OPEL VIVARO B 2016 Handleiding Infotainment (in Dutch)

Page 101 of 161

Navigatie101Wijzig taal
Om de taal te wijzigen, selecteert u
Taal: , de gewenste taal kan vervol‐
gens worden geselecteerd in de lijst.Herstel fabrieks-instellingen
Om alle systeemparameters terug te
zetten en alle persoonlijke gegevens
te verwijderen.
Selecteer Herstel fabrieks-
instellingen in het hoofdmenu, volg
dan de instructies op het scherm met
behulp van de schermtoetsen.
Gedeeltelijk herstel: hiermee is de
verwijdering van alle persoonlijke ge‐
gevens mogelijk (favorieten, recente
bestemmingen enz.).
Na het herstel start het systeem op‐
nieuw op in het Engels.
NAVI 50 - Navigatiesysteem instellen
Druk op 7, gevolgd door yNAVI /
ý Nav en dan Opties. Met dit menu‐
scherm kunt u de volgende kaart- en navigatie-instellingen controleren en
bijwerken:
● Waarschuwingen
● Route-instellingen
● Kaartinstellingen
●Steminstellingen
● Notatie coördinaten
● Gps
● Kaartupdate
● Verkeer (afhankelijk van de ver‐
sie)Waarschuwingen
Selecteer Waarschuwingen om de
volgende instellingen op te roepen
(uitschakelen indient niet vereist):
● Waarschuwen als te hard wordt
gereden (Aan/Uit)
● Maximumsnelheid altijd
zichtbaar (Aan/Uit)
● Waarschuwingen voor
aandachtspunten (Aan/Uit)
● Afstand vóór aandachtspunt 0 m/
200 m/500 m
Beschikbaar afhankelijk van de
versie.
Waarschuwen als te hard wordt
gereden : De digitale kaart bevat
maximumsnelheden voor bepaalde
wegen. Er worden hoorbare en/of
zichtbare waarschuwingen gegeven
als de maximumsnelheid wordt over‐
schreden.Maximumsnelheid altijd zichtbaar : De
maximumsnelheid voor bepaalde we‐
gen is altijd zichtbaar op het scherm.
Waarschuwingen voor
aandachtspunten : Wanneer de auto
een aandachtspunt (permanent of tij‐ delijk) passeert - d.w.z. wanneer de
auto in een mogelijk gevaarlijk gebied
komt waar extra voorzichtigheid ge‐
boden is - worden hoorbare en zicht‐
bare waarschuwingen gegeven.
Afstand vóór aandachtspunt : Selec‐
teer een afstand vanwaar meldingen van waarschuwingen voor aan‐
dachtspunten moeten worden gege‐
ven.
Let op
Waarschuwingen zijn wellicht niet
beschikbaar voor bepaalde wegen
en regio's.Route-instellingen
Selecteer Route-instellingen om de
volgende instellingen voor routebere‐
kening bij te werken.
● Routeplanningsmethode (Snel/
Kort/ECO)
● Snelwegen (Aan/Uit)
● Periodieke heffing (Aan/Uit)

Page 102 of 161

102Navigatie●Tolheffing per keer (Aan/Uit)
● Veerboten (Aan/Uit)
● Carpoolstroken/auto's met hoge
bezettingsgraad (Aan/Uit)
● Onverharde wegen (Aan/Uit)
Druk zo nodig op Opties en
Standaardinstellingen herstellen om
elk van deze opties terug te zetten
naar de fabrieksinstellingen.
Daarnaast kunt u, wanneer de kaart
wordt getoond (geen routebegelei‐
ding actief), naar het menu Route-
instellingen gaan door op Opties te
drukken.
Raadpleeg (NAVI 50) "Displayweer‐
gave", "Kaartscherm" hierboven voor
meer informatie.
Routeplanningsmethode : Selecteer
Snel om de snelste route naar de in‐
gevoerde bestemming in te stellen. Deze methode gaat ervan uit dat de
auto op alle wegen de maximumsnel‐
heid aanhoudt of nadert.
Selecteer Kort om de kortste route in
te stellen en de totale afstand naar de ingevoerde bestemming tot een mini‐
mum te beperken.Selecteer Eco om een compromis
tussen de methodes voor de snelste
en kortste route in te stellen. De route die wordt voorgesteld, kan korter zijn
dan de snelste route, maar hij hoeft
niet veel langzamer te zijn.
Snelwegen : Snelwegen opnemen of
uitsluiten van het routeplan.
Schakel deze optie uit, als bijv. een
auto wordt gesleept of als het niet is
toegestaan om op de snelweg te rij‐
den.
Let op
Volg de voorschriften van het land
op waarin u rijdt.
Periodieke heffing : Wegen opnemen
of uitsluiten waarvoor een speciale li‐
centie moet worden aangeschaft voor bepaalde perioden.
Tolheffing per keer : Wegen opnemen
of uitsluiten waarvoor iedere keer een
tolheffing moet worden betaald.
Veerboten : Gebruik van veerboten,
schepen en treinen opnemen of uit‐
sluiten.Carpoolstroken/auto's met hoge
bezettingsgraad : Carpoolstroken en
rijstroken voor auto's met een mini‐ maal aantal inzittenden opnemen of
uitsluiten.
Onverharde wegen : Gebruik van on‐
verharde wegen opnemen of uitslui‐
ten, bijv. zand- of gravelwegen.Kaartinstellingen
Selecteer Kaartinstellingen om het
volgende op te roepen:
● Weergavemodus (3D/2D/2D
noord)
2D noord is beschikbaar afhan‐
kelijk van de versie.
● Gezichtspunt (Laag/Normaal/
Hoog)
● Weergave snelweg (Aan/Uit)
● NP-markeringen
Daarnaast kunt u, wanneer de kaart
wordt getoond (geen routebegelei‐
ding actief), naar het menu
Kaartinstellingen gaan door op
Opties te drukken.
Raadpleeg (NAVI 50) "Displayweer‐
gave", "Kaartscherm" hierboven voor
meer informatie.

Page 103 of 161

Navigatie103Weergavemodus: Selecteer
Weergavemodus om de standaard‐
kaartmodus te wisselen tussen een 2D-weergave van boven naar bene‐
den, een 3D-perspectiefweergave en
een 2D-weergave waarbij noord altijd
naar boven is gericht.
Daarnaast kunt u op de kompas op de kaart drukken om te wisselen tussende kaartweergavemodi.
Gezichtspunt : Selecteer
Gezichtspunt om het gezichtspunt
van de kaart te verhogen of te verla‐ gen.
Daarnaast kunt u, wanneer de kaart
wordt weergegeven (de routebegelei‐
ding is niet actief), op ⇧ of ⇩ drukken
om het gezichtspunt van de kaart te
verhogen of te verlagen. Ze worden
grijs weergegeven wanneer de maxi‐
mumstand wordt bereikt.
Weergave snelweg : Selecteer
Weergave snelweg om de weergave
van verkeersknooppunten in of uit te
schakelen voor routebegeleiding.
Raadpleeg (NAVI 50) "Displayweer‐
gave", "Kaartscherm" hierboven voor meer informatie.NP-markeringen : Selecteer l naast
NP-markeringen om een lijst van de
typen nuttige plaatsen (NP) weer te
geven.
Gebruik dit scherm om markeringen
voor bepaalde NP-typen op de kaart in of uit te schakelen (tonen of ver‐
bergen op de kaart), zoals verblijf,
luchthaven, café of bar.
Selecteer een NP-type om een lijst
met subcategorieën ervan te openen
en afzonderlijke subcategorieën in of
uit te schakelen.
Let op
Afhankelijk van het zoomniveau zul‐
len de nuttige plaatsen op de kaart
zichtbaar zijn.Steminstellingen
Selecteer Steminstellingen om de
taal van de stembegeleiding te wijzi‐
gen.
Blader door de lijst met talen met R/
S , selecteer vervolgens een taal en
druk op OK om de selectie te beves‐
tigen.Notatie coördinaten
Selecteer Notatie coördinaten om de
notatie van coördinateninvoer te wij‐ zigen in een van de volgende opties:
● DD.DDDDD
● DD MM.MMM
● DD MM SS.SGps
Selecteer GPS om de GPS-informa‐
tie te bekijken, bijv. beschikbare sa‐
tellieten, hun locatie en signaal‐
sterkte.Kaartupdate
Selecteer Kaartupdate om de vol‐
gende digitale kaartinhoud en de
nieuwste update-informatie weer te
geven.
● Aandachtspunten
● Weergave kruispunten
● Kaarten
● Plaatsen
● Voorbewerkt wegennet

Page 104 of 161

104NavigatieHet is mogelijk om specifieke contentof alle content voor kaarten bij te wer‐
ken. Selecteer eerst een van de op‐
ties of druk op Opties, gevolgd door
Update . Wacht tot de update is vol‐
tooid.
Raadpleeg "USB-geheugenstick"
(NAVI 50), "USB-geheugenstick en
navigatiesysteem updaten" in het
hoofdstuk "Algemene informatie"
3 80.Verkeer
Selecteer Verkeer om de volgende in‐
stellingen voor verkeersinformatie te
wijzigen:
● Verkeersinfo (Aan/Uit)
● Omleiding
● Gebeurtenistypen
Verkeersinfo : Er worden waarschu‐
wingen gegeven voor incidenten die
zich langs de route voordoen.
Omleiding : Bespaar tijd door een al‐
ternatieve route te gebruiken wan‐
neer zich langs de huidige route een
verkeersopstopping of een ongeval voordoet. Selecteer "Aan/Uit" naast
"Bevestig aangeboden route?" zo no‐
dig.Zo nodig kunt u de tijdwaarde voor de optie "Bied omleiding als de bere‐
kende route meer bespaart dan:"
(bijv. 5 minuten) bijwerken door op k/
l te drukken.
Gebeurtenistypen : Selecteer het type
gebeurtenissen dat tijdens routebe‐
geleiding wordt weergegeven, bijv.
alle gebeurtenissen, verkeersstroom‐
gebeurtenissen, afgesloten en opge‐
stopte wegen, ongelukken.
NAVI 80 - Navigatiesysteem instellen
Om vanuit de startpagina naar het
menu Navigatie-instellingen te gaan,
drukt u op MENU, gevolgd door
Navigatie en Instellingen op het dis‐
playscherm. De volgende submenu's voor de instellingen verschijnen:
● Stembegeleiding uitschakelen :
Schakel de stembegeleiding in of
uit tijdens de navigatie.
● Routeplanning :
Selecteer het gewenste plan‐
ningstype. Het wordt aanbevolen om "Snelste route" te gebruiken.
De eco-route is bedoeld om zo
zuinig mogelijk te rijden.Schakel daarna "iQ routes™" in/
uit, indien nodig. iQ routes™
zorgt ervoor dat routes worden berekend op basis van het ge‐
middelde verkeersaanbod op
een bepaalde dag en tijd, en dat
de beste route wordt gekozen op
basis van de huidige snelheid
van het verkeer.
● Nuttige plaats op de kaart
weergeven :
Categorieën van NP-markerin‐
gen op de kaart tonen of verber‐
gen.
● Nuttige plaatsen beheren :
NP's of NP-categorieën toevoe‐
gen, aanpassen of verwijderen.
● Stem :
Selecteer een gesynthetiseerde
mannelijke of vrouwelijke stem
(voor de gesproken instructies)
uit de beschikbare lijst.
Deze menselijke stemmen geven vereenvoudigde gesproken in‐
structies voor de begeleiding en
zijn niet beschikbaar wanneer de
stemherkenningsfunctie wordt
gebruikt 3 128.

Page 105 of 161

Navigatie105●EV-instellingen :
Niet gebruikt.
● Thuislocatie instellen :
Thuisadres of meest gebruikte
bestemmingsadres wijzigen.
● Opgeslagen locaties beheren :
Bestemmingsadres verwijderen
of hernoemen.
Selecteer een adres uit de ge‐
toonde lijst, druk op Hernoemen
en voer de nieuwe naam in om te hernoemen. Druk op Gereed om
te bevestigen. Om een geselec‐
teerd adres te verwijderen, drukt
u op Verwijderen en bevestigt u
de keuze wanneer daar om wordt
gevraagd.
● Wissel kaart :
Indien meer dan één kaart op de
SD-kaart is geïnstalleerd, kunt u
deze optie gebruiken om tussen
de opgeslagen kaarten te wisse‐
len. Selecteer "Wissel kaart" en
kies de gewenste kaart uit de be‐ schikbare opties.● Wijzig kaartkleuren :
Schakel de navigatiekaart om
tussen dag- en nachtkleuren.
Nieuwe kleuren downloaden:
kies een nieuwe kleur, selecteer
een aanvullend kleurenschema
en selecteer de gewenste kleur
uit de beschikbare opties.
● Autosymbool :
Wijzig het voertuigpictogram op
de 3D-navigatiekaart.
● Geavanceerd :
Maak een keuze uit de volgende
geavanceerde opties:
● Kaartinformatie :
Informatie op de kaart tonen/ verbergen, zoals huisnum‐
mer voor straatnaam, straat‐
namen/huidige straatnaam,
naam van de volgende
straat.
● Werking van de kaart :
Wijzig de werking van de
kaart aan de hand van de vol‐
gende opties:
Toon rijstrookbeelden (bijv. bij verkeersknooppunten),draai de kaart in de rijrichting (alleen 2D-modus), automa‐
tisch omschakelen naar 3D- modus tijdens begeleiding,
automatisch inzoomen (2D-
modus, 3D-modus).
● Bron verkeersinformatie :
Kies de bron voor de ver‐
keersinformatie uit de be‐
schikbare lijst.
Invoer van de bestemming CD35 BT USB NAVI - Invoer van
de bestemming
Bestemming selecteren
Selecteer uit het hoofdmenu
Navigeer naar... en kies dan uit de
volgende opties:Thuis
Leidt u naar uw huisadres.
Voor het opslaan van het adres van
uw thuislocatie raadpleegt u Favoriet
toevoegen en opslaan .Favoriet
Een opgeslagen lijst met veelbe‐
zochte bestemmingen.

Page 106 of 161

106Navigatie● Selecteer Favoriet en bevestig.
● Kies de gewenste bestemming uit de lijst en bevestig.
Voor het opslaan van een bestem‐
ming in de favorietenlijst raadpleegt u
Favoriet toevoegen en opslaan .
Let op
Het pictogram Favoriet wordt grijs
als geen bestemmingen als een Fa‐
voriet zijn opgeslagen.Adres
Voer het gehele of een deel van het
adres (in d.w.z. plaats en straat of
stadscentrum, postcode enz.).
Let op
Alleen adressen die via de digitale
kaart aan het systeem bekend zijn,
worden geaccepteerd.
● Wanneer het systeem voor de eerste keer wordt gebruikt, stelt uhet bestemmingsland in.
● Voer de naam van de gewenste plaats in. Het systeem kan meer‐
dere plaatsen voorstellen (de
eerste regel is altijd in geel ge‐ markeerd).● Selecteer de gewenste plaats uit de lijst met suggesties en selec‐
teer OK met de schermtoets.
● Ga op dezelfde manier te werk voor Straat: en Huisnummer: .
Als de gewenste plaats niet in de
korte lijst met suggesties verschijnt,
kan een complete lijst ook worden op‐
geroepen via de vervolgpijl (in de
rechter bovenhoek van het scherm).
Het systeem slaat eerder ingevoerde
plaatsen op in zijn geheugen. Deze
kunnen dan rechtstreeks uit de volle‐
dige lijst worden geselecteerd via de
vervolgpijl.
Recente bestemming
Selecteer een bestemming uit de lijst
met adressen die het laatst gebruikt
zijn en die automatisch opgeslagen
zijn.Nuttige plaats (NP)
Een nuttige plaats (NP) is een ser‐
vice, een firma of een toeristisch ge‐
bied vlakbij een locatie. NP's zijn on‐
derverdeeld in verschillende catego‐
rieën (bijv. restaurants, musea, par‐
keerterreinen enz.).
Selecteer Nuttige plaats en bevestig
en zoek dan naar een NP uit de vol‐
gende opties:Zoeken op NP-naam
Voer de naam van de NP in en het
systeem zal automatisch naar de nut‐
tige plaats gaan zoeken.Zoeken op NP-categorie
Selecteer het gewenste type catego‐
rie (bijv. musea) en kies dan het ge‐
wenste gebied uit de volgende opties:
● NP dichtbij
● NP in stad
● NP dicht bij huis

Page 107 of 161

Navigatie107Selecteer OK om het zoeken te be‐
ginnen.TomTom-plaatsen
Bestemmingen en routes kunnen met
behulp van de meest actuele informa‐
tie worden geselecteerd.
Let op
Deze functie is alleen beschikbaar als u zich abonneert op LIVE-servi‐
ces.Locatie op de kaart
Een bestemming op de kaart kan wor‐ den gedefinieerd. Plaats de cursor op
deze bestemming en bevestig. Het
systeem berekent de route.Lengte- en breedtegraad
Bepaalt een bestemming op basis
van lengtegraad en breedtegraad‐
waarden.
Bevestig de bestemming
Zodra de bestemmingsinformatie in‐
gevoerd is, berekent het systeem de
route. Wanneer de berekening is vol‐
tooid, toont het systeem het naviga‐
tie-overzicht en geeft dan twee op‐
ties:
● Detail : Geeft de details van de
reis in verschillende vormen
weer. Raadpleeg
(CD35 BT USB NAVI) "Route-in‐
formatie" in het hoofdstuk "Bege‐ leiding".
● OK: Begeleiding start.
Indien niet bevestigd, wordt deze pa‐
gina na enkele seconden gesloten en start de begeleiding automatisch.
De functie IQ routes™ kan de reistijd
met statische gegevens optimalise‐
ren. Voor het activeren en deactive‐
ren van deze functie kunt u Route-
berekening in het hoofdstuk Gebruik
raadplegen.
Voeg favoriet toe en sla hem op
Selecteer Voeg favoriet toe uit het
hoofdmenu.
De locatie voor uw favoriet kan wor‐ den geselecteerd uit de volgende op‐
ties:Thuis
Sla uw thuisadres op als een favoriet.Favoriet
Niet gebruikt.Adres
Wanneer een adres wordt ingevoerd,
kiest u uit de volgende opties:
● stadscentrum
● straat en huisnummer
● postcode
● kruising of splitsingRecente bestemming
Selecteer een favoriete locatie uit de
lijst van degene die onlangs zijn inge‐
voerd als bestemming.Nuttige plaats
Wanneer u een nuttige plaats (NP)
aan uw favorieten toevoegt, kiest u uit de volgende opties:
● NP dichtbij : Zoekresultaat uit een
lijst met NP's vlakbij uw huidige
positie.
● NP in stad : Kies een NP in een
bepaalde plaats of stad. De
plaats/stad moet worden opge‐
geven.
● NP dicht bij huis : Zoekresultaat
uit een lijst met NP's vlakbij uw
thuislocatie.

Page 108 of 161

108NavigatieWanneer naar een bestemming wordt
genavigeerd, kan er ook een selectie
uit een lijst met NP's worden ge‐
maakt:
● NP op de route
● NP nabij bestemmingMijn locatie
Wanneer men onderweg bij een inte‐
ressante locatie is gestopt, kan dit als een favoriet worden opgeslagen. Het
systeem zal altijd een naam voorstel‐
len, gewoonlijk een adres, maar een
naam kan worden gekozen. Om de
naam in te voeren, begint u gewoon
te typen.Locatie op de kaart
Selecteer de locatie van de favoriet
met behulp van de cursor, selecteer
vervolgens OK met behulp van de
schermtoets.Lengte- en breedtegraad
Maakt een favoriet op basis van de
ingevoerde lengtegraad- en breedte‐
graadwaarden.Favoriet verwijderen of hernoemen
Selecteer Wijzig voorkeuren , selec‐
teer vervolgens Beheer favorieten :
selecteer de favoriet en dan Verwijder
item of Hernoem item met behulp van
de schermtoets.
Bereid de route vooraf voor
Reizen kunnen vooraf worden ge‐
pland, bijv. om erachter te komen hoe
lang en reis naar verwachting zal du‐
ren of om de route te controleren.
Selecteer Bereid route voor uit het
hoofdmenu. Kies een beginpunt op
dezelfde manier waarop u de bestem‐
ming hebt gekozen en selecteer ver‐
volgens een bestemming. Kies het
type route en bevestig. Het systeem
plant de route en maakt de weergave van details mogelijk.
NAVI 50 - Invoer van de
bestemming
Bestemming selecteren
Druk op 7, gevolgd door yNAVI /
ý Nav en dan Bestemming .Voor de invoer van een bestemming
zijn de volgende menuopties beschik‐ baar:
● Adres
Voer een adres in met het toet‐
senbord.
● Speciale bestemmingen
Selecteer Nuttige plaatsen (NP),
zoals tankstations, restaurants of
parkeerplaatsen.
● Geschiedenis
Maak een keuze uit een lijst met
vorige bestemmingen.
● Favorieten
Maak een keuze uit een opgesla‐ gen lijst met favoriete bestem‐
mingen.
● Zoeken op de kaart
Selecteer een bestemming met
behulp van de digitale kaart.
● Coördinaten
Voer de coördinaten van de be‐
stemming in.

Page 109 of 161

Navigatie109Nadat u de bestemming hebt inge‐
voerd, moet u 10 seconden wachten tot het aftellen is voltooid of op OK
drukken om direct met de routebege‐
leiding te beginnen.Voer een adres in
Selecteer Adres en voer het adres ge‐
deeltelijk of in zijn geheel in, bijv.
● Land
● Plaats
● Straatnaam
● Nummer
● Kruising
Let op
U kunt adressen alleen volledig in‐
voeren als ze door het navigatiesys‐
teem worden herkend.
Wanneer u een adres de eerste keer
invoert, druk dan op Land en gebruik
het toetsenbord om de naam van het
gewenste land in te voeren. In plaats
daarvan kunt u ook het pictogram ó
voor de vervolgkeuzelijst gebruiken
en het gewenste land selecteren.Let op
Wanneer u een adres invoert, kun‐
nen bepaalde letters en nummers
niet geselecteerd worden (grijs
weergegeven), uitgaande van de
adressen die door het navigatiesys‐ teem worden herkend.
Ga op dezelfde wijze te werk om
Plaats , Straat , Huisnummer en
Kruising in te voeren.
Het adres wordt automatisch voor la‐
ter gebruik in het geheugen opgesla‐
gen.
Ga voor bediening van het toet‐
senbord naar ((NAVI 50)) "Toetsen‐
borden op het display bedienen" in
het hoofdstuk "Gebruik" 3 85.
Let op
Huisnummers en Kruisingen zijn pas
beschikbaar nadat een Straat is in‐
gevoerd.
Wanneer u een Straat invoert, is het
niet nodig om het wegtype te speci‐ ficeren (straat, laan, boulevard
enz.).Nuttige plaatsen (NP) selecteren
U kunt nuttige plaatsen als bestem‐
ming selecteren met behulp van de
volgende zoekopties:
● Vooringestelde NP-lijst
● NP-categorieën
● NP snel zoeken met de kaartVooringestelde NP-lijst
Selecteer Nuttige plaatsen om uit de
vaak gebruikte vooringestelde lijst
met categorieën te kiezen (bijv. tank‐
station, parkeren, restaurant).NP-categorieën
Selecteer Nuttige plaatsen , gevolgd
door Aangepaste zoekactie om een
keuze te maken uit de lijst met cate‐ gorieën en subcategorieën.
Het zoeken naar nuttige plaatsen ver‐ schilt, afhankelijk van de huidige situ‐ atie:
● Als de routebegeleiding actief is, worden nuttige plaatsen voor
Tankstations en Restaurants
langs de route gezocht, terwijl nuttige plaatsen voor Parkeren
juist bij de bestemming worden
gezocht.

Page 110 of 161

110Navigatie● Als de routebegeleiding niet ac‐tief is, worden de nuttige plaatsen
rondom de huidige locatie ge‐ zocht.
● Als de huidige locatie niet be‐ schikbaar is (bijv. geen gps-sig‐
naal), worden de nuttige plaatsen in de buurt van de laatst bekende
locatie gezocht.
U hebt de volgende opties: ● In een plaats of voorstad
Hiermee kunt u een nuttige
plaats in een geselecteerde
plaats of voorstad zoeken (de lijst
met resultaten wordt gerang‐
schikt op afstand van het stads‐
centrum).
● Langs de route
Hiermee kunt u een nuttige
plaats langs de huidige route
zoeken (de lijst met resultaten
wordt gerangschikt op de lengte
van de benodigde omweg).
● Rondom mijn locatie
Hiermee kunt u een nuttige
plaats in de buurt van de huidige
locatie zoeken (de lijst met resul‐taten wordt gerangschikt op af‐
stand van deze locatie).
● Omgeving bestemming /In de
buurt van bestemming
Hiermee kunt u een nuttige
plaats in de buurt van de bestem‐
ming van de huidige route zoe‐
ken (de lijst met resultaten wordt
gerangschikt op afstand van de
bestemming).
Wanneer een lijst met nuttige plaat‐
sen verschijnt, kunt u deze sorteren
of op de kaart weergeven. Druk op
Opties voor de volgende weergaven:
● Op naam sorteren
● Op afstand sorteren
● Op omweg sorteren (als routebe‐
geleiding actief is)
● Alles op de kaart weergevenSnel zoeken naar nuttige plaatsen
Druk ergens op de kaart. De cursor
geeft de huidige geselecteerde posi‐
tie aan. Om de kaart te verschuiven,
sleept u de cursor in de gewenste
richting.Druk op Opties, gevolgd door Nuttige
plaatsen rondom cursor om de na‐
men van nabijgelegen nuttige plaat‐ sen en hun afstand van de geselec‐
teerde locatie op de kaart te tonen.
In plaats daarvan kunt u ook op
Zoeken drukken en de naam van een
bestemming zoeken.Selecteren uit lijst met vorige bestem‐
mingen
Selecteer Geschiedenis om een lijst
met eerder ingevoerde bestemmin‐
gen op te roepen.
Druk op Opties voor de volgende ge‐
sorteerde lijstweergaven:
● Op naam sorteren
● Op afstand sorteren
● Alles verwijderen
In plaats daarvan kunt u ook op
Zoeken drukken en de naam van een
bestemming zoeken.Selecteren uit favorietenlijst
Selecteer Favorieten om een lijst met
opgeslagen favoriete bestemmingen
te openen.

Page:   < prev 1-10 ... 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 ... 170 next >