Seat Alhambra 2017 Handleiding (in Dutch)

Page 11 of 340

De essentie
vergrendelen. Bij het handmatig ontgrende-
l en
z
al alleen het portier van de bestuurder
worden ontgrendeld. Houd rekening met de
aanwijzingen van het alarmsysteem
›››  pag. 115.
● De sleutelbaard van de sleutel uitklappen
›››
 pag. 113.
● Steek de sleutelbaard in de onderste ope-
ning v
an de klep op de portiergreep aan be-
stuurderszijde ››› afb. 3 (pijl) en til de klep
naar voren toe op.
● Voer de sleutelbaard in de slotcilinder en
ontgrendel
of vergrendel de wagen.
Bijzonderheden
● Het alarmsysteem blijft geactiveerd bij ont-
grendelde w
agens. ›››
 pag. 115 gaat
echter niet af.
● Het alarm gaat af bij het openen van het
best
uurdersportier.
● Contact inschakelen. De elektronische weg-
rijblokkerin
g herkent een geldige sleutel en
schakelt het alarmsysteem uit.

››› in Inleiding tot thema op pag. 91 Let op
Het alarmsysteem wordt niet geactiveerd
wanneer de w ag

en met de sleutelbaard ver-
grendeld wordt ›››
 pag. 115. Het bijrijdersportier en de schuifdeu-
r
en h
andm

atig vergrendelen Afb. 4
Vooraan in de schuifdeur: noodslot,
v erbor
g

en door een rubberen pakking. Afb. 5
Noodslot van de wagen met de auto-
s l
eut

el. De bijrijdersportieren en schuifdeuren kun-
nen h
andm
atig w

orden vergrendeld. Het
alarmsysteem wordt daarbij niet geactiveerd.
● Portier openen. ●
De rubberen p
akking aan de voorzijde van
het portier verwijderen. De pakking is gemar-
keerd met een slot  ››› afb. 4.
● De sleutelbaard van de wagensleutel uit-
klap
pen ›››
 pag. 113.
● Steek de sleutelbaard horizontaal in de
opening en v
erschuif het gekleurde klepje
naar voren ››› afb. 5.
● Plaats de rubberen pakking terug en sluit
het portier
.
● Controleer of het portier vergrendeld is.
● Voer de bewerking uit op de andere portie-
ren, indien nodig.
● Laat de w

agen onmiddellijk door een speci-
alist
controleren.

››› in Inleiding tot thema op pag. 91 Let op
U kunt de portieren van binnenuit openen en
ontgr endel

en door aan de portiergreep te
trekken. Trek indien nodig tweemaal aan de
binnengreep van het portier ›››
 pag. 115. 9

Page 12 of 340

De essentie
De achterklep openen Afb. 6
Deel van de middenconsole: knop van
de ac ht
erk
lepontgrendeling. Afb. 7
Van buitenaf achterklep openen. Verwijder voor het openen van de achterklep
altijd de l
a
din

g die op het dakdragersysteem
vastgemaakt is ››› in Inleiding tot thema
op p ag. 126
. Openen met

contactsleutel
● Druk de knop  van de wagensleutel in
t ot
d

at de achterklep automatisch geopend
wordt.
Openen met knop van middenconsole
● Druk de knop  op de middenconsole
› ›


afb. 6 in. De achterklep gaat automatisch
open.
● De knop van de middenconsole werkt ook
als het
contact uitgeschakeld is.
Achterklep met knop openen
● Ontgrendel de wagen of open een portier.
● Trek de achterklep met knop ›››
afb. 7 (pijl)
omhoog en open de achterklep.

››› in Inleiding tot thema op pag. 126 Noodontgrendeling van de achterklep
Afb. 8
Via de bagageruimte: demontage van
de bedekk in
g

van de achterklep. Afb. 9
Via de bagageruimte: noodontgrende-
lin g
v

an de achterklep. ●
Verwijder de bagage om van binnenuit toe-
g an
g t

e krijgen tot de achterklep.
● Verwijder de vierkante bedekking van de
binnenbekl
eding van de achterklep ››› afb. 8.10

Page 13 of 340

De essentie
● Druk de ont
gr
endelingshendel ››› afb. 9 A in pijlrichting om de achterklep te ontgrende-
l
en.
● Open met k
racht de achterklep.

››› in Inleiding tot thema op pag. 91 Motorkap
Afb. 10
Ontgrendelingshendel in de voeten-
ruimt e
v

an de bestuurder. Afb. 11
Hendel onder de motorkap. ●
Motorkap openen: aan de hendel onder het
d a
shbo

ard ››› afb. 10 1 trekken.
● Motorkap oplichten. De knop onder de mo-
t ork
ap n

aar boven drukken ››› afb. 11. De
vanghaak wordt zo ontgrendeld.
● De motorkap kan nu geopend worden. De
motorkap
steun losmaken en in de daarvoor
bedoelde plaats van de motorkap vastzetten.

››› in Motorkap openen en sluiten op
pag. 286
››› pag. 284 Elektrische ruitbediening*
Afb. 12
Deel van het bestuurdersportier: be-
dienin g
sel

ementen voor de zijruiten en knop-
pen van het elektrische kinderslot. Knoppen in het bestuurdersportier
Voor de ruit
en

van de voorportieren.
Voor de ruiten van de achterportieren.
Voor het vergrendelen van de schuifdeu-
ren en de ruiten van de schuifdeuren.
Ruiten openen of sluiten
Ontgrende-
len:Druk op knop .
Sluiten:Trek aan de knop .
Automatische
versnelling
stoppen:Druk op of trek aan de knop van de
desbetreffende ruit.» 1
2
3
11

Page 14 of 340

De essentie
Druk op de knop  van het elektrisch
kinderslot om de knoppen van de rui-
ten van de schuifdeuren te deactiveren
en die portieren te vergrendelen
››› pag. 123. Het controlelampje van de
toets gaat branden. 
››› in Elektrische ruitbediening: func-
ties op pag. 130
››› pag. 129 Panoramadak*
Afb. 13
In de hemelbekleding: draai aan de
s c
h

akelaar voor openen en sluiten. Afb. 14
In de hemelbekleding: druk de scha-
k el
aar in en tr

ek eraan om het dak omhoog
en omlaag te brengen. Om het panoramaschuifdak uit te kunnen
k
l
ap

pen moet de schakelaar in de stand 1 staan.

Ontgrendelen: schakelaar in stand ››

afb.
13 3 draaien.
● Comfortstand: schakelaar in stand ››

afb.
13 2 draaien.
● Sluiten: schakelaar in stand ››

afb. 13 1 draaien.

Omhoogklappen: schakelaar in stand
› ›


afb. 14 4 duwen. Voor een tussenstand
de s c
h
akelaar blijven bedienen tot de gewen-
ste stand is bereikt.
● Omlaag brengen: schakelaar in stand
›››
afb. 14 5 trekken. Voor een tussenstand
de s c
h
akelaar blijven bedienen tot de gewen-
ste stand is bereikt. 
››› in Panoramaschuifdak: werking op
pag. 131
››› pag. 131
››› pag. 13 12

Page 15 of 340

De essentie
Sluiten van panoramaschuifdak in ge-
v a
l
van nood Afb. 15
In de hemelbekleding: Verwijder de
af dekk
in

g. Afb. 16
Inbusbout voor het sluiten van het pa-
nor am
a

schuifdak. ●
Ver
w

ijder de afdekking in de richting van
de pijl ››› afb. 15.
● Voer een normale inbussleutel 1)
van 4 mm
groot
in de inbusbout ››› afb. 16 A .
● Draai de inbussleutel om het panorama-
s c
huif

dak te sluiten.
● Plaats de afdekking terug.
● Breng het panoramaschuifdak naar een ge-
speci
aliseerde werkplaats. De werking van
de noodvergrendeling kan de functie of de
sluitkrachtbegrenzing van het panorama-
schuifdak beschadigen.

››› in Inleiding tot thema op pag. 91 Vóór elke rit
V oor
s

toel handmatig verstellen Afb. 17
Bedieningselementen van linkervoor-
s t
oel

. De bedieningselementen van de rechtervoor-
s
t
oel

zijn gelijk maar in spiegelbeeld gerang-
schikt.
In de stoel kunnen bedieningselementen
voor mechanische en elektrische verstelling
gecombineerd worden. »1)
Niet inbegrepen in de gereedschapskist aan
boord. 13

Page 16 of 340

De essentieafb. 17FunctieNodige handelingen
1
Naar voren en
naar achteren
schuiven van de
voorstoel.Trek aan de hendel en
verschuif de voorstoel. De
voorstoel moet vastklik-
ken wanneer de hendel
wordt losgelaten!
2Lendensteun
verstellen*.Draai de hendel.
3Rugleuning ver-
stellen.Draai aan het kartelwiel-
tje.
4Stoel omh-
oog/omlaag.Beweeg de hendel naar
boven of beneden; zo no-
dig verschillende keren.

››› in Stoelen handmatig verstellen op
pag. 145 Elektrische bedieningselementen in
de
v
oor

stoel* Afb. 18
Verstellen van de voorstoel in lengte-
ric htin
g,

van de hoogte en schuine stand van
de zitting en de rugleuning van de voorstoel. Afb. 19
Lendensteun verstellen. De bedieningselementen van de rechtervoor-
s
t
oel

zijn gelijk maar in spiegelbeeld gerang-
schikt. In de stoel kunnen bedieningselementen
voor mech

anische en elektrische verstelling
gecombineerd worden.
afb. 18 Druk de knop in de richting van de pijl:
A
1Naar voren of naar achteren schui-
ven van de stoel.
2 en 3Stoel omhoog of omlaag.
2 of 3Schuine stand van de zitting ver-
stellen.
BNaar vo-
ren of naar achteren.Schuine stand van de rugleuning
verstellen.
afb. 19 Druk op het overeenkomstige deel van
de schakelaar:
1 of 2Verstellen van de welving van de lenden-
steun.
3 of 4Verstellen van de hoogte van de lenden-
steun. 
››› in Bestuurdersstoel elektrisch ver-
stellen* op pag. 146 14

Page 17 of 340

De essentie
Hoofdsteun verstellen Afb. 20
Voorstoel: hoofdsteun verstellen. De hoofdsteun aan de zijkanten vastnemen
met
beide h
anden en t
ot in de gewenste
stand omhoog duwen. Om de hoofdsteun te
verlagen hetzelfde doen en daarbij drukken
op de knop aan de zijkant 1 .
››› in Hoofdsteunen uit- en inbouwen
op pag. 149
››› pag. 57, ››› pag. 147 De veiligheidsgordel vast- en losges-
pen
Afb. 21
De slotgesp van de veiligheidsgordel
aanbr en
g

en en verwijderen. Afb. 22
Juist verloop van de gordelband en
een juis t

e stand van de hoofdsteun van voren
en opzij gezien. Om de veiligheidsgordel te verstellen bij de
s
c
houder

, regelt u de hoogte van de stoelen
of de hoogte van de gordel.
Het schoudergedeelte goed in het midden,
nooit over de hals. De veiligheidsgordel ligt
vlak en strak op het bovenlichaam.
Het heupgedeelte loopt over het bekken,
nooit over de buik. De veiligheidsgordel ligt
vlak en strak op het bekken.

››› pag. 61
››› pag. 65 15

Page 18 of 340

De essentie
Gordelspanners In geval van een frontale botsing, botsing
van op
z
ij of van achteren worden de veilig-
heidsgordels van de voorstoelen en buiten-
ste stoelen van de tweede zitrij automatisch
gespannen.
De gordelspanner kan slechts eenmaal wor-
den geactiveerd.

››› in Onderhoud en verwijdering van
de gordelspanners op pag. 68
››› pag. 68 Buitenspiegels verstellen
Afb. 23
In het bestuurdersportier: knop van
de b uit
en

spiegels. Buitenspiegels verstellen: knop naar de ge-
w
en
s

te stand draaien: Door de knop naar de juiste stand te
breng

en, stelt u de buitenspiegel aan de
zijde van de bestuurder (L, links) en aan
de zijde van de bijrijder (R, rechts) in de
gewenste richting in.
Naargelang de uitrusting worden de bui-
tenspiegels verwarmd volgens de bui-
tentemperatuur.
Spiegels inklappen.

››› in Buitenspiegels op pag. 144
››› pag. 144 Positie van het stuur verstellen
Afb. 24
Mechanisch verstellen van het stuur-
w iel
. Verstel het stuurwiel vóór vertrek en alleen
w
anneer de w
ag

en stilstaat.
L/R



Druk de hendel ›

›› afb. 24 1 omlaag.
● Verstel het stuurwiel zo dat u het aan
w eer
s

zijden met beide handen en de armen
licht gebogen kunt vastnemen (in de positie
van 9 en 3 uur).
● Duw de hendel stevig naar boven tot hij ge-
lijk ligt
met de stuurkolom ››› in Stuurwiel
af s
t
ellen op pag. 58.

››› in Stuurwiel afstellen op pag. 58 16

Page 19 of 340

De essentie
Airbags V oor
airb
agsAfb. 25
Plaats en werkingsgebied van de
v oor
airb

ag van de bestuurder. Afb. 26
Plaats en werkingsgebied van de
v oor
airb
ag van de bijrijder. Het voorairbagsysteem biedt in combinatie
met
de
v

eiligheidsgordels extra bescherming
op hoofd- en borsthoogte van de bestuurder
en voorpassagier in geval van zware frontale
botsingen. Houd steeds een zo groot moge-
lijke afstand tot de voorairbag. Zo kunnen de
voorairbags bij een ongeval volledig worden ontplooid en een maximale beschermende
werkin

g bieden.
De voorairbag van de bestuurder bevindt zich
in het stuurwiel ››› afb. 25 en die van de voor-
passagier in het dashboard ››› afb. 26. De air-
bags zijn gemarkeerd met het opschrift "AIR-
BAG".
De geactiveerde voorairbags omvatten de zo-
nes aangeduid in rood (werkingsgebied)
››› afb. 25. Om die reden mogen er geen voor-
werpen in die zones geplaatst of bevestigd
worden ››› in Voorairbags op pag. 71. D
e
af f

abriek gemonteerde accessoires, bijv. de
basisplaat voor de ondersteuning van de mo-
biele telefoon, blijven buiten het bereik van
de voorairbag van de bestuurder en de voor-
passagier.
Bij de activering van de voorairbag van de
bestuurder en bijrijder, worden de deksels
van de airbags in het stuurwiel of het dash-
board geopend en blijven eraan vastzitten
››› afb. 26.

››› in Voorairbags op pag. 71 17

Page 20 of 340

De essentie
Voorairbag van de bijrijder buiten
w erk
in
g stellen Afb. 27
In het dashboardkastje, aan de bijrij-
der s
z

ijde: sleutelschakelaar om de voorair-
bag aan bijrijderszijde in en uit te schakelen. Voorairbag van de voorpassagier buiten
w
erk
in

g stellen
● Contact uitschakelen.
● Open het dashboardkastje aan de bijrij-
dersz
ijde.
● De sleutelbaard van de wagensleutel uit-
klap
pen ›››
 pag. 113.
● Voer de sleutelbaard in de gleuf in die voor-
zien is
op de schakelaar voor uitschakeling
van de bijrijdersairbag ››› afb. 27. De baard
moet ca. 3/4 van zijn lengte ingevoerd wor-
den, tot tegen de aanslag.
● Draai de sleutel vervolgens zachtjes om de
stand op
OFF te plaatsen. Oefen geen druk
uit indien u weerstand ondervindt en zorg er- voor dat de sleutelbaard tot het einde inge-
voerd i

s.
● Sluit het dashboardkastje aan de bijrijders-
zijde.
● Het c

ontrolelampje 
    
van het dashboard blijft branden met het
contact ingeschakeld ›››
 pag. 73.

››› in Voorairbag van de bijrijder hand-
matig in- en uitschakelen met de sleutel-
schakelaar op pag. 74
››› pag. 74 Knie-airbag
Afb. 28
Aan de bestuurderszijde: plaats van
de airb ag v

oor de knieën. Afb. 29
Aan de bestuurderszijde: werkingsge-
bied v

an de airbag voor de knieën. De airbag voor de knieën bevindt zich aan de
z
ijde
v

an de bestuurder, onderaan in het
dashboard ››› afb. 28. De airbags zijn gemar-
keerd met het opschrift "AIRBAG".
De rood gemarkeerde zone ››› afb. 29 A wordt bedekt met de airbag voor de knieën
b
ij activ
erin

g ervan (werkingsgebied). Om die
reden mogen geen voorwerpen geplaatst of
bevestigd worden in die zones.

››› in Knie-airbag* op pag. 72 18

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 ... 340 next >