sensor TOYOTA C-HR 2022 Instructieboekje (in Dutch)

Page 161 of 818

1592. Instrumentenpaneel
2
Instrumentenpaneel
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
Waarschuwingslampjes informeren de bestuurder over storingen in de aan-
gegeven systemen van de auto.
Waarschuwingslampjes
WaarschuwingslampjesBladzijde
*1Waarschuwingslampje remsysteem (rood) Blz. 681
*1MotorcontrolelampjeBlz. 682
*1Waarschuwingslampje SRSBlz. 682
*1Waarschuwingslampje ABSBlz. 682
*1Waarschuwingslampje elektrische
stuurbekrachtiging (rood)Blz. 682
*1Waarschuwingslampje elektrische
stuurbekrachtiging (geel)Blz. 682
*1, 2Controlelampje Toyota Parking Assist-sensor OFF
(indien aanwezig)Blz. 683
*1, 2Controlelampje PKSB OFF (indien aanwezig) Blz. 683
*2Controlelampje RCTA OFF (indien aanwezig) Blz. 683
*1, 3Controlelampje Traction Control
Blz. 684
*1Waarschuwingslampje remsysteem (geel)Blz. 684
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 159 Monday, October 11, 2021 9:41 AM

Page 164 of 818

1622. Instrumentenpaneel
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
*1: Deze lampjes gaan branden als het contact AAN wordt gezet om aan te geven dater een systeemcontrole wordt uitgevoerd. Ze gaan uit nadat het hybridesysteem is
ingeschakeld of na enkele seconden. Er kan een storing in een systeem aanwezig
zijn als een lampje niet gaat branden of niet uitgaat. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repar ateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
*2: Het lampje gaat branden wanneer het systeem is uitgeschakeld.
*3: Het lampje knippert om aan te geven dat het systeem in werking is.
*1, 2Controlelampje Toyota Parking Assist-sensor OFF
(indien aanwezig) Blz. 457
*1, 2Controlelampje PKSB OFF (indien aanwezig) Blz. 478
Controlelampje S-IPA (indien aanwezig)
Blz. 494
*1, 2Controlelampje BSM OFF (indien aanwezig) Blz. 437
*1BSM-indicator in de buitenspiegels
(indien aanwezig)Blz. 437,
469
*2Controlelampje RCTA OFF (indien aanwezig) Blz. 469
Controlelampje antidiefstalsysteem
(in het centrale paneel) Blz. 130,
147
*1, 3Controlelampje Traction Control Blz. 534
*1, 2Controlelampje VSC OFF Blz. 535
*1, 2Waarschuwingslampje PCS (indien aanwezig) Blz. 369
*1Controlelampje PASSENGER AIR BAG (in het
centrale paneel) (indien aanwezig) Blz. 55
ControlelampjesBladzijde
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 162 Monday, October 11, 2021 9:41 AM

Page 175 of 818

1732. Instrumentenpaneel
2
Instrumentenpaneel
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
De instellingen van de volgende items kunnen worden gewijzigd. Zie Blz.
781.
Bij functies die in- of uitgeschakeld kunnen worden, wordt iedere keer als op
wordt gedrukt, geschakeld tussen aan en uit.
● LTA (Lane Tracing Assist) ( →Blz. 387)*1
Hiermee kunt u de volgende zaken instellen.
• Lane Centering-functie aan/uit
• Gevoeligheid waarschuwing
• Waarschuwing voor slingeren aan/uit
• Gevoeligheid waarschuwing voor slingeren
● PCS (Pre-Crash Safety-systeem) ( →Blz. 369)*1
Hiermee kunt u de volgende zaken instellen.
• PCS aan/uit
• Gevoeligheid PCS
● BSM (Blind Spot Monitor) ( →Blz. 437)*1
Hiermee kunt u de volgende zaken instellen.
• BSM-functie aan/uit
• Gevoeligheid BSM
• Helderheid BSM
• RCTA aan/uit
● Toyota Parking Assist-sensor ( →Blz. 456)*1
Hiermee kan de Toyota Parking Assist-sensor worden in- of uitgeschakeld.
● PKSB-systeem (Parking Support Brake) ( →Blz. 477)
*1
Hiermee kunt u de Parking Support Brake-functie in- of uitschakelen.
Weergave instellingen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 173 Monday, October 11, 2021 9:41 AM

Page 176 of 818

1742. Instrumentenpaneel
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
● RSA (Road Sign Assist) ( →Blz. 402, 422)*1
Hiermee kunt u de volgende zaken instellen.
• RSA aan/uit
• Dynamic Radar Cruise Control met Road Sign Assist aan/uit
● Rijmodus selecteren ( →Blz. 432)
● Verlichting instrumentenpaneel ( →Blz. 177)
Hiermee kunt u de helderheid van de verlichting van het instrumentenpa-
neel wijzigen.
● Voertuiginstellingen
Selecteer het menu om de volgende zaken in te stellen.
• Instellen Toyota Parking Assist-sensor ( →Blz. 787)
*1
Hiermee kunt u het volume van de zoemer van de Toyota Parking
Assist-sensor wijzigen.
• Instellen Toyota Parking Assist-sensor en RCTA (→Blz. 787)
*1
Hiermee kunt u het volume van de zoemer van de Toyota Parking
Assist-sensor en van de RCTA-zoemer wijzigen.
• Instellen RSA (Road Sign Assist) ( →Blz. 789)
*1
Hiermee kunt u de RSA (Road Sign Assist) instellen.
• Instellen bandenspanningswaarschuwingssysteem ( →Blz. 619)
Hiermee kan het bandenspanningswaarschuwingssysteem worden
geïnitialiseerd.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 174 Monday, October 11, 2021 9:41 AM

Page 195 of 818

193
3
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Bediening van elk onderdeel
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
Por tieren
◆Instapfunctie (auto's met Smart entry-systeem, startknop en instap-
functie)
Zorg dat u de elektronische sleutel bij u hebt om deze functie in te kunnen
schakelen.
Pak de voorportiergreep vast
om alle portieren te ontgrende-
len.
*
Zorg ervoor dat u de sensor aan de
achterzijde van de portiergreep aan-
raakt.
De portieren kunnen gedurende
3 seconden na het vergrendelen
niet worden ontgrendeld.
Raak de vergrendelsensor (de
uitholling in het oppervlak van
de voorportiergreep) aan om
alle portieren te vergrendelen.
Controleer of het portier goed vergrendeld is.
*: De instellingen voor het ontgrendelen van de portieren kunnen worden gewij-zigd. ( →Blz. 198)
Van buitenaf ontgrendelen en vergrendelen van de portieren
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 193 Monday, October 11, 2021 9:41 AM

Page 197 of 818

1953-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
3
Bediening van elk onderdeel
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E■
Beveiligingsfunctie
Als er niet binnen ongeveer 30 seconden na het ontgrendelen van de auto een portier
wordt geopend, zorgt de beveiligingsfunctie ervoor dat de auto weer automatisch
wordt vergrendeld.
■ Wanneer het portier niet kan worden vergrendeld met de vergrendelsensor op
het oppervlak van de voorportiergreep (auto's met instapfunctie)
■ Zoemer centrale vergrendeling
Als geprobeerd wordt de portieren te vergrendelen met de instapfunctie of de
afstandsbediening wanneer een portier niet geheel gesloten is, klinkt er gedurende 5
seconden een zoemer. Sluit het portier volledig om de zoemer uit te schakelen en ver-
grendel de portieren opnieuw.
■ Het alarm inschakelen (indien aanwezig)
Wanneer de portieren worden vergrendeld, wordt het alarmsysteem ingeschakeld.
(→ Blz. 147)
■ Wanneer het Smart entry-syst eem met startknop of de afstandsbediening niet
goed werkt
● Gebruik de mechanische sleutel om de portieren te vergrendelen en ontgrendelen.
(→ Blz. 746)
● Vervang de sleutelbatterij door een nieuw exemplaar als deze ontladen raakt. ( →Blz.
645)
Raak de vergrendelsensor aan met uw hand-
palm.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 195 Monday, October 11, 2021 9:41 AM

Page 200 of 818

1983-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
■Instellen van de ontgrendelfunctie (aut o's met Smart entry-systeem, startknop en
instapfunctie)
Het is mogelijk om in te stellen welke portieren met de instapfunctie via de afstandsbe-
diening worden ontgrendeld.
Zet het contact UIT.
Schakel de inbraaksensor van het alarmsysteem uit om tijdens het veranderen van
de instellingen het alarm niet onbedoeld te activeren. (indien aanwezig)
(→ Blz. 151)
Wanneer het controlelampje in de sleutel uit is, houd dan de toets ongeveer
5 seconden ingedrukt terwijl u tegelijkertijd de toets ingedrukt houdt.
De instelling verandert telkens wanneer een handeling wordt uitgevoerd, zoals hieron-
der is aangegeven. (Als u de instelling opnieuw wilt wijzigen, laat u de toetsen los,
wacht u ten minste 5 seconden en herhaalt u vervolgens stap .)
Voor auto's met een alarm: om te voorkomen dat het alarm onbedoeld wordt geacti-
veerd, moet u de portieren ontgrendelen met de afstandsbediening en een portier een-
maal openen en sluiten als de instellingen zijn gewijzigd. (Als er binnen 30 seconden
nadat op is gedrukt geen portier wordt geopend, worden de portieren weer ver-
grendeld en wordt het alarm automatisch ingeschakeld.)
Zet het alarm onmiddellijk uit wanneer dit wordt geactiveerd. ( →Blz. 147)
1
2
3
3
Multi-informatiedis-
playOntgrendelfunctiePiepsignaal
(auto's met linkse besturing)
Als u de portiergreep van
het bestuurdersportier
vasthoudt, wordt alleen het
bestuurdersportier ont-
grendeld.
Exterieur: 3 keer een piep-
signaal
Interieur: Eén belsignaal
(auto's met rechtse besturing)
Als u de portiergreep van
het voorpassagiersportier
vasthoudt, worden alle por-
tieren ontgrendeld.
Als u een portiergreep
vasthoudt, worden alle por-
tieren ontgrendeld.Exterieur: Twee piepsigna-
len
Interieur: Eén belsignaal
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 198 Monday, October 11, 2021 9:41 AM

Page 213 of 818

2113-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
3
Bediening van elk onderdeel
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E■
Aanwijzing voor de instapfunctie
●Zelfs als de elektronische sleutel zich binnen het detectiegebied bevindt, werkt het
systeem in de volgende gevallen mogelijk niet juist:
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de ruit of buitenportiergreep, te
dicht bij de grond of te hoog als de portieren worden vergrendeld of ontgrendeld.
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de grond of op een hoge plaats, of te dicht bij het midden van de achterbumper, als de achterklep wordt geopend.
• De elektronische sleutel ligt op het dashboard, op de vloer of in een portiervak of
het dashboardkastje wanneer het hybride systeem wordt gestart of de stand van
het contact wordt gewijzigd.
● Laat de elektronische sleutel niet boven op het dashboard of in de buurt van de por-
tiervakken liggen wanneer u de auto verlaat. Afhankelijk van de ontvangst van de
radiogolven wordt door de antenne mogelijk waargenomen dat de sleutel zich buiten
de auto bevindt en kunnen de portieren worden vergrendeld vanaf de buitenzijde,
waardoor de elektronische sleutel mogelijk in de auto wordt opgesloten.
● Zolang de elektronische sleutel zich binnen het detectiegebied bevindt, kunnen de
portieren door een willekeurige persoon worden vergrendeld en ontgrendeld. De
auto kan echter alleen worden ontgrendeld via de portieren die de elektronische
sleutel signaleren.
● Zelfs als de elektronische sleutel zich buiten de auto bevindt, kan het hybridesys-
teem mogelijk worden gestart als de elektronische sleutel zich in de buurt van de ruit
bevindt.
● Als de sleutel zich binnen het ontvangstgebied bevindt en er een grote hoeveelheid
water op de portiergreep terechtkomt (bijvoorbeeld tijdens een zware regenbui of het
wassen van de auto), kunnen de portieren worden ontgrendeld of vergrendeld. (Als
de portieren niet worden geopend en gesloten, worden deze na ongeveer 30 secon-
den automatisch weer vergrendeld.)
● Als de afstandsbediening wordt gebruikt om de portieren te vergrendelen terwijl de
elektronische sleutel zich in de nabijheid van de auto bevindt, bestaat de mogelijk-
heid dat de portieren niet ontgrendeld worden door de instapfunctie. (Gebruik de
afstandsbediening om de portieren te ontgrendelen.)
● Wanneer u de vergrendelsensor aanraakt terwijl u handschoenen draagt, kan de
reactie van het systeem trager zijn of wo rden de portieren mogelijk niet ontgrendeld.
Trek uw handschoenen uit en raak de vergrendelsensor opnieuw aan.
● Als de portiergreep nat wordt terwijl de elektronische sleutel zich binnen het werk-
zame gebied bevindt, kan het portier herhaaldelijk worden vergrendeld en ontgren-
deld. Volg in dat geval de correctieprocedure hieronder bij het wassen van de auto:
• Plaats de elektronische sleutel op een afstand van ten minste 2 meter van de
auto. (Zorg ervoor dat de sleutel niet gestolen wordt.)
• Schakel de energiebespaarmodus van de elektronische sleutel in om het Smart entry-systeem met startknop uit te schakelen. ( →Blz. 209)
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 211 Monday, October 11, 2021 9:41 AM

Page 214 of 818

2123-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E●
Als de elektronische sleutel zich in de auto bevindt en een portiergreep wordt nat tij-
dens het wassen van de auto, wordt er mogelijk een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay en klinkt er een zoemer buiten de auto. Vergrendel alle portie-
ren om het alarm uit te schakelen.
● De vergrendelsensor werkt mogelijk niet goed wanneer deze in contact komt met ijs,
sneeuw, modder, enz. Maak de vergrendelsensor schoon en probeer deze nogmaals
te bedienen.
● Bij een plotselinge nadering van het detectiegebied of de portiergreep kan het voor-
komen dat de portieren niet ontgrendeld worden. Laat in dat geval de portiergreep
los en controleer of de portieren worden ontgrendeld voordat u opnieuw aan de por-
tiergreep trekt.
● Als er zich een andere elektronische sleutel binnen het detectiegebied bevindt, is de
reactietijd voor het ontgrendelen van de po rtieren nadat een portiergreep is vastge-
pakt, mogelijk langer.
● Bij het gebruik van de portiergreep kunnen uw nagels over het portier krassen. Zorg
ervoor dat uw nagels of de lak van het portier niet beschadigd raken.
■ Als er gedurende langere tijd ni et met de auto wordt gereden
● Bewaar, om diefstal van de auto te voorkomen, de elektronische sleutel niet binnen
een afstand van 2 meter van de auto.
● Het Smart entry-systeem met startknop kan vooraf worden uitgeschakeld. ( →Blz.
781)
■ Voor een juiste bedi ening van het systeem
Zorg ervoor dat u de elektronische sleutel bij u hebt als u het systeem bedient. Houd
de elektronische sleutel niet te dicht bij de auto als u het systeem van buitenaf bedient.
Afhankelijk van de positie en de conditie waarin de elektronische sleutel wordt
bewaard, wordt de sleutel mogelijk niet correct door het systeem gesignaleerd, waar-
door het systeem wellicht niet juist function eert. (Het alarm kan per ongeluk afgaan of
de functie die voorkomt dat de portieren per ongeluk worden vergrendeld, werkt wel-
licht niet.)
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 212 Monday, October 11, 2021 9:41 AM

Page 275 of 818

2733-4. Verstellen van het stuurwiel en de spiegels
3
Bediening van elk onderdeel
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
Binnenspiegel met automatische antiverblindingsstand
De hoeveelheid gereflecteerd licht wordt automatisch gereduceerd op basis
van de helderheid van de koplampen van achteropkomend verkeer.
De modus voor de automatische anti-
verblindingsstand wijzigen
Aan/uit
Wanneer de automatische antiverblin-
dingsstand is ingeschakeld, brandt het
controlelampje.
De functie wordt ingeschakeld telkens
wanneer het contact AAN wordt gezet.
Druk op de toets om de functie uit te
schakelen. (Het controlelampje gaat
ook uit.)
■ Voorkomen van een onjuiste werking van de sensoren (auto's met binnenspiegel
met automatische antiverblindingsstand)
Controlelampje
Raak de sensoren niet aan en bedek ze ook
niet, omdat hierdoor de werking van de senso-
ren in negatieve zin beïnvloed kan worden.
WAARSCHUWING
Verstel de spiegel niet tijdens het rijden.
Hierdoor kunt u de macht over het stuur verliezen en een ongeval veroorzaken, met
mogelijk dodelijk of ernstig letsel tot gevolg.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 273 Monday, October 11, 2021 9:41 AM

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 ... 120 next >