– het garantiecertificaat en de bijbehorende voorwaarden
– een overzicht van de speciale aanvullende service voor de cliënten van LANCIA.
Wij zijn ervan overtuigd, dat u met behulp van dit instructieboekje spoedig met uw auto vertrouwd zult raken en dat
uw nieuwe auto en de ondersteuning van de LANCIA-organisatie u volledig tevreden zullen stellen.
Veel leesplezier en goede reis!
Hoewel in dit Instructieboekje alle uitvoeringen van de LANCIA Delta beschreven worden,
dient u zich aan de informatie te houden met betrekking tot de uitrusting,
de motoruitvoering en het model van de auto die u gekocht hebt.

Page 3 of 290

BRANDSTOF TANKEN
Benzinemotoren:tank uitsluitend loodvrije benzine
met een minimum octaangetal van 95 RON.
Dieselmotoren:tank uitsluitend dieselbrandstof voor
motorvoertuigen die voldoet aan de Europese specificatie
EN590.
Het gebruik van andere producten of mengsels kan de motor
onherstelbaar beschadigen en het vervallen van de garantie tot
gevolg hebben.
MOTOR STARTEN
Benzinemotoren:controleer of de handrem is aange-
trokken; zet de versnellingspook in vrij; trap het kop-
pelingspedaal volledig in, maar trap het gaspedaal niet
in; draai vervolgens de contactsleutel in stand AV Ven
laat de sleutel los zodra de motor aanslaat.
Dieselmotoren:draai de contactsleutel in stand MARen
wacht tot de waarschuwingslampjes Yenmdoven; draai
de contactsleutel in stand AV Ven laat de sleutel los zodra de
motor aanslaat.
PARKEREN BOVEN BRANDBARE MATERIALEN
Onder normale bedrijfsomstandigheden bereikt de
katalysator hoge temperaturen. Parkeer de auto dus
niet op gras of boven droge bladeren, dennennaalden
of ander ontvlambaar materiaal: brandgevaar.
BESCHERMING VAN HET MILIEU
De auto is uitgerust met een diagnosesysteem dat
continu controles uitvoert op de componenten die van
invloed zijn op de uitlaatgasemissie, zodat overmati-
ge vervuiling van het milieu wordt voorkomen.ELEKTRISCHE APPARATUUR
Als u na aanschaf van uw auto accessoires wilt mon-
teren die stroom verbruiken (waardoor de accu lang-
zaam kan ontladen), wendt u dan tot het Lancia
Servicenetwerk, dat kan controleren of de elektri-
sche installatie van de auto geschikt is voor het extra
stroomverbruik.
CODE-CARD
Bewaar deze op een veilige plaats, maar niet in de auto.
Wij raden u aan de elektronische code van de CODE-
card te noteren en altijd bij u te hebben, omdat deze
onmisbaar is voor het uitvoeren van een noodstart.
GEPROGRAMMEERD ONDERHOUD
Bedenk dat een goed onderhoud van de auto de beste
manier is om de prestaties en de veiligheid van de auto
gedurende langere tijd te garanderen. Daarbij wordt
ook het milieu ontzien en blijven de exploitatiekosten
laag.
IN HET INSTRUCTIEBOEKJE…
…vindt u informatie, tips en belangrijke aanwijzingen
voor het juiste gebruik, de rijveiligheid en het onder-
houd van uw auto. Let vooral op de symbolen "(vei-
ligheid van de inzittenden) #(bescherming van het
milieu)â(conditie van de auto).
Als op het multifunctionele display de melding “Zie instruc-
tieboek” verschijnt, raadpleeg dan het hoofdstuk “Lampjes op
het instrumentenpaneel” in dit boek.
ABSOLUUT LEZEN!
K



Page 4 of 290

INHOUD
Wegwijs in uw auto
Veiligheid
Starten en rijden
Noodgevallen
Onderhoud en zorg
Technische gegevens
Alfabetisch register1
2
3
4
5
6
7

Page 5 of 290

bewust onbedrukt gehouden pagina

Page 6 of 290

WEGWIJS IN UW AUTO5
1
Dashboard ................................................................ 6
Instrumentenpaneel .................................................. 7
Display ..................................................................... 21
Menuopties ............................................................... 26
Tripcomputer ............................................................ 36
Symbolen .................................................................. 38
Lancia Code-systeem ................................................ 39
De sleutels ................................................................ 40
Diefstalalarm ............................................................ 43
Start-/contactslot ...................................................... 46
Zitplaatsen ............................................................... 47
Hoofdsteunen ........................................................... 50
Stuur ........................................................................ 51
Spiegels .................................................................... 51
Klimaatregeling ........................................................ 53
Handbediende airconditioning .................................. 54
Automatische airconditioning met
gescheiden regeling ................................................... 56
Buitenverlichting ...................................................... 62
Ruiten reinigen ......................................................... 65
Cruise Control .......................................................... 68
Interieurverlichting ................................................... 70
Bedieningsknoppen ................................................... 72Brandstoftoevoeronderbreking .................................. 75
Interieuruitrusting .................................................... 76
Opendak ................................................................... 81
Portieren ................................................................... 84
Ruitbediening ........................................................... 87
Bagageruimte ............................................................ 91
Motorkap .................................................................. 99
Imperiaal/skidrager .................................................. 101
Koplampen ............................................................... 102
DST-systeem ............................................................. 104
SPORT-functie .......................................................... 104
Reactive Suspension System ...................................... 106
Driving Advisor ........................................................ 107
ESP 2-systeem .......................................................... 112
Start&Stop-systeem .................................................. 117
EOBD-systeem .......................................................... 122
Elektrische stuurbekrachtiging “Dualdrive” .............. 122
TPMS-systeem .......................................................... 124
Parkeersensoren ........................................................ 127
Magic Parking .......................................................... 130
Extra accessoires ....................................................... 144
Tanken ..................................................................... 145
Bescherming van het milieu ...................................... 148

Page 7 of 290

6WEGWIJS IN UW AUTO
DASHBOARD
De aanwezigheid en de opstelling van de bedieningsorganen, de instrumenten en de lampjes kunnen per uitvoering
verschillen.
1. Luchtrooster voor lucht naar de zijruiten – 2. Verstelbaar en regelbaar luchtrooster – 3. Bedieningshendel buitenverlichting
4. Instrumentenpaneel – 5. Bedieningshendel ruitenwissers/achterruitwisser/tripcomputer – 6. Verstelbare en regelbare luchtroosters
7. Schakelaar waarschuwingsknipperlichten – 8. Frontairbag passagierszijde – 9. Dashboardkastje – 10. Bedieningsorganen dash-
board – 11. Bedieningsknoppen klimaatregeling – 12. Contactsleutel en start-/contactslot – 13. Frontairbag bestuurder
14. Knie-airbag bestuurder (voor bepaalde uitvoeringen/markten) – 15. Hendel stuurwielvergrendeling – 16. Toegangsklepje zeke-
ringenkast – 17. Hendel voor motorkapontgrendeling.
fig. 1L0E0001m

Page 8 of 290

1
WEGWIJS IN UW AUTO7
INSTRUMENTENPANEEL
Uitvoeringen met multifunctioneel display
A Snelheidsmeter
B Brandstofmeter met waarschuwingslampje brandstofreserve
C Koelvloeistoftemperatuurmeter met waarschuwingslampje voor te hoge koelvloeistoftemperatuur
D Toerenteller
E Multifunctioneel display
mcLampjes alleen aanwezig op dieseluitvoeringen
BELANGRIJK De achtergrondkleur en de vormgeving van de instrumenten kunnen per uitvoering verschillen.
L0E0002mfig. 2

Page 9 of 290

8WEGWIJS IN UW AUTO
Uitvoeringen met instelbaar multifunctioneel display
A Snelheidsmeter
B Brandstofmeter met waarschuwingslampje brandstofreserve
C Koelvloeistoftemperatuurmeter met waarschuwingslampje voor te hoge koelvloeistoftemperatuur
D Toerenteller
E Instelbaar multifunctioneel display
mcLampjes alleen aanwezig op dieseluitvoeringen
BELANGRIJK De achtergrondkleur en de vormgeving van de instrumenten kunnen per uitvoering verschillen. fig. 3
L0E0003m

Page 10 of 290

WEGWIJS IN UW AUTO9
1
SNELHEIDSMETER fig. 2-3
De snelheidsmeter A geeft de snelheid van de auto aan.
TOERENTELLER fig. 2-3
De toerenteller D geeft het toerental van de motor aan.
BRANDSTOFMETER fig. 2-3
De brandstofmeter B geeft de hoeveelheid brandstof aan die in
de tank aanwezig is.
Het waarschuwingslampje
Kgaat branden (op het display ver-
schijnt ook een melding) als er nog ongeveer 5 tot 7 liter brand-
stof in de tank aanwezig is.
Rijd niet met een bijna lege brandstoftank: door een onregel-
matige brandstoftoevoer kan de katalysator beschadigen.
KOELVLOEISTOFTEMPERATUURMETER fig. 2-3
De wijzer C geeft de temperatuur aan van de motorkoelvloeistof,
zodra de koelvloeistoftemperatuur hoger wordt dan ongeveer
50°C. Het eerste streepje blijft altijd branden en geeft de cor-
recte werking van het systeem aan. Als het waarschuwingslampje
ugaat branden (op het display verschijnt ook een melding),
dan is de koelvloeistoftemperatuur te hoog; zet in dat geval de
motor uit en wendt u tot het Lancia Servicenetwerk.LAMPJES OP HET INSTRUMENTENPANEEL
Algemene opmerkingen
Als een lampje gaat branden, verschijnt bij bepaalde uitvoerin-
gen ook een bijbehorende melding op het instrumentenpaneel
en/of klinkt er een akoestisch signaal. Deze meldingen zijn be-
knopt en uit voorzorg en moeten als een aanvulling worden ge-
zien en niet als alternatief voor de informatie in dit Instructie-
boek. Wij raden u daarom aan dit Instructieboek goed door te
lezen. Houdt u bij een storing altijd aan de aanwijzingen die in
dit hoofdstuk beschreven worden.
Te laag remvloeistofniveau (rood)
Als u de contactsleutel in stand MAR draait, gaat
het lampje branden. Na enkele seconden moet het
lampje doven. Het lampje gaat branden als het rem-
vloeistofniveau in het reservoir onder het minimum niveau is ge-
daald, bijvoorbeeld door lekkage in het remsysteem.
Op het display verschijnt de bijbehorende melding.
Aangetrokken handrem (rood)
Als u de contactsleutel in stand MAR draait, gaat het lampje
branden. Na enkele seconden moet het lampje doven. Het lamp-
je gaat branden als de handrem wordt aangetrokken. Als de au-
to in beweging is, hoort u ook een akoestisch signaal.
BELANGRIJK Als het lampje tijdens het rijden gaat branden,
controleer dan of de handrem niet is aangetrokken.
x

Page:   1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 ... 290 next >