Peugeot 307 SW 2005 Handleiding (in Dutch)

Page 41 of 193

Multifunctionele displays38 -
28-02-2005
39Multifunctionele displays-
28-02-2005
ENKELE DEFINITIES...
Bovenliggend scherm
Dit is een scherm dat tijdelijk vóór het
geselecteerde scherm wordt weer-
gegeven om een wijziging van een
andere functie aan te kondigen.
Permanente toepassing
Belangrijkste toepassing die momen-
teel wordt gebruikt en wordt weerge-
geven op het basisscherm.
Snelmenu
Beperkt menu dat gekoppeld is
aan de belangrijkste toepassing die
momenteel wordt gebruikt en wordt
weergegeven op het basisscherm.
Menu "Video"
U kunt op de drie audio/video-aan-
sluitingen in het dashboardkastje
een videoapparaat (camcorder, di-
gitale camera, DVD-speler, ...) aan-
sluiten.
De videoweergave is uitsluitend
mogelijk als de auto stilstaat.Selecteer in het
algemene menu het
menu "Video" :
- "Videofunctie activeren" om de vi- deofunctie in of uit te schakelen,
- "Parameters video" om het formaat van de weergave, de lichtsterkte,
het contrast en de kleuren in te
stellen.
Druk op de toets "MODE" of
"DARK" om de videoweergave uit
te schakelen.
Druk herhaaldelijk op de toets
"SOURCE" om in plaats van de
videoweergave een andere geluids-
bron te selecteren.
Om veiligheidsredenen mag
de bestuurder het multifunc-
tionele display alleen bedie-
nen als de auto stilstaat.

Page 42 of 193

40 -
28-02-2005
41
-
28-02-2005
Audio en telematica
De RD4 is een autoradio met een
uitgangsvermogen van 4x15 W en
een CD-frontlader, waarin 1 CD kan
worden geplaatst.
De RD4 is voorzien van:
- een speciale aansluiting voor een
CD-wisselaar,
- een analoge aansluiting (Aux 1) voor een MP3-speler, een hands-
freeset of een navigatiesysteem
(montage naderhand). Deze aan-
sluiting kan worden geactiveerd
door een PEUGEOT-servicepunt.
- 6 luidsprekers (2 tweeters, 2 woo- fers en 2 breedband luidsprekers),
- een bedieningspaneel voor de r a d i o / C D - s p e l e r / C D - w i s s e l a a r /
boordcomputer,
- een tuner met 18 FM-voorkeuze- zenders (3 banden) en 6 AM-voor-
keuzezenders,
- een digitale geluidsweergave door de DSP (Digital Sound Processor).
BEDIENINGSPANEEL EN
FUNCTIES RD4
Diefstalbeveiliging
De autoradio is zodanig gecodeerd
dat deze uitsluitend in uw auto func-
tioneert. Raadpleeg uw PEUGEOT-
servicepunt om het systeem te laten
conigureren als u het systeem in
een andere auto wilt installeren.
De diefstalbeveiliging is volledig au-
tomatisch en behoeft daarom niet te
worden ingeschakeld of ingesteld.
Radio
De radio is voorzien van de functies
RDS, REG, EON, TA en PTY.
Met Radio Text-functie.
CD-speler
Met CD Text .
Als de functie TA (Trafic Anounce-
ment) is ingeschakeld, kan de CD-
speler worden onderbroken door
verkeersinformatie.
CD-wisselaar voor 5 CD's
Met de functies willekeurig afspelen
en introscan.
Als de functie TA (Trafic Anounce-
ment) is ingeschakeld, kan de CD-
wisselaar worden onderbroken door
verkeersinformatie.

Page 43 of 193

40 -
28-02-2005
41
-
28-02-2005
Audio en telematica
Bedieningspaneel
Knop (A)
AAN/UIT en volumeregeling. Toetsenbord (2)
SOURCE: wijzigen geluidsbron:
radio, CD, CD-wisselaar en Aux 1
(indien in gebruik).
BAND AST: selecteren van het golf-
bereik FM1, FM2, FMast (functie
Autostore) en AM. ¯
: toegang tot de instellingen van de
muziekstijl, automatische volumere-
geling, geluidsverdeling links/rechts,
geluidsverdeling voor/achter, loud-
ness, hoge tonen en bassen.
LIST REFRESH: weergave en bij-
werken van een lijst met beschikbare
zenders of tracks van de CD.
Knop (B)
CD uitwerpen.
Toetsenbord (1)
MODE: wijzigen permanent weerge-
geven functie (autoradio, boordcom-
puter, ...).
DARK: 1 keer indrukken: display
onder de menubalk zwart maken
- 2 keer indrukken: display volledig
uitschakelen - 3 keer indrukken:
terugkeren naar de normale weer-
gave. Toetsenbord (3) (numeriek
toetsenbord)
Opslaan van een voorkeuzezender.
Selecteren van een voorkeuzezender
of van een CD in de CD-wisselaar.
Toetsenbord (4)
ESC (Escape): annuleren van de
bewerking.
MENU: weergave van het algemene
menu.
Toetsenbord (5)
Navigatiepaneel.
Knop (C)
TA: inschakelen/uitschakelen van de
functie TA - voorrang aan verkeers-
informatie.
PTY: toegang tot de PTY-functie
(zoeken naar zenders met een spe-
ciieke programmering, indien deze
door de zender is gecodeerd).

Page 44 of 193

Audio en telematica42 -
28-02-2005
43Audio en telematica-
28-02-2005
Navigatiepaneel
Het navigatiepaneel bevindt zich op
het bedieningspaneel van de auto-
radio RD4. Met dit paneel kunnen
functies, bedieningen en parameters
worden geselecteerd en bevestigd.
Het paneel bevat:
- de pijltoetsen 5 omhoog, 6 om-
laag, naar links 7 en naar rechts
8 , waarmee de cursor op het dis-
play kan worden verplaatst,
- de toets in het midden, waarmee kan worden bevestigd.
Opmerking: Als een functie is gese-
lecteerd, maar nog niet is bevestigd,
kan dit ongedaan worden gemaakt
door op de toets "ESC" te drukken
of door enkele seconden te wachten
waarna dit automatisch gebeurt.
De toetsen op het bedieningspaneel
worden op de volgende bladzijden
beschreven.
Stuurkolomschakelaar
Regeling van het geluidsvolume
1. Indrukken (achterzijde): volume verhogen
2. Indrukken (achterzijde): volume verlagen
1+2. Gelijktijdig indrukken: geluid
onderbreken/herstellen
Zoeken/selecteren door indrukken
3. Hogere frequentie radio -
CD-speler/-wisselaar: volgende
4. Lagere frequentie radio -
CD-speler/-wisselaar: vorige Geluidsbron
5.
Wijzigen geluidsbron
Selecteren zenders/CD uit de
CD-wisselaar (draaien)
6. Volgende opgeslagen zender -
volgende CD
7. Vorige opgeslagen zender -
vorige CD
Met behulp van de stuurkolomscha-
kelaar kunnen snel en eenvoudig de
meeste functies die ook beschikbaar
zijn op het bedieningspaneel van de
autoradio, worden bediend.

Page 45 of 193

Audio en telematica42 -
28-02-2005
43Audio en telematica-
28-02-2005
Navigatiepaneel
Het navigatiepaneel bevindt zich op
het bedieningspaneel van de auto-
radio RD4. Met dit paneel kunnen
functies, bedieningen en parameters
worden geselecteerd en bevestigd.
Het paneel bevat:
- de pijltoetsen 5 omhoog, 6 om-
laag, naar links 7 en naar rechts
8 , waarmee de cursor op het dis-
play kan worden verplaatst,
- de toets in het midden, waarmee kan worden bevestigd.
Opmerking: Als een functie is gese-
lecteerd, maar nog niet is bevestigd,
kan dit ongedaan worden gemaakt
door op de toets "ESC" te drukken
of door enkele seconden te wachten
waarna dit automatisch gebeurt.
De toetsen op het bedieningspaneel
worden op de volgende bladzijden
beschreven.
Stuurkolomschakelaar
Regeling van het geluidsvolume
1. Indrukken (achterzijde): volume verhogen
2. Indrukken (achterzijde): volume verlagen
1+2. Gelijktijdig indrukken: geluid
onderbreken/herstellen
Zoeken/selecteren door indrukken
3. Hogere frequentie radio -
CD-speler/-wisselaar: volgende
4. Lagere frequentie radio -
CD-speler/-wisselaar: vorige Geluidsbron
5.
Wijzigen geluidsbron
Selecteren zenders/CD uit de
CD-wisselaar (draaien)
6. Volgende opgeslagen zender -
volgende CD
7. Vorige opgeslagen zender -
vorige CD
Met behulp van de stuurkolomscha-
kelaar kunnen snel en eenvoudig de
meeste functies die ook beschikbaar
zijn op het bedieningspaneel van de
autoradio, worden bediend.

Page 46 of 193

Audio en telematica42 -
28-02-2005
43Audio en telematica-
28-02-2005
Algemene functies
AAN/UIT
Druk op de knop om
de radio in of uit te
schakelen.
De autoradio RD4 kan, onder normale
gebruiksomstandigheden en als de
laadtoestand van de accu voldoende is,
gedurende ongeveer 30 minuten werken
zonder dat het contact wordt aangezet.
Regeling van het volume
Draai de knop rechtsom om het
volume te verhogen en linksom om
het te verlagen.
Audio-instellingen
Druk herhaaldelijk op
de toets ¯ om achter-
eenvolgens de muziek-
stijl, de automatische
volumeregeling, de ge-
luidsverdeling links/rechts, de geluids-
verdeling voor/achter, de loudness, de
hoge tonen en de bassen te kiezen.
Deze functie wordt uitgeschakeld door
op de toets "ESC" te drukken of auto-
matisch weer uitgeschakeld als er geen
instellingen gewijzigd worden.
De instellingen voor de bassen, hoge
tonen, loudness en muziekweergave
zijn gekoppeld aan de op dat moment
ingeschakelde geluidsbron. Zo kan de
toonhoogte voor de radio (AM en FM),
CD, CD-wisselaar of externe geluids-
bron verschillend worden ingesteld. Muziekstijl
Met behulp van deze functie kan een
muziekstijl worden geselecteerd:
"Geen", "Klassiek", "Jazz-Blues",
"Pop-Rock", "Vocaal" of "Techno".
Druk op de toetsen
7 en 8 van het
navigatiepaneel om een muziekstijl
te selecteren.
Bassen
Druk, als er "Bassen" op het display
wordt weergegeven, op de toetsen 7 en 8van het navigatiepaneel om
de bassen in te stellen.
- "-9": minimum instelling bassen.
- in het midden: normale stand.
- "+9": maximum instelling bassen.
Toonregeling
Druk, als er "Hoge tonen" op het dis-
play wordt weergegeven, op de toet-
sen 7 en 8 van het navigatiepaneel
om de hoge tonen in te stellen.
- "-9": minimum instelling hoge tonen.
- in het midden: normale stand.
- "+9": maximum instelling hoge tonen. Loudness-functie
Met de loudness-functie kunnen de
bassen en hoge tonen automatisch
versterkt worden.
Druk op de toetsen
7 en 8 van het
navigatiepaneel om de functie in of
uit te schakelen.
Geluidsverdeling voor/achter
Druk, als er "Balans V - A" op het
display wordt weergegeven, op de
toetsen van het navigatiepaneel.
Met de toets 8 wordt het volume
vóór versterkt.
Met de toets 7 wordt het volume
achter versterkt.
Geluidsverdeling links/rechts
Druk, als er "Balans L - R" op het
display wordt weergegeven, op de
toetsen van het navigatiepaneel.
Met de toets 8 wordt het volume
rechts versterkt.
Met de toets 7 wordt het volume
links versterkt.
Automatische volumeregeling
Met deze functie wordt het volume
automatisch aangepast aan het ge-
luidsniveau ten gevolge van de snel-
heid van de auto.
Druk op de toetsen 7 en 8 om de
functie in- of uit te schakelen.

Page 47 of 193

Audio en telematica44 -
28-02-2005
45Audio en telematica-
28-02-2005
Radiofunctie
Opmerkingen over de
radio-ontvangst
De kwaliteit van de radio-ontvangst
is afhankelijk van de omgeving, de
opbouw van de radiosignalen en de
wijze van verzenden. De ontvangst
van AM- (middengolf) en FM-zen-
ders (frequentiemodulatie) kan door
diverse oorzaken worden gestoord.
Dit ligt niet aan de kwaliteit van het
apparaat.
Bij AM-zenders kunnen er storingen
optreden als er onder hoogspannings-
kabels, in tunnels of onder viaducten
wordt gereden.
Bij FM-zenders kunnen de afstand
van de zender, de relectie van het
signaal door grote obstakels (ber-
gen, gebouwen, enz.) en het zender-
bereik oorzaak zijn van een mindere
ontvangst.Selecteren van de radiofunctie
Druk herhaaldelijk op
de toets "SOURCE"
tot de radiofunctie
wordt weergegeven.
Selecteren van het golfbereik Druk kort op de toets
"BAND AST", om de
gollengte FM1, FM2,
FMast of AM te kiezen.
Vervolgens worden op het display
de voor de desbetreffende gollengte
opgeslagen zenders weergegeven. Automatisch afstemmen
Druk kort op één van de toetsen
8 of
7 om respectievelijk de volgende of
vorige zender te selecteren.
De radio stopt bij de eerste zender
die wordt gevonden.
Eerst worden de sterkste zenders
afgezocht in de stand "LO". Daarna
wordt in de stand "DX" ook naar
zwakkere zenders gezocht.
Handmatig afstemmen
Druk kort op de toets 5 of 6 om
respectievelijk de vorige of volgende
zender te selecteren.
Als deze toets wordt vastgehouden,
blijft de radio in de gekozen volgorde
frequenties afzoeken.
Het zoeken stopt zodra de toets
wordt losgelaten.

Page 48 of 193

Audio en telematica44 -
28-02-2005
45Audio en telematica-
28-02-2005
Handmatig opslaan van zenders
Kies het gewenste station.
Houd één van de voorkeuzetoetsen
"1" t/m "6" langer dan één seconde
ingedrukt.
Het geluid valt weg en keert weer
terug: de desbetreffende zender is
nu opgeslagen.
Automatisch opslaan van
FM-zenders (autostore)
Schakel voor een be-
ter luistercomfort de
RDS-functie in.
Houd de toets "BAND
AST" meer dan één
seconde ingedrukt.
De autoradio slaat automatisch de
6 FM-zenders op. Deze zenders wor-
den op de FMast-band opgeslagen.
Als er minder dan 6 zenders worden
gevonden, blijven de resterende ge-
heugens ongewijzigd. Oproepen van opgeslagen
zenders
Telkens als een van de toetsen "1"
t/m
"6" wordt ingedrukt, wordt de desbe-
treffende zender geselecteerd.
Er verschijnt een bovenliggend ven-
ster met een lijst van de opgeslagen
zenders, waarbij is aangegeven
welke zender is geselecteerd.
Weergave van de beschikbare
zenders
Druk op de toets
"LIST REFRESH"
voor een lijst van de
beschikbare zenders
in het gebied waar u
zich bevindt. Deze lijst
bevat maximaal 30 zenders.
Druk langer dan één seconde op de
toets "LIST REFRESH" om de lijst
tijdens uw reis bij te werken.
Om naar een van de beschikbare
zenders te luisteren:
- druk op de toets "LIST REFRESH",
- druk, als de lijst met beschikbare zenders wordt weergegeven, op
een van de toetsen 5 of 6 om een
zender te selecteren en bevestig
door op de toets "OK" te drukken.
Opmerking: Bij zenders die ver-
keersinformatie uitzenden verschijnt
de aanduiding TA. Verkeersinformatie (TA)
Druk op de toets "TA/
PTY" om deze functie
in of uit te schakelen.
Op het display ver-
schijnt:
- TA als deze functie is ingescha- keld.
- TA (doorgestreept weergegeven)
als deze functie wel ingeschakeld,
maar niet beschikbaar is.
Als deze functie is ingeschakeld, wordt
de geluidsbron die op dat moment te
horen is (radio, CD, CD-wisselaar of
externe geluidsbron) onderbroken om
voorrang te verlenen aan de ontvan-
gen verkeersinformatie.
Druk op de toets "ESC" of "TA" om de
verkeersinformatie te onderbreken
en terug te keren naar de geluids-
bron die voor de verkeersinformatie
was ingeschakeld.
Opmerking: Het volume van de
verkeersinformatie is onafhankelijk
van het normale volume van de radio.
U kunt dit gedurende de verkeers-
informatie instellen met de volume-
knop of de stuurkolomschakelaar.
De instelling wordt opgeslagen en
gebruikt bij volgende berichten.

Page 49 of 193

Audio en telematica46 -
28-02-2005
47Audio en telematica-
28-02-2005
Zoeken naar zenders met een
bepaald programmatype (PTY)
Met behulp van deze functie kan
naar zenders die een speciieke,
gecodeerde programmering (info,
cultuur, sport, pop, weerbericht...)
uitzenden, worden gezocht.Menu "RADIO"
Druk op de toets
"MENU" om naar het
algemene menu te
gaan en selecteer het
menu "Audiofuncties"
en vervolgens "Voor-
keuze FM-band" of
druk, als de radiofunc-
tie is ingeschakeld, op
de toets "OK" om een
van de volgende func-
ties te selecteren:
- Activeren/deactiveren volgen van RDS-zenders,
- Activeren/deactiveren regionale functie (REG),
- Activeren/deactiveren weergave radiotekst (RDTXT).
Druk op de toets "TA/
PTY" om deze functie
te gebruiken. Zoeken van een programmatype
(PTY):
- Druk op de toets "TA/PTY".
- Druk op één van de toetsen 5 of 6 om een
lijst met de verschillende
programmatypes weer
te geven. Bevestig het
geselecteerde program-
matype vervolgens met
de toets "OK".
Na enige tijd zoeken op de FM-band wordt
een lijst met zenders
van het geselecteerde
programmatype weer-
gegeven.
- Druk vervolgens op een van de toetsen 5 of 6 om een zender
te selecteren en bevestig met de
toets "OK".
Selecteer in de lijst met beschikbare
programmatypes "PTY deactiveren"
om de PTY-functie uit te schakelen.
EON
Dit systeem maakt koppelingen tus-
sen zenders in hetzelfde gebied. Bij
dit systeem is het mogelijk om auto-
matisch naar andere zenders binnen
het gebied over te schakelen die ver-
keersinformatie (TA) uitzenden.
De EON-functie werkt alleen als de
functie verkeersinformatie (TA) is
ingeschakeld.

Page 50 of 193

Audio en telematica46 -
28-02-2005
47Audio en telematica-
28-02-2005
RDSRegionale functie (REG)
Op het display wordt de naam van de
zender aangegeven. De radio zoekt
steeds de sterkste zender die het-
zelfde programma uitzendt. Tijdens
het zoeken naar deze zender kunnen
er kleine storingen in de ontvangst
optreden.
Druk om de functie in te schakelen
op de toets "MENU", selecteer het
menu "Audiofuncties" en vervolgens
"Voorkeuze FM-band" of druk, als de
radiofunctie is ingeschakeld, op de
toets "OK".
Het snelmenu "RADIO" verschijnt.
Selecteer, afhankelijk van de toestand
van de functie op het multifunctionele
display "Regionale functie (REG) ac-
tiveren" of "Regionale functie (REG)
deactiveren".
Op het multifunctionele display ver-
schijnt:
- REG als deze functie is ingeschakeld. - REG (doorgestreept weergegeven) als deze functie wel ingeschakeld,
maar niet beschikbaar is.
Gebruik van RDS-functie
(Radio Data Systeem) op FM
De RDS-functie biedt de mogelijk-
heid om naar een zender te luisteren,
ongeacht de verschillende frequen-
ties die voor deze zender gebruikt
worden in de diverse regio's. Op het
display wordt de naam van de gese-
lecteerde zender weergegeven.
Er kunnen door een onvolledige dek-
king van de zender of bij het rijden
in heuvel- of bergachtige gebieden
echter storingen in de ontvangst
optreden.
De radio zoekt steeds de sterkste
zender die hetzelfde programma
uitzendt.
Druk om de functie in te schakelen
op de toets "MENU", selecteer het
menu "Audiofuncties" en vervolgens
"Voorkeuze FM-band" of druk, als de
radiofunctie is ingeschakeld, op de
toets "OK".
Het snelmenu "RADIO" verschijnt.
Selecteer, afhankelijk van de toestand
van de functie op het multifunctionele
display "Volgen van RDS-zenders ac-
tiveren" of "Volgen van RDS-zenders
deactiveren".
Op het multifunctionele display ver-
schijnt:
- RDS als deze functie is ingeschakeld. - RDS (doorgestreept weergegeven)
als deze functie wel ingeschakeld,
maar niet beschikbaar is.

Page:   < prev 1-10 ... 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 ... 200 next >