ESP Lancia Ypsilon 2012 Instructieboek (in Dutch)

Page 215 of 307

PERIODIEKE CONTROLESElke 1.000 km of vóór een lange reis controleren
en eventueel bijvullen:
❒niveau motorkoelvloeistof, remvloeistof en
ruitensproeiervloeistof;
❒conditie en spanning banden;
❒werking verlichting (koplampen,
richtingaanwijzers, alarmknipperlichten, etc.);
❒werking ruitenwissers/-sproeiers en stand/
slijtage wisserbladen voor/achter.
Elke 3.000 km controleren en eventueel bijvullen:
motorolieniveau.
INTENSIEF GEBRUIK VAN DE AUTOAls vooral een intensief gebruik van de auto wordt
gemaakt, zoals:
❒het trekken van aanhangers of caravans;
❒het rijden op stoffige wegen;
❒talrijke korte ritten (minder dan 7-8 km) en bij
buitentemperaturen onder het vriespunt;
❒vaak lang stationair draaiende motor of lange
afstanden bij lage snelheden of als de auto
lang niet wordt gebruikt;
dan moeten de volgende controles vaker worden
uitgevoerd dan is aangegeven in het
Geprogrammeerd onderhoudsschema:
❒remblokken van schijfremmen voor op conditie
en slijtage controleren;
❒slot van motorkap en achterklep op
aanwezigheid van vuil controleren,
schoonmaken en mechanismen smeren;
❒visueel de toestand controleren van: motor,
versnellingsbak, transmissie, slangen en
leidingen (uitlaat, brandstof- en remsysteem) en
rubber elementen (hoezen, balgen, bussen
enz.);
213WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 222 of 307

REMVLOEISTOF
Controleer of het vloeistofniveau op het maximum
peil staat (het niveau mag nooit boven het
MAX-teken komen). Als het vloeistofniveau te
laag is, maak de reservoirdop E los (zie vorige
pagina's) en vul de vloeistof bij zoals vermeld in
het hoofdstuk "Technische gegevens".
OpmerkingReinig zorgvuldig de reservoirdop en
het omliggende oppervlak van de vulopening.
Zorg bij het openen van de dop dat er geen vuil in
het reservoir terecht komt.
Gebruik voor het bijvullen altijd een trechter met
fijne zeef van maximaal 0,12 mm.
BELANGRIJK Remvloeistof is hygroscopisch
(d.w.z. trekt water aan). Daarom moet bij
overwegend gebruik van de auto in gebieden met
grote luchtvochtigheid, de vloeistof vaker worden
vervangen dan is aangegeven in het
“Geprogrammeerd onderhoudsschema”.
Vermijd elk contact tussen de uiterst
corrosieve remvloeistof en de gelakte
delen. Spoel bij contact onmiddellijk
uit met rijkelijk water.
BELANGRIJK
Remvloeistof is giftig en uiterst
corrosief. Als men de remvloeistof per
ongeluk toch morst, moeten de betreffende
delen onmiddellijk worden schoongemaakt
met water en een neutrale zeep en
vervolgens rijkelijk met water worden
gespoeld. In geval van inslikken
onmiddellijk een arts raadplegen.
BELANGRIJK
Het symbool
op het reservoir geeft
aan dat een synthetische remvloeistof
moet worden gebruikt, dus geen minerale
remvloeistof. Het gebruik van minerale
vloeistoffen kan de speciale rubbers in het
remsysteem onherstelbaar beschadigen.
220WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 225 of 307

BELANGRIJK
Draag altijd een speciale bril
wanneer aan of in de buurt van de
accu wordt gewerkt.
WIELEN EN BANDENControleer voor een lange reis en elke twee weken
de bandenspanning van de banden en het
ruimtebesparend reservewiel (voor bepaalde
versies/markten). Controleer de bandenspanning
wanneer de banden koud zijn.
Tijdens het rijden neemt de bandenspanning
onder normale omstandigheden toe: zie voor de
juiste waarde van de bandenspanning de
paragraaf “Wielen” in het hoofdstuk “Technische
gegevens”.
Een onjuiste bandenspanning veroorzaakt een
onregelmatige bandenslijtage fig. 165:
A normale spanning: gelijkmatige slijtage van het
loopvlak;
B te lage spanning: overmatige slijtage aan de
zijkanten van het loopvlak;
fig. 165
L0F0018
223WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 226 of 307

C te hoge spanning: overmatige slijtage in het
midden van het loopvlak;
Banden moeten worden vervangen wanneer de
profieldiepte van het loopvlak minder dan 1,6 mm
bedraagt. Respecteer in elk geval de wettelijke
voorschriften van het land waarin wordt gereden.
BELANGRIJK
Pas de volgende voorzorgsmaatregelen toe om
bandschade te voorkomen:
❒voorkom bruusk remmen, met spinnende wielen
optrekken, harde schokken van de banden tegen
stoepranden, kuilen en andere hindernissen.
Voorkom ook het langdurig rijden op een slecht
wegdek.
❒controleer de banden regelmatig op scheuren in
de wangen, oneffenheden of onregelmatige
slijtage op het loopvlak;
❒rijd niet met een te zwaar beladen auto. Stop zo
snel mogelijk in geval van lekke band en
verwissel het wiel;
❒banden verouderen, ook als ze weinig gebruikt
zijn. Scheurtjes in het loopvlak en op de wangen
betekenen dat de band verouderd is. In ieder
geval moeten banden die langer dan zes jaar
onder een auto zijn gemonteerd door een
specialist worden gecontroleerd. Vergeet ook
niet het ruimtebesparend reservewiel te laten
controleren (voor bepaalde versies/markten);❒verwissel de banden elke 10-15 duizend
kilometer van as; houd de banden aan dezelfde
zijde van de auto gemonteerd zodat de
draairichting niet wordt omgekeerd;
❒Monteer altijd nieuwe banden en vermijd
banden waarvan de herkomst dubieus is;
❒bij de montage van een nieuwe band moet ook
een nieuw ventiel worden voorzien.
BELANGRIJK
De wegligging van de auto is in grote
mate afhankelijk van een juiste
bandenspanning.
BELANGRIJK
bij een te lage spanning wordt de
band te heet, hetgeen ernstige schade
aan de band kan veroorzaken.
BELANGRIJK
Verwissel de banden niet kruiselings
door de banden van de rechterzijde
aan de linkerzijde en omgekeerd te
monteren.
224WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 227 of 307

BELANGRIJK
Voer bij lichtmetalen velgen nooit
spuitwerkzaamheden uit die een
temperatuur vereisen boven 150°C. Dit kan
de mechanische eigenschappen van de
wielen in gevaar brengen.
RUITENWISSERS/
ACHTERRUITWISSERWISSERBLADEN
Vervang de wisserbladen wanneer het rubber
vervormd of versleten is. Het is in elk geval
raadzaam de wisserbladen ongeveer jaarlijks te
vervangen.
Met enkele eenvoudige voorzorgsmaatregelen kan
de beschadiging van het rubber worden
gereduceerd:
❒bij temperaturen onder het vriespunt moet men
controleren of er ijs tussen het wisserblad en de
ruit is. Gebruik zo nodig een antivriesmiddel om
de wissers vrij te maken;
❒veeg sneeuw op de ruit weg: dit voorkomt
schade aan de wisserbladen en beschermt de
ruitenwissermotor tegen oververhitting;
❒gebruik de ruitenwissers/achterruitwisser nooit
op een droge ruit.
BELANGRIJK
Rijden met versleten wisserbladen is
bijzonder gevaarlijk, doordat het
zicht onder slechte weersomstandigheden
wordt beperkt.
225WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 230 of 307

KOPLAMPSPROEIERS
(voor bepaalde versies/markten))
De koplampsproeiers bevinden zich in de
voorbumper fig. 170. De koplampsproeiers
worden ingeschakelt wanneer bij brandend
dimlicht en/of grootlicht de ruitensproeiers
worden ingeschakeld.
Controleer regelmatig de conditie en de
aanwezigheid van vuil in de koplampsproeiers.
CARROSSERIEBESCHERMING TEGEN ATMOSFERISCHE
INVLOEDEN
Op de auto zijn de beste technologische
oplossingen toegepast om de carrosserie tegen
roest te beschermen.
De belangrijkste oplossingen zijn:
❒lakproducten en lakspuitsystemen die de auto
de benodigde weerstand tegen roest en
schurende elementen verschaffen
❒toepassing van verzinkte (of voorbehandelde)
plaatdelen met een hoge corrosiebestendigheid
❒het aanbrengen van gespoten wasproducten met
een hoog beschermend vermogen op de
onderzijde, in de motorruimte, in de wielkuipen
en andere elementen
❒het aanbrengen van kunststofmaterialen met
een beschermende functie op de meest
blootgestelde delen: onderzijde portieren,
binnenzijde spatborden, randen enz.;
❒toepassing van "open" holle ruimtes om te
voorkomen dat condensvorming en
vochtophoping roest van binnenuit bevorderen.
fig. 170
L0F0023
228WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 232 of 307

