TOYOTA COROLLA 2022 Instructieboekje (in Dutch)

Page 131 of 606

129
3
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Voordat u gaat rijden
QFunctie die voorkomt dat de achterklep
wordt vergrendeld terwijl de elektroni-
sche sleutel zich in de bagageruimte
bevindt
OEr klinkt een geluidssignaal als de achter-
klep wordt gesloten terwijl alle portieren
zijn vergrendeld en de elektronische sleu-
tel zich in de bagageruimte bevindt.
In dat geval kan de achterklep worden
geopend door op de schakelaar van de
achterklep te drukken.
OAls de elektronische reservesleutel zich in
de bagageruimte bevindt en alle portieren
zijn vergrendeld, kan
de beveiligingsfunctie
tegen het insluiten van de sleutel worden
geactiveerd, zodat de achterklep kan wor-
den geopend. Neem alle elektronische
sleutels mee als u de auto achterlaat, om
diefstal te voorkomen.
OAls de elektronische sleutel zich in de
bagageruimte bevindt en alle portieren zijn
vergrendeld, wordt de sleutel mogelijk niet
gesignaleerd afhankelij k van de locatie van
de sleutel en de aanwezige radiogolven. In
dit geval kan de beveili ging sleutel insluiten
niet worden geactiveerd, zodat de portie-
ren zullen worden vergrendeld als de ach-
terklep wordt gesloten. Zorg ervoor dat de
sleutel zich niet in de auto bevindt als u de
achterklep sluit.
ODe beveiliging sleutel insluiten kan niet
worden geactiveerd als een van de portie-
ren ontgrendeld is. Open in dit geval de
achterklep met het openingssysteem van
de achterklep.
QWanneer het Smart entry-systeem met
startknop of de afstandsbediening niet
goed werkt
Vervang de sleutelbatterij door een nieuw
exemplaar als deze ontladen raakt.
( → Blz. 430)
QWaarschuwingszoemer open portier/
achterklep
→ Blz. 126
QPersoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde functies kunnen worden aangepast
aan de persoonlijke voorkeur. ( →Blz. 514)
QPlaats van antenne
Antennes buiten het interieur (auto's met
instapfunctie)
Antennes in het interieur
Antenne in de bagageruimte
Antenne buiten de bagageruimte
Smart entr y-systeem met
startknop
De volgende handelingen kunnen
worden uitgevoerd als u de elek-
tronische sleutel bij u hebt, bij-
voorbeeld in uw zak. De bestuur-
der moet de elektronische sleutel
altijd bij zich hebben.
 Vergrendelen en ontgrendelen
van de portieren (auto's met
instapfunctie) ( →Blz. 123)
 Openen van de achterklep (auto's
met instapfunctie) ( →Blz. 127)
 Starten van het hybridesysteem
(→ Blz. 165)
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 129 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 132 of 606

1303-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
QBereik (gebieden waarin de elektroni-
sche sleutel wordt gesignaleerd)Bij het vergrendelen of ontgrendelen van
de portieren (auto's met instapfunctie)
Het systeem kan worden bediend als de
elektronische sleutel zich binnen ongeveer
0,7 m van een van de buitenportiergrepen
voor bevindt. (Alleen de portieren die de sleu-
tel signaleren, kunnen worden geopend of
gesloten.)
Bij het starten van het hybridesysteem of
veranderen van de standen van het con-
tact
Het systeem werkt als de elektronische sleu-
tel zich in de auto bevindt.
Bij het openen van de achterklep (auto's
met instapfunctie)
Het systeem werkt als de elektronische sleu-
tel zich binnen 0,7 m van de knop voor het
ontgrendelen van de achterklep bevindt.
QAlarmfuncties en waarschuwingsmel-
dingen
Een combinatie van in en buiten de auto
hoorbare zoemers en waarschuwingsmel-
dingen op het multi-informatiedisplay zorgen
ervoor dat diefstal van de auto en ongelukken
door een onjuiste bediening worden voorko-
men. Neem de juiste maatregelen op basis
van de weergegeven melding. ( →Blz. 460)
In onderstaande tabel worden de omstandig-
heden en de correctieprocedures beschreven
in die gevallen waarin alleen een alarm klinkt.
ODe buiten de auto hoorbare zoemer klinkt
eenmaal gedurende 5 seconden
ODe zoemer in het interieur klinkt onafge-
broken
QEnergiebesparende functie (auto's met
instapfunctie)
De energiebesparende functie wordt geacti-
veerd om te voorkomen dat de batterij van de
elektronische sleutel en de 12V-accu leeg
raken wanneer de auto gedurende langere
tijd niet wordt gebruikt.
OIn de volgende situaties kan het enige tijd
duren voordat de portieren met het Smart
entry-systeem met startknop ontgrendeld
kunnen worden.
• De elektronische sleutel bevindt zich gedu- rende 2 minuten of langer binnen een
afstand van 3,5 m van de auto.
• Het Smart entry-systeem met startknop is gedurende 5 dagen of langer niet gebruikt.
OAls het Smart entry-systeem met startknop
gedurende 14 dagen of langer niet is
gebruikt, kunnen de portieren alleen via
het bestuurdersportier worden ontgren-
deld. Houd in dat geval de greep van het
SituatieCorrectie-
procedure
Er is geprobeerd de auto
te vergrendelen terwijl er
nog een portier geopend
was.Sluit alle portie-
ren en vergren-
del ze opnieuw.
De achterklep werd geslo-
ten terwijl de elektroni-
sche sleutel zich nog in de
bagageruimte bevond en
alle portieren waren ver-
grendeld.Neem de elek-
tronische sleu-
tel uit de baga-
geruimte en
sluit de achter-
klep.
SituatieCorrectie-
procedure
Het contact werd in de
stand ACC gezet terwijl
het bestuurdersportier
geopend was (of het
bestuurdersportier werd
geopend terwijl het contact
in de stand ACC stond).
Zet het contact
UIT en sluit het
bestuurderspor-
tier.
Het contact stond UIT ter-
wijl het bestuurdersportier
geopend was.Sluit het
bestuurderspor-
tier.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 130 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 133 of 606

131
3
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Voordat u gaat rijden
bestuurdersportier vast of gebruik de
afstandsbediening of de mechanische
sleutel om de portieren te ontgrendelen.
QEnergiebesparende functie voor de bat-
terij van de elektronische sleutel
Wanneer de energiebespaarmodus is inge-
schakeld, loopt de batterij veel minder snel
leeg omdat de ontvangst van radiogolven
door de elektronische sleutel wordt gestopt.
Druk twee keer in terwijl u ingedrukt
houdt. Ga na of het controlelampje van de
elektronische sleutel 4 keer knippert.
Het Smart entry-systeem met startknop kan
niet worden gebruikt als de energiebespaar-
modus is ingeschakeld. Druk op een van de
toetsen van de elektronische sleutel om de
functie te annuleren.
QOmstandigheden die de werking kun-
nen beïnvloeden
Het Smart entry-systeem met startknop
maakt gebruik van zwakke radiogolven. In de
volgende situaties kunnen storingen optre-
den in de communicatie tussen de elektroni-
sche sleutel en de auto, waardoor het Smart
entry-systeem met startknop, de afstandsbe-
diening en de startblokkering mogelijk niet
goed werken:
OWanneer de batterij van de elektronische
sleutel leeg is
OIn de buurt van een televisiezendmast,
elektriciteitscentrale, tankstation, radiozen-
der, videowall, luchthaven of andere loca-
tie waar sterke radiogolven of elektromag-
netische velden aanwezig zijn
OAls u een draagbare radio, mobiele tele-
foon, draadloze telefoon of een ander
draadloos communicatiem iddel bij u draagt
OWanneer de elektronische sleutel tegen
een van de volgende metalen voorwerpen
wordt gehouden of erdoor wordt bedekt
• Kaarten met aluminiumfolie
• Sigarettenpakjes met aluminiumfolie erin
• Metalen portemonnees of tassen • Muntgeld
• Metalen handwarmers
• Media zoals CD's en DVD's
OAls er andere sleutels met afstandsbedie-
ning (die radiogolven uitzenden) in de
buurt gebruikt worden
OAls u de elektronische sleutel bij u draagt
samen met de volgende apparaten die
radiogolven uitzenden
• De elektronische sleutel of een afstands- bediening van een andere auto die radio-
golven uitzendt
• Computers of pda's
• Digitale audioapparatuur
• Draagbare spelcomputers
OAls een metalen coating of metalen voor-
werpen aan de achterruit zijn bevestigd
OWanneer de elektronische sleutel in de
buurt van een batterijlader of elektronische
apparaten wordt gehouden
OWanneer de auto op een parkeerplaats
voor betaald parkeren staat waar radiogol-
ven worden verzonden
Vergrendel/ontgrendel de portieren op een
van de volgende manieren als de portieren
niet vergrendeld/ontgrendeld kunnen worden
met het Smart entry-systeem met startknop
(auto's met instapfunctie):
OHoud de elektronische sleutel dicht bij een
van de voorportiergrepen en activeer de
instapfunctie.
OBedien de afstandsbediening.
Gebruik de mechanische sleutel als de por-
tieren niet kunnen worden vergrendeld/ont-
grendeld met de bovenstaande methoden.
( → Blz. 492)
Raadpleeg Blz. 492 als het hybridesysteem
niet kan worden gestart met het Smart entry-
systeem met startknop.
QAanwijzing voor de instapfunctie
(indien aanwezig)
OZelfs als de elektronische sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, werkt het
systeem in de volgen de gevallen mogelijk
niet juist:
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de ruit of buitenportiergreep, te
dicht bij de grond of te hoog als de portie-
ren worden vergrendeld of ontgrendeld.
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de grond of te hoog of te dicht bij
het midden van de achterbumper bij het
ontgrendelen van de achterklep.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 131 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 134 of 606

1323-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
• De elektronische sleut el ligt op het dash-
board, de hoedenplank of de vloer achter
of in een portiervak of het dashboardkastje
als het hybridesysteem wordt gestart of
met de startknop een andere stand wordt
geselecteerd.
OLaat de elektronische sleutel niet boven op
het dashboard of in de buurt van de por-
tiervakken liggen wanneer u de auto ver-
laat. Afhankelijk van de ontvangst van de
radiogolven wordt door de antenne moge-
lijk waargenomen dat de sleutel zich buiten
de auto bevindt en kunnen de portieren
worden vergrendeld vanaf de buitenzijde,
waardoor de elektronische sleutel moge-
lijk in de auto wordt opgesloten.
OZolang de elektronisc he sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, kunnen de
portieren door een willekeurige persoon
worden vergrendeld en ontgrendeld. De
auto kan echter alleen worden ontgrendeld
via de portieren die de elektronische sleu-
tel signaleren.
OZelfs als de elektronis che sleutel zich bui-
ten de auto bevindt, kan het hybridesys-
teem mogelijk worden gestart als de elek-
tronische sleutel zich in de buurt van de
ruit bevindt.
OAls de sleutel zich binnen het ontvangstge-
bied bevindt en er een grote hoeveelheid
water op de portiergreep terechtkomt (bij-
voorbeeld tijdens een zware regenbui of
het wassen van de auto), kunnen de por-
tieren worden ontgrendeld of vergrendeld.
(Als de portieren niet worden geopend en
gesloten, worden deze na ongeveer 30
seconden automatisch weer vergrendeld.)
OAls de afstandsbediening wordt gebruikt
om de portieren te vergrendelen terwijl de
elektronische sleutel zi ch in de nabijheid
van de auto bevindt, bestaat de mogelijk-
heid dat de portieren niet ontgrendeld wor-
den door de instapfunctie. (Gebruik de
afstandsbediening om de portieren te ont-
grendelen.)
OWanneer u de vergrendel- of ontgrendel-
sensor aanraakt terwijl u handschoenen
draagt, worden de portieren mogelijk niet
vergrendeld of ontgrendeld.
OSommige uitvoeringen: Wanneer de ver-
grendelactie is uitgevoerd met de vergren-
delsensor, worden maximaal tweemaal
achter elkaar identificatiesignalen getoond.
Vervolgens worden geen identificatiesigna-
len gegeven.
OAls de portiergreep nat wordt terwijl de
elektronische sleutel zich binnen het werk-
zame gebied bevindt, kan het portier her-
haaldelijk worden vergrendeld en ontgren-
deld. Volg in dat geval de correctieproce-
dure hieronder bij het wassen van de auto:
• Plaats de elektronische sleutel op een afstand van ten minste 2 meter van de
auto. (Zorg ervoor dat de sleutel niet
gestolen wordt.)
• Schakel de energiebespaarmodus van de elektronische sleutel in om het Smart
entry-systeem met startknop uit te schake-
len. ( →Blz. 131)
OAls de elektronische sl eutel zich in de auto
bevindt en een portiergreep wordt nat tij-
dens het wassen van de auto, wordt er
mogelijk een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay en klinkt er een
zoemer buiten de auto. Vergrendel alle
portieren om het alarm uit te schakelen.
ODe vergrendelsensor werkt mogelijk niet
goed wanneer deze in contact komt met
ijs, sneeuw, modder, enz. Maak de ver-
grendelsensor schoon en probeer deze
nogmaals te bedienen.
OHet plotseling bedienen van de handgreep
of het bedienen van de handgreep direct
nadat u het effectieve bereik bent binnen-
gestapt, kan ontgrendeling van de portie-
ren belemmeren. Raak de ontgrendelsen-
sor van het portier aan en controleer of de
portieren worden ontgrendeld voordat u
opnieuw aan de portiergreep trekt.
OAls er zich een andere elektronische sleu-
tel binnen het detectiegebied bevindt, is de
reactietijd voor het ontgrendelen van de
portieren nadat een portiergreep is vastge-
pakt, mogelijk langer.
QAls er gedurende langere tijd niet met
de auto wordt gereden
OBewaar, om diefstal van de auto te voorko-
men, de elektronische sleutel niet binnen
een afstand van 2 m van de auto.
OHet Smart entry-systