ESP Lancia Ypsilon 2012 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2012, Model line: Ypsilon, Model: Lancia Ypsilon 2012Pages: 307, PDF Size: 13.23 MB
Page 246 of 307

BANDENSPANNING IN KOUDE TOESTAND (bar)
Bij warme banden moet de bandenspanning +0,3 bar hoger zijn dan de voorgeschreven waarde.
Controleer de bandenspanning nogmaals wanneer de banden koud zijn.BandenOnbelast/bij gemiddelde
belastingBij volle belasting
Ruimtebesparendreservewiel
(*)
Voor Achter Voor Achter
175/65 R14 82H 2.2 2.1 2.5 2.2
2.8 185/55 R15 82H 2.2 2.1 2.5 2.2
195/50 R15 82H 2.2 2.1 2.5 2.2
195/45 R16 84H 2.4 2.1 2.7 2.4
(*) Voor bepaalde versies/markten
244WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER
Page 258 of 307

RICHTLIJNEN VOOR DE BEHANDELING VAN HET VOERTUIG AAN HET
EINDE VAN DE LEVENSDUURAl jaren zet Lancia zich volledig in voor de bescherming van het milieu via de continue verbetering van
de productieprocessen en de realisatie van producten die steeds "eco-compatibeler" zijn. Om de klanten
de best mogelijke service te garanderen in overeenstemming met de milieuwetgeving en conform de
Europese richtlijn 2000/53/EG inzake de behandeling van voertuigen aan het einde van hun
levensduur, biedt Lancia haar klanten de mogelijkheid hun auto (*) aan het einde van zijn levensduur
zonder extra kosten in te leveren.
De Europese richtlijn bepaalt namelijk dat de auto kan worden ingeleverd zonder kosten voor de laatste
houder of eigenaar als de auto geen of een negatieve marktwaarde heeft. In alle landen van de Europese
Unie konden tot 1 januari 2007 alleen auto’s kosteloos worden ingeleverd die na 1 juli 2002 op
kenteken waren gezet; vanaf 2007 is het kosteloos inleveren van de auto niet meer afhankelijk van het
jaar van kentekenregistratie, als het voertuig maar de essentiële voertuigonderdelen (met name de motor
en de carrosserie) en geen extra afval bevat.
Voor de kosteloze inlevering van de auto aan het einde van zijn levensduur kunt u zich tot het Lancia
Servicenetwerk of tot een bevoegd inzamelings- en verwerkingsbedrijf wenden. Deze bedrijven zijn
zorgvuldig geselecteerd en bieden kwaliteitservice voor de inzameling, verwerking en recycling
van afgedankte auto’s met respect voor het milieu.
Voor meer informatie over deze inzamelings- en verwerkingsbedrijven kunt u zich wenden tot een
Lancia Servicenetwerk of het gratis nummer 00800 526242 00 bellen of de Lancia website bezoeken.
(*) Auto voor personenvervoer met maximaal negen zitplaatsen en een maximaal toelaatbaar gewicht
van 3,5 t.
256WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER
Page 280 of 307

AUX OFFSET functie
(afstelling volume van draagbaar apparaat op
dat van de andere bronnen)
Met deze functie kan het volume van de AUX-
bron, afhankelijk van het aangesloten apparaat,
afgesteld worden op dat van de andere bronnen.
Om de functie in te schakelen o de MENU-toets
drukken en “AUX offset” kiezen.
Druk op de
of
toets om het volume te
verhogen of verlagen (ingesteld van–6tot+6).
RADIO OFF functie
(in- en uitschakelwijze)
Deze functie wordt gebruikt om de uitschakelwijze
van de radio op een of twee verschillende
manieren in te stellen. Gebruik de
of
toets om
de functie in te schakelen.
De gekozen manier verschijnt op het display:
❒"00 MIN": uitschakeling is afhankelijk van de
contactsleutel; de radio schakelt automatisch uit
zodra de contactsleutel naar de STOP-stand
wordt gedraaid;
❒"20 MIN": uitschakeling is niet afhankelijk van
de contactsleutel; de radio blijft gedurende een
periode van maximaal 20 minuten nadat de
contactsleutel naar de STOP-stand is gedraaid,
ingeschakeld;SYSTEM RESET functie
Deze functie wordt gebruikt om alle instellingen
naar de fabriekswaarden terug te stellen.
De opties zijn:
❒NO: geen restore-bewerking;
❒YES: de defaultparameters zullen hersteld
worden. Het display toont "Resetting" tijdens
deze bewerking. Na de bewerking wijzigt de
bron niet en wordt de voorgaande situatie
weergegeven.
VOORBEREIDING VOOR INBOUW
TELEFOON
Als een handsfree-systeem in de auto geïnstalleerd
is, wordt bij een inkomend telefoontje de audio
van de autoradio met de uitgang van de telefoon
verbonden. Het geluid van het inkomende
telefoontje heeft altijd een vast volume, maar dit
kan tijdens het gesprek aangepast worden met de
ON/OFF toets/knop.
Het vaste geluidsvolume van de telefoon kan
geregeld worden met de "SPEECH VOLUME"
functie in het Menu. Het woord "PHONE"
verschijnt op het display tijdens de uitschakeling
van de audio voor het telefoongesprek.
278
AUTORADIO
Page 285 of 307

CD-SPELERINLEIDING
Dit hoofdstuk beschrijft uitsluitend de varianten
voor wat betreft de werking van de CD-speler: zie
voor een beschrijving van de werking van de
autoradio het hoofdstuk “Functies en
Instellingen”.
KEUZE VAN DE CD-SPELER
Ga voor het inschakelen van de ingebouwde CD-
speler als volgt te werk:
❒breng een CD bij reeds ingeschakeld apparaat
in: het eerste nummer wordt afgespeeld;
of
❒als er reeds een CD is ingebracht, schakel dan de
autoradio in en druk vervolgens kort op de CD-
toets om de “CD” werking te kiezen: het laatst
beluisterde nummer zal afgespeeld worden.
Voor een optimale weergave wordt het gebruik van
originele CD's aangeraden. Als CD-R/RW's
worden gebruikt, dan adviseren wij exemplaren
van goede kwaliteit die met de laagst mogelijke
snelheid gebrand worden.INBRENGEN/UITWERPEN VAN DE CD
Steek de CD voorzichtig in de sleuf, zodat het
automatische laadysteem ingeschakeld wordt dat
de CD correct zal plaatsen.
De CD kan ook worden ingebracht bij
uitgeschakelde radio en contactsleutel in de stand
MAR: in dit geval blijft de radio uitgeschakeld.
Wanneer de autoradio wordt ingeschakeld, wordt
de laatst beluisterde audiobron vóór het
uitschakelen geactiveerd.
Wanneer een CD wordt ingebracht, verschijnt op
het display het symbool "CD-IN" en het opschrift
"CD Reading". Deze blijven weergegeven totdat de
autoradio de op de CD aanwezige nummers heeft
gelezen. Hierna begint de autoradio automatisch
het eerste nummer af te spelen.
Druk op de
toets (EJECT) bij ingeschakelde
radio om het automatisch uitwerpen van de CD te
activeren. Na het uitwerpen wordt de audiobron
ingeschakeld die beluisterd werd voordat de CD
werd afgespeeld.
Als de CD niet uit de autoradio wordt verwijderd,
dan wordt de CD na circa 20 seconden
automatisch opnieuw geladen en wordt afgestemd
op de Tuner (Radio).
De CD kan niet worden uitgeworpen als de
autoradio uitgeschakeld is.
Als de uitgeworpen CD weer in de speler wordt
geplaatst zonder dat hij volledig uit de sleuf is
verwijderd, dan schakelt de radio niet over op de
CD-speler.
283
AUTORADIO
Page 286 of 307

Mogelijke foutmeldingen
Als de geladen CD niet kan worden gelezen (bijv.
als een CD-ROM is ingebracht of een CD
andersom is ingebracht, of als er een leesfout is),
verschijnt op de display het opschrift "CD Disc
error".
Daarna wordt de CD uitgeworpen en hoort men de
audiobron die ingeschakeld was voordat de CD-
speler werd gekozen.
Wanneer een externe audiobron is ingeschakeld
(TA, ALARM of Phone), wordt de CD die niet
gelezen kan worden niet uitgeworpen zolang deze
functies niet beëindigd zijn. Hierna toont het
display bij ingeschakelde CD-speler enkele
seconden het opschrift "CD Disc error" en wordt
de CD uitgeworpen.
Als de CD-speler oververhit raakt, kan het
afspelen van de CD tijdelijk onderbroken worden.
De autoradio zal automatisch overschakelen op de
Radio (Tuner) en het display zal “CD hot” en
vervolgens “CD disc error” tonen.
DISPLAY-INFORMATIE
Wanneer de CD-speler werkt, verschijnt op het
display de volgende informatie:
❒"CD Track 5": geeft het tracknummer op de CD
aan;
❒"03.42": geeft de verstreken speelduur vanaf het
begin van het nummer aan (als de betreffende
menufunctie is ingeschakeld).KEUZE VAN NUMMER (vooruit/achteruit)
Druk kortstondig op de
toets om het vorige CD-
nummer en op de
toets om het volgende
nummer af te spelen.
De nummers worden achter elkaar afgespeeld: het
eerste nummer wordt na het laatste nummer
geselecteerd en andersom.
Als het nummer langer dan 3 seconden wordt
afgespeeld en op detoets wordt gedrukt, wordt
het nummer vanaf het begin herhaald.
Als men in dat geval het vorige nummer wil
beluisteren, drukt men tweemaal op de toets.
SNEL VOORUIT-/TERUGSPOELEN VAN
NUMMERS
Houd de
toets ingedrukt om het gekozen
nummer snel vooruit te spoelen en de
toets om
het nummer snel achteruit te spoelen.
Het snel vooruit-/ terugspoelen wordt onderbroken
zodra de toets wordt losgelaten.
PAUZE-FUNCTIE
Druk, om de CD-speler in de pauzestand te zetten,
op de
toets. Het opschrift "CD Pause" verschijnt
op de display.
Druk, om het nummer weer af te spelen, opnieuw
op detoets. Als een andere audiobron wordt
gekozen, dan wordt de pauze-functie
uitgeschakeld.
284
AUTORADIO
Page 287 of 307

CD MP3-SPELERINLEIDING
Dit hoofdstuk beschrijft uitsluitend de varianten
voor wat betreft de werking van de CD MP3-
speler: zie voor een beschrijving van de werking
van de autoradio het hoofdstuk “Radio" en "CD
MP3-speler”.
OPMERKING MPEG Layer-3 audio decoding
technology in licentie van Fraunhofer IIS en
Thomson Multimedia.
MP3 WERKING
Behalve het afspelen van normale audio-CD’s, kan
de autoradio ook CDROM’s afspelen waarop
gecomprimeerde audiobestanden in MP3-formaat
zijn geregistreerd. De autoradio werkt zoals
beschreven in het hoofdstuk "CD-speler", wanneer
een normale audio-CD wordt ingebracht.
Voor een optimale weergave wordt geadviseerd om
CD's van goede kwaliteit te gebruiken die met de
laagst mogelijke snelheid gebrand zijn.
De bestanden op een MP3 CD zijn in mappen
gestructureerd die lijsten maken van alle mappen
met MP3-nummers (mappen en submappen
worden allemaal op hetzelfde niveau
weergegeven): de mappen die geen MP3-nummers
bevatten, kunnen niet geselecteerd worden.
De kenmerken en de werking voor de weergave
van MP3-bestanden zijn als volgt:❒de gebruikte CD-ROM’s moeten zijn gebrand
volgens de ISO 9660 standaard;
❒de muziekbestanden moeten de extensie “.mp3”
hebben: bestanden met een andere extensie
kunnen niet afgespeeld worden;
❒de volgende weergavefrequenties kunnen
afgespeeld worden: 44.1 kHz, stereo (96 tot 320
kbit) - 22.05 kHz, mono of stereo (32 tot 80
kbit);
❒nummers met een variabele bit-rate kunnen
afgespeeld worden.
Opmerking
De namen van de nummers mogen niet de
volgende tekens bevatten: spaties , ' (apostrofs), (
en ) (haakjes openen en sluiten). Zorg er tijdens
het branden van een MP3-CD voor dat de
bestandsnamen deze tekens niet bevatten; als dit
wel het geval is, dan kan de autoradio de
betreffende nummers niet afspelen.
KEUZE VAN MP3-SESSIES OP HYBRIDE
DISKS
Als een hybride disk (Mixed Mode, Enhanced, CD-
Extra) wordt ingebracht die ook MP3-bestanden
bevat, dan begint de autoradio automatisch met
het afspelen van de audiosessie. Tijdens het
afspelen kan worden overgeschakeld naar de MP3-
sessie door de MEDIA-toets langer dan 2 seconden
ingedrukt te houden.
285
AUTORADIO
Page 288 of 307

Opmerking
Wanneer de functie geactiveerd wordt, kan de
autoradio enkele seconden nodig hebben voordat
het afspelen start. Tijdens de controle van de disk,
toont de display het opschrift “CD READING”.
Als er geen MP3-bestanden worden gedetecteerd,
hervat de autoradio het afspelen van de
audiosessie vanaf het punt, waarop deze
onderbroken werd.
DISPLAY-INFORMATIE
Weergave ID3-TAG-informatie
De autoradio kan niet alleen informatie over de
verstreken speelduur, naam van de map en van het
bestand weergegeven, maar ook ID3-TAG-
informatie over de Titel, Artiest en Auteur van het
nummer.
De naam van de MP3-map die op de display wordt
getoond, komt overeen met de naam waarmee de
CD-map is opgeslagen, gevolgd door een asterisk.
Voorbeeld van een MP3-mapnaam: BEST OF *.
Wanneer voor weergave van de ID3-TAG
informatie (Titel, Artiest, Album) is gekozen die
niet voor het afgespeelde nummer is opgeslagen,
dan wordt deze informatie vervangen door de
naam van het bestand.KEUZE VAN VOLGENDE/VORIGE MAP
Druk op de
toets om een van de volgende
mappen te kiezen of druk op de
toets om een
vorige map te kiezen.
Het display toont het nummer en de naam van de
map (bijv. "DIR 2 XXXXXX").
XXXXXX: naam van de map (het display toont
alleen de eerste 8 tekens).
De mappen worden achter elkaar geselecteerd: de
eerste map wordt na de laatste map geselecteerd
en andersom.
Als binnen 2 seconden geen enkele andere
map/nummer wordt geselecteerd, dan wordt het
eerste nummer van de nieuwe map afgespeeld.
Als het laatste nummer van de op dat moment
gekozen map wordt afgespeeld, dan wordt de
volgende map afgespeeld.
STRUCTUUR VAN DE MAPPEN
De autoradio met MP3-speler:
❒herkent alleen mappen die bestanden in MP3-
formaat bevatten;
❒als de MP3-bestanden van een CD-ROM in
“submappen” zijn opgenomen, dan wordt hun
structuur naar één niveaustructuur gebracht,
namelijk naar het niveau van de hoofdmappen.
286
AUTORADIO
Page 289 of 307

AUX (uitsluitend bij het Blue&Me™
systeem)(voor bepaalde uitvoeringen/markten, waar
aanwezig)
INLEIDING
In dit hoofstuk worden de varianten voor wat
betreft de werking van de AUX-bron beschreven:
zie voor een beschrijving van de werking van de
radio het hoofdstuk "Functies en Instellingen".
AUX MODUS
Om de AUX-bron te activeren, meerdere malen op
de MEDIA-toets of de SRC-bediening op het
stuurwiel drukken tot de bijbehorende bron wordt
weergegeven.
BELANGRIJK
De functies van het apparaat dat aangesloten is op
het AUX-stopcontact worden rechtstreeks geregeld
door het apparaat zelf; het is niet mogelijk om
nummer/map/playlist te veranderen met de
bedieningstoetsen van de radio of die op het
stuurwiel.
Laat de kabel van uw draagbare speler niet in het
AUX-stopcontact zitten, om mogelijk geruis van
de luidsprekers te voorkomen.
OPMERKING: het AUX-stopcontact is niet
ingebouwd in de radio. Zie hetBlue&Me™
Supplement en de Snelgids voor de plaats van het
AUX-stopcontact.
PROBLEEMOPLOSSINGALGEMEEN
Laag volume
De Fader-functie moet zijn ingesteld op de
waarden "F" (voor), om te voorkomen dat het
uitgangsvermogen van de autoradio vermindert en
het volume wordt uitgezet als de fader is ingesteld
op R+9.
Bron kan niet geselecteerd worden
Er is geen geluidsdrager ingebracht.
Breng de af te spelen CD of CD MP3 in.
CD-SPELER
De CD wordt niet afgespeeld
De CD is vuil. Maak de CD schoon.
Er zitten krassen op de CD. Probeer een andere
CD te gebruiken.
287
AUTORADIO
De CD kan niet ingebracht worden
Er is al een CD ingebracht. Druk op de
toets en
verwijder de CD.
Page 301 of 307

ALFABETISCH
REGISTERAanhangers trekken ........... 151
Aansteker ............................. 68
ABS...................................... 86
ABS (systeem) ...................... 86
Accu ................................... 221
– advies voor verlengen
levensduur...................... 221
– vervangen....................... 221
Accu (opladen) ................... 204
Achterruitsproeier
– vloeistofniveau
achterruitsproeier ........... 219
Achterruitwisser/
Achterruitsproeier............... 57
Achterruitwisser
– niveau
controleren ...... 215-216-217
– wisserbladen................... 225
– wisserblad vervangen ..... 226
Achteruitkijkspiegels ............ 36
Achteruitrijlichten............... 188
Afmetingen van de auto ...... 246
Airbag ................................ 137
– hoofdairbag .................... 139– Uitschakeling van
passagiersairbag en
zijairbag ......................... 139
– zijairbag ......................... 139
Airbags
– front ............................... 137
Alarmknipperlichten ............ 64
Asbak................................... 68
ASR systeem ........................ 89
ASR (systeem)...................... 89
Automatische
airconditioning
– bedieningselementen ........ 42
– onderhoud ....................... 49
Automatische
klimaatregeling................... 42
Autoradio
(inbouwvoorbereiding) ....... 97
Bagageruimte ...................... 78
Bagageruimteverlichting
– lamp vervangen .............. 191
Banden
– Banden met
velgbescherming ............. 245
– bandenspanning ............. 244
– de bandenmaat lezen ...... 240
– Fix&Go Automatic (kit) . 178– standaard banden........... 241
– winterbanden ................. 241
Banden - onderhoud ........... 223
Bedieningselementen ....... 64-76
Bougies (type)..................... 236
Brake Assist systeem ............ 90
Brake Assist (systeem).......... 90
Brandblusser ........................ 69
Brandstofbesparing ............. 148
Brandstofmeter .................... 8
Brandstofreserve ................. 249
Brandstoftoevoer................. 237
Buitenverlichting .................. 50
Carrosserie
– bescherming tegen
atmosferische invloeden.. 228
– carrosseriecodes.............. 235
– garantie .......................... 229
– onderhoud ...................... 229
Carrosserieversies ............... 235
CITY-functie ........................ 96
CO2-emissie ........................ 255
Contactslot ........................... 29
Cruise-control ...................... 58
299WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTER