MAZDA MODEL 6 2019 Handleiding (in Dutch)

Page 381 of 991

OPMERKING
xWanneer het contact wordt uitgezet, wordt de bedrijfstoestand aangehouden die bestond
alvorens het systeem werd uitgeschakeld. Als bijvoorbeeld het contact op OFF wordt
gezet terwijl het DRSS gebruiksklaar is, zal het systeem gebruiksklaar zijn wanneer het
contact de volgende keer op ON gezet wordt.
xHet DRSS kan worden in-/uitgeschakeld en de gevoeligheid van het systeem kan worden
gewijzigd.
Zie “Veiligheidsuitrusting” op pagina 9-16.

Multi-informatiedisplay Multi-informatiedisplay Active Driving Display Instrumentengroep (Type A)
Instrumentengroep (Type B)Voorliggend-voertuig
display
Voorliggend-voertuig
display
Active Driving Display
Voorliggend-voertuig
display
Voorliggend-voertuig
display
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 382 of 991

5LFKWOLMQHQYRRUDIVWDQGWXVVHQYRHUWXLJHQ

,QGLFDWLHRSGLVSOD\5LFKWOLMQHQYRRU
DIVWDQGWXVVHQ
YRHUWXLJHQ
%LMHHQULMVQHO(
KHLGYDQRQJHYHHU
NPK 5LFKWOLMQHQYRRU
DIVWDQGWXVVHQ
YRHUWXLJHQ
%LMHHQULMVQHO(
KHLGYDQRQJHYHHU
NPK
0XOWLLQIRUPDWLHGLVSOD\
$FWLYH'ULYLQJ'LV(
SOD\ ,QVWUXPHQWHQJURHS 7\SH
$ ,QVWUXPHQWHQJURHS 7\SH
%
2QJHYHHU
P2QJHYHHU
P
2QJHYHHU
P2QJHYHHU
P
2QJHYHHU
P2QJHYHHU
P
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 383 of 991

,QGLFDWLHRSGLVSOD\5LFKWOLMQHQYRRU
DIVWDQGWXVVHQ
YRHUWXLJHQ
%LMHHQULMVQHO(
KHLGYDQRQJHYHHU
NPK 5LFKWOLMQHQYRRU
DIVWDQGWXVVHQ
YRHUWXLJHQ
%LMHHQULMVQHO(
KHLGYDQRQJHYHHU
NPK
0XOWLLQIRUPDWLHGLVSOD\
$FWLYH'ULYLQJ'LV(
SOD\ ,QVWUXPHQWHQJURHS 7\SH
$ ,QVWUXPHQWHQJURHS 7\SH
%
2QJHYHHU
P2QJHYHHU
P
/LFKWRUDQMHRS
/LFKWRUDQMHRS

Licht oranje
op2QJHYHHU
PRIPLQGHU2QJHYHHU
PRIPLQGHU

 'HDIVWDQGWXVVHQYRHUWXLJHQYHUVFKLOWDOQDDUJHODQJGHULMVQHOKHLG

 ,QGLFDWLHZDQQHHUGHDIVWDQGLQVWHOOLQJYRRUKHWZDDUVFKXZHQYDQGHEHVWXXUGHUGDWGH
DXWRHHQYRRUOLJJHUQDGHUW1DELMLV
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 384 of 991

9HUPRHLGKHLGVZDDUVFKXZLQJ '$$
'H'$$LVHHQV\VWHHPGDWYHUPRHLGKHLGHQYHUPLQGHUGHDDQGDFKWYDQGHEHVWXXUGHU
GHWHFWHHUWHQGHEHVWXXUGHUDDQUDDGWHHQUXVWSDX]HWHQHPHQ
:DQQHHUGHDXWRELQQHQULMVWURRNVWUHSHQULMGWPHWHHQVQHOKHLGWXVVHQRQJHYHHUHQ
NPKVFKDWGH'$$GHPDWHYDQJHDFFXPXOHHUGHYHUPRHLGKHLGHQYHUPLQGHUGH
RSOHWWHQGKHLGYDQGHEHVWXXUGHURSEDVLVYDQGHLQIRUPDWLHYDQGHYRRUXLWULMFDPHUD )6&
HQRYHULJHYRHUWXLJLQIRUPDWLHHQZRUGWGHEHVWXXUGHUDDQJHUDGHQHHQUXVWSDX]HWHQHPHQ
GRRUPLGGHOYDQHHQLQGLFDWLHRSGHPXOWLLQIRUPDWLHGLVSOD\HQHHQZDDUVFKXZLQJVJHOXLG
*HEUXLNGH'$$RSVQHOZHJHQRIKRRIGZHJHQ
=LH9RRUXLWULMFDPHUD )6& RSSDJLQD
:$$56&+8:,1*
Vertrouw niet blindelings op de DAA en rijd altijd voorzichtig:
De DAA bespeurt de vermoeidheid en verminderde oplettendheid van de bestuurder en raadt
de bestuurder aan een rustpauze te nemen, echter het is niet bedoeld om van de weg afwijken
van de auto te voorkomen. Teveel vertrouwen op de DAA kan ongelukken veroorzaken. Rijd
voorzichtig en bedien het stuurwiel op de juiste wijze.
Ook is het mogelijk dat het systeem de vermoeidheid en verminderde oplettendheid van de
bestuurder niet correct bespeurt, afhankelijk van de verkeerssituatie en rijomstandigheden.
De bestuurder dient met het oog op veiliger rijden steeds voldoende rust te nemen.
OPMERKING
xDe DAA functioneert wanneer aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 385 of 991

xDe rijsnelheid is tussen ongeveer 65 en 140 km/h.
xHet systeem bespeurt witte (gele) rijstrookstrepen.
xHet systeem heeft de registratie van de rijgegevens van de bestuurder voltooid.
xDe DAA werkt niet onder de volgende omstandigheden.
xDe rijsnelheid is minder dan ongeveer 65 km/h.
xDe rijsnelheid is hoger dan ongeveer 140 km/h.
xDe auto maakt een scherpe bocht.
xHet voertuig verandert van rijstrook.
xHet systeem kan de witte (gele) rijstrookstrepen niet bespeuren.
xHet is mogelijk dat de DAA onder de volgende omstandigheden niet normaal werkt.
xWanneer de witte (gele) rijstrookstrepen minder goed zichtbaar zijn doordat deze vuil
zijn of de verf afgesleten is.
xDe auto schokt of slingert voortdurend als gevolg van sterke wind of oneffen wegen.
xEr wordt agressief met de auto gereden.
xBij het veelvuldig wisselen van rijstrook.
xDe DAA bespeurt de vermoeidheid en verminderde oplettendheid van de bestuurder op
basis van de rijgegevens bij een rijsnelheid tussen ongeveer 65 en 140 km/h gedurende
ongeveer 20 minuten. De rijgegevens zullen onder de volgende omstandigheden worden
teruggesteld.
xDe auto wordt gedurende 15 minuten of langer stopgezet.
xDe rijsnelheid is minder dan ongeveer 65 km/h gedurende ongeveer 30 minuten.
xHet contact is uitgezet.
xNadat de DAA het eerste bericht dat een rustpauze aanraadt heeft getoond, wordt geen
volgend bericht getoond totdat er 45 minuten verstreken zijn.
▼'LVSOD\YDQ
YHUPRHLGKHLGVZDDUVFKXZLQJ '$$
ZLW
:DQQHHUKHWV\VWHHPYHUPRHLGKHLGRI
YHUPLQGHUGHRSOHWWHQGKHLGYDQGH
EHVWXXUGHUEHVSHXUWZRUGWKHW
ZDDUVFKXZLQJVJHOXLGJHDFWLYHHUGHQ
YHUVFKLMQWHUHHQDODUPPHOGLQJLQGH
PXOWLLQIRUPDWLHGLVSOD\
▼8LWVFKDNHOHQYDQGH
YHUPRHLGKHLGVZDDUVFKXZLQJ '$$
'H'$$NDQLQJHVWHOGZRUGHQ]RGDWGH]H
QLHWZRUGWJHDFWLYHHUG
=LH

Page 386 of 991

$FKWHUXLWULMZDDUVFKXZLQJVV\VWHHP 5&7$
+HW5&7$LVEHGRHOGRPGHEHVWXXUGHUWLMGHQVKHWDFKWHUXLWULMGHQWHDVVLVWHUHQELMKHW
FRQWUROHUHQYDQKHWJHELHGDDQGHDFKWHU]LMGHYDQGHDXWRDDQEHLGHNDQWHQGRRUGH
EHVWXXUGHUWHZDDUVFKXZHQYRRUGHDDQZH]LJKHLGYDQYRHUWXLJHQGLHYDQDIGHDFKWHU]LMGH
QDGHUHQ
+HW5&7$V\VWHHPEHVSHXUWYRHUWXLJHQGLHWLMGHQVKHWDFKWHUXLWULMGHQXLWHHQSDUNHHUUXLPWH
YDQDIGHOLQNHUDFKWHUUHFKWHUDFKWHUHQDFKWHU]LMGHYDQGHDXWRQDGHUHQHQZDDUVFKXZWGH
EHVWXXUGHUYRRUPRJHOLMNJHYDDUPHWEHKXOSYDQGHGRGHKRHNPRQLWRU %60
ZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVHQGHZDDUVFKXZLQJV]RHPHU
Detectiegebieden
Uw auto
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 387 of 991

%HGLHQLQJYDQKHW5&7$
 +HW5&7$IXQFWLRQHHUWZDQQHHUGHYHUVQHOOLQJVKHQGHO KDQGJHVFKDNHOGH
YHUVQHOOLQJVEDN RIGHNHX]HKHQGHO DXWRPDWLVFKHWUDQVPLVVLH LQGHDFKWHUXLWVWDQG 5
JH]HWZRUGW
 $OVHUGHNDQVEHVWDDWRSHHQERWVLQJPHWHHQQDGHUHQGYRHUWXLJJDDQGH
GRGHKRHNPRQLWRU %60 ZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVNQLSSHUHQHQZRUGW
WHJHOLMNHUWLMGGHZDDUVFKXZLQJV]RHPHUJHDFWLYHHUG
0HWDFKWHUXLWNLMNPRQLWRU
'HZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHYDQKHW5&7$LQGHDFKWHUXLWNLMNPRQLWRUZHUNWRRN
V\QFKURRQPHWKHWGRGHKRHNPRQLWRU %60 ZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHRSGH
SRUWLHUVSLHJHOV
0HW

Page 388 of 991

:$$56&+8:,1*
Controleer altijd visueel de directe omgeving alvorens daadwerkelijk uw auto in de achteruit
te zetten:
Het systeem is enkel bedoeld om u bij het achteruitrijden te helpen op achteropkomende
voertuigen te controleren. Als gevolg van bepaalde beperkingen ten aanzien van de werking
van dit systeem, bestaat de kans dat de dodehoekmonitor (BSM)
waarschuwingsindicatielampjes niet of met vertraging knipperen alhoewel er zich een
voertuig achter uw auto bevindt. Neem het als bestuurder altijd tot uw verantwoordelijkheid
te controleren op achteropkomend verkeer.
OPMERKING
xIn de volgende gevallen gaat het dodehoekmonitor (BSM) OFF indicatielampje branden
en wordt de werking van het systeem stopgezet. Laat de auto zo spoedig mogelijk bij een
officiële Mazda-dealer inspecteren als het dodehoekmonitor (BSM) OFF indicatielampje
blijft branden.
xEr heeft zich een probleem in het systeem voorgedaan, inclusief de dodehoekmonitor
(BSM) waarschuwingsindicatielampjes.
xEr is een grote afwijking ontstaan in de montagepositie van een radarsensor (achter).
xEr heeft zich een grote hoeveelheid sneeuw of ijs verzameld op de achterbumper nabij
een radarsensor (achter).
xRijden gedurende langere perioden op met sneeuw bedekte wegen.
xDe temperatuur in de buurt van de radarsensoren is buitengewoon hoog als gevolg van
het langdurig rijden op hellingen tijdens de zomer.
xDe accuspanning is afgenomen.
xOnder de volgende omstandigheden kunnen de radarsensoren (achter) geen grote
objecten bespeuren of kunnen deze moeilijk bespeurd worden.
xDe rijsnelheid bij het achteruitrijden is ongeveer 10 km/h of hoger.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 389 of 991

xHet detectiegebied van de radarsensor (achter) wordt gehinderd door een nabije muur
of geparkeerd voertuig. (Rijd achteruit tot een plaats waar het detectiegebied van de
radarsensor niet meer gehinderd wordt.)
Uw auto
xEr nadert een voertuig direct vanaf de achterzijde van uw auto.
Uw auto
xDe auto staat op een helling geparkeerd.
Uw auto
x(Met dodehoekmonitor (BSM) OFF schakelaar)
Het systeem functioneert direct na het indrukken van de dodehoekmonitor (BSM) OFF
schakelaar.
x(Zonder dodehoekmonitor (BSM) OFF schakelaar)
Direct nadat het dodehoekmonitorsysteem (BSM) in werking is gesteld via de
gebruikersinstellingen.
xOntvangststoring door een radarsensor op een voertuig dat dichtbij is geparkeerd.
xIn de volgende gevallen kan het moeilijk zijn de dodehoekmonitor (BSM)
waarschuwingsindicatielampjes die op de portierspiegels zijn aangebracht te zien
branden/knipperen.
xDe portierspiegels zijn bedekt met sneeuw of ijs.
xWanneer de voorportierruit beslagen is of bedekt is met sneeuw, ijs of modder.
xSchakel het RCTA uit wanneer u een aanhanger trekt of wanneer u hulpuitrusting zoals
een fietsdrager aan de achterzijde van de auto hebt geïnstalleerd. Anders zullen de
radiogolven die door de radar worden uitgezonden geblokkeerd raken waardoor het
systeem niet meer normaal zal functioneren.
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(


Page 390 of 991

0D]GD5DGDU&UXLVH&RQWURO 05&& V\VWHHP
+HW05&&V\VWHHPUHJHOWGHYROJDIVWDQG
DOQDDUJHODQJGHULMVQHOKHLGPHWEHKXOSYDQHHQ
UDGDUVHQVRU YRRU GLHGHDIVWDQGWHQRS]LFKWHYDQHHQYRRUOLJJHQGYRHUWXLJPHHW]RGDWGH
EHVWXXUGHUKHWJDVSHGDDORIKHWUHPSHGDDOQLHWFRQVWDQWKRHIWWHJHEUXLNHQ

 9ROJDIVWDQGUHJHOLQJ5HJHOLQJYDQGHDIVWDQGWXVVHQXZDXWRHQKHWYRRUOLJJHQGH
YRHUWXLJGDWGRRUKHW05&&V\VWHHPLVJHGHWHFWHHUG
$OVXZDXWRKHWYRRUOLJJHQGHYRHUWXLJGLFKWHUEHJLQWWHQDGHUHQRPGDWELMYRRUEHHOGKHW
YRRUOLJJHQGHYRHUWXLJSORWVHOLQJDIUHPWZRUGWWHJHOLMNHUWLMGHHQZDDUVFKXZLQJVJHOXLGHQ
HHQZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHRSGHGLVSOD\JHDFWLYHHUGRPXWHZDDUVFKXZHQYROGRHQGH
DIVWDQGWXVVHQGHYRHUWXLJHQWHEHZDUHQ
'HYROJHQGHULMVQHOKHGHQNXQQHQLQJHVWHOGZRUGHQ
x (XURSHVHPRGHOOHQ
2QJHYHHUNPKWRWNPK
x %HKDOYH(XURSHVHPRGHOOHQ
2QJHYHHUNPKWRWNPK
*HEUXLNKHW05&&V\VWHHPRSVQHOZHJHQHQRYHULJHDXWRZHJHQZDDUELMQLHWYHHO
KHUKDDOGHDFFHOHUDWLHHQVQHOKHLGVPLQGHULQJYHUHLVWLV
:$$56&+8:,1*
Vertrouw niet volledig op het MRCC systeem en rijd altijd voorzichtig:
Het MRCC systeem is bedoeld om de bestuurder te ontlasten en hoewel een constante
rijsnelheid wordt aangehouden, of specifieker, er overeenkomstig de rijsnelheid een constante
afstand wordt aangehouden tussen uw auto en het bespeurde voorliggende voertuig, heeft
het systeem detectiebeperkingen afhankelijk van het soort voorliggende voertuig en de
conditie ervan, de weersomstandigheden en de verkeerssituatie. Verder is het mogelijk dat het
systeem niet in staat is voldoende af te remmen om een botsing met het voorliggende
voertuig te vermijden als het voorliggende voertuig plotseling afremt of een ander voertuig in
de rijstrook snijdt, waardoor een ongeluk veroorzaakt kan worden. Controleer altijd de
veiligheid van de omgeving en trap het rempedaal of gaspedaal in terwijl u een veiliger
afstand aanhoudt ten opzichte van voorliggende voertuigen of tegenliggers.
Gebruik het MRCC systeem niet op de volgende plaatsen. Anders kan dit een ongeluk tot
gevolg hebben:
¾Wegen met scherpe bochten en met druk verkeer waar er onvoldoende ruimte is tussen de
voertuigen. Wegen waar veelvuldig en herhaaldelijk geaccelereerd en afgeremd moet
worden (rijden onder deze omstandigheden met gebruik van het MRCC systeem is niet
mogelijk).
7LMGHQVKHWULMGHQ
L$&7,96(16(

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page:   < prev 1-10 ... 341-350 351-360 361-370 371-380 381-390 391-400 401-410 411-420 421-430 ... 1000 next >