Om de esthetische eigenschappen van
de lak te behouden, mogen er geen
schuur- en/of poetsproducten voor het
reinigen van de auto worden gebruikt.
Ruiten
Gebruik specifieke schoonmaakmiddelen en
schone, zachte doeken om krassen en
beschadigingen te voorkomen.
BELANGRIJK Veeg het binnenoppervlak van de
achterruit voorzichtig met een doek af, en volg
hierbij de richting van de elektrische
weerstandsdraden om de achterruitverwarming
niet te beschadigen.
Koplampen
Gebruik een zachte, vochtige doek die in water
met een specifiek autowasmiddel is gedrenkt.
BELANGRIJK Gebruik nooit aromatische stoffen
(bijv. benzine) of ketonen (bijv. aceton) om de
plastic lampglazen van de koplampen te reinigen.
BELANGRIJK Als de auto met een drukreiniger
wordt gewassen, moet de straal op minstens 2 cm
van de koplampen worden gehouden.Motorruimte
Spuit de motorruimte na het winterseizoen
zorgvuldig uit: hierbij mag de waterstraal niet
rechtstreeks op de elektronische regeleenheden of
op de motoren van de ruitenwissers worden
gericht. Laat deze werkzaamheden uitvoeren door
een gespecialiseerd bedrijf.
BELANGRIJK Voor het uitspuiten van de
motorruimte moet de contactsleutel in de stand
STOP staan en de motor koud zijn. Controleer na
het reinigen of de verschillende beschermingen
(bijv. rubberen doppen en kappen) niet verwijderd
of beschadigd zijn.
230WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLENONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER

Page 242 of 307

WIELENVELGEN EN BANDEN
Geperst stalen of lichtmetalen velgen. Tubeless
radiaalbanden. Op het kentekenbewijs zijn tevens
alle goedgekeurde banden aangegeven.
BELANGRIJK Als de gegevens in de
instructieboek afwijken van die van het
kentekenbewijs, dient men zich altijd aan de
gegevens van het kentekenbewijs te houden. Voor
de rijveiligheid moeten alle wielen zijn voorzien
van banden van hetzelfde merk en type.
BELANGRIJK Monteer geen binnenbanden in
tubeless banden.
RUIMTEBESPAREND RESERVEWIEL
Geperst stalen velg. Tubeless band.
WIELUITLIJNING
Toespoor van de voorwielen gemeten op de
velgranden:0±1mm
Waarden van toepassing voor rijklare auto.DE BANDENMAAT LEZEN
Voorbeeld fig. 173: 185/55 R 15 82T
185
Nominale bandbreedte (S, afstand in mm
tussen de flanken)
55
Verhouding van de bandhoogte/bandbreedte
(H/S) in %
R
Radiaalband
15
Doorsnee van de velg in inches (Ø)
82
Belastingsindex (laadvermogen)
TSnelheidscategoriefig. 173
L0F0019
240WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER

Page 244 of 307

STANDAARD VELGEN EN BANDENVersies Velgen Banden WinterbandenRuimtebesparend
reservewiel
(*)
VelgBand
0.9 TwinAir 85 pk5½Jx14 H2-ET30 175/65 R14 82H175/65 R14 84Q
(M+S)
135/80 B14 84M 6Jx15 H2-ET30 185/55 R15 82H185/55 R15 82Q
(M+S)
6Jx15 H2-ET30195/50 R15 82H
(***)
195/50 R15 82Q
(M+S)
6½Jx16 H2-ET30195/45 R16 84H
(***)
195/45 R16 84Q
(M+S)
1.2 8V 69 pk5½Jx14 H2-ET30 175/65 R14 82H175/65 R14 84Q
(M+S)
135/80 B14 84M 6Jx15 H2-ET30 185/55 R15 82H185/55 R15 82Q
(M+S)
6Jx15 H2-ET30195/50 R15 82H
(***)
195/50 R15 82Q
(M+S)
6½Jx16 H2-ET30195/45 R16 84H
(***)
195/45 R16 84Q
(M+S)
(*) Voor bepaalde versies/markten
(***) Geen montage van sneeuwkettingen mogelijk
242WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER

Page 245 of 307

Versies Velgen Banden WinterbandenRuimtebesparend
reservewiel
(*)
VelgBand
1.3 16v MultiJet5½Jx14 H2-ET30 175/65 R14 82H175/65 R14 84Q
(M+S)
135/80 B14 84M 6Jx15 H2-ET30 185/55 R15 82H185/55 R15 82Q
(M+S)
6Jx15 H2-ET30195/50 R15 82H
(***)
195/50 R15 82Q
(M+S)
6½Jx16 H2-ET30195/45 R16 84H
(***)
195/45 R16 84Q
(M+S)
(*) Voor bepaalde versies/markten
(***) Geen montage van sneeuwkettingen mogelijk
243WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 next >