MAZDA MODEL MX-5 RF 2017 Handleiding (in Dutch)

Page 111 of 663

3–27
Alvorens te gaan rijden
Portieren en sloten
OPMERKING
(Met geavanceerde afstandbediende
portiervergrendelingsfunctie)
 
 Wanneer u de sleutel bij zich heeft
kan een vergrendeld kofferdeksel ook
worden geopend.
Elektrisch bediende
kofferdekselopener
OPMERKING
  Wanneer het kofferdeksel wordt
geopend terwijl de portieren
vergrendeld zijn, kan het nadat
de elektrische kofferdekselopener
is ingedrukt enkele seconden
duren voordat het kofferdekselslot
ontgrendelt.
  Het kofferdeksel kan gesloten
worden wanneer de portieren
vergrendeld zijn en de sleutel in
de auto is achtergelaten. Echter
om te voorkomen dat de sleutel in
de auto wordt opgesloten, kan het
kofferdeksel door het indrukken
van de elektrisch bediende
kofferdekselopener geopend worden.
Als ondanks het uitvoeren van deze
procedure het kofferdeksel niet kan
worden geopend, het kofferdeksel
eerst volledig dichtduwen
en vervolgens de elektrische
kofferdekselopener indrukken om het
kofferdeksel volledig te openen.
  Als de accu van de auto uitgeput is
of er een defect is in het elektrische
systeem en het kofferdeksel niet
ontgrendeld kan worden, kan het
kofferdeksel geopend worden door
het uitvoeren van de noodprocedure.
 Zie Wanneer het kofferdeksel niet
geopend kan worden op pagina
7-61 .
Sluiten van het kofferdeksel
Duw het kofferdeksel met beide handen
omlaag totdat dit in het slot valt. Niet met
kracht dichtklappen. Trek het kofferdeksel
omhoog om te controleren of dit goed
gesloten is.


Page 112 of 663

3–28
Alvorens te gaan rijden
Brandstof en emissie
Voorzorgsmaatregelen ten aanzien van brandstof en
motoruitlaatgassen
Vereiste brandstof
Voertuigen met katalysator of zuurstofsensors dienen gebruik te maken van UITSLUITEND
LOODVRIJE BRANDSTOF, welke de uitstoot van uitlaatgassen vermindert en de
verontreiniging van de bougies minimaal houdt.
De auto zal de beste prestaties leveren met de soort brandstof die in de tabel is aangegeven.
Brandstof Octaangetal (RON) Land
Loodvrije
superbrandstof
(Overeenkomstig EN
228 en binnen E10)
*1
95 of hoger Nieuw-Caledonië, Turkije, Canarische Eilanden, Reünion,
Marokko, Oostenrijk, Griekenland, Italië, Zwitserland,
België, Denemarken, Finland, Noorwegen, Portugal, Spanje,
Zweden, Hongarije, Duitsland, Polen, Bulgarije, Kroatië,
Slovenië, Luxemburg, Slowakije, Letland, Litouwen,
Frankrijk, Tsjechië, Estland, Roemenië, Nederland,
Macedonië, Bosnië en Herzegovina, Servië, Montenegro,
Guadeloupe, Martinique, Singapore, Hongkong, Maleisië,
Thailand, Brunei, Macau, Sri Lanka, Zuid-Afrika, Jamaica,
Suriname, Trinidad en Tobago, Dominicaanse Gemenebest,
Myanmar, Taiwan, Filippijnen, Cambodja, Laos, Tahiti,
Kuweit, Oman, Qatar, Saoedie-Arabië, Verenigde Arabische
Emiraten, Bahrein, Libanon, Israël, Tunesië, Egypte, Chili,
El Salvador, Guatemala, Costa Rica, Ecuador, Bolivia,
Colombia, Dominicaanse Republiek (Links stuur), Panama,
Uruguay, Honduras, Peru, Cyprus, Malta, Ierland, Verenigd
Koninkrijk
Normale loodvrije
brandstof 90 of hoger Fiji
*1 Europa
Brandstof met een lager getal heeft een negatieve invloed op de werking van het
uitlaatgasreinigingssysteem en kan ook pingelen van de motor en ernstige motorschade tot
gevolg hebben.


Page 113 of 663

3–29
Alvorens te gaan rijden
Brandstof en emissie
OPGELET
  GEBRUIK UITSLUITEND LOODVRIJE BRANDSTOF.  Loodhoudende brandstof is schadelijk voor de katalysator en de zuurstofsensors en
leidt tot verminderde werking van het uitlaatgasreinigingssysteem en/of defecten.
  Het gebruik van E10 brandstof met 10 % ethanol in Europa is veilig voor uw auto.
Schade aan uw auto kan optreden wanneer de hoeveelheid ethanol hoger is dan hier
aanbevolen.
  Voorzie het brandstofsysteem nooit van toevoegingen, aangezien het
uitlaatgasreinigingssysteem daardoor beschadigd kan worden. Raadpleeg
een deskundige reparateur, bij voorkeur een of¿ ciële Mazda reparateur voor
bijzonderheden.
Uitlaatgasreinigingssysteem
Deze auto is voorzien van een uitlaatgasreinigingssysteem (de katalysator is een onderdeel
van dit systeem) dat de auto in staat stelt te voldoen aan wettelijke bepalingen betreffende de
uitstoot van uitlaatgassen.
WAARSCHUWING
Parkeer de auto daarom nooit op of bij brandbare materialen:
Parkeren op of bij brandbare materialen, zoals droog gras, is gevaarlijk. Ook wanneer
de motor is stopgezet, blijft het uitlaatsysteem na normaal gebruik bijzonder heet en kan
dit alles wat brandbaar is tot ontbranding brengen. Eventueel hierdoor veroorzaakte
brand kan ernstig letsel mogelijk met dodelijke aÀ oop veroorzaken.


Page 114 of 663

3–30
Alvorens te gaan rijden
Brandstof en emissie
OPGELET
Indien de volgende gebruiksvoorschriften niet in acht worden genomen, kan zich lood
in de katalysator verzamelen of kan de katalysator zeer heet worden. Beide condities
resulteren in beschadiging van de katalysator en inferieure prestaties.
 
 GEBRUIK UITSLUITEND LOODVRIJE BRANDSTOF. 
 Gebruik uw Mazda niet wanneer er tekenen van motorstoring zijn. 
 Vermijd freewheelen met het contact uitgeschakeld. 
 Vermijd afrijden van steile hellingen met ingeschakelde versnelling en het contact
uitgeschakeld.
  Laat de motor niet gedurende 2 minuten of langer met een hoog stationair toerental
draaien.
  Voer niet zelf reparaties uit aan het uitlaatgasreinigingssysteem. Alle inspecties en
afstellingen moeten door een deskundige monteur worden uitgevoerd.
  Uw auto niet door aanduwen of aanslepen proberen te starten.


Page 115 of 663

3–31
Alvorens te gaan rijden
Brandstof en emissie
Motoruitlaatgassen (Koolmonoxide)
WAARSCHUWING
Niet met uw auto rijden als u uitlaatgas binnen in de auto ruikt:
Uitlaatgas is gevaarlijk. Dit gas bevat koolmonoxide (CO), dat kleurloos, geurloos
en giftig is. Bij inademing kan dit bewusteloosheid en verstikking veroorzaken. Als
u uitlaatgassen in de auto ruikt, alle ramen volledig openen en onmiddellijk contact
opnemen met een deskundige reparateur, bij voorkeur een of¿ ciële Mazda reparateur.
Laat de motor nooit in een afgesloten ruimte draaien:
Het laten draaien van de motor in een afgesloten ruimte, zoals een garage, is gevaarlijk.
Uitlaatgas dat giftige koolmonoxide bevat kan gemakkelijk het interieur binnendringen.
Dit kan bewusteloosheid en verstikking veroorzaken.
Open de ramen of stel de verwarming of de airconditioning af op aanvoer van verse
buitenlucht wanneer u de motor stationair laat draaien:
Uitlaatgas is gevaarlijk. Wanneer de auto met gesloten ramen stilstaat en u de
motor gedurende langere tijd zelfs in een open ruimte laat draaien, bestaat de kans
dat uitlaatgas, dat giftige koolmonoxide bevat, het interieur binnendringt. Dit kan
bewusteloosheid en verstikking veroorzaken.
Verwijder de sneeuw van de onderzijde en rondom uw auto, vooral rondom de uitlaat,
alvorens de motor te starten:
Het laten draaien van de motor wanneer de auto in diepe sneeuw geparkeerd staat
is gevaarlijk. De uitlaatpijp kan door de sneeuw geblokkeerd raken, waardoor het
uitlaatgas het interieur kan binnendringen. Aangezien uitlaatgas giftig koolmonoxide
bevat, kunnen de inzittenden van de auto bewusteloos of zelfs verstikt raken.


Page 116 of 663

3–32
Alvorens te gaan rijden
Brandstof en emissie
Afsluitklep van
brandstoftankdop en
brandstoftankdop
WAARSCHUWING
Bij het verwijderen van de
brandstoftankdop, de dop een klein
stukje losdraaien, wachten tot het
sissende geluid ophoudt en vervolgens
de dop verwijderen:
Brandstofnevel is gevaarlijk.
Brandstof die op de huid of in de
ogen terechtkomt kan brandwonden
veroorzaken en bij inslikking ziekte
tot gevolg hebben. Brandstofnevel
ontstaat wanneer er zich druk in
de brandstoftank verzamelt en de
brandstoftankdop te snel verwijderd
wordt.
Alvorens te tanken, de motor stopzetten
en vonken en open vuur steeds uit de
buurt van de vulhals houden:
Brandstofdampen zijn gevaarlijk. Deze
kunnen door vonken of open vuur
tot ontbranding komen en ernstige
brandwonden en letsel veroorzaken.
Verder kan het gebruik van de
verkeerde brandstoftankdop of het niet
gebruiken van een brandstoftankdop
brandstoÀ ekkage tot gevolg hebben,
hetgeen bij een ongeluk ernstige
brandwonden mogelijk met dodelijke
aÀ oop kan veroorzaken.
WAARSCHUWING
Niet verder bijtanken nadat het
mondstuk van de brandstofpompslang
automatisch is gestopt:
Doorgaan met tanken nadat het
mondstuk van de brandstofpompslang
automatisch is gestopt is gevaarlijk,
aangezien het overmatig vullen van
de brandstoftank overstroming van
brandstof of lekkage kan veroorzaken.
Overstroming van brandstof en lekkage
kan het voertuig beschadigen en als de
brandstof ontvlamt kan dit brand en
ontplof¿ ng veroorzaken met ernstig of
dodelijk letsel als gevolg.
OPGELET
Gebruik altijd uitsluitend een
originele Mazda tankdop of een
gelijkwaardige voor uw auto geschikte
brandstoftankdop, verkrijgbaar bij
deskundige reparateur, bij voorkeur
een of¿ ciële Mazda reparateur. Een
verkeerde tankdop kan een ernstige
storing in het brandstofsysteem
of het uitlaatgasreinigingssysteem
veroorzaken.


Page 117 of 663

3–33
Alvorens te gaan rijden
Brandstof en emissie
Afsluitklep van brandstoftankdop
Door op de rand van de afsluitklep van
de brandstofvuldop te drukken wanneer
de portieren zijn ontgrendeld, komt de
afsluitklep omhoog.
De afsluitklep van de brandstofvuldop
werkt in combinatie met
het portiervergrendelings-/
ontgrendelingsmechanisme.
Let er op bij het verlaten van de auto beide
portieren te vergrendelen.
Zie Portiersloten op pagina 3-12 .
Sluit de afsluitklep van de brandstofvuldop
door dit in te drukken totdat u een
klikgeluid hoort.
OPMERKING
Vergrendel de portieren na het
sluiten van de afsluitklep van de
brandstofvuldop.
Als de afsluitklep van de
brandstofvuldop wordt gesloten na het
vergrendelen van de portieren, kan de
afsluitklep van de brandstofvuldop niet
worden vergrendeld.
Brandstoftankdop
Draai voor het verwijderen van de
brandstoftankdop deze linksom.
Bevestig de verwijderde dop aan de
binnenzijde van de afsluitklep.
Draai voor het sluiten van de
brandstoftankdop deze rechtsom totdat u
een klik hoort.
Openen
Sluiten


Page 118 of 663

3–34
Alvorens te gaan rijden
Stuurwiel
S t u u r w i e l
WAARSCHUWING
Nooit tijdens het rijden het stuurwiel
afstellen:
Het is gevaarlijk wanneer u tijdens
het rijden het stuurwiel probeert af
te stellen. Bij het bewegen van de
stuurkolom is de kans groot dat u het
stuurwiel plotseling naar links of rechts
draait. Hierdoor zou u de macht over
het stuur kunnen verliezen, hetgeen tot
ongelukken kan leiden.
Afstelling van het stuurwiel
Veranderen van de hoek of de lengte van
het stuurwiel:
1. Breng de auto tot stilstand en trek
vervolgens de ontgrendelhendel onder
de stuurkolom naar beneden.
Ontgrendelhendel
2. Zet het stuurwiel in de gewenste positie
en duw de hendel vervolgens omhoog
om de stuurkolom te vergrendelen.
3. Probeer alvorens te gaan rijden het
stuurwiel omhoog en omlaag te duwen
om te controleren of dit vergrendeld is.


Page 119 of 663

3–35
Alvorens te gaan rijden
Spiegels
*Bepaalde modellen.
S p i e g e l s
Stel alvorens te gaan rijden de binnen- en
buitenspiegels af.
Buitenspiegels
WAARSCHUWING
Kijk daarom steeds over uw schouder
achterom alvorens van rijbaan te
veranderen:
Objecten die in deze bolle spiegel
worden waargenomen lijken dichterbij
dan zij in werkelijkheid zijn. Het
is gevaarlijk wanneer u bij het
veranderen van rijbaan geen rekening
houdt met de werkelijke afstand van
het voertuig dat in de spiegel wordt
waargenomen. Dit kan een ernstig
ongeluk tot gevolg hebben.
OPMERKING
(Groothoekspiegel bestuurderszijde * )
 
 Het oppervlak van de
groothoekspiegel is voorzien van
twee krommingen, gescheiden door
een scheidslijn die het lensoppervlak
verdeeld in een buitenste en een
binnenste gebied. Het binnenste
gebied is een standaard convexe
spiegel, terwijl het buitenste gebied
een breder zicht geeft binnen
hetzelfde bereik. Deze combinatie
geeft bij het veranderen van rijbaan
een betere garantie.

Scheidslijn
  De waargenomen afstand van
objekten in het buitenste en binnenste
gebied van de groothoekspiegel is
verschillend. Objekten die in het
buitenste gebied verschijnen zijn in
werkelijkheid verder weg dan dat zij
in het binnenste gebied lijken te zijn.


Page 120 of 663

3–36
Alvorens te gaan rijden
Spiegels
Afstellen van de elektrisch bediende
spiegel
Het contact dient op ACC of ON te staan.
Stel als volgt af:
1. Draai de spiegelschakelaar naar links
of rechts voor het kiezen van de
linker of de rechter zijspiegel.
2. Druk de spiegelschakelaar in de
gewenste richting.
Middenpositie
Spiegelschakelaar
Na het afstellen van de spiegel, de stand
vergrendelen door de schakelaar naar de
middenpositie te draaien.
Inklapbare buitenspiegel
WAARSCHUWING
Alvorens te gaan rijden, de
buitenspiegels steeds in de normale
rijstand terugzetten:
Rijden met de buitenspiegels ingeklapt
is gevaarlijk. Uw achteruitzicht is
dan beperkt, hetgeen ongelukken kan
veroorzaken.
Klap de buitenspiegel met de hand naar
achteren, zodat deze plat tegen de wagen
komt te staan.


Page:   < prev 1-10 ... 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 151-160 ... 670 next >