MAZDA MODEL MX-5 2017 Handleiding (in Dutch)

Page 31 of 631

Het is belangrijk de veiligheidsgordels als geheel te vernieuwen nadat deze bij een ernstige
botsing zijn gedragen, ook als beschadiging van het gordelsysteem niet duidelijk
waarneembaar is.
Veiligheidsgordels behoren niet gedraaid te worden gedragen.
Elke veiligheidsgordel dient slechts door één inzittende te worden gebruikt; het is gevaarlijk
een veiligheidsgordel aan te brengen rondom een kind dat op iemands schoot zit.
Door de gebruiker mogen er geen wijzigingen of toevoegingen worden aangebracht die
verhinderen dat de afstelmechanismen van de veiligheidsgordels de gordels strakker kunnen
aanspannen of die verhinderen dat de gordels door de gebruiker strakker kunnen worden
afgesteld.
23*(/(7
Het oprollen van de veiligheidsgordels verloopt stroever wanneer de gordels en de
gordelgeleiders verontreinigd zijn. Houd deze dus altijd schoon. Zie voor meer bijzonderheden
betreffende het reinigen van de veiligheidsgordels “Onderhoud van de veiligheidsgordels”
(pagina 6-68).

Veiligheidsgordelgeleider
▼▼*HEUXLNYDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOVGRRU]ZDQJHUHYURXZHQHQSHUVRQHQPHW
HUQVWLJHPHGLVFKHFRQGLWLHV
=ZDQJHUHYURXZHQGLHQHQDOWLMGYDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOVJHEUXLNWHPDNHQ5DDGSOHHJXZ
GRNWHUYRRUQDGHUDGYLHV
'HKHXSJRUGHOGLHQW1$8:6/8,7(1'(1=2/$$*02*(/,-.20'(+(83(1
JHGUDJHQWHZRUGHQ
'HVFKRXGHUJRUGHOGLHQWFRUUHFWRYHUXZVFKRXGHUJHGUDJHQWHZRUGHQHFKWHUQRRLWRYHUGH
EXLN
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
9HLOLJKHLGVJRUGHOV\VWHHP


Page 32 of 631

3HUVRQHQPHWHUQVWLJHPHGLVFKHFRQGLWLHVGLHQHQHYHQHHQVYDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOV
JHEUXLNWHPDNHQ5DDGSOHHJXZGRNWHUYRRUELM]RQGHUHLQVWUXFWLHVEHWUHIIHQGHEHSDDOGH
PHGLVFKHFRQGLWLHV
▼▼1RRGEORNNHHUVWDQG
:DQQHHUGHYHLOLJKHLGVJRUGHOLVYDVWJHPDDNW]DOGH]H]LFKDOWLMGLQGHQRRGEORNNHHUVWDQG
EHYLQGHQ
,QGHQRRGEORNNHHUVWDQGEOLMIWGHJRUGHOFRPIRUWDEHORPGHJHEUXLNHU]LWWHQHQ]DOGH
RSURODXWRPDDWWLMGHQVHHQDDQULMGLQJLQSRVLWLHEORNNHUHQ
$OVGHJRUGHOJHEORNNHHUGLVHQQLHWQDDUEXLWHQJHWURNNHQNDQZRUGHQGHJRUGHOHHQPDDO
ODWHQRSUROOHQHQGH]HYHUYROJHQVODQJ]DDPSUREHUHQQDDUEXLWHQWHWUHNNHQ$OVGLWQLHW
ZHUNWGHJRUGHOHHQPDDONUDFKWLJDDQWUHNNHQHQORVODWHQHQYHUYROJHQVRSQLHXZODQJ]DDP
QDDUEXLWHQWUHNNHQ
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
9HLOLJKHLGVJRUGHOV\VWHHP


Page 33 of 631

9HLOLJKHLGVJRUGHOV
:$$56&+8:,1*
Draag de veiligheidsgordel door deze altijd
correct door de geleider te voeren:
Het dragen van een veiligheidsgordel
zonder de veiligheidsgordel door te
geleider te voeren is gevaarlijk omdat de
veiligheidsgordel dan geen voldoende
bescherming bij een ongeluk kan bieden,
hetgeen ernstig letsel kan veroorzaken.
Veiligheidsgordelgeleider
▼▼9DVWPDNHQYDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOV
Veiligheidsgordeltong
Veiligheidsgordelgesp
3ODDWVGHKHXSJRUGHO]RODDJPRJHOLMN
QLHWRSGHRQGHUEXLNHQVWHOYHUYROJHQVGH
VFKRXGHUJRUGHO]RGDQLJDIGDWGH]H
QDXZVOXLWHQGRPXZOLFKDDPSDVW
Laag om de
heupen houdenAantrekken
Te hoog
▼▼/RVPDNHQYDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOV
'UXNGHNQRSRSGHYHLOLJKHLGVJRUGHOJHVS
LQ$OVGHJRUGHOQLHWYROOHGLJZRUGW
RSJHUROGGH]HQDDUEXLWHQWUHNNHQHQRS
YHUGUDDLLQJHQNQLNNHQLQVSHFWHUHQ.LMN
YHUYROJHQVRIELMKHWRSUROOHQGHJRUGHO
RQYHUGUDDLGEOLMIW
Knop
OPMERKING
Als een gordel niet volledig wordt
opgerold, deze op verdraaiing en knikken
inspecteren. Als de gordel dan nog steeds
niet correct wordt opgerold, deze door een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur laten
inspecteren.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
9HLOLJKHLGVJRUGHOV\VWHHP


Page 34 of 631

9HLOLJKHLGVJRUGHOZDDUVFKXZLQJVV\VWHPHQ
$OVGH]HEHVSHXUHQGDWGH
YHLOLJKHLGVJRUGHOYDQGHLQ]LWWHQGHQLHWLV
YDVWJHPDDNWZRUGWGHLQ]LWWHQGHGRRUHHQ
ZDDUVFKXZLQJVODPSMHRIHHQ]RHPWRRQ
JHZDDUVFKXZG
=LH:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVRS
SDJLQD
=LH:DDUVFKXZLQJV]RHPHUYRRU
YHLOLJKHLGVJRUGHORSSDJLQD
9RRUVSDQQHUVYDQ
YHLOLJKHLGVJRUGHOVHQ
EHJUHQ]LQJV\VWHPHQ
9RRUHHQRSWLPDOHEHVFKHUPLQJ]LMQGH
YHLOLJKHLGVJRUGHOVYDQGHEHVWXXUGHUVVWRHO
HQGHSDVVDJLHUV]LWWLQJXLWJHUXVWPHW
YRRUVSDQQHUHQEHJUHQ]LQJV\VWHPHQ2P
GH]HEHLGHV\VWHPHQFRUUHFWWHNXQQHQ
ODWHQIXQFWLRQHUHQGLHQWXGH
YHLOLJKHLGVJRUGHORSGHMXLVWHZLM]HWH
GUDJHQ

9RRUVSDQQHUV
:DQQHHUHHQERWVLQJZRUGWEHVSHXUG
ZRUGHQGHYRRUVSDQQHUVJHOLMNWLMGLJPHW
GHDLUEDJVJHDFWLYHHUG
=LHYRRUELM]RQGHUKHGHQRYHUDFWLYHULQJ
&ULWHULDYRRU656DLUEDJDFWLYHULQJ
SDJLQD 
:DQQHHUGHDLUEDJVZRUGHQRSJHEOD]HQ
WUHNNHQGHRSURODXWRPDWHQYDQGH
YHLOLJKHLGVJRUGHOVGHJRUGHOVVQHOVWUDN
DDQ1DGDWGHDLUEDJVHQGH
YHLOLJKHLGVJRUGHOYRRUVSDQQHUVJHDFWLYHHUG
ZHUGHQGLHQHQGH]HVWHHGVYHUQLHXZGWH
ZRUGHQ
6\VWHHPGHIHFWHQRIEHGULMIVWRHVWDQGHQ
ZRUGHQDDQJHGXLGGRRUHHQ
ZDDUVFKXZLQJ
=LH:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVRS
SDJLQD
=LH:DDUVFKXZLQJV]RHPHUYRRUV\VWHHP
YDQDLUEDJYRRUVSDQQHUVYDQ
YHLOLJKHLGVJRUGHOVRSSDJLQD
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
9HLOLJKHLGVJRUGHOV\VWHHP


Page 35 of 631

0HWLQ]LWWHQGHSDVVDJLHU
GHWHFWLHV\VWHHP
9HUGHULVKHWYRRUVSDQQHUV\VWHHPYRRUGH
SDVVDJLHUHYHQDOVGHYRRUHQ]LMDLUEDJ
YDQGHSDVVDJLHUV]LWWLQJLQJHULFKWRP
HQNHOWHZRUGHQJHDFWLYHHUGZDQQHHUGH
LQ]LWWHQGHSDVVDJLHUGHWHFWLHVHQVRU
EHVSHXUWGDWHHQSDVVDJLHURSGH
SDVVDJLHUV]LWWLQJKHHIWSODDWVJHQRPHQ
=LHYRRUELM]RQGHUKHGHQ,Q]LWWHQGH
SDVVDJLHUGHWHFWLHVHQVRU SDJLQD 

'UXNEHJUHQ]HU
+HWEHJUHQ]LQJV\VWHHP]RUJWHUYRRUGDWGH
JRUGHORSHHQJHFRQWUROHHUGHPDQLHU
ORVVHUJHPDDNWZRUGWRPGHGUXNGLHGRRU
GHJRUGHORSKHWERYHQOLFKDDPYDQGH
LQ]LWWHQGHZRUGWXLWJHRHIHQGWHUHGXFHUHQ
$OKRHZHOGHJURRWVWHGUXNRSHHQ
YHLOLJKHLGVJRUGHOELMIURQWDOHERWVLQJHQ
ZRUGWXLWJHRHIHQGKHHIWGHGUXNEHJUHQ]HU
HHQDXWRPDWLVFKHPHFKDQLVFKHIXQFWLHHQ
NDQELMYROGRHQGHEHZHJLQJYDQGH
LQ]LWWHQGHELMHONVRRUWRQJHYDO
JHDFWLYHHUGZRUGHQ
2RNZDQQHHUGHYRRUVSDQQHUVQLHW
JHDFWLYHHUGZHUGHQGLHQWGH
GUXNEHJUHQ]LQJVIXQFWLHGRRUHHQ
GHVNXQGLJHUHSDUDWHXUELMYRRUNHXUHHQ
RIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXUJHFRQWUROHHUG
WHZRUGHQ:$$56&+8:,1*
Maak enkel gebruik van de
veiligheidsgordels op de wijze zoals in dit
instructieboekje wordt aangegeven:
Het verkeerd dragen van de
veiligheidsgordels van de bestuurdersstoel
en de voorpassagierszitting is gevaarlijk.
Als deze niet op de juiste wijze worden
gedragen, kunnen de voorspanner- en
begrenzingsystemen van de
veiligheidsgordels tijdens een ongeval geen
adequate bescherming bieden, hetgeen
ernstig letsel tot gevolg kan hebben. Zie
voor meer bijzonderheden over het dragen
van de veiligheidsgordels, “Vastmaken van
de veiligheidsgordels” (pagina 2-13).
Laat uw veiligheidsgordels onmiddellijk
vernieuwen als de voorspanner of
drukbegrenzer geactiveerd werd:
Laat na een botsing altijd onmiddellijk een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur de
voorspanners van de veiligheidsgordels en
de airbags inspecteren. Juist zoals de
airbags functioneren de voorspanners en
drukbegrenzers van de veiligheidsgordels
slechts eenmaal en moeten deze na elke
botsing waarbij deze geactiveerd werden
worden vernieuwd. Als de voorspanners
van de veiligheidsgordels en
drukbegrenzers niet vernieuwd worden, zal
het risico van letsel bij een botsing
toenemen.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
9HLOLJKHLGVJRUGHOV\VWHHP


Page 36 of 631

Breng nooit wijzigingen aan de onderdelen
of de bedrading aan en gebruik nooit
elektronische testapparatuur op het
voorspannersysteem:
Het aanbrengen van wijzigingen aan
onderdelen of de bedrading van het
voorspannersysteem, zoals bijvoorbeeld
het gebruik van elektronische
testapparatuur is gevaarlijk. De kans
bestaat dat het systeem dan per ongeluk
geactiveerd of onbruikbaar gemaakt
wordt, waardoor dit tijdens een ongeval
niet in werking kan treden. De kans bestaat
dan dat bestuurder, voorpassagier of
monteurs ernstig letsel oplopen.
Ruim het voorspannersysteem op de juiste
wijze op:
Het op verkeerde wijze opruimen van het
voorspannersysteem of het slopen van een
auto waarvan het voorspannersysteem
niet eerst onklaar is gemaakt, is gevaarlijk.
Ernstig letsel kan het gevolg zijn wanneer
niet alle veiligheidsmaatregelen in acht
worden genomen. Laat een deskundige
reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda
reparateur het voorspannersysteem veilig
opruimen of een auto uitgerust met een
voorspannersysteem slopen.
OPMERKING
•Het is mogelijk dat het
voorspannersysteem niet functioneert,
afhankelijk van het type botsing. Zie
voor bijzonderheden, Criteria voor SRS
airbag activering (pagina 2-46).
•Bij het in werking treden van de airbags
en de voorspanners zal er enige rook
(een niet-toxisch gas) vrijkomen. Dit
duidt echter niet op brand. Dit gas heeft
normaal geen effect op de inzittenden,
echter bij personen met gevoelige huid
is het mogelijk dat er een lichte
huidirritatie optreedt. Als er restanten
van de activering van de airbags of van
het voorspannersysteem van de
veiligheidsgordels op de huid of in de
ogen terechtkomt, dit zo spoedig
mogelijk met water afspoelen.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
9HLOLJKHLGVJRUGHOV\VWHHP


Page 37 of 631

9RRU]RUJVPDDWUHJHOHQELMJHEUXLNYDQHHQNLQGHU]LWMH
+HWZRUGWGRRU0D]GDWHQVWHUNVWHDDQEHYROHQJHEUXLNWHPDNHQYDQNLQGHU]LWMHVYRRU
NLQGHUHQGLHNOHLQJHQRHJ]LMQRPHUJHEUXLNYDQWHNXQQHQPDNHQ

0D]GDUDDGWKHWJHEUXLNDDQYDQHHQRULJLQHHO0D]GDNLQGHU]LWMHRIHHQGLHYROGRHWDDQGH
81(&(

EHSDOLQJ1HHPFRQWDFWRSPHWHHQRIILFLsOH0D]GDGHDOHULQKHWJHYDOXHHQ
RULJLQHHO0D]GDNLQGHU]LWMHGHQNWDDQWHVFKDIIHQ
&RQWUROHHUXZSODDWVHOLMNHODQGHOLMNHRISURYLQFLDOHZHWJHYLQJYRRUVSHFLILHNHEHSDOLQJHQ
EHWUHIIHQGHGHYHLOLJKHLGYDQNLQGHUHQGLHLQXZDXWRPHHULMGHQ

 81(&(VWDDWYRRU(FRQRPLVFKH5DDGYDQGH9HUHQLJGH1DWLHVYRRU(XURSD 8QLWHG
1DWLRQV(FRQRPLF&RPPLVVLRQIRU(XURSH 

+RXGELMKHWVHOHFWHUHQYDQHHQNLQGHU]LWMHUHNHQLQJPHWGHOHHIWLMGHQGHJURRWWHYDQKHW
NLQGHQOHWHURSGDWKHWNLQGHU]LWMHYROGRHWDDQGHJHOGHQGHEHSDOLQJHQ9ROJGHELMKHW
NLQGHU]LWMHEHKRUHQGHLQVWUXFWLHV

(HQNLQGGDWWHJURRWLVYRRUNLQGHU]LWMHVGLHQWJHEUXLNWHPDNHQYDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOV
]RZHOKHXSDOVVFKRXGHUJRUGHO$OVGHVFKRXGHUJRUGHOGHQHNRIKHWJH]LFKWNUXLVWKHWNLQG
YHUGHUQDDUKHWPLGGHQYDQGHDXWRYHUSODDWVHQ

(HQDFKWHUZDDUWVJHULFKWNLQGHU]LWMHPDJ122,7RSGHSDVVDJLHUV]LWWLQJZRUGHQJHEUXLNW
ZDQQHHUKHWDLUEDJV\VWHHPLQJHVFKDNHOGLV

0HWLQ]LWWHQGHSDVVDJLHUGHWHFWLHV\VWHHP
2PGHNDQVRSOHWVHOELMGHDFWLYHULQJYDQGHSDVVDJLHUVDLUEDJWHYHUPLQGHUHQIXQFWLRQHHUW
GHLQ]LWWHQGHSDVVDJLHUGHWHFWLHVHQVRUDOVRQGHUGHHOYDQKHWDDQYXOOHQGEHYHLOLJLQJVV\VWHHP
'LWV\VWHHPGHDFWLYHHUWGHYRRUHQ]LMDLUEDJVYDQGHSDVVDJLHUV]LWWLQJHQRRNKHWV\VWHHP
YDQGHYRRUVSDQQHUYDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOYDQGHSDVVDJLHUV]LWWLQJZDQQHHUKHW
DLUEDJXLWJHVFKDNHOG2))LQGLFDWLHODPSMHYDQGHSDVVDJLHUVDLUEDJEUDQGW

:DQQHHUHHQSHXWHURINOHLQNLQGRSGHSDVVDJLHUVVWRHOSODDWVQHHPWVFKDNHOWKHWV\VWHHPGH
YRRUHQ]LMDLUEDJVHQKHWV\VWHHPYDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOYRRUVSDQQHUYDQGH
SDVVDJLHUVVWRHOXLWGXVFRQWUROHHUGDWKHWDLUEDJXLWJHVFKDNHOG2))LQGLFDWLHODPSMHYDQGH
SDVVDJLHUVDLUEDJEUDQGW

=LHYRRUELM]RQGHUKHGHQ

Page 38 of 631

:$$56&+8:,1*
Gebruik een kinderzitje van de juiste maat:
Voor een effectieve beveiliging bij botsingen en plotseling afremmen dienen kinderen gebruik
te maken van veiligheidsgordels of een kinderzitje afhankelijk van de leeftijd en de grootte. Zo
niet, dan bestaat de kans dat het kind bij een ongeluk ernstig of zelfs dodelijk letsel oploopt.
Volg de instructies van de fabrikant en houd het kinderzitje steeds op zijn plaats verankerd:
Een kinderzitje dat niet is bevestigd, is gevaarlijk. Bij plotseling stoppen of een aanrijding zou
het kinderzitje van zijn plaats kunnen schuiven en ernstig letsel, mogelijk met dodelijke
afloop, aan het kind of andere inzittenden kunnen toebrengen. Zorg ervoor dat het kinderzitje
dat u gebruikt goed op zijn plaats bevestigd wordt volgens de instructies van de fabrikant van
het kinderzitje. Wanneer u het kinderzitje niet gebruikt, dit uit de auto verwijderen of met een
veiligheidsgordel bevestigen of dit aan BEIDE Isofix-ankers en de bijbehorende
spanriemverankering vastzetten.
Zet een kind steeds in een geschikt kinderzitje vast.
Het in uw armen vasthouden van een kind tijdens het rijden is buitengewoon gevaarlijk.
Ongeacht hoe sterk de persoon is, zal hij of zij tijdens plotseling afremmen of een botsing het
kind niet kunnen blijven vasthouden, waardoor het kind of de overige inzittenden ernstig of
dodelijk letsel zou kunnen oplopen. Zelfs bij een gematigde botsing kan het kind blootgesteld
worden aan de kracht van een airbag, waardoor het kind ernstig of dodelijk letsel zou kunnen
oplopen, of het kind zou tegen een volwassene kunnen slaan en zowel zelf letsel kunnen
oplopen als ook aan de volwassene letsel kunnen toebrengen.
Controleer bij gebruik van een kinderzitje altijd dat het airbag-uitgeschakeld
OFF-indicatielampje van de passagiersairbag brandt (Met inzittende passagier
detectiesysteem):
Het vervoeren van een kind in een kinderzitje dat op de passagiersstoel is geplaatst terwijl het
airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de passagiersairbag niet brandt is uiterst
gevaarlijk. Bij een ongeluk bestaat de kans dat een airbag wordt opgeblazen en ernstig letsel,
mogelijk met dodelijk afloop, aan het kind toebrengt dat in het kinderzitje vervoerd wordt.
Controleer altijd dat het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de passagiersairbag
brandt.
Zie Inzittende passagier detectiesysteem op pagina 2-49.
Uiterst gevaarlijk! Gebruik nooit een achterwaarts gericht kinderzitje op de passagiersstoel
welke voorzien is van een airbag die geactiveerd zou kunnen worden:
Gebruik NOOIT een achterwaarts gericht kinderzitje op een zitting die aan de voorzijde door
een ACTIEVE AIRBAG beveiligd is. Dit kan DODELIJK of ERNSTIG LETSEL aan het KIND
toebrengen.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
.LQGHU]LWMH


Page 39 of 631

Bij auto's die uitgerust zijn met een passagiersairbag is er een waarschuwingslabel zoals
hieronder aangegeven aangebracht. Dit waarschuwingslabel is aangebracht
overeenkomstig de bepalingen.

(Behalve Taiwan) (Taiwan)
Zelfs bij een gematigde botsing kan het kinderzitje door een activerende airbag geraakt
worden en met kracht naar achteren verplaatst worden, waardoor het kind ernstig of dodelijk
letsel zou kunnen oplopen. Als uw auto is uitgerust met een inzittende passagier
detectiesysteem, altijd controleren dat het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de
passagiersairbag brandt wanneer u een achterwaarts gericht kinderzitje op de
passagierszitting installeert.

Alvorens u een kinderzitje op de passagierszitting gaat installeren, de passagierszitting zo ver
mogelijk naar achteren plaatsen:
Bij een botsing kan de kracht van een airbag die wordt opgeblazen ernstig of dodelijk letsel
aan het kind toebrengen.
Controleer altijd dat het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de passagiersairbag
brandt.

%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
.LQGHU]LWMH


Page 40 of 631

Onder bepaalde omstandigheden is het vervoeren van een kind in een kinderzitje op de
passagierszitting gevaarlijk (Met inzittende passagier detectiesysteem):
Uw auto is uitgerust met een inzittende passagier detectiesensor. Ook al is uw auto uitgerust
met een inzittende passagier detectiesensor, als u de passagierszitting moet gaan gebruiken
voor het meenemen van een kind, neemt bij gebruik van een kinderzitje op de
passagierszitting onder de volgende omstandigheden het gevaar toe dat de passagiersairbag
wordt geactiveerd en dat het kind ernstig of dodelijk letsel oploopt.
¾Het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de passagiersairbag brandt niet
wanneer u het kind in het kinderzitje laat plaatsnemen.
¾Er is bagage of er zijn andere voorwerpen op de zitting geplaatst waarop het kinderzitje is
geïnstalleerd.
¾De zitting is afgewassen.
¾Er is vloeistof op de zitting gemorst.
¾De passagiersstoel is naar achteren geschoven en drukt tegen bagage of andere
voorwerpen aan die erachter zijn geplaatst.
¾Er is bagage of er zijn andere voorwerpen geplaatst tussen de passagiersstoel en de
bestuurdersstoel.
¾Er is een elektrisch apparaat op de passagierszitting geplaatst.
¾Er is een extra elektrisch apparaat, zoals een zittingverwarmer, bovenop de passagiersstoel
geïnstalleerd.
Laat een kind of iemand anders niet op of tegen de zijruit leunen van een auto met
zij-airbags:
Het is gevaarlijk als iemand op of tegen de zijruit, het gedeelte van de passagierszitting van
waaruit de zij-airbags worden opgeblazen leunt, ook als een kinderzitje wordt gebruikt. De
schok van een zij-airbag die wordt opgeblazen kan ernstig of dodelijk letsel toebrengen aan
een kind dat niet goed op zijn plaats zit. Bovendien kunnen door het leunen op of tegen het
portier de zij- airbags geblokkeerd worden, waardoor de voordelen van de aanvullende
beveiliging ongedaan gemaakt worden. Laat een kind niet op of tegen de zijruit leunen, ook
niet als het kind zich in een kinderzitje bevindt, aangezien de zij-airbag vanuit de buitenste
schouder van de zitting wordt opgeblazen.
Gebruik nooit meer dan één veiligheidsgordel voor meer dan één persoon tegelijkertijd:
Het gebruik van één veiligheidsgordel voor meer dan één persoon tegelijkertijd is gevaarlijk.
Een veiligheidsgordel die op deze wijze wordt gebruikt kan de kracht van de schok niet op de
juiste manier spreiden en de twee passagiers zouden tegen elkaar aan gedrukt kunnen
worden en ernstig of mogelijk dodelijk letsel kunnen oplopen. Gebruik nooit meer dan één
veiligheidsgordel voor meer dan één persoon tegelijkertijd en ga pas met de auto rijden
wanneer alle inzittenden hun veiligheidsgordels op de juiste wijze hebben omgedaan.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
.LQGHU]LWMH


Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 ... 640 next >