MAZDA MODEL MX-5 2017 Handleiding (in Dutch)

Page 131 of 631

•Als de accu uitgeput raakt terwijl het
anti-diefstal beveiligingssysteem in staat
van paraatheid is, zal de sirene/claxon
geactiveerd worden en zullen de
waarschuwingsknipperlichten gaan
knipperen wanneer de accu geladen of
vervangen wordt.
▼,QVWDDWYDQSDUDDWKHLGEUHQJHQYDQ
KHWV\VWHHP
 'HUXLWHQHQKHWYRXZGDNJRHGVOXLWHQ
OPMERKING
(Met inbraaksensor)
De functie van de inbraaksensor kan
alleen in staat van paraatheid worden
gebracht wanneer het vouwdak
gesloten is.
Ook als een raam is open blijven
staan, kan het systeem in staat van
paraatheid gebracht worden, echter
zelfs het gedeeltelijk open laten staan
van de ramen kan een uitnodiging zijn
tot diefstal, en wind die in de auto
blaast zou het alarm kunnen activeren.
De functie van de inbraaksensor kan
ook geannuleerd worden.
Zie Annuleren van de inbraaksensor
(Met inbraaksensor) op pagina 3-54.
 =HWKHWFRQWDFWRS2))
 =RUJHUYRRUGDWGHPRWRUNDSKHW
YRXZGDNGHSRUWLHUHQHQKHW
NRIIHUGHNVHOJHVORWHQ]LMQ
 'UXNRSGHYHUJUHQGHOWRHWVRSGH
]HQGHURIYHUJUHQGHOKHW
EHVWXXUGHUVSRUWLHUYDQDIGHEXLWHQ]LMGH
PHWGHKXOSVOHXWHO
'HZDDUVFKXZLQJVNQLSSHUOLFKWHQ
]XOOHQHHQPDDONQLSSHUHQ
0HWJHDYDQFHHUGHDIVWDQGEHGLHQGH
SRUWLHUYHUJUHQGHOLQJVIXQFWLH
'UXNRSHHQYHU]RHNVFKDNHODDU

+HWYHLOLJKHLGVLQGLFDWLHODPSMHLQGH
LQVWUXPHQWHQJURHSJDDWJHGXUHQGH
VHFRQGHQWZHHPDDOSHUVHFRQGH
NQLSSHUHQ

 1DVHFRQGHQLVKHWV\VWHHPYROOHGLJ
LQVWDDWYDQSDUDDWKHLG
OPMERKING
•Het anti-diefstal beveiligingssysteem
kan ook in staat van paraatheid
gebracht worden door het activeren
van de automatische
hervergrendelfunctie terwijl alle
portieren, het kofferdeksel en de
motorkap gesloten zijn.
Zie Zender op pagina 3-4.
•Het systeem wordt buiten werking
gesteld wanneer binnen 20 seconden
na het indrukken van de
vergrendeltoets een van de volgende
handelingen wordt uitgevoerd:
•Ontgrendelen van een van de
portieren.
•Openen van een van de portieren.
•Openen van de motorkap.
•Wanneer het contact op ON wordt
gezet.
Voor het opnieuw in staat van
paraatheid brengen van het systeem,
de procedure voor het in staat van
paraatheid brengen nogmaals
uitvoeren.
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
%HYHLOLJLQJVV\VWHHP


Page 132 of 631

•Wanneer de portieren vergrendeld
worden door het indrukken van de
vergrendeltoets op de zender of het
gebruik van de hulpsleutel terwijl
het anti-diefstal beveiligingssysteem
in staat van paraatheid is, zullen de
waarschuwingsknipperlichten
eenmaal knipperen om aan te geven
dat het systeem in staat van
paraatheid is.
▼$QQXOHUHQYDQGHLQEUDDNVHQVRU
0HWLQEUDDNVHQVRU
$OVKHWDQWLGLHIVWDOEHYHLOLJLQJVV\VWHHP
LQVWDDWYDQSDUDDWKHLGJHEUDFKWLVZDQQHHU
HUVSUDNHLVYDQHHQYDQRQGHUVWDDQGH
RPVWDQGLJKHGHQGHLQEUDDNVHQVRU
DQQXOHUHQRPWHYRRUNRPHQGDWKHWDODUP
RQQRGLJJHDFWLYHHUGZRUGW
•:DQQHHUGHDXWRZRUGWDFKWHUJHODWHQ
WHUZLMOHU]LFKHHQEHZHHJEDDUREMHFW
SDVVDJLHUVRIKXLVGLHUHQLQEHYLQGHQ
•:DQQHHUXHHQYRRUZHUSLQGHDXWR
DFKWHUODDWGDWKHHQHQZHHUNDQUROOHQ
]RDOVELMYRRUEHHOGZDQQHHUGHDXWRELM
WUDQVSRUWRSHHQVFKXLQDIORSHQGH
RQVWDELHOHRQGHUJURQGJHSODDWVWZRUGW
•:DQQHHUNOHLQHYRRUZHUSHQDFFHVVRLUHV
LQGHDXWR]LMQRSJHKDQJHQRIDQGHUH
YRRUZHUSHQ]LMQDDQJHEUDFKWGLH
JHPDNNHOLMNELQQHQLQGHDXWRNXQQHQ
EHZHJHQ
•%LMKHWSDUNHUHQRSHHQSODDWVZDDU]LFK
VWHUNHWULOOLQJHQRIKDUGHJHOXLGHQ
YRRUGRHQ
•%LMKHWJHEUXLNYDQHHQKRJHGUXNRI
DXWRPDWLVFKHDXWRZDVLQVWDOODWLH
•:DQQHHUYRRUWGXUHQGVFKRNNHQHQ
WULOOLQJHQYDQKDJHORIGRQGHUHQ
EOLNVHPRSGHDXWRZRUGHQ
RYHUJHEUDFKW
•3RUWLHUHQYHUJUHQGHOGZRUGHQWHUZLMO
HHQUDDPLVRSHQEOLMYHQVWDDQ
•(HQH[WUDYHUZDUPLQJRIDSSDUDDWGDW
OXFKWVWURPHQHQWULOOLQJHQSURGXFHHUWLQ
JHEUXLNLVWHUZLMOKHWDQWLGLHIVWDO
EHYHLOLJLQJVV\VWHHPLQVWDDWYDQ
SDUDDWKHLGJHEUDFKWLV
OPMERKING
Als een portier of het kofferdeksel
gedurende 30 seconden gesloten blijft,
zullen beide portieren en het kofferdeksel
automatisch opnieuw vergrendeld worden
en zal het anti-diefstalbeveiligingssysteem
in staat van paraatheid gebracht worden
ook als een ruit of het vouwdak is open
blijven staan.

9RRUKHWDQQXOHUHQYDQGHLQEUDDNVHQVRU
GHWRHWVRSGH]HQGHUELQQHQVHFRQGHQ
QDKHWLQGUXNNHQYDQGHYHUJUHQGHOWRHWV
LQGUXNNHQ
'HZDDUVFKXZLQJVNQLSSHUOLFKWHQ]XOOHQ
GULHPDDONQLSSHUHQ
OPMERKING
•Voor het opnieuw activeren van de
inbraaksensor, het anti-diefstal
beveiligingssysteem uitschakelen en dit
vervolgens opnieuw in staat van
paraatheid brengen.
•De inbraaksensor is in werking wanneer
het anti-diefstal beveiligingssysteem in
staat van paraatheid is gebracht. Voor
het annuleren van de inbraaksensor, op
de annuleertoets van de inbraaksensor
drukken wanneer het anti-diefstal
beveiligingssysteem in staat van
paraatheid is gebracht.
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
%HYHLOLJLQJVV\VWHHP


Page 133 of 631

▼8LWVFKDNHOHQYDQHHQLQVWDDWYDQ
SDUDDWKHLGJHEUDFKWV\VWHHP
(HQV\VWHHPGDWLQVWDDWYDQSDUDDWKHLGLV
JHEUDFKWNDQXLWJHVFKDNHOGZRUGHQPHW
JHEUXLNYDQHHQYDQRQGHUVWDDQGH
PHWKRGHV
•'HRQWJUHQGHOWRHWVRSGH]HQGHU
LQJHGUXNWZRUGW
•6WDUWHQYDQGHPRWRUPHWGH
VWDUWGUXNNQRS
• 0HWJHDYDQFHHUGHDIVWDQGEHGLHQGH
SRUWLHUYHUJUHQGHOLQJVIXQFWLH
•,QGUXNNHQYDQHHQYHU]RHNVFKDNHODDU
RSGHSRUWLHUHQ
'HZDDUVFKXZLQJVNQLSSHUOLFKWHQ]XOOHQ
WZHHPDDONQLSSHUHQ
OPMERKING
Wanneer de portieren ontgrendeld worden
door het indrukken van de ontgrendeltoets
op de zender terwijl het
anti-diefstalbeveiligingssysteem
uitgeschakeld is, zullen de
waarschuwingsknipperlichten tweemaal
knipperen om aan te geven dat het systeem
uitgeschakeld is.
▼6WRS]HWWHQYDQKHW
ZDDUVFKXZLQJVDODUP
(HQJHDFWLYHHUGDODUPNDQXLWJHVFKDNHOG
ZRUGHQPHWJHEUXLNYDQHHQYDQ
RQGHUVWDDQGHPHWKRGHV
•'HRQWJUHQGHOWRHWVRSGH]HQGHU
LQJHGUXNWZRUGW
•6WDUWHQYDQGHPRWRUPHWGH
VWDUWGUXNNQRS
• 0HWJHDYDQFHHUGHDIVWDQGEHGLHQGH
SRUWLHUYHUJUHQGHOLQJVIXQFWLH
•,QGUXNNHQYDQHHQYHU]RHNVFKDNHODDU
RSGHSRUWLHUHQ
•,QGUXNNHQYDQGHHOHNWULVFKH
NRIIHUGHNVHORSHQHUZDQQHHUXGH
VOHXWHOPHHGUDDJW
'HZDDUVFKXZLQJVNQLSSHUOLFKWHQ]XOOHQ
WZHHPDDONQLSSHUHQ
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
%HYHLOLJLQJVV\VWHHP


Page 134 of 631

,QULMGHQ
(ULVJHHQVSHFLDOHLQULMSHULRGH
QRRG]DNHOLMN(FKWHUKHWRSYROJHQYDQ
HQNHOHHHQYRXGLJHYRRU]RUJVPDDWUHJHOHQ
JHGXUHQGHGHHHUVWHNPNDQKHW
PRWRUUHQGHPHQWKHWEUDQGVWRIYHUEUXLNHQ
GHOHYHQVGXXUYDQGHDXWRWHQJRHGH
NRPHQ
•9RHUKHWWRHUHQWDOYDQGHPRWRUQLHWWH
KRRJRS
•5LMGQLHWJHGXUHQGHODQJHUHWLMGPHW
GH]HOIGHVQHOKHLGVQHORIODQJ]DDP
•1LHWJHGXUHQGHODQJHUHWLMGFRQVWDQWPHW
YROJDVRIPHWKRJHPRWRUWRHUHQWDOOHQ
ULMGHQ
•9HUPLMGNUDFKWLJDIUHPPHQEHKDOYHLQ
QRRGJHYDOOHQ
•9HUPLMGKHWVWDUWHQELMYROJDV
%UDQGVWRIEHVSDULQJHQ
PLOLHXEHVFKHUPLQJ
'HPDQLHUZDDURSXXZ0D]GDJHEUXLNW
EHSDDOWGHDIVWDQGGLHXPHWHHQYROOHWDQN
NXQWDIOHJJHQ9ROJRQGHUVWDDQGH
VXJJHVWLHVRPEUDQGVWRIWHKHOSHQ
EHVSDUHQHQGH&2
XLWVWRRWWH
YHUPLQGHUHQ
•/DDWGHPRWRUQLHWODQJGXULJVWDWLRQDLU
GUDDLHQRPRSWHZDUPHQ%HJLQWH
ULMGHQ]RGUDGHPRWRUVRHSHOGUDDLW
•%HVSDDUEUDQGVWRIGRRUVQHODFFHOHUHUHQ
WHYHUPLMGHQ
•5LMGPHWODJHUHVQHOKHGHQ
•$QWLFLSHHUELMKHWJHEUXLNYDQGH
UHPPHQ YHUPLMGSORWVHOLQJDIUHPPHQ 
•+RXGXDDQKHWVFKHPDYDQSHULRGLHNH
RQGHUKRXGVEHXUWHQ SDJLQD HQ
ODDWHHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXUELM
YRRUNHXUHHQRIILFLsOH
0D]GDUHSDUDWHXUFRQWUROHVHQ
RQGHUKRXGXLWYRHUHQ
•*HEUXLNGHDLUFRQGLWLRQLQJXLWVOXLWHQG
LQGLHQGLWQRRG]DNHOLMNLV
•5LMGODQJ]DDPWLMGHQVKHWULMGHQRS
VOHFKWHZHJHQ
•=RUJHUYRRUGDWGHEDQGHQVWHHGVGH
YRRUJHVFKUHYHQVSDQQLQJKHEEHQ
•9HUYRHUJHHQRQQRGLJJHZLFKWLQGH
DXWRPHH
•/DDWXZYRHWWLMGHQVKHWULMGHQQLHWRS
KHWUHPSHGDDOUXVWHQ
•=RUJHUYRRUGDWGHZLHOHQVWHHGVFRUUHFW
XLWJHOLMQG]LMQ
•+RXGELMKHWULMGHQPHWKRJHVQHOKHGHQ
GHUDPHQJHVORWHQ
•1HHPVQHOKHLGWHUXJELMKHWULMGHQPHW
VWHUNH]LMZLQGRIWHJHQZLQG
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
5LMWLSV


Page 135 of 631

:$$56&+8:,1*
Nooit tijdens het afdalen van hellingen de
motor afzetten:
Het afzetten van de motor bij het afdalen
van hellingen is gevaarlijk. De
stuurbekrachtiging en de
rembekrachtiging zullen dan buiten
werking gesteld worden, hetgeen
beschadiging van het aandrijfmechanisme
tot gevolg kan hebben. Verlies van de
stuurbekrachtiging of rembekrachtiging
kan tot een ongeluk leiden.
0RHLOLMNH
ULMRPVWDQGLJKHGHQ
:$$56&+8:,1*
Wees uiterst voorzichtig als het nodig is op
een glad wegdek terug te schakelen:
Het op een glad wegdek terugschakelen bij
een handgeschakelde versnellingsbak of
naar een lage versnelling bij een
automatische transmissie is gevaarlijk.
Door de plotselinge verandering in de
draaisnelheid van de banden kunnen de
banden gaan slippen. Dit kan er toe leiden
dat u de macht over het stuur verliest en
een ongeluk veroorzaakt.
%LMKHWULMGHQPHW]ZDUHUHJHQYDOVQHHXZ
LM]HOGRRUPRGGHU]DQGRIRQGHU
VRRUWJHOLMNHJHYDDUOLMNHRPVWDQGLJKHGHQ
•5LMGYRRU]LFKWLJHQQHHPH[WUD
UHPDIVWDQGLQDFKW
•9HUPLMGDEUXSWUHPPHQHQSORWVHOLQJ
GUDDLHQYDQKHWVWXXUZLHO
•+HWUHPSHGDDOQLHWSRPSHQGLQGUXNNHQ
%OLMIKHWUHPSHGDDOLQJHGUXNWKRXGHQ
=LHKHW$QWLEORNNHHUUHPV\VWHHP
$%6 RSSDJLQD
•,QGLHQGHDXWRYDVWLVNRPHQWH]LWWHQ
HHQODJHUHYHUVQHOOLQJNLH]HQHQ
ODQJ]DDPDFFHOHUHUHQ9RRUNRPGDWGH
DFKWHUZLHOHQJDDQVOLSSHQ
•*HEUXLN]DQG]RXWVQHHXZNHWWLQJHQ
WDSLMWHQRISODDWVDQGHUDQWLVOLS
PDWHULDDORQGHUGHDFKWHUZLHOHQYRRU
PHHUDDQGULMINUDFKWELMKHWZHJULMGHQRS
HHQJODGGHRQGHUJURQG]RDOVLMVRI
RSHHQJHKRRSWHVQHHXZ
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
5LMWLSV


Page 136 of 631

OPMERKING
Gebruik uitsluitend sneeuwkettingen op de
achterwielen.9ORHUPDW
:HUDGHQKHWJHEUXLNYDQRULJLQHOH
0D]GDYORHUPDWWHQDDQ
:$$56&+8:,1*
Zet de vloermatten met de doorvoerbuisjes
of de houders vast om te voorkomen dat
deze onder de voetpedalen beklemd raken
(bestuurderszijde):
Gebruik van een vloermat die niet goed is
bevestigd is gevaarlijk aangezien deze de
bediening van het gas- en rempedaal
(bestuurderszijde) zal hinderen wat een
ongeluk kan veroorzaken.
Gebruik enkel een vloermat die
overeenkomt met de vorm van de vloer
aan de bestuurderszijde en plaats deze in
de juiste richting.
Zet de vloermat vast met gebruik van de
doorvoerbuisjes of houders.
Er zijn diverse manieren om vloermatten
vast te zetten afhankelijk van het gebruikte
type, dus zet de mat vast overeenkomstig
het type.
Controleer na het aanbrengen van de
vloermat dat deze niet heen en weer of van
voren naar achteren schuift en dat er
voldoende ruimte is tussen de mat en de
gas- en rempedalen aan de
bestuurderszijde.
Nadat u voor schoonmaken of om een
andere reden de vloermat heeft verwijderd,
deze altijd weer stevig op zijn plaats
aanbrengen en daarbij de zojuist vermelde
voorzorgsmaatregelen in acht nemen.
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
5LMWLSV


Page 137 of 631

Breng geen twee vloermatten bovenop
elkaar aan de bestuurderszijde aan:
Het aanbrengen van twee vloermatten
bovenop elkaar aan de bestuurderszijde is
gevaarlijk aangezien de opsluitpennen
enkel het naar voren schuiven van één
vloermat kunnen voorkomen.
Losse vloermat(ten) kunnen de bediening
van de voetpedalen hinderen en een
ongeluk veroorzaken.
Als u in de winter een allweather type
vloermat gebruikt, altijd de oorspronkelijke
vloermat verwijderen.
%LMKHWSODDWVHQYDQHHQYORHUPDWGH]H
EHYHVWLJHQGRRUGHRSHQLQJHQRI
VOXLWLQJHQHUYDQRSGHXLWVWHHNVHOVYDQGH
RSVWDDQGHNOHPPHQWHVWHNHQ
2SHLJHQNUDFKWORVWUHNNHQ
YDQGHDXWR
:$$56&+8:,1*
Laat de wielen nooit met hoge snelheid
doordraaien en let er op dat bij het
aanduwen van de auto niemand achter
een wiel staat:
Het is gevaarlijk wanneer de auto is
vastgeraakt en u de wielen met hoge
snelheid laat doordraaien. De draaiende
band kan oververhit raken en uit elkaar
springen. Dit kan ernstig letsel tot gevolg
hebben.
23*(/(7
Wanneer u te lang achter elkaar probeert
de auto op eigen kracht los te trekken kan
dit oververhitting van de motor, defect
raken van het aandrijfaggregaat of
beschadiging van de banden tot gevolg
hebben.
$OVXGHDXWRRSHLJHQNUDFKWPRHW
ORVWUHNNHQXLWVQHHXZ]DQGRIPRGGHUKHW
JDVSHGDDOHHQZHLQLJLQGUXNNHQHQGH
YHUVQHOOLQJVKHQGHONHX]HKHQGHO
YRRU]LFKWLJYDQ ' QDDU5YHUSODDWVHQ
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
5LMWLSV


Page 138 of 631

5LMGHQLQGHZLQWHU
+HWZRUGWDDQEHYROHQHHQQRRGXLWUXVWLQJ
PHHWHYRHUHQ+DQGLJHGDDUYRRULQ
DDQPHUNLQJNRPHQGHKXOSPLGGHOHQ]LMQ
ELMYRRUEHHOGVQHHXZNHWWLQJHQHHQ
UXLWHQNUDEEHUHHQ]DNMHPHW]DQGRI]RXW
HHQQRRGODPSHHQNOHLQHVSDGHHQ
VWDUWNDEHOV
9UDDJHHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXUELM
YRRUNHXUHHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXU
GHYROJHQGHSXQWHQWHFRQWUROHUHQ
•=RUJHUYRRUGDWGHUDGLDWHXUGHMXLVWH
KRHYHHOKHLGDQWLYULHVEHYDW
=LH0RWRUNRHOYORHLVWRIRSSDJLQD
•&RQWUROHHUGHWRHVWDQGYDQGHDFFXHQ
GHNDEHOV/DJHWHPSHUDWXUHQ
YHUPLQGHUHQGHFDSDFLWHLWYDQHONHDFFX
•*HEUXLNHHQPRWRUROLHGLHJHVFKLNWLV
YRRUGHODDJVWHRPJHYLQJVWHPSHUDWXUHQ
ZDDUELMPHWGHDXWRZRUGWJHUHGHQ
SDJLQD 
•&RQWUROHHUKHWRQWVWHNLQJVV\VWHHPRS
ORVVHDDQVOXLWLQJHQHQEHVFKDGLJLQJ
•*HEUXLNVSURHLHUYORHLVWRIPHWHHQ
DQWLYULHVRSORVPLGGHOPDDUJHEUXLN
JHHQNRHOYORHLVWRIRIDQWLYULHVXLWKHW
NRHOV\VWHHP SDJLQD 
OPMERKING
•De handrem niet bij vriesweer
gebruiken, aangezien deze kan
bevriezen. Schakel in plaats daarvan in
stand P bij een automatische transmissie
en in stand 1 of R bij een
handgeschakelde versnellingsbak.
Blokkeer de achterwielen.
•Verwijder de sneeuw alvorens te gaan
rijden. Sneeuwresten op de voorruit zijn
gevaarlijk aangezien deze het uitzicht
kunnen belemmeren. Ook als er met een
lading sneeuw op de motorkap met de
auto wordt gereden, bestaat de kans dat
het systeem van de actieve motorkap in
een noodgeval niet normaal geactiveerd
wordt.
•Het canvasdak niet openen of sluiten
wanneer de temperatuur 5 °C of lager
is. Het materiaal van het canvasdak kan
door vorst beschadigd raken.
•Oefen geen overmatige kracht uit op een
ruitenkrabber bij het verwijderen van ijs
of bevroren sneeuw van het spiegelglas
en de voorruit.
•Gebruik nooit warm of heet water voor
het verwijderen van sneeuw of ijs van
ruiten en spiegels aangezien dit barsten
in het glas kan veroorzaken.
•Rijd langzaam. Als sneeuw of ijs zich op
de remonderdelen heeft vastgezet, kan
dit een nadelige invloed op de
remwerking hebben. Rijd in een
dergelijke situatie langzaam, laat het
gaspedaal los en trap het rempedaal
enkele malen licht in totdat de
remwerking weer normaal wordt.
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
5LMWLSV


Page 139 of 631

▼6QHHXZEDQGHQ
:$$56&+8:,1*
Gebruik uitsluitend banden van dezelfde
maat en soort (sneeuwbanden,
radiaalbanden of niet-radiaalbanden) op
alle vier wielen:
Gebruik van banden van een verschillende
maat of soort is gevaarlijk. De
bestuurbaarheid van uw auto kan
daardoor bijzonder nadelig beïnvloed
worden, hetgeen tot ongelukken kan
leiden.
23*(/(7
Controleer de geldende bepalingen
alvorens spijkerbanden aan te brengen.
OPMERKING
Als uw auto uitgerust is met een
bandenspanningcontrolesysteem, bestaat
de kans dat bij het gebruik van banden met
staaldraadversteviging in de zijwanden het
systeem niet correct functioneert (pagina
4-141).
*HEUXLNZLQWHUEDQGHQRSDOOHYLHU
ZLHOHQ
'HPD[LPXPWRHJHVWDQHVQHOKHLGYRRUXZ
ZLQWHUEDQGHQRIGHZHWWHOLMNEHSDDOGH
VQHOKHLGVEHSHUNLQJHQQLHWRYHUVFKULMGHQ
(XURSD
.LHVZDQQHHUXVQHHXZEDQGHQJDDW
JHEUXLNHQGHYRRUJHVFKUHYHQPDDWHQ
EDQGHQVSDQQLQJ SDJLQD 
▼6QHHXZNHWWLQJHQ
,QIRUPHHUQDDUGHSODDWVHOLMNHEHSDOLQJHQ
DOYRUHQVVQHHXZNHWWLQJHQWHJDDQ
JHEUXLNHQ
23*(/(7
¾Het gebruik van sneeuwkettingen kan de
bestuurbaarheid van de auto nadelig
beïnvloeden.
¾Rijd nooit sneller dan 50 km/h of de door
de kettingfabrikant aanbevolen snelheid,
naargelang welke snelheid lager is.
¾Rijd voorzichtig en vermijd
oneffenheden
en gaten in het wegdek en het maken
van scherpe bochten.
¾Voorkom het blokkeren van de wielen
door te sterk afremmen.
¾Gebruik geen sneeuwkettingen op
wegen die vrij zijn van sneeuw of ijs.
Hierdoor kunnen de banden en de
sneeuwkettingen beschadigd worden.
¾Aluminium velgen kunnen door het
gebruik van sneeuwkettingen bekrast of
anderszins beschadigd worden.
OPMERKING
Als uw auto uitgerust is met een
bandenspanningscontrolesysteem, bestaat
de kans dat bij het gebruik van
sneeuwkettingen het systeem niet correct
functioneert.
3ODDWVGHVQHHXZNHWWLQJHQDOOHHQRSGH
DFKWHUEDQGHQ
*HEUXLNJHHQVQHHXZNHWWLQJHQRSGH
YRRUEDQGHQ
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
5LMWLSV


Page 140 of 631

.LH]HQYDQGHMXLVWHVQHHXZNHWWLQJHQ
(XURSD
0D]GDJHHIWGHYRRUNHXUDDQKHWJHEUXLN
YDQNHWWLQJHQPHW]HVKRHNLJHVWDOHQ
VSDQULQJHQ.LHVKHWMXLVWHW\SH
RYHUHHQNRPVWLJXZEDQGHQPDDW
%DQGHQPDDW 6QHHXZNHWWLQJ
5 =HVKRHNLJW\SH
5 =HVKRHNLJW\SH
OPMERKING
Alhoewel Mazda de voorkeur geeft aan het
gebruik van kettingen met zeshoekige
stalen spanringen, mogen alle soorten
kettingen worden gebruikt die binnen de
aangegeven montagespecificaties vallen.
0RQWDJHVSHFLILFDWLH (XURSD
%LMKHWDDQEUHQJHQYDQGH
VQHHXZNHWWLQJHQGLHQWGHDIVWDQGWXVVHQ
KHWEDQGSURILHOHQGHNHWWLQJ]LFKELQQHQ
GHYRRUJHVFKUHYHQOLPLHWHQWHEHYLQGHQ
]RDOVDDQJHJHYHQLQRQGHUVWDDQGHWDEHO
$IVWDQG HHQKHLGPP
$%
0D[ 0D[
ZijaanzichtAanzicht in doorsnedeBand
A
B
$DQEUHQJHQYDQVQHHXZNHWWLQJHQ
 %UHQJGHVQHHXZNHWWLQJHQ]RVWUDN
PRJHOLMNRSGHDFKWHUEDQGHQDDQ9ROJ
GDDUELMVWHHGVGHLQVWUXFWLHVYDQGH
IDEULNDQW
 7UHNQDKHWULMGHQYDQ

Page:   < prev 1-10 ... 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 151-160 161-170 171-180 ... 640 next >