sensor MAZDA MODEL CX-5 2017 Handleiding (in Dutch)
Page 83 of 889
2–63
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS-airbags
*Bepaalde modellen.
(Zonder Inzittende voorpassagier detectiesysteem)
Gasgeneratoren en airbags van bestuurder/voorpassagier
Kantelsensor * , impactsensoren en diagnosemodule (SAS-eenheid)
Veiligheidsgordelvoorspanners (pagina 2-30 )
Voorste airbagsensors
Zij-impactsensors
Waarschuwingslampje airbag/gordelspannersysteem (pagina 4-54 )
Zij- en gordijngasgeneratoren en airbags
Voorpassagiersairbag-uitgeschakeld indicatielampje * (pagina 2-74 )
Inzittende voorpassagier detectiesensor * (pagina 2-74 )
Inzittende voorpassagier detectiemodule *
Bestuurdersstoelpositiesensor * (pagina 2-65 )
Page 85 of 889
2–65
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS-airbags
Bestuurdersairbag
De bestuurdersairbag is in het stuurwiel ingebouwd.
Wanneer de impactsensoren van een airbag een frontale botsing met meer dan gematigde
kracht registreren, wordt de bestuurdersairbag snel opgeblazen om letsel aan hoofdzakelijk
het hoofd of de borst van de bestuurder te helpen verminderen dat veroorzaakt wordt door
een directe slag tegen het stuurwiel.
Zie voor nadere bijzonderheden over airbag activering, “Criteria voor SRS airbag
activering” (pagina 2-70 ).
(Met Inzittende voorpassagier detectiesysteem)
Bij de tweetraps bestuurdersairbag wordt het opblazen van de airbag op twee
krachtniveaus geregeld, afhankelijk van de positie van de bestuurdersstoel. De
bestuurdersstoelpositiesensor bevindt zich onder de bestuurdersstoel. De sensor bepaalt of
de bestuurdersstoel zich voor of achter een bepaalde referentiepositie bevindt en stuurt de
stoelpositie naar de diagnosemodule (SAS eenheid). De SAS eenheid bestuurt de activering
van de bestuurdersairbag, afhankelijk van de afstand van de bestuurdersstoel tot het
stuurwiel.
Tijdens een gematigde botsing wordt de bestuurdersairbag met minder kracht opgeblazen,
terwijl tijdens meer ernstige botsingen en wanneer de bestuurdersstoel achter de
referentiepositie staat de airbag met meer kracht wordt opgeblazen.
Page 86 of 889
2–66
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS-airbags
Voorpassagiersairbag
De voorpassagiersairbag is ingebouwd in het instrumentenpaneel aan de
voorpassagierszijde.
Het opblaasmechanisme voor de voorpassagiersairbag is hetzelfde als bij de
bestuurdersairbag.
Zie voor nadere bijzonderheden over airbag activering, “Criteria voor SRS airbag
activering” (pagina 2-70 ).
(Met Inzittende voorpassagier detectiesysteem)
Verder is de voorpassagiersairbag ingericht om enkel te worden geactiveerd wanneer de
inzittende voorpassagier detectiesensor bespeurt dat een passagier op de voorpassagiersstoel
heeft plaatsgenomen. Zie Inzittende voorpassagier detectiesysteem (pagina 2-74 ) voor
bijzonderheden.
Page 87 of 889
2–67
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS-airbags
Zij-airbags
De zij-airbags zijn ingebouwd in de buitenste zijden van de rugleuningen van de
voorzittingen.
Wanneer de impactsensoren van een airbag een zijdelingse botsing met meer dan gematigde
kracht registreren, blaast het systeem enkel de zij-airbag op aan de zijde waar de auto
geraakt is. De zij-airbag wordt snel opgeblazen om letsel aan de borst van de bestuurder of
de voorpassagier te helpen verminderen dat veroorzaakt wordt door een directe slag tegen
interieuronderdelen zoals een portier of raam.
Zie voor nadere bijzonderheden over airbag activering, “Criteria voor SRS airbag
activering” (pagina 2-70 ).
(Met Inzittende voorpassagier detectiesysteem)
Verder is de zij-airbag van de voorpassagier ingericht om enkel te worden geactiveerd
wanneer de inzittende voorpassagier detectiesensor bespeurt dat een passagier op de
voorpassagiersstoel heeft plaatsgenomen. Zie Inzittende voorpassagier detectiesysteem
(pagina 2-74 ) voor bijzonderheden.
Page 88 of 889
2–68
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS-airbags
Gordijn-airbags
De gordijn-airbags zijn ingebouwd in de voorruit- en achterruitstijlen en de dakrand langs
beide zijden.
Wanneer de impactsensoren van een airbag een zijdelingse botsing met meer dan gematigde
kracht registreren, wordt de gordijn-airbag snel opgeblazen om letsel aan hoofdzakelijk
het hoofd van de passagier gezeten aan de portierzijde van de achterzitting te helpen
verminderen dat veroorzaakt wordt door een directe slag tegen interieuronderdelen zoals een
portier of raam.
Zie voor nadere bijzonderheden over airbag activering, “Criteria voor SRS airbag
activering” (pagina 2-70 ).
Bij een zijdelingse botsing:
Een botsing met meer dan gematigde kracht aan één zijde van de auto heeft tot gevolg dat
de gordijn-airbag enkel aan die zijde van de auto wordt opgeblazen.
Enkel één zij- en gordijn-airbag zal
geactiveerd worden aan de zijde waar de
auto de kracht van de botsing ontvangt.
(Rusland)
Als auto over de kop slaat:
Als de auto over de kop slaat, worden beide gordijn-airbags geactiveerd.
Beide gordijn-airbags
worden geactiveerd als de
auto over de kop slaat.
Page 90 of 889
2–70
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS-airbags
*Bepaalde modellen.
Criteria voor SRS airbag activering
Deze tabel geeft de betreffende SRS uitrusting aan die afhankelijk van het type botsing
geactiveerd wordt.
(De illustraties tonen representatieve voorbeelden van botsingen.)
SRS
uitrusting Typen botsing
Een ernstige frontale/bijna
frontale botsing Een ernstige
zijdelingse
botsing
*2 Auto slaat (bijna)
over de kop *3 Een botsing aan de
achterzijde
Veiligheidsgordelvoorspanner
van voorzitting X *1 (beide zijden) X *1 (enkel zijde van
botsing) X (beide zijden)
Bij een botsing
aan de achterzijde
wordt geen airbag en
veiligheidsgordelvoorspanner
geactiveerd.
Veiligheidsgordelvoorspanner
van achterzitting * X (beide zijden) X (beide zijden)
Bestuurdersairbag X
Voorpassagiersairbag X *1
Zij-airbag X
*1 (enkel zijde van
botsing)
Gordijn-
airbag X (enkel zijde van
botsing) X (beide zijden)
X: De SRS airbaguitrusting is bestemd om bij een botsing geactiveerd te worden.
*1 (Met Inzittende voorpassagier detectiesysteem)
De voor- en zij-airbags van de voorpassagiersstoel en de veiligheidsgordelvoorspanner zijn geconstrueerd om
te worden geactiveerd wanneer de inzittende voorpassagier detectiesensor bespeurt dat een passagier op de
voorpassagiersstoel heeft plaatsgenomen.
*2 Bij een zijdelingse botsing worden de veiligheidsgordelvoorspanners en de zij- en gordijn-airbags geactiveerd
(enkel aan de zijde waar zich de botsing voordoet).
*3 (Rusland)
Als de auto over de kop slaat, worden de veiligheidsgordelvoorspanners en de gordijn-airbags geactiveerd.
Page 94 of 889
2–74
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS-airbags
*Bepaalde modellen.
Inzittende voorpassagier detectiesysteem *
Lees eerst nauwkeurig “Voorzorgsmaatregelen betreffende het aanvullende
beveiligingssysteem (SRS)” (pagina 2-54 ).
Inzittende voorpassagier detectiesensor
Uw auto is uitgerust met een inzittende voorpassagier detectiesensor als onderdeel van
het aanvullende beveiligingssysteem. Deze sensor is ingebouwd in de zitting van de
passagiersstoel. Deze sensor meet de elektrostatische capaciteit van de voorpassagiersstoel.
De SAS eenheid is geconstrueerd om te voorkomen dat de voor- en zij-airbags en
het systeem van de veiligheidsgordelvoorspanner van de voorpassagiersstoel worden
geactiveerd als het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de voorpassagiersairbag
gaat branden.
Om de kans op letsel veroorzaakt door het activeren van de passagiersairbag te verminderen,
schakelt het systeem de voor- en zij-airbags van de voorpassagiersstoel en ook het
gordelspannersysteem uit wanneer het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de
voorpassagiersairbag gaat branden. Zie onderstaande tabel voor de omstandigheden waarbij
het airbag-uitgeschakeld indicatielampje van de voorpassagiersairbag gaat branden.
Dit systeem schakelt de voor- en zij-airbags en het systeem van de
veiligheidsgordelvoorspanner van de voorpassagiersstoel uit, dus controleer of het
airbag-uitgeschakeld indicatielampje van de voorpassagiersairbag brandt overeenkomstig
onderstaande tabel.
Het waarschuwingslampje van het systeem van airbag/veiligheidsgordelvoorspanner gaat
knipperen en het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de voorpassagiersairbag
gaat branden in het geval er een defect is in de sensoren. Als dit gebeurt, zullen de voor- en
zij-airbags en het systeem van de veiligheidsgordelvoorspanner van de voorpassagiersstoel
niet geactiveerd worden.
Page 95 of 889
2–75
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS-airbags
Airbag-uitgeschakeld indicatielampjes van de voorpassagiersairbag
Deze indicatielampjes gaan branden om u er aan te herinneren dat de voor- en zij-airbags
van de voorpassagiersstoel en de veiligheidsgordelvoorspanner tijdens een botsing niet
geactiveerd zullen worden.
Als de inzittende voorpassagier detectiesensor in orde is, zullen beide indicatielampjes gaan
branden wanneer het contact op ON gezet wordt. De lampjes zullen na enkele seconden
uitgaan. Vervolgens zullen de indicatielampjes onder de volgende condities branden of
uitgaan:
Tabel voor aan/uit conditie van airbag-uitgeschakeld indicatielampje van
voorpassagiersairbag
Conditie bespeurd door systeem
van inzittende voorpassagier
detectiesysteem Indicatielampje van de
deactiveringsschakelaar
van de
voorpassagiersairbag Voor- en zij-
airbags van
voorpassagierszitting Veiligheidsgordelvoorspanner
van voorpassagierszitting
Leeg (niet bezet)
Uitgeschakeld Uitgeschakeld
Er bevindt zich een kind in een
kinderzitje
*1
Uitgeschakeld Uitgeschakeld
Volwassene
*2 Deze worden na een
korte periode van tijd
uitgeschakeld. Gereed Gereed
*1 Het is mogelijk dat de inzittende passagier detectiesensor een kind dat op de zitting, in een kinderstoeltje of op
een peuterzitje zit niet bespeurt, afhankelijk van de lengte van het kind en de zithouding.
*2 Als een kleine volwassene op de voorpassagierszitting plaatsneemt, is het mogelijk dat afhankelijk van de
fysieke kenmerken van de persoon de sensoren de persoon als een kind detecteren.
Page 96 of 889
2–76
Belangrijke veiligheidsuitrusting
SRS-airbags
De gordijn-airbag is klaar voor activering, ongeacht wat is aangegeven is de tabel voor de
aan/uit conditie van de airbag-uitgeschakeld indicatielampje van de voorpassagiersairbag.
Als beide airbag-uitgeschakeld indicatielampjes van de voorpassagiersairbag niet gedurende
een bepaalde tijd gaan branden wanneer het contact op ON wordt gezet of als deze niet gaan
branden zoals aangegeven in de tabel voor de aan/uit conditie van het airbag-uitgeschakeld
indicatielampje van de voorpassagiersairbag, niet toestaan dat een inzittende op de
voorpassagierszitting plaatsneemt en zo spoedig mogelijk contact opnemen met een of ¿ ciële
Mazda-reparateur. De kans bestaat dat het systeem in het geval van een aanrijding niet
correct werkt.
WAARSCHUWING
Laat niet een inzittende op de voorpassagiersstoel plaatsnemen in een houding die het
voor de inzittende voorpassagier detectiesensor moeilijk maakt de inzittende correct te
detecteren:
Zitten op de voorpassagiersstoel in een houding die het voor de inzittende voorpassagier
detectiesensor moeilijk maakt de inzittende correct te bespeuren is gevaarlijk. Als de
inzittende voorpassagier detectiesensor de inzittende die zich op de voorpassagiersstoel
bevindt niet correct kan bespeuren, is het mogelijk dat de voor- en zij-airbags van de
voorpassagiersstoel en het systeem van de veiligheidsgordelvoorspanner niet in werking
treden (niet-geactiveerd worden) of dat deze abusievelijk in werking treden (geactiveerd
worden). De voorpassagier heeft dan niet de aanvullende beveiliging van de airbags,
of het abusievelijk in werking treden (activeren) van de airbags zou ernstig of dodelijk
letsel kunnen veroorzaken.
Onder de volgende condities kan de inzittende voorpassagier detectiesensor een
passagier die zich op de voorpassagiersstoel bevindt niet correct bespeuren en kan de
activering/niet-activering van de airbags niet geregeld worden zoals aangegeven in
de tabel voor de aan/uit conditie van het airbag-uitgeschakeld indicatielampje van de
voorpassagiersairbag. Bijvoorbeeld: