MAZDA MODEL CX-3 2015 Handleiding (in Dutch)

Page 631 of 707

7–47
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indikatielampjes en waarschuwingszoemers
Signaal Waarschuwing Te nemen maatregel
Veiligheidsgordelwaarschuwingslampje
(Voorzitting)
Het veiligheidsgordelwaarschuwingslampje
gaat branden als de bestuurdersstoel
of voorpassagierszitting bezet is en de
veiligheidsgordel niet vastgemaakt is terwijl
het contact op ON staat.
Als de veiligheidsgordel van de bestuurder
of de voorpassagier niet aangegespt is
(alleen wanneer de voorpassagierszitting
bezet is) en de snelheid van de auto
hoger is dan ongeveer 20 km/h, gaat het
waarschuwingslampje knipperen. Na een
korte tijd stopt het waarschuwingslampje
met knipperen, maar blijft branden. Als een
veiligheidsgordel niet aangegespt blijft, gaat
het waarschuwingslampje opnieuw voor een
bepaalde tijd knipperen.
OPMERKING
Als de veiligheidsgordel van de
bestuurder of de voorpassagier
niet aangegespt wordt nadat het
waarschuwingslampje is gaan branden
en de rijsnelheid hoger is dan 20 km/h,
gaat het waarschuwingslampje opnieuw
knipperen.
Door het plaatsen van zware voorwerpen
op de voorpassagierszitting kan de
veiligheidsgordelwaarschuwingsfunctie
van de voorpassagierszitting geactiveerd
worden, afhankelijk van het gewicht van
het voorwerp.
Geen extra zitkussen op de
voorpassagierszitting plaatsen en
gebruiken om er voor te zorgen dat de
voorpassagiergewichtsensor juist kan
functioneren. De kans bestaat dat de
sensor niet goed functioneert omdat het
extra zitkussen de werking van de sensor
zou kunnen hinderen.
Als een klein kind op de
voorpassagierszitting meerijdt, bestaat
de kans dat het waarschuwingslampje
niet werkt. Maak de veiligheidsgordels vast.
$9@&;%/%@&EJUJPOJOEC

Page 632 of 707

*Bepaalde modellen.7–48
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indikatielampjes en waarschuwingszoemers
Signaal Waarschuwing Te nemen maatregel
(Rood)
Veiligheidsgordelwaarschuwingslampje
(Achterzitting)
*
Als de veiligheidsgordels van de
achterzitting niet zijn vastgemaakt en het
contact op ON staat, worden de bestuurder
en de passagier gewaarschuwd door het
waarschuwingslampje.
Het waarschuwingslampje werkt ook als
er zich geen passagier op de achterzitting
bevindt.
OPMERKING
Als een veiligheidsgordel van de
achterzitting niet vastgemaakt wordt
binnen een bepaalde tijd nadat de motor is
gestart, gaat het waarschuwingslampje uit. Maak de veiligheidsgordels vast.
Open-portier
waarschuwingslampje
Het lampje gaat branden als een van de
portieren niet goed is gesloten. Het portier goed sluiten.
120km/h
waarschuwingslampje*
Het 120 km/h waarschuwingslampje gaat
branden wanneer de rijsnelheid hoger wordt
dan 120 km/h. Verminder de rijsnelheid.
Waarschuwingslampje
voor laag
sproeiervloeistofniveau
*
Dit waarschuwingslampje geeft aan dat er
weinig sproeiervloeistof over is. Vul sproeiervloeistof bij (pagina 6-32 ).
$9@&;%/%@&EJUJPOJOEC

Page 633 of 707

*Bepaalde modellen.7–49
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indikatielampjes en waarschuwingszoemers
Signaal Waarschuwing Te nemen maatregel
(Brandt)
Waarschuwingslampje van
bandenspanningcontrolesysteem
*
Wanneer het waarschuwingslampje brandt en
de waarschuwingszoemer klinkt (ongeveer
3 seconden), is de bandenspanning in één of
meerdere van de banden te laag.
WAARSCHUWING
Als het waarschuwingslampje van
het bandenspanningcontrolesysteem
gaat branden of knipperen of als de
waarschuwingszoemtoon voor lage
bandenspanning wordt gegeven,
onmiddellijk de rijsnelheid verminderen
en plotseling manoeuvreren en remmen
vermijden:
Als het waarschuwingslampje van
het bandenspanningcontrolesysteem
gaat branden of knipperen of als de
waarschuwingszoemtoon voor lage
bandenspanning wordt gegeven, is het
gevaarlijk met hoge snelheden te rijden
of plotseling te manoeuvreren of te
remmen. De kans bestaat dat u de macht
over het stuur verliest en een ongeluk
veroorzaakt.
Om te bepalen of u een langzaam
leeglopende band of een lekke band
heeft, de auto op een veilige plaats
parkeren waar u visueel de toestand van
de band kunt controleren en bepalen of
de band voldoende lucht heeft om verder
te gaan naar een plaats waar lucht
bijgevuld kan worden en het systeem
opnieuw gecontroleerd kan worden door
een deskundige reparateur, bij voorkeur
een offi ciële Mazda reparateur of een
bandenreparatiewerkplaats.
Het TPMS waarschuwingslampje mag
nooit genegeerd worden:
Negeren van het TPMS
waarschuwingslampje is gevaarlijk, ook
als u de reden weet waarom het brandt.
Laat het probleem zo spoedig mogelijk
verhelpen alvorens dit tot een ernstigere
situatie leidt, zoals het plotseling lek
raken van een band met een gevaarlijk
ongeluk als mogelijk gevolg. Inspecteer de banden en stel deze af op de
voorgeschreven bandenspanning (pagina
6-44 ).
OPMERKING
Stel de bandenspanning af wanneer de
banden koud zijn. De bandenspanning
varieert naargelang de bandentemperatuur,
laat daarom de auto gedurende ongeveer
1 uur staan of rijd er enkel 1,6 km of
minder mee alvorens de bandenspanning
af te stellen. Wanneer de bandenspanning
bij warme banden wordt afgesteld op de
koude bandendruk, bestaat de kans dat
het TPMS waarschuwingslampje/zoemer
aan gaat nadat de banden zijn afgekoeld
en dat de druk tot beneden de specifi catie
terugvalt.
Ook is het mogelijk dat een TPMS
waarschuwingslampje dat brandt
doordat de bandenspanning bij
een lage omgevingstemperatuur is
teruggevallen blijft branden als de
omgevingstemperatuur omhoog gaat. In
dit geval zal het eveneens noodzakelijk
zijn de bandenspanning af te stellen. Als
het TPMS waarschuwingslampje gaat
branden als gevolg van een terugval in
de bandenspanning, de bandenspanning
controleren en afstellen.
Banden verliezen na verloop van tijd
vanzelf lucht en het TPMS systeem kan
niet het verschil aantonen of de banden na
verloop van tijd vanzelf zacht geworden
zijn of dat er sprake is van een lekke
band. Wanneer u echter één zachte band
in een set van vier aantreft, wijst dit op
een probleem; iemand anders dient dan
langzaam met de auto vooruit te rijden
zodat u de zachte band kunt inspecteren
op inkervingen en metalen voorwerpen
die vanuit het profi el of de zijwand naar
buiten steken. Breng enkele druppels
water aan op het ventiel om te zien of
er luchtbelletjes verschijnen die wijzen
op een defect ventiel. Lekkages moeten
grondiger aangepakt worden dan het enkel
opnieuw oppompen van de defecte band
aangezien lekkages gevaarlijk zijn - breng
de auto naar een deskundige reparateur, bij
voorkeur een offi ciële Mazda reparateur.
$9@&;%/%@&EJUJPOJOEC

Page 634 of 707

*Bepaalde modellen.7–50
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indikatielampjes en waarschuwingszoemers
Signaal Waarschuwing Te nemen maatregel
(Oranje)
Waarschuwingslampje
van Smart
Brake Support
remhulpsysteem/
stadsverkeer-
remassistent (SBS/
SCBS)
*
Het lampje gaat branden als de voorruit of de
radarsensor vuil zijn of als er een defect is in
het systeem.
(Voertuigen met type C/type D audio)
Controleer de reden waarom het
waarschuwingslampje brandt op de
middendisplay (pagina 7-38 ).
Als de reden waarom het
waarschuwingslampje brandt het gevolg
is van een verontreinigde voorruit, de
voorruit reinigen.
Als het waarschuwingslampje brandt
vanwege een vuile radarsensor, het
voorembleem reinigen.
Laat de auto door een deskundige
reparateur, bij voorkeur een offi ciële
Mazda reparateur controleren als er andere
redenen zijn.
(Voertuigen zonder type C/type D audio)
Als de reden waarom het
waarschuwingslampje brandt het gevolg
is van een verontreinigde voorruit, de
voorruit reinigen. Laat de auto door een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
offi ciële Mazda reparateur controleren als
er andere redenen zijn.
KEY waarschuwingslampje
Neem de juiste maatregel en controleer dat het waarschuwingslampje uit gaat.
Signaal Oorzaak Te nemen maatregel
(Rood)
(Knippert) De batterij van de geavanceerde sleutel is
uitgeput. Vernieuw de sleutelbatterij (pagina 6-41 ).
De geavanceerde sleutel bevindt zich buiten
het werkingsbereik.
Breng de geavanceerde sleutel in het
werkingsbereik (pagina 3-8 ). De geavanceerde sleutel is geplaatst in delen
van het interieur waar de sleutel moeilijk
bespeurd kan worden.
Er bevindt zich een sleutel van een andere
fabrikant welke gelijkt op de geavanceerde
sleutel in het werkingsbereik. Neem de sleutel van een andere fabrikant
welke gelijkt op de geavanceerde sleutel
uit het werkingsbereik.
Zonder het contact uit te zetten, is de
geavanceerde sleutel uit het interieur
genomen en vervolgens zijn alle portieren
gesloten. Breng de geavanceerde sleutel terug in het
interieur.
$9@&;%/%@&EJUJPOJOEC

Page 635 of 707

*Bepaalde modellen.7–51
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indikatielampjes en waarschuwingszoemers
Berichten die verschijnen op de display *
Als een bericht wordt getoond op de middendisplay (Type C/Type D audio), overeenkomstig
het getoonde bericht de juiste maatregel nemen (op kalme wijze).
(Displayvoorbeeld)
Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot stilstand.
Als de volgende berichten in de middendisplay worden getoond (Type C/Type D audio),
is er mogelijk een defect in een voertuigsysteem. Breng de auto op een veilige plaats tot
stilstand en neem contact op met een offi ciële Mazda reparateur.
Display Aangegeven toestand
Wordt getoond als de motorkoelvloeistoftemperatuur
buitengewoon is toegenomen.
Wordt getoond als er een defect is in het laadsysteem.
$9@&;%/%@&EJUJPOJOEC

Page 636 of 707

7–52
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indikatielampjes en waarschuwingszoemers
Controleer displaygegevens
Wordt getoond in de volgende gevallen:
Display Aangegeven toestand/Te nemen maatregel
Het volgende bericht wordt getoond wanneer de
temperatuur rondom de middendisplay te hoog is
opgelopen.
Verlaging van de temperatuur in het interieur of van
de temperatuur rondom de middendisplay wordt
aanbevolen door direct zonlicht te vermijden.
$9@&;%/%@&EJUJPOJOEC

Page 637 of 707

7–53
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indikatielampjes en waarschuwingszoemers
In de volgende gevallen
wordt een
waarschuwingszoemer
geactiveerd
Waarschuwing voor niet-
uitgeschakelde verlichting
Als de verlichting is ingeschakeld en
het contact in de stand ACC wordt
gezet of wordt uitgeschakeld, zal er een
continue pieptoon klinken zodra het
bestuurdersportier geopend wordt.
OPMERKING
  Wanneer het contact op
ACC gezet wordt, heeft de
“Waarschuwingspieptoon voor
niet-uitgeschakeld contact (STOP)”
(pagina 7-54 ) voorrang boven
de waarschuwing voor niet-
uitgeschakelde verlichting.
  Een gebruikersfunctie is
beschikbaar voor het veranderen
van het geluidsvolume voor
de waarschuwing voor niet-
uitgeschakelde verlichting.
 Zie Gebruikersinstellingen op pagina
9-14 .
Waarschuwingszoemer voor
systeem van airbag/voorspanners
van veiligheidsgordels
Als er een probleem is met de systemen
van de airbag/voorspanners van
veiligheidsgordels en het oplichten van het
waarschuwingslampje, zal er elke minuut
gedurende ongeveer 5 seconden een
waarschuwingszoemer klinken.
Het geluid van de waarschuwingszoemer
voor het systeem van airbag en
veiligheidsgordelvoorspanners zal
gedurende ongeveer 35 minuten hoorbaar
blijven. Laat uw auto zo spoedig mogelijk
door een deskundige reparateur, bij
voorkeur een offi ciële Mazda reparateur
inspecteren.
WAARSCHUWING
Rijd niet met de auto wanneer de
waarschuwingszoemer voor het systeem
van de airbag/voorspanners van
veiligheidsgordels klinkt:
Rijden met de auto terwijl de
waarschuwingzoemer voor het systeem
van de airbag/voorspanners van
veiligheidsgordels klinkt is gevaarlijk.
Bij een botsing zullen de airbags en
het systeem van de voorspanners van
de veiligheidsgordels niet in werking
treden, hetgeen ernstig of mogelijk
dodelijk letsel tot gevolg kan hebben.
Neem contact op met een deskundige
reparateur, bij voorkeur een offi ciële
Mazda reparateur om de auto zo
spoedig mogelijk te laten inspecteren.
$9@&;%/%@&EJUJPOJOEC

Page 638 of 707

*Bepaalde modellen.7–54
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indikatielampjes en waarschuwingszoemers
Waarschuwingszoemer voor
veiligheidsgordel
Voorzitting
Als de rijsnelheid hoger is dan ongeveer
20 km/h en de veiligheidsgordel
van de bestuurder of voorpassagier
niet is vastgemaakt, klinkt continu
een waarschuwingspieptoon. Als
de veiligheidsgordel dan nog niet is
vastgemaakt, zal de pieptoon eenmaal
stoppen en dan gedurende ongeveer
90 seconden doorgaan. De pieptoon
stopt nadat de veiligheidsgordel van
de bestuurder of voorpassagier is
vastgemaakt.
OPMERKING
 Door het plaatsen van
zware voorwerpen op de
voorpassagierszitting kan de
veiligheidsgordelwaarschuwingsfunctie
van de voorpassagierszitting
geactiveerd worden, afhankelijk van
het gewicht van het voorwerp.
  Geen extra zitkussen op de
voorpassagierszitting plaatsen en
gebruiken om er voor te zorgen dat
de voorpassagiergewichtsensor juist
kan functioneren. De kans bestaat
dat de sensor niet goed functioneert
omdat het extra zitkussen de werking
van de sensor zou kunnen hinderen.
  Wanneer een klein kind op
de voorpassagierszitting
zit, is het mogelijk dat de
waarschuwingszoemer niet werkt.
Achterzitting *
De waarschuwingszoemer klinkt enkel als
een veiligheidsgordel wordt losgemaakt
nadat deze is vastgemaakt.
Waarschuwingszoemtoon voor
niet-uitgeschakeld contact (STOP)
Als het bestuurdersportier geopend wordt
terwijl het contact op ACC staat, klinkt
er continu een pieptoon om de bestuurder
op de hoogte te stellen dat het contact niet
uit is gezet (STOP). Als deze toestand
blijft voortbestaan zal het afstandbediende
portiervergrendelingssysteem niet
functioneren, kan de auto niet vergrendeld
worden en zal de accu uitgeput raken.
Sleutel uit auto verwijderd
waarschuwingszoemtoon
Er wordt 6 maal een pieptoon gegeven
en het KEY waarschuwingslampje (rood)
gaat continu knipperen als het contact niet
is uitgezet, alle portieren gesloten zijn en
de sleutel uit de auto verwijderd wordt. Dit
is om de bestuurder te waarschuwen dat de
sleutel uit de auto is verwijderd en dat het
contact niet is uitgezet.
OPMERKING
Aangezien de sleutel gebruik maakt
van radiogolven van lage intensiteit,
bestaat de kans dat de Sleutel-uit-auto-
verwijderd waarschuwing geactiveerd
wordt als de sleutel samen met een
metalen voorwerp wordt meegedragen
of als deze op een plaats met slechte
signaalontvangst bewaard wordt.
$9@&;%/%@&EJUJPOJOEC

Page 639 of 707

7–55
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indikatielampjes en waarschuwingszoemers
Zie Verzoekschakelaar-buiten-
werking waarschuwingspieptoon
(Met geavanceerde
afstandbediende
portiervergrendelingsfunctie)
Als de verzoekschakelaar wordt ingedrukt
terwijl een portier open staat of niet goed
is gesloten of het contact niet is uitgezet
terwijl de sleutel is meegenomen, wordt
gedurende ongeveer 2 seconden een
pieptoon gegeven om aan te geven dat de
portieren en de achterklep niet kunnen
worden vergrendeld.
Sleutel-in-bagageruimte-
achtergelaten
waarschuwingspieptoon (Met
geavanceerde afstandbediende
portiervergrendelingsfunctie)
Als de sleutel in de bagageruimte is
achtergelaten terwijl alle portieren
vergrendeld zijn en de achterklep gesloten
is, wordt er gedurende ongeveer 10
seconden een pieptoon gegeven om
de bestuurder er op attent te maken
dat de sleutel in de bagageruimte
is achtergelaten. Als dit gebeurt, de
achterklep openen door het indrukken
van de elektrische achterklepopener en de
sleutel verwijderen. De kans bestaat dat
een sleutel die uit de bagageruimte wordt
verwijderd niet functioneert, omdat de
functies ervan tijdelijk geannuleerd zijn.
Voor het herstellen van de functies van de
sleutel, de procedure die van toepassing is
uitvoeren (pagina 3-9 ).
Sleutel-in-auto-achtergelaten
waarschuwingspieptoon (Met
geavanceerde afstandbediende
portiervergrendelingsfunctie)
Als een sleutel in het interieur van de auto
is achtergelaten en alle portieren en de
bagageruimte met een afzonderlijke sleutel
worden vergrendeld, wordt er gedurende
ongeveer 10 seconden een pieptoon
gegeven om de bestuurder er op attent te
maken dat de sleutel in het interieur van de
auto is achtergelaten. Als dit gebeurt, het
portier openen en de sleutel verwijderen.
De kans bestaat dat een sleutel die op
deze manier uit de auto is verwijderd niet
functioneert, omdat de functies ervan
tijdelijk geannuleerd zijn. Voer voor
het herstellen van de sleutelfuncties de
procedure van toepassing uit (pagina 3-9 ).
$9@&;%/%@&EJUJPOJOEC

Page 640 of 707

*Bepaalde modellen.7–56
Als er zich een probleem voordoet
Waarschuwings-/indikatielampjes en waarschuwingszoemers
i-stop waarschuwingszoemer *
 














 Als het stationair draaien van de motor
is gestopt en het bestuurdersportier
wordt geopend, klinkt er een
waarschuwingstoon om de bestuurder
te attenderen dat het stationair draaien
is gestopt. Dit stopt wanneer het
bestuurdersportier wordt gesloten.
 


 De waarschuwingszoemer klinkt als
de motor gestopt is en de volgende
handelingen worden uitgevoerd. In
dergelijke gevallen herstart de motor
om veiligheidsredenen niet automatisch.
Start de motor met behulp van de
normale methode.
 

 
(Europees model)
 De veiligheidsgordel van de bestuurder
is losgemaakt en het bestuurdersportier
wordt geopend.
 

 
(Behalve Europees model)



 
(Handgeschakelde versnellingsbak)
 Wanneer de versnellingshendel
in een andere stand dan neutraal
staat, de veiligheidsgordel van de
bestuurder wordt losgemaakt en het
bestuurdersportier wordt geopend.
 

 
(Automatische transmissie)
 Wanneer de keuzehendel in de stand
D of M (niet in blokkeermodus
voor tweede versnelling) staat,
de veiligheidsgordel van de
bestuurder wordt losgemaakt en het
bestuurdersportier wordt geopend.
Rijsnelheidsalarm *
De functie van het rijsnelheidsalarm is
bestemd om de bestuurder via een enkele
pieptoon en een waarschuwingsindicatie
in de instrumentengroep te waarschuwen
dat de tevoren ingestelde rijsnelheid is
overschreden. U kunt de instelling van de rijsnelheid
waarbij de waarschuwing wordt gegeven
veranderen (pagina 4-33 ).
Waarschuwingszoemer voor
bandenspanning*
De waarschuwingszoemer klinkt
gedurende ongeveer 3 seconden wanneer
er een afwijking is in de bandenspanning
(pagina 4-174 ).
Waarschuwingen van Mazda
Radar Cruise Control (MRCC)
systeem
*
De waarschuwingen van het Mazda
Radar Cruise Control (MRCC)
systeem informeren de bestuurder over
systeemdefecten en waarschuwingen bij
gebruik wanneer dit nodig is.
Controleer op basis van de pieptoon.
Voorzorgen Te controleren punten
De pieptoon klinkt 1
keer wanneer het Mazda
Radar Cruise Control
(MRCC) systeem in
werking is De rijsnelheid is
langzamer dan 25 km/h
en het Mazda Radar
Cruise Control (MRCC)
systeem is geannuleerd.
(Europees model)
De pieptoon klinkt 5
maal tijdens het rijden
(Behalve Europese
modellen)
Tijdens het rijden blijft
de pieptoon continu
klinken. De afstand tussen uw
auto en het voorliggende
voertuig is te kort.
Controleer de veiligheid
van de omgeving en
verminder snelheid.
Wanneer het Mazda
Radar Cruise Control
(MRCC) systeem
in werking is, klinkt
een zoemtoon en
gaat het Mazda
Radar Cruise Control
(MRCC) systeem
waarschuwingslampje
(oranje) in de
instrumentengroep
branden. Dit kan duiden op een
defect in het systeem.
Laat uw auto bij een
deskundige reparateur,
bij voorkeur een offi ciële
Mazda reparateur
controleren.
$9@&;%/%@&EJUJPOJOEC

Page:   < prev 1-10 ... 591-600 601-610 611-620 621-630 631-640 641-650 651-660 661-670 671-680 ... 710 next >