MAZDA MODEL 6 2019 Handleiding (in Dutch)

Page 61 of 991

:DQQHHUHHQSHXWHURINOHLQNLQGRSGHYRRUSDVVDJLHUV]LWWLQJSODDWVQHHPWVFKDNHOWKHW
V\VWHHPGHYRRUHQ]LMDLUEDJVHQKHWV\VWHHPYDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOYRRUVSDQQHUYDQGH
YRRUSDVVDJLHUVVWRHOXLWGXVFRQWUROHHURIKHWDLUEDJXLWJHVFKDNHOG2))LQGLFDWLHODPSMHYDQ
GHYRRUSDVVDJLHUVDLUEDJEUDQGW

=HOIVZDQQHHUGHYRRUSDVVDJLHUVDLUEDJLVXLWJHVFKDNHOGUDDGW0D]GDWHQVWHUNWHDDQGDW
NLQGHUHQJHEUXLNPDNHQYDQYHLOLJKHLGVJRUGHOVHQGDWDOOHNLQGHU]LWMHVJRHGRSGH
DFKWHU]LWWLQJHQ]LMQYDVWJH]HW GHEHVWHSOHNYRRUNLQGHUHQ 

=LHYRRUELM]RQGHUKHGHQ,Q]LWWHQGHYRRUSDVVDJLHUGHWHFWLHVHQVRU SDJLQD 
:$$56&+8:,1*
Gebruik een kinderzitje van de juiste maat:
Voor een
effectieve beveiliging bij botsingen en plotseling afremmen dienen kinderen gebruik
te maken van veiligheidsgordels of een kinderzitje afhankelijk van de leeftijd en de grootte. Zo
niet, dan bestaat de kans dat het kind bij een ongeluk ernstig of zelfs dodelijk letsel oploopt.
Volg de instructies van de fabrikant en houd het kinderzitje steeds op zijn plaats verankerd:
Een kinderzitje dat niet is bevestigd, is gevaarlijk. Bij plotseling stoppen of een aanrijding zou
het kinderzitje van zijn plaats kunnen schuiven en ernstig letsel, mogelijk met dodelijke
afloop, aan het kind of andere inzittenden kunnen toebrengen. Zorg ervoor dat het kinderzitje
dat u gebruikt goed op zijn plaats bevestigd wordt volgens de instructies van de fabrikant van
het kinderzitje. Wanneer u het kinderzitje niet gebruikt, dit uit de auto verwijderen of met een
veiligheidsgordel bevestigen of dit aan BEIDE Isofix-ankers en de bijbehorende
spanriemverankering vastzetten.
Zet een kind steeds in een geschikt kinderzitje vast:
Het in uw armen vasthouden van een kind tijdens het rijden is buitengewoon gevaarlijk.
Ongeacht hoe sterk de persoon is, zal hij of zij tijdens plotseling afremmen of een botsing het
kind niet kunnen blijven vasthouden, waardoor het kind of de overige inzittenden ernstig of
dodelijk letsel zou kunnen oplopen. Zelfs bij een gematigde botsing kan het kind blootgesteld
worden aan de kracht van een airbag, waardoor het kind ernstig of dodelijk letsel zou kunnen
oplopen, of het kind zou tegen een volwassene kunnen slaan en zowel zelf letsel kunnen
oplopen als ook aan de volwassene letsel kunnen toebrengen.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
.LQGHU]LWMH


Page 62 of 991

Uiterst gevaarlijk! Gebruik nooit een naar achteren gericht kinderzitje op de
voorpassagierszitting met een airbag die geactiveerd zou kunnen worden:
Gebruik NOOIT een naar achteren gericht kinderzitje op een zitting die aan de voorzijde door
een ACTIEVE AIRBAG beveiligd is. Dit kan DODELIJK of ERNSTIG LETSEL aan het KIND
toebrengen.
Voertuigen met een voorpassagiersairbag hebben het volgende waarschuwingslabel. Het
waarschuwingslabel herinnert u er aan onder geen enkele omstandigheid een naar achteren
gericht kinderzitje op de voorpassagierszitting aan te brengen.
(Taiwan)
k0dS<ÙÔ&—F

(Behalve Taiwan) (Taiwan)
Zelfs bij een gematigde botsing kan het kinderzitje door een activerende airbag geraakt
worden en met kracht naar achteren verplaatst worden, waardoor het kind ernstig of dodelijk
letsel zou kunnen oplopen.
(Taiwan, behalve voorpassagierszitting, indien voorzien van het volgende label)
Gebruik NOOIT een naar achteren gericht kinderzitje op een zitting die aan de voorzijde door
een ACTIEVE AIRBAG beveiligd is. Dit kan DODELIJK of ERNSTIG LETSEL aan het KIND
toebrengen.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
.LQGHU]LWMH


Page 63 of 991

Vermijd het plaatsen van een naar voren gericht kinderzitje op de voorpassagierszitting tenzij
dit niet te vermijden is:
Bij een botsing kan de kracht van een airbag die wordt opgeblazen ernstig of dodelijk letsel
aan het kind toebrengen. Als het installeren van een naar voren gericht kinderzitje op de
voorpassagierszitting niet te vermijden is, de voorpassagierszitting zover mogelijk naar
achteren schuiven en het zitkussen (hoogte-afstelbaar zitkussen) in de hoogste stand zetten
waarbij de veiligheidsgordel waarmee het kinderzitje is bevestigd stevig is aangetrokken.
Onder bepaalde omstandigheden is het vervoeren van een kind in een kinderzitje op de
voorpassagierszitting gevaarlijk (met Inzittende voorpassagier detectiesysteem):
Uw auto is uitgerust met een inzittende voorpassagier detectiesensor. Ook al is uw auto
uitgerust met de inzittende voorpassagier detectiesensor, als u de voorpassagierszitting moet
gaan gebruiken voor het meenemen van een kind, neemt bij gebruik van een kinderzitje op de
voorpassagierszitting onder de volgende omstandigheden het gevaar toe dat de
voorpassagiersairbag wordt geactiveerd en dat het kind ernstig of dodelijk letsel oploopt.
¾Het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de voorpassagiersairbag gaat niet
branden wanneer u het kind in het kinderzitje laat plaatsnemen.
¾Er is bagage of er zijn andere voorwerpen op de zitting geplaatst waarop het kinderzitje is
geïnstalleerd.
¾Een achterpassagier of bagage drukt tegen de rugleuning van de voorpassagierszitting aan
of trekt deze naar beneden.
¾Er is bagage of er zijn andere voorwerpen op de rugleuning geplaatst of aan de hoofdsteun
gehangen.
¾De zitting is afgewassen.
¾Er is vloeistof op de zitting gemorst.
¾De voorpassagierszitting is naar achteren geschoven en drukt tegen bagage of andere
voorwerpen aan die erachter zijn geplaatst.
¾De rugleuning van de voorpassagierszitting raakt de achterzitting.
¾Er is bagage of er zijn andere voorwerpen geplaatst tussen de voorpassagierszitting en de
bestuurdersstoel.
¾Er is een elektrisch apparaat op de voorpassagierszitting geplaatst.
¾Er is een extra elektrisch apparaat, zoals een zittingverwarmer, bovenop de
voorpassagierszitting geïnstalleerd.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
.LQGHU]LWMH


Page 64 of 991

De aangegeven posities met veiligheidsgordels op de achterzittingen zijn de veiligste plekken
voor kinderen. Gebruik altijd veiligheidsgordels en kinderzitjes.
Laat een kind of iemand anders niet op of tegen een zijruit leunen van een auto met zij- en
gordijn-airbags:
Toestaan dat iemand op of tegen de zijruit leunt, tegen het gedeelte van de
voorpassagierszitting, de voorruit- en achterruitstijlen en de dakrand van waaruit langs beide
zijden de zij- en gordijn-airbags opgeblazen worden is gevaarlijk, ook als er gebruik gemaakt
wordt van een kinderzitje. De schok van een zij- of gordijn-airbag die wordt opgeblazen kan
ernstig of dodelijk letsel toebrengen aan een kind dat niet goed op zijn plaats zit. Bovendien
kunnen door het leunen op of tegen het voorportier de zij- en gordijn-airbags geblokkeerd
worden, waardoor de voordelen van de aanvullende beveiliging ongedaan gemaakt worden.
Bij een voor-airbag en de extra zij-airbag die uit de voorstoelrugleuning komt, is de
achterzitting altijd de beste plaats voor kinderen. Let er in het bijzonder op dat een kind niet
op of tegen de zijruit leunt, ook niet als het kind zich in een kinderzitje bevindt.
Gebruik nooit meer dan één veiligheidsgordel voor meer dan één persoon tegelijkertijd:
Het gebruik van één veiligheidsgordel voor meer dan één persoon tegelijkertijd is gevaarlijk.
Een veiligheidsgordel die op deze wijze wordt gebruikt kan de kracht van de schok niet op de
juiste manier spreiden en de twee passagiers zouden tegen elkaar aan gedrukt kunnen
worden en ernstig of mogelijk dodelijk letsel kunnen oplopen. Gebruik nooit meer dan één
veiligheidsgordel voor meer dan één persoon tegelijkertijd en ga pas met de auto rijden
wanneer alle inzittenden hun veiligheidsgordels op de juiste wijze hebben omgedaan.
Gebruik de spanriem en de spanriemverankering uitsluitend voor een kinderzitje:
Verankeringen voor kinderzitjes zijn bestemd om enkel bestand te zijn tegen de druk zoals die
door correct geïnstalleerde kinderzitjes wordt uitgeoefend. Onder geen omstandigheden
mogen deze verankeringen gebruikt worden voor de bevestiging van veiligheidsgordels voor
volwassenen, tuigjes of voor de bevestiging van andere voorwerpen of uitrusting aan de auto.
Verwijder altijd de hoofdsteun en installeer het kinderzitje (behalve bij het installeren van een
verstevigingszitje):
Het installeren van een kinderzitje zonder de hoofdsteun te verwijderen is gevaarlijk. Het
kinderzitje kan dan niet correct geïnstalleerd worden waardoor het kind bij een botsing letsel
kan oplopen, mogelijk met dodelijke afloop.
23*(/(7
Een veiligheidsgordel of een kinderzitje kan tijdens warm weer in een afgesloten auto
bijzonder heet worden. Om te voorkomen dat u of uw kind zich branden, deze controleren
alvorens u of uw kind deze aanraken.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
.LQGHU]LWMH


Page 65 of 991

OPMERKING
Uw Mazda is uitgerust met Isofix-ankers voor de bevestiging van Isofix-kinderzitjes op de
achterzittingen. Zie “Gebruik van Isofix-ankers”, wanneer u deze ankers voor de
bevestiging van een kinderzitje gebruikt (pagina 2-53).
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
.LQGHU]LWMH


Page 66 of 991

,QVWDOODWLHYDQNLQGHU]LWMHV
▼&DWHJRULHsQNLQGHU]LWMHV
OPMERKING
Vraag bij aankoop de fabrikant van het kinderzitje welk type kinderzitje voor uw kind en
voertuig het meest in aanmerking komt.
(XURSDHQODQGHQGLHYROGRHQDDQGH815HQ815EHSDOLQJ
.LQGHU]LWMHVZRUGHQRQGHUYHUGHHOGLQGHYROJHQGHJURHSHQRYHUHHQNRPVWLJGH815
EHSDOLQJ
*URHS /HHIWLMG *HZLFKW*URRWWHNODVVH3UR(
ILHO &5)
 7RWRQJHYHHUPDDQGHQRXG 7RWNJ,62/
,62/
,625

7RWRQJHYHHUMDDURXG 7RWNJ,625
,625
,625
2QJHYHHUPDDQGHQWRWMDDU
RXGNJ

Page 67 of 991

xAls gevolg van de verschillen in ontwerp
van kinderzitjes, autostoelen en
veiligheidsgordels, zijn niet alle
kinderzitjes geschikt voor gebruik in alle
zitposities. Alvorens een kinderzitje aan
te schaffen dient dit getest te worden of
dit geschikt is voor de specifieke
zitpositie (of posities) in de auto waar u
van plan bent dit te gebruiken. Als een
voorheen aangeschaft kinderzitje niet
past, is het wellicht nodig een ander aan
te schaffen dat wel past.
%DE\]LWMH
*HOLMNDDQ*URHSHQ
YDQGH815
HQ815EHSDOLQJ
(XURSD
$DQEHYROHQNLQGHU]LWMH%ULWD[5|PHU
%$%<6$)(3/86HQ,VRIL[EDVH

3HXWHU]LWMH
*HOLMNDDQ*URHSYDQGH815HQ
815EHSDOLQJ
(XURSD
$DQEHYROHQNLQGHU]LWMH%ULWD[5|PHU
'XR3OXV

-XQLRUHQ]LWMH
*HOLMNDDQ*URHSHQYDQGH815
HQ815EHSDOLQJ
(XURSD
$DQEHYROHQNLQGHU]LWMH%ULWD[5|PHU
.LG)L[;32(0

Installeer bij gebruik van een
verstevigingszitje, altijd de hoofdsteun
van de auto op de zitting waarop het
verstevigingszitje wordt geïnstalleerd.
Verstevigingszitje*1
*1
2YHULJHODQGHQ
+RXGXDDQGHLQXZODQGJHOGHQGH
ZHWWHOLMNHEHSDOLQJHQEHWUHIIHQGHKHW
JHEUXLNYDQNLQGHU]LWMHV
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
.LQGHU]LWMH


Page 68 of 991

▼,QVWDOODWLHSRVLWLHYDQEDE\]LWMH
(HQEDE\]LWMHZRUGWXLWVOXLWHQGLQGHQDDU
DFKWHUHQJHULFKWHSRVLWLHJHEUXLNW

=LHGHWDEHO

Page 69 of 991

1DDUDFKWHUHQJHULFKWW\SH
:$$56&+8:,1*
Installeer een naar achteren gericht
peuterzitje altijd op de juiste zittingpositie:
Het installeren van een naar achteren
gericht peuterzitje zonder eerst de tabel
“Geschiktheid van kinderzitjes voor diverse
zittingposities” te raadplegen is gevaarlijk.
Een naar achteren gericht peuterzitje dat
op de verkeerde zitting wordt geïnstalleerd
kan niet op de juiste wijze worden
bevestigd. Bij een botsing zou het kind iets
of iemand in de auto kunnen raken en
ernstig letsel kunnen oplopen, mogelijk
met dodelijke afloop.
Gebruik dus nooit een naar achteren
gericht kinderzitje op een
voorpassagierszitting die door een airbag
beveiligd wordt:
Gebruik NOOIT een naar achteren gericht
kinderzitje op een zitting die aan de
voorzijde door een ACTIEVE AIRBAG
beveiligd is. Dit kan DODELIJK of ERNSTIG
LETSEL aan het KIND toebrengen.
Het kinderzitje kan door de in werking
tredende airbag met kracht geraakt
worden en van zijn plaats gedrukt worden.
Een kind dat zich in het zitje bevindt zou
dan ernstig gewond kunnen raken of zelfs
om het leven kunnen komen.


1DDUYRUHQJHULFKWW\SH
:$$56&+8:,1*
Nooit een naar voren gericht peuterzitje op
de verkeerde zitting installeren:
Het installeren van een naar voren gericht
peuterzitje zonder eerst de tabel
“Geschiktheid van kinderzitjes voor diverse
zittingposities” te raadplegen is gevaarlijk.
Een naar voren gericht peuterzitje dat op
de verkeerde zitting wordt geïnstalleerd
kan niet op de juiste wijze worden
bevestigd. Bij een botsing zou het kind iets
of iemand in de auto kunnen raken en
ernstig letsel kunnen oplopen, mogelijk
met dodelijke afloop.
Vermijd het plaatsen van een naar voren
gericht kinderzitje op de
voorpassagierszitting tenzij dit niet te
vermijden is:
Bij een botsing kan de kracht van een
airbag die wordt opgeblazen ernstig of
dodelijk letsel aan het kind toebrengen. Als
het installeren van een naar voren gericht
kinderzitje op de voorpassagierszitting niet
te vermijden is, de voorpassagierszitting
zover mogelijk naar achteren schuiven en
het zitkussen (hoogte-afstelbaar zitkussen)
in de hoogste stand zetten waarbij de
veiligheidsgordel waarmee het kinderzitje
is bevestigd stevig is aangetrokken.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
.LQGHU]LWMH


Page 70 of 991

▼,QVWDOODWLHSRVLWLHYDQMXQLRUHQ]LWMH
(HQMXQLRUHQ]LWMHZRUGWXLWVOXLWHQGLQGH
QDDUYRUHQJHULFKWHSRVLWLHJHEUXLNW
+HWZRUGWDDQEHYROHQKHWMXQLRUHQ]LWMH
PHWUXJOHXQLQJWHJHEUXLNHQ]RGDWXGH
SRVLWLHYDQGHVFKRXGHUJRUGHOHHQYRXGLJ
NXQWDIVWHOOHQHQXZNLQGGHEHVWH
EHVFKHUPLQJNXQWELHGHQ

=LHGHWDEHO

Page:   < prev 1-10 ... 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 ... 1000 next >