Peugeot Boxer 2011.5 Handleiding (in Dutch)

Page 121 of 184

11
9
5
VEILIGHEI
D
Airbags
AIRBAGS
De airbags zijn speciaal ontworpen
voor een betere veiligheid van de
inzittenden bij een ernstige aanrijding:
ze vormen een aanvulling op de
werking van de veiligheidsgordels met
gordelkrachtbegrenzers.
De elektronische schoksensoren registreren
een plotselinge vertraging van de auto:
als de drempelwaarde voor het in werking
treden wordt overschreden, worden
de airbags onmiddellijk opgeblazen en
beschermen ze de inzittenden van de auto.
Direct na de aanrijding ontsnapt het gas
zodat noch het zicht, noch het eventueel
verlaten van de auto door de inzittenden
wordt belemmerd. De airbags treden niet in werking bij lichte
aanrijdingen waarbij de veiligheidsgordels
zorgen voor een afdoende bescherming; de
kracht van de aanrijding is afhankelijk van
het soort obstakel en de snelheid van de
auto op dat moment.

De airbags werken alleen als het contact
aan is. Airbags voor

Deze zijn voor de bestuurder in het midden
van het stuurwiel en voor de passagier in
het dashboard aangebracht. Ze worden
tegelijkertijd geactiveerd, behalve als de
airbag aan passagierszijde is uitgeschakeld.
Het bij het afgaan van de airbags
ontsnappende gas kan enigszins irriteren.
De knal die bij het afgaan wordt
geproduceerd, kan het gehoor gedurende
een korte periode enigszins verminderen.
Storing airbag voor
Als dit verklikkerlampje gaat
branden, laat het systeem dan
controleren door het
PEUGEOT-netwerk.

Page 122 of 184

kmCITY
12
0


Airbags


Uitschakelen van de airbag aan
passagierszijde
Raadpleeg in de rubriek 4 het gedeelte
"Mode" en selecteer vervolgens OFF in
het menu "Airbag passagier". In de stand OFF werkt de airbag aan
passagierszijde bij een eventuele aanrijding
niet.
Als u het kinderzitje heeft verwijderd,
selecteer dan ON om de airbag opnieuw
in te schakelen en zo de veiligheid van uw
passagier te garanderen.

Zij-airbags en window-airbags

De zij-airbags (volgens uitvoering) zijn aan
de zijde van de portieren in de rugleuningen
van de voorstoelen aangebracht.
De window-airbags zijn aangebracht in
de stijlen en in de hemelbekleding bij de
voorste zitplaatsen van de cabine.
De window-airbag wordt opgeblazen tussen
de voorpassagier en de zijruit.
De zij- en window-airbags worden
opgeblazen aan de zijde waar de aanrijding
plaatsvindt.
Het verklikkerlampje op
het instrumentenpaneel
brandt zolang de airbag is
uitgeschakeld.
Schakel voor de veiligheid van uw kind de
airbag aan passagierszijde altijd uit als u
een kinderzitje met de rug in de rijrichting op
de voorstoel plaatst. Anders kan een kind bij
het afgaan van de airbag levensgevaarlijk
gewond raken.
Plaats als de passagiersairbag van uw
auto niet kan worden uitgeschakeld geen
kinderzitje op de voorstoel.
Controle uitschakeling
Als de airbag is uitgeschakeld,
gaat elke keer dat de motor
wordt gestart dit verklikkerlampje
branden.
Er verschijnt bovendien
een melding op dit display
(volgens uitvoering).


Controle van werking

Het goed functioneren van het
systeem wordt aangegeven door
dit verklikkerlampje.

Page 123 of 184

12
1
5
VEILIGHEI
D
Airbags
Gebruiksvoorschrift

Houd u aan de volgende
veiligheidsvoorschriften voor een
maximale effectiviteit van de airbags
(volgens uitvoering):
Draag altijd een correct afgestelde
veiligheidsgordel.
Maak er een gewoonte van om normaal
rechtop in de voorstoelen te zitten.
Zorg dat er zich niets bevindt tussen
de airbag en de inzittenden (kinderen,
huisdieren, objecten...).
Dit kan de goede werking van de airbag
belemmeren en/of de inzittende bij het
opblazen van de airbag verwonden.
Het is beslist niet toegestaan om
werkzaamheden uit te voeren aan
airbagsystemen, alleen het
PEUGEOT-netwerk heeft hiervoor
gekwalificeerd personeel.
Laat na een aanrijding of diefstal van uw
auto de airbagsystemen controleren.


Airbags voor

Houd het stuurwiel niet aan de spaken
vast en laat uw handen niet op het
stuurwielkussen rusten.
Laat aan passagierszijde uw voeten niet op
het dashboard rusten.
Tracht roken in de auto zoveel mogelijk te
vermijden. Als de airbag wordt opgeblazen,
kunnen brandende sigaretten of een pijp
brandwonden of ander letsel veroorzaken.
Verwijder het stuurwiel nooit, maak geen
gaten in de stuurwielbekleding en sla er
niet op.


Zij-airbags

Bedek de stoelen alleen met goedgekeurde
stoelhoezen. Raadpleeg het
PEUGEOT-netwerk.
Bevestig nooit iets aan de rugleuning van
de stoelen, dit zou bij het afgaan van de
airbags kunnen leiden tot verwondingen aan
armen of middel.
Ga niet onnodig dicht tegen het
portierpaneel zitten.
Window-airbags

Bevestig nooit iets op de stijlen of op de
hemelbekleding, dit zou bij het afgaan
van de window-airbags kunnen leiden tot
hoofdletsel.
Schroef nooit de handgrepen van het dak
los; deze maken deel uit van de bevestiging
van de window-airbags.

Page 124 of 184



Kinderen aan boord


ALGEMENE INFORMATIE MET
BETREKKING TOT KINDERZITJES

Hoewel PEUGEOT bij het ontwerp van
uw auto veel aandacht heeft besteed aan
veiligheidsvoorzieningen voor uw kinderen,
is hun veiligheid natuurlijk ook afhankelijk
van uzelf.
Volg voor een optimale veiligheid de
volgende adviezen op:


- kinderen jonger dan 12 jaar of kleiner
dan 1,50 meter dienen in goedgekeurde,
aan het lichaamsgewicht aangepaste
kinderzitjes op met veiligheidsgordels
of ISOFIX-bevestigingen uitgeruste
plaatsen te worden vervoerd,

- de veiligste plaats voor het vervoeren
van een kind is volgens de statistieken
een plaats op de achterbank van uw
auto,

- kinderen tot 9 kg moeten zowel voor- als
achterin met de rug in de rijrichting
worden vervoerd,

- een kind mag nooit op de schoot van
een passagier worden vervoerd.

BEVESTIGEN VAN EEN KINDERZITJE MET EEN DRIEPUNTS VEILIGHEIDSGORDEL


"Met de rug in de rijrichting"
Aanbevolen op de zitplaatsen
achter tot 2 jaar.
Wanneer een kinderzitje met de
rug in de rijrichting op de passagiersstoel
vóór wordt geplaatst, moet de airbag aan
passagierszijde zijn uitgeschakeld. Anders
kan het kind bij het afgaan van de airbag
levensgevaarlijk gewond raken.
"Met het gezicht in de
rijrichting"
Aanbevolen op de zitplaatsen
achter vanaf 2 jaar.
Wanneer een kinderzitje
met het gezicht in de rijrichting op de
passagiersstoel vóór wordt geplaatst, mag
de airbag aan passagierszijde niet worden
uitgeschakeld.

122

Page 125 of 184

12
3
5
VEILIGHEI
D


Kinderen aan boord

Zie rubriek 5, gedeelte "Airbags".
De procedure voor kinderzitjes en de
functie uitschakelen van de airbag aan
passagierszijde zijn gelijk voor het hele
PEUGEOT-gamma.
Als de airbag aan passagierszijde niet
kan worden uitgeschakeld, is het absoluut
verboden een kinderzitje "met de rug in
de rijrichting" op de zitplaatsen voor te
bevestigen.
De airbag aan passagierszijde (volgens
uitvoering) kan worden uitgeschakeld
met behulp van de toets MODE van de
boordcomputer.

De regels voor het vervoeren van
kinderen zijn per land verschillend.
Raadpleeg hiervoor de wetgeving in uw
land.
Raadpleeg de lijst met de voor uw land
goedgekeurde kinderzitjes. De aanwezigheid
van ISOFIX-bevestigingen, achterzitplaatsen
en een (uitschakelbare) passagiersairbag is
afhankelijk van de uitvoering.

Airbag aan passagierszijde OFF

Raadpleeg de voorschriften op de sticker die
zich aan beide zijden van de zonneklep aan
passagierszijde bevindt:

Schakel voor de veiligheid van uw kind de
airbag aan passagierszijde altijd uit als u
een kinderzitje met de rug in de rijrichting op
de voorstoel plaatst.
Anders kan een kind bij het afgaan van de
airbag levensgevaarlijk gewond raken.

Page 126 of 184



Kinderen aan boord


ISOFIX-BEVESTIGINGEN

Uw auto voldoet aan de nieuwe
ISOFIX-normen. Elke zitplaats is voorzien van drie
bevestigingsringen:


- twee bevestigingsringen vóór, die zich
tussen de rugleuning en de zitting van de
zitplaats bevinden, aangegeven door een
sticker,

- één bevestigingsring achter, voor de
bevestiging van de bovenste riem, de
TOP TETHER-bevestiging, aangegeven
door een ander label.
De ISOFIX-bevestigingen zorgen voor een
veilige, degelijke en snelle montage van het
kinderzitje in uw auto.
De ISOFIX-kinderzitjes beschikken over
twee sloten die eenvoudig aan de twee
bevestigingsringen voor kunnen worden
verankerd.
Sommige kinderzitjes zijn bovendien voorzien
van een bovenste bevestigingsriem die kan
worden vastgemaakt aan de bevestigingsring
achter.
Zet om de bovenste bevestigingsriem vast
te maken de hoofdsteun van de zitplaats
omhoog en steek de haak tussen de
hoofdsteun en de rugleuning door. Bevestig
de haak aan de bevestigingsring achter en
trek de riem aan.
Bij een onjuist geplaatst kinderzitje kan het
kind bij een aanrijding ernstig letsel oplopen.
Raadpleeg het overzicht voor de bevestiging
van ISOFIX-kinderzitjes in uw auto, waarin
staat vermeld welke ISOFIX-kinderzitjes voor
uw auto zijn gehomologeerd. De plaats van de voorgeschreven
ISOFIX-bevestigingen (volgens uitvoering)
wordt aangegeven met labels.
124124

Page 127 of 184

12
5
5
VEILIGHEI
D
ISOFIX-KINDERZITJE AANBEVOLEN DOOR PEUGEOT EN GOEDGEKEURD VOOR UW AUTO


Het RÖMER Duo Plus ISOFIX-kinderzitje (gewichtsgroep B1 )


Groep 1: van 9 tot 18 kg







Wordt met het gezicht in de rijrichting geplaatst.
Voorzien van een bovenste riem voor verankering
aan de bovenste ISOFIX bevestiging, TOP TETHER genoemd.
Drie standen: rechtop, ruststand en ligstand.
Dit kinderzitje kan ook worden bevestigd op zitplaatsen die niet zijn voorzien van ISOFIX bevestigingen.
Het is in dat geval verplicht het kinderzitje met de normale driepunts veiligheidsgordel op de zitplaats van de auto te bevestigen.

Volg bij het plaatsen van het kinderzitje de gebruiksaanwijzing van de fabrikant van het zitje.

Page 128 of 184



Kinderen aan boord


OVERZICHT BEVESTIGING ISOFIX-KINDERZITJES

Overeenkomstig de Europese wetgeving geeft het overzicht de mogelijkheden aan voor het bevestigen van een ISOFIX-kinderzitje op een
plaats in de auto voorzien van ISOFIX-bevestigingen.
Bij universele en semi-universele ISOFIX-kinderzitjes wordt de ISOFIX-maat op het kinderzitje naast het ISOFIX-logo aangegeven met een
letter ( A t/m G ).



Tot 10 kg
(groep 0)
Tot ca.
6 maanden

Tot 10 kg
(groep 0)
Tot 13 kg
(groep 0+)
Tot ca. 1 jaar

Van 9 tot 18 kg (groep 1)
1 tot ca. 3 jaar

Type ISOFIX-kinderzitje

Reiswieg


"Met de rug in de
rijrichting"


"gezicht in de rijrichting"


ISOFIX-maat

F


G


C


D


E


C


D


A


B1


Buitenste zitplaatsen achter 2e zitrij
met individuele stoelen op 1e zitrij





IUF


IUF


IUF


Buitenste zitplaatsen achter 2e zitrij
met 2-zitsbank op 1e zitrij

IUF



X


IUF


X


IUF


IUF: Zitplaats geschikt voor het bevestigen
van een universeel gehomologeerd
ISOFIX-kinderzitje met het gezicht
in de rijrichting en een riem aan
de bovenzijde, waarmee het zitje
wordt bevestigd aan de bovenste
bevestigingsring van de zitplaatsen van
de auto met ISOFIX-bevestigingen.
X: Zitplaats niet geschikt voor het
bevestigen van een ISOFIX-kinderzitje
voor de aangegeven gewichtsklasse.

Page 129 of 184

12
7
5
VEILIGHEI
D


Kinderen aan boord
DOOR PEUGEOT AANBEVOLEN KINDERZITJES

PEUGEOT levert een complete reeks kinderzitjes met artikelnummer die met een driepunts veiligheidsgordel kunnen worden
vastgemaakt:


Groep 0+: vanaf de geboorte tot 13 kg








L1
"RÖMER Baby-Safe Plus"
Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst.


Groep 2 en 3: van 15 tot 36 kg







L3
"RECARO Start"






L4
"KLIPPAN Optima"
Vanaf 6 jaar (ongeveer 22 kg):
gebruik alleen de zitverhoging.







L5
"RÖMER KIDFIX"
Kan aan de ISOFIX-verankeringen van de auto worden bevestigd.
Het kind wordt beschermd door de veiligheidsgordel.

Page 130 of 184

12
8


Kinderen aan boord


BEVESTIGING KINDERZITJES MET DE VEILIGHEIDSGORDEL

Conform de Europese wetgeving geeft dit overzicht de mogelijkheden weer met betrekking tot het bevestigen, met een veiligheidsgordel,
van een universeel gehomologeerd kinderzitje, gerangschikt naar gewicht van het kind en de plaats in de auto:


Gewicht van het kind en leeftijdsindicatie



Plaats


Minder dan 13 kg
(Groep 0 ( a ) en 0+)
Tot ongeveer 1 jaar



Van 9 tot 18 kg
(Groep 1)
Van 1 tot ongeveer 3 jaar


Van 15 tot 25 kg
(Groep 2)
Van 3 tot ongeveer 6 jaar


Van 22 tot 36 kg
(Groep 3)
Van 6 tot ongeveer 10 jaar

Passagiersstoel vóór
( b )





U


U


U
U
Tweezitsbank vóór
met middelste en
buitenste zitplaats ( b )

U


U


U





U


Buitenste
stoelen
zitrij 2
en 3

U





U


U


U


Middelste
stoel zitrij
2 en 3

U


U


U


U


a : Groep 0: vanaf de geboorte tot 10 kg.

b : raadpleeg de huidige wetgeving in uw land alvorens een kinderzitje op deze plaats te bevestigen.

U : zitplaats geschikt voor de bevestiging van een universeel gehomologeerd kinderzitje met een veiligheidsgordel, zowel met de "rug in de
rijrichting" als met het "gezicht in de rijrichting".

Page:   < prev 1-10 ... 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 151-160 161-170 ... 190 next >