MAZDA MODEL MX-5 2017 Handleiding (in Dutch)

Page 531 of 631

6LJQDDO :DDUVFKXZLQJ
:DDUVFKXZLQJVODPSMH
YRRUV\VWHHPYDQDLU
EDJYRRUVSDQQHUVYDQ
YHLOLJKHLGVJRUGHOV(HQGHIHFWLQKHWV\VWHHPZRUGWDDQJHGXLGDOVKHWZDDUVFKXZLQJVODPSMHFRQVWDQW
NQLSSHUWFRQVWDQWEUDQGWRIKHOHPDDOQLHWEUDQGWZDQQHHUKHWFRQWDFWRS21JH]HW
ZRUGW%LMHONYDQGH]HJHYDOOHQGLHQWX]RVSRHGLJPRJHOLMNHHQGHVNXQGLJHUHSDUD
WHXUELMYRRUNHXUHHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXUWHUDDGSOHJHQ+HWV\VWHHP]DOGDQ
ZHOOLFKWLQKHWJHYDOYDQHHQDDQULMGLQJQLHWLQZHUNLQJWUHGHQ:$$56&+8:,1*
Sleutel nooit zelf aan de systemen van airbag/veiligheidsgordelvoorspanners en laat
altijd alle onderhoud en reparatie door een deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda-reparateur, uitvoeren:
Het zelf uitvoeren van onderhoud of sleutelen aan de systemen is gevaarlijk. De kans
bestaat dat een airbag/voorspanner onvoorzien geactiveerd of buiten werking gesteld
wordt.
$FWLHYHPRWRUNDSZDDU
VFKXZLQJVODPSMH
+HWODPSMHJDDWEUDQGHQZDQQHHUKHWFRQWDFWZRUGWLQJHVFKDNHOGYRRUHHQZHUNLQJV
FRQWUROHHQJDDWHQNHOHVHFRQGHQODWHUXLW
'HYROJHQGHJHYDOOHQNXQQHQGXLGHQRSHHQVWRULQJLQKHWV\VWHHP/DDWXZDXWRELM
HHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXUELMYRRUNHXUHHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXUFRQWUROHUHQ
•+HWODPSMHJDDWQLHWEUDQGHQZDQQHHUKHWFRQWDFWRS21ZRUGWJH]HW•%OLMIWEUDQGHQNQLSSHUHQ
:$$56&+8:,1*
Niet met de auto rijden wanneer het actieve motorkap waarschuwingslampje brandt
of knippert:
Rijden terwijl het actieve motorkap waarschuwingslampje brandt of knippert is ge‐
vaarlijk, omdat de kans bestaat dat het mechanisme van de actieve motorkap niet nor‐
maal functioneert en in het geval het voertuig een voetganger zou raken niet normaal
activeert.
$OVHU]LFKHHQSUREOHHPYRRUGRHW
:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVHQZDDUVFKXZLQJV]RHPHUV

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 532 of 631

6LJQDDO :DDUVFKXZLQJ
.QLSSHUW
:DDUVFKXZLQJVODPSMH
YDQEDQGHQVSDQQLQJV
FRQWUROHV\VWHHP

$OVHUHHQGHIHFWLVLQKHWEDQGHQVSDQQLQJVFRQWUROHV\VWHHPJDDWKHWEDQGHQVSDQ
QLQJVZDDUVFKXZLQJVODPSMHNQLSSHUHQ/DDWXZDXWR]RVSRHGLJPRJHOLMNGRRUHHQ
GHVNXQGLJHUHSDUDWHXUELMYRRUNHXUHHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXUFRQWUROHUHQ
:$$56&+8:,1*
Als het waarschuwingslampje van het bandenspanningscontrolesysteem gaat bran‐
den of knipperen of als de waarschuwingszoemtoon voor lage bandenspanning wordt
gegeven, onmiddellijk de rijsnelheid verminderen en plotseling manoeuvreren en rem‐
men vermijden:
Als het waarschuwingslampje van het bandenspanningscontrolesysteem gaat bran‐
den of knipperen of als de waarschuwingszoemtoon voor lage bandenspanning wordt
gegeven, is het gevaarlijk met hoge snelheden te rijden of plotseling te manoeuvreren
of te remmen. De kans bestaat dat u de macht over het stuur verliest en een ongeluk
veroorzaakt.
Om te bepalen of u een langzaam leeglopende band of een lekke band heeft, de auto
op een veilige plaats parkeren waar u visueel de toestand van de band kunt controle‐
ren en bepalen of de band voldoende lucht heeft om verder te gaan naar een plaats
waar lucht bijgevuld kan worden en het systeem opnieuw gecontroleerd kan worden
door een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur of een
bandenreparatiewerkplaats.
Het TPMS waarschuwingslampje mag nooit genegeerd worden:
Negeren van het TPMS waarschuwingslampje is gevaarlijk, ook als u de reden weet
waarom het brandt. Laat het probleem zo spoedig mogelijk verhelpen alvorens dit tot
een ernstigere situatie leidt, zoals het plotseling lek raken van een band met een ge‐
vaarlijk ongeluk als mogelijk gevolg.
:DDUVFKXZLQJVODPSMH
YRRUOHNNHEDQG
$OVHHQUXQIODWEDQGOHNUDDNWJDDWKHW)/$77,5(ZDDUVFKXZLQJVODPSMHLQGHLQ
VWUXPHQWHQJURHSEUDQGHQHQNOLQNWHUJHGXUHQGHRQJHYHHUVHFRQGHQHHQ]RHP
WRRQ
5LMGYRRU]LFKWLJPHWGHDXWRRQPLGGHOOLMNQDDUGHGLFKWVWELM]LMQGH0D]GDUHSDUDWHXU
HQODDWGHOHNNHEDQGYHUZLVVHOHQ
=LH9RHUWXLJHQPHWUXQIODWEDQGHQRSSDJLQD
:$$56&+8:,1*
Laat de banden zo spoedig mogelijk door een deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda-reparateur, controleren en/ of repareren.
Als het lekke band waarschuwingslampje gaat branden of als de waarschuwingszoem‐
toon voor lage bandenspanning wordt gegeven, is het gevaarlijk met hoge snelheden
te rijden of plotseling te manoeuvreren of te remmen. De kans bestaat dat u de macht
over het stuur verliest en een ongeluk veroorzaakt.
Als het lekke band waarschuwingslampje gaat branden of als de waarschuwingszoem‐
toon voor lage bandenspanning wordt gegeven, onmiddellijk de rijsnelheid verminde‐
ren en plotseling manoeuvreren en remmen vermijden.
$OVHU]LFKHHQSUREOHHPYRRUGRHW
:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVHQZDDUVFKXZLQJV]RHPHUV

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 533 of 631

6LJQDDO :DDUVFKXZLQJ
5RRG
.(<ZDDUVFKXZLQJVLQ
GLFDWLH

Page 534 of 631

6LJQDDO :DDUVFKXZLQJ
*DDWEUDQGHQ
5LMVWURRNDIZLMNLQJZDDU
VFKXZLQJVV\VWHHP
/':6 ZDDUVFKX
ZLQJVLQGLFDWLHZDDU
VFKXZLQJVODPSMH

•'HZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHKHWZDDUVFKXZLQJVODPSMHJDDWEUDQGHQDOVHUHHQSUR
EOHHPLVLQKHWV\VWHHP/DDWXZDXWRELMHHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXUELMYRRUNHXU
HHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXUFRQWUROHUHQ
•+HW/':6ZHUNWQLHWZDQQHHUGHZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHKHWZDDUVFKXZLQJVODPS
MHEUDQGW
23*(/(7
¾De volgende gevallen kunnen duiden op een storing in het systeem. Laat uw auto bij
een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda-reparateur controleren.
¾Wanneer de waarschuwingsindicatie/het waarschuwingslampje tijdens het rijden
gaat branden.
Wanneer het systeem automatisch uitgeschakeld wordt, gaat de waarschuwings‐
indicatie/het waarschuwingslampje branden. Normaal herstelt het systeem zich
automatisch en gaat de waarschuwingsindicatie/het waarschuwingslampje uit,
echter als de waarschuwingsindicatie/het waarschuwingslampje blijft branden,
bestaat de kans dat er een storing is in het systeem.
¾De waarschuwingsindicatie/het waarschuwingslampje gaat niet branden wan‐
neer het contact op ON wordt gezet.
¾Gebruik altijd banden van het voorgeschreven formaat voor alle wielen en van het‐
zelfde merk, soort en profielpatroon. Bovendien geen banden met duidelijk zicht‐
baar verschillende slijtagepatronen op dezelfde auto gebruiken. Als dergelijke onge‐
schikte banden gebruikt worden, bestaat de kans dat het LDWS niet normaal func‐
tioneert.
¾Wanneer een noodreservewiel wordt gebruikt, bestaat de kans dat het systeem niet
normaal functioneert.
OPMERKING
Als het gedeelte van de voorruit aan de voorzijde van de vooruitrijcamera (FSC) be-
slagen of geblokkeerd is, gaat het lampje tijdelijk branden. Als het lampje blijft bran-
den, is er mogelijk een storing in het systeem.
2UDQMH
$GDSWLHYH/('NRSODP
SHQ $/+ ZDDUVFKX
ZLQJVLQGLFDWLHZDDU
VFKXZLQJVODPSMH

'HZDDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHKHWZDDUVFKXZLQJVODPSMHJDDWEUDQGHQDOVHUHHQSUR
EOHHPLVLQKHWV\VWHHP/DDWXZDXWRELMHHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXUELMYRRUNHXUHHQ
RIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXUFRQWUROHUHQ
OPMERKING
Als het gedeelte van de voorruit aan de voorzijde van de vooruitrijcamera (FSC) be-
slagen of geblokkeerd is, gaat de waarschuwingsindicatie/het waarschuwingslampje
tijdelijk branden. Als de waarschuwingsindicatie/het waarschuwingslampje gaat
branden, is er mogelijk een probleem in het systeem.
'RGHKRHNPRQLWRU
%60 ZDDUVFKXZLQJV
LQGLFDWLH

+HWEHULFKWZRUGWJHWRRQGZDQQHHUHUHHQGHIHFWLVLQKHWV\VWHHP/DDWXZDXWRGRRU
HHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXUELMYRRUNHXUHHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXUFRQWUROHUHQ
OPMERKING
Als er op wegen wordt gereden met minder verkeer en de radarsensoren weinig voer-
tuigen kunnen detecteren, bestaat de kans dat het systeem pauzeert. Dit duidt echter
niet op een defect.
$OVHU]LFKHHQSUREOHHPYRRUGRHW
:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVHQZDDUVFKXZLQJV]RHPHUV

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 535 of 631

6LJQDDO :DDUVFKXZLQJ
'RGHKRHNPRQLWRU
%60 2))LQGLFDWLH
ODPSMH

'HYROJHQGHJHYDOOHQNXQQHQGXLGHQRSHHQVWRULQJLQKHWV\VWHHP
/DDWXZDXWRELMHHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXUELMYRRUNHXUHHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUD
WHXUFRQWUROHUHQ
•+HWODPSMHJDDWQLHWEUDQGHQZDQQHHUKHWFRQWDFWRS21ZRUGWJH]HW•+HWODPSMHEOLMIWEUDQGHQRRNZDQQHHUKHWGRGHKRHNPRQLWRUV\VWHHP %60 YDQGH
JHEUXLNWNDQZRUGHQ
•+HWODPSMHJDDWWLMGHQVKHWULMGHQEUDQGHQ
OPMERKING
Als er op wegen wordt gereden met minder verkeer en de radarsensoren weinig voer-
tuigen kunnen detecteren, bestaat de kans dat het systeem pauzeert (de dodehoekmo-
nitor (BSM) OFF indicatielampje in de instrumentengroep gaat branden). Dit duidt
echter niet op een defect.
:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLH
LQNODSEDUHKDUGWRS
+HWEHULFKWZRUGWJHWRRQGZDQQHHUHUHHQGHIHFWLVLQKHWV\VWHHP/DDWXZDXWRGRRU
HHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXUELMYRRUNHXUHHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXUFRQWUROHUHQ
:DDUVFKXZLQJVODPSMH
/('NRSODPSHQ'LWODPSMHJDDWEUDQGHQDOVHUHHQGHIHFWLVLQGH/('NRSODPS/DDWXZDXWRGRRU
HHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXUELMYRRUNHXUHHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXUFRQWUROHUHQ
▼0DDWUHJHOHQQHPHQ
1HHPGHMXLVWHPDDWUHJHOHQFRQWUROHHUGDWKHWZDDUVFKXZLQJVODPSMHXLWJDDW
$OVHU]LFKHHQSUREOHHPYRRUGRHW
:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVHQZDDUVFKXZLQJV]RHPHUV

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 536 of 631

6LJQDDO :DDUVFKXZLQJ 7HQHPHQPDDWUHJHO
:DDUVFKXZLQJVODPSMH
YHLOLJKHLGVJRUGHO
+HWYHLOLJKHLGVJRUGHOZDDUVFKXZLQJVODPSMHJDDW
EUDQGHQDOVGHEHVWXXUGHUVVWRHORISDVVDJLHUV]LW
WLQJEH]HWLVHQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOQLHWYDVWJH
PDDNWLVWHUZLMOKHWFRQWDFWRS21VWDDW
$OVGHYHLOLJKHLGVJRUGHOYDQGHEHVWXXUGHURI
SDVVDJLHUQLHWDDQJHJHVSWLV DOOHHQZDQQHHUGH
SDVVDJLHUV]LWWLQJEH]HWLV HQGHVQHOKHLGYDQGH
DXWRKRJHULVGDQRQJHYHHUNPKJDDWKHW
ZDDUVFKXZLQJVODPSMHNQLSSHUHQ1DHHQNRUWH
WLMGVWRSWKHWZDDUVFKXZLQJVODPSMHPHWNQLSSH
UHQPDDUEOLMIWEUDQGHQ$OVHHQYHLOLJKHLGVJRU
GHOQLHWDDQJHJHVSWEOLMIWJDDWKHWZDDUVFKX
ZLQJVODPSMHRSQLHXZYRRUHHQEHSDDOGHWLMG
NQLSSHUHQ
OPMERKING
•Als de veiligheidsgordel van de bestuurder of
passagier niet aangegespt wordt nadat het
waarschuwingslampje is gaan branden en de
rijsnelheid hoger is dan 20 km/h, gaat het
waarschuwingslampje opnieuw knipperen.
•(Met inzittende passagier detectiesysteem)
Geen extra zitkussen op de passagierszitting
plaatsen om er voor te zorgen dat de inzittende
passagier detectiesensor juist kan functioneren.
De kans bestaat dat de sensor niet goed func-
tioneert omdat het extra zitkussen de werking
van de sensor zou kunnen hinderen.
•(Zonder inzittende passagier detectiesys-
teem)
•Door het plaatsen van zware voorwerpen op
de passagierszitting kan de veiligheidsgordel-
waarschuwingsfunctie van de passagierszit-
ting geactiveerd worden, afhankelijk van het
gewicht van het voorwerp.
•Geen extra zitkussen op de passagierszitting
plaatsen en er niet op gaan zitten om er voor
te zorgen dat de passagiergewichtsensor juist
kan functioneren. De kans bestaat dat de sen-
sor niet goed functioneert omdat het extra zit-
kussen de werking van de sensor zou kunnen
hinderen.
•Als een klein kind op de passagierszitting
meerijdt, bestaat de kans dat het waar-
schuwingslampje niet werkt.0DDNGHYHLOLJKHLGVJRUGHOVYDVW
$OVHU]LFKHHQSUREOHHPYRRUGRHW
:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVHQZDDUVFKXZLQJV]RHPHUV


Page 537 of 631

6LJQDDO :DDUVFKXZLQJ 7HQHPHQPDDWUHJHO
2SHQSRUWLHU
RSHQNRIIHUGHNVHO
ZDDUVFKXZLQJVLQGLFD
WLHZDDUVFKXZLQJV
ODPSMH+HWODPSMHJDDWEUDQGHQDOVHHQSRUWLHUKHW
NRIIHUGHNVHOQLHWJRHGJHVORWHQLV+HWSRUWLHUKHWNRIIHUGHNVHOJRHGVOXLWHQ
:DDUVFKXZLQJVODPSMH
ODDJEUDQGVWRISHLO+HWODPSMHJDDWEUDQGHQZDQQHHUGHUHVWH
UHQGHEUDQGVWRIRQJHYHHUOLWHUEHGUDDJW
OPMERKING
De momenten waarop het lampje gaat
branden kunnen variëren, aangezien de
brandstof in de tank overeenkomstig de rij-
omstandigheden en de stand van de auto in
beweging is.%UDQGVWRIELMWDQNHQ
NPKZDDUVFKX
ZLQJVODPSMH
+HWNPKZDDUVFKXZLQJVODPSMHJDDW
EUDQGHQZDQQHHUGHULMVQHOKHLGKRJHUZRUGW
GDQNPK9HUPLQGHUGHULMVQHOKHLG
:DDUVFKXZLQJVLQGLFD
WLHZDDUVFKXZLQJV
ODPSMHYRRUODDJ
VSURHLHUYORHLVWRIQL
YHDX

'LWZDDUVFKXZLQJVODPSMHJHHIWDDQGDWHU
ZHLQLJVSURHLHUYORHLVWRIRYHULV9XOVSURHLHUYORHLVWRIELM SDJLQD 
:DDUVFKXZLQJVODPSMHYDQKHWEDQGHQVSDQQLQJVFRQWUROHV\VWHHP JDDWDDQ
1HHPGHMXLVWHPDDWUHJHOHQFRQWUROHHUGDWKHWZDDUVFKXZLQJVODPSMHXLWJDDW
$OVHU]LFKHHQSUREOHHPYRRUGRHW
:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVHQZDDUVFKXZLQJV]RHPHUV

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 538 of 631

:DDUVFKXZLQJ 7HQHPHQPDDWUHJHO
:DQQHHUKHWZDDUVFKXZLQJVODPSMHEUDQGWHQGH
ZDDUVFKXZLQJV]RHPHUNOLQNWLVGHEDQGHQVSDQ
QLQJLQppQRIPHHUGHUHYDQGHEDQGHQWHODDJ
:$$56&+8:,1*
Als het waarschuwingslampje van het banden‐
spanningscontrolesysteem gaat branden of
knipperen of als de waarschuwingszoemtoon
voor lage bandenspanning wordt gegeven, on‐
middellijk de rijsnelheid verminderen en plotse‐
ling manoeuvreren en remmen vermijden:
Als het waarschuwingslampje van het banden‐
spanningscontrolesysteem gaat branden of
knipperen of als de waarschuwingszoemtoon
voor lage bandenspanning wordt gegeven, is het
gevaarlijk met hoge snelheden te rijden of plot‐
seling te manoeuvreren of te remmen. De kans
bestaat dat u de macht over het stuur verliest en
een ongeluk veroorzaakt.
Om te bepalen of u een langzaam leeglopende
band of een lekke band heeft, de auto op een vei‐
lige plaats parkeren waar u visueel de toestand
van de band kunt controleren en bepalen of de
band voldoende lucht heeft om verder te gaan
naar een plaats waar lucht bijgevuld kan worden
en het systeem opnieuw gecontroleerd kan wor‐
den door een deskundige reparateur, bij voor‐
keur een officiële Mazda reparateur of een ban‐
denreparatiewerkplaats.
Het TPMS waarschuwingslampje mag nooit ge‐
negeerd worden:
Negeren van het TPMS waarschuwingslampje is
gevaarlijk, ook als u de reden weet waarom het
brandt. Laat het probleem zo spoedig mogelijk
verhelpen alvorens dit tot een ernstigere situatie
leidt, zoals het plotseling lek raken van een band
met een gevaarlijk ongeluk als mogelijk gevolg.,QVSHFWHHUGHEDQGHQHQVWHOGH]HDIRSGHYRRUJHVFKUHYHQ
EDQGHQVSDQQLQJ SDJLQD 
23*(/(7
Bij het vervangen/repareren van banden of velgen of beide, het werk door
een officiële Mazda reparateur laten uitvoeren, omdat anders de kans be‐
staat dat de bandenspanningsensoren beschadigd worden.
OPMERKING
•Stel de bandenspanning af wanneer de banden koud zijn. De banden-
spanning varieert naargelang de bandentemperatuur, laat daarom de
auto gedurende ongeveer 1 uur staan of rijd er enkel 1,6 km of minder
mee alvorens de bandenspanning af te stellen. Wanneer de bandenspan-
ning bij warme banden wordt afgesteld op de koude bandendruk, be-
staat de kans dat het TPMS waarschuwingslampje/zoemer aan gaat na-
dat de banden zijn afgekoeld en dat de druk tot beneden de specificatie
terugvalt.
Ook is het mogelijk dat een TPMS waarschuwingslampje dat brandt
doordat de bandenspanning bij een lage omgevingstemperatuur is te-
ruggevallen uit gaat als de omgevingstemperatuur omhoog gaat. In dit
geval zal het eveneens noodzakelijk zijn de bandenspanning af te stel-
len. Als het TPMS waarschuwingslampje gaat branden als gevolg van
een terugval in de bandenspanning, de bandenspanning controleren en
afstellen.
•Nadat de bandenspanning is afgesteld, kan het enige tijd duren voordat het
TPMS waarschuwingslampje uit gaat. Als het TPMS waarschuwingslampje
blijft branden, gedurende 10 minuten met een snelheid van tenminste 25
km/h blijven rijden en vervolgens controleren of het lampje uit gaat.
•Banden verliezen na verloop van tijd vanzelf lucht en het TPMS systeem
kan niet het verschil aantonen of de banden na verloop van tijd vanzelf
zacht geworden zijn of dat er sprake is van een lekke band. Wanneer u
echter één zachte band in een set van vier aantreft, wijst dit op een pro-
bleem; iemand anders dient dan langzaam met de auto vooruit te rijden
zodat u de zachte band kunt inspecteren op inkervingen en metalen
voorwerpen die vanuit het profiel of de zijwand naar buiten steken.
Breng enkele druppels water aan op het ventiel om te zien of er lucht-
belletjes verschijnen die wijzen op een defect ventiel. Lekkages moeten
grondiger aangepakt worden dan het enkel op spanning brengen van de
defecte band aangezien lekkages gevaarlijk zijn Š breng de auto naar
een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur
die over alle apparatuur beschikt voor het repareren van banden, TPMS
systemen en de meest geschikte nieuwe band voor uw auto kan bestel-
len.
Als het waarschuwingslampje opnieuw gaat branden nadat de banden-
spanning is afgesteld, is er mogelijk sprake van een lekke band.
Zie Voertuigen met runflat banden op pagina 7-4.

$OVHU]LFKHHQSUREOHHPYRRUGRHW
:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVHQZDDUVFKXZLQJV]RHPHUV


Page 539 of 631

.(<LQGLFDWLH.(<ZDDUVFKXZLQJVODPSMH
1HHPGHMXLVWHPDDWUHJHOHQFRQWUROHHUGDWKHWZDDUVFKXZLQJVODPSMHXLWJDDW
6LJQDDO 2RU]DDN 7HQHPHQPDDWUHJHO
:LW
.(<LQGLFDWLH
'HEDWWHULMYDQGHJHDYDQFHHUGHVOHXWHOLV
XLWJHSXW9HUQLHXZGHVOHXWHOEDWWHULM SDJLQD 
5RRG
.QLSSHUW
.(<ZDDUVFKXZLQJV
ODPSMH

5RRG
.QLSSHUW
.(<ZDDUVFKXZLQJV
ODPSMH

'HJHDYDQFHHUGHVOHXWHOEHYLQGW]LFKEXLWHQ
KHWZHUNLQJVEHUHLN
%UHQJGHJHDYDQFHHUGHVOHXWHOLQKHWZHU
NLQJVEHUHLN SDJLQD  'HJHDYDQFHHUGHVOHXWHOLVJHSODDWVWLQGH
OHQYDQKHWLQWHULHXUZDDUGHVOHXWHOPRHL
OLMNEHVSHXUGNDQZRUGHQ
(UEHYLQGW]LFKHHQVOHXWHOYDQHHQDQGHUH
IDEULNDQWZHONHJHOLMNWRSGHJHDYDQFHHUGH
VOHXWHOLQKHWZHUNLQJVEHUHLN1HHPGHVOHXWHOYDQHHQDQGHUHIDEULNDQW
ZHONHJHOLMNWRSGHJHDYDQFHHUGHVOHXWHO
XLWKHWZHUNLQJVEHUHLN
=RQGHUKHWFRQWDFWXLWWH]HWWHQLVGHJH
DYDQFHHUGHVOHXWHOXLWKHWLQWHULHXUJHQRPHQ
HQYHUYROJHQV]LMQDOOHSRUWLHUHQJHVORWHQ%UHQJGHJHDYDQFHHUGHVOHXWHOWHUXJLQKHW
LQWHULHXU
$OVHU]LFKHHQSUREOHHPYRRUGRHW
:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVHQZDDUVFKXZLQJV]RHPHUV

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 540 of 631

%HULFKWHQGLHYHUVFKLMQHQRSGHPXOWLLQIRUPDWLHGLVSOD\
$OVHUHHQPHOGLQJLVYDQKHWYRHUWXLJYHUVFKLMQWHHQEHULFKWRSGHPXOWLLQIRUPDWLHGLVSOD\
&RQWUROHHUGHLQIRUPDWLHHQQHHPGHQRRG]DNHOLMNHPDDWUHJHO

(Displayvoorbeeld)
$OVKHWZDDUVFKXZLQJVODPSMHJHOLMNWLMGLJJDDWEUDQGHQNQLSSHUHQRIHHQV\PERRORSGH
GLVSOD\ZRUGWDDQJHJHYHQGHLQIRUPDWLHEHWUHIIHQGHKHWZDDUVFKXZLQJVODPSMHRIV\PERRO
FRQWUROHUHQ SDJLQD
'LVSOD\ ,QKRXG 7HQHPHQPDDWUHJHO
:RUGWDDQJHJHYHQZDQQHHUGHVWDUW
GUXNNQRSZRUGWLQJHGUXNWWHUZLMOGH
NHX]HKHQGHOQLHWLQVWDQG3VWDDW=HWGHNHX]HKHQGHOLQGHVWDQG3
:RUGWDDQJHJHYHQZDQQHHUHHQYHLOLJ
KHLGVJRUGHOQLHWLVDDQJHJHVSWHQKHWEH
VWXXUGHUVSRUWLHUZRUGWJHRSHQGWHUZLMO
GHLVWRSIXQFWLHLQZHUNLQJLV'UXNQRJPDDOVRSGHVWDUWGUXNNQRSRP
GHPRWRUWHVWDUWHQ=HWELMDXWR

Page:   < prev 1-10 ... 491-500 501-510 511-520 521-530 531-540 541-550 551-560 561-570 571-580 ... 640 next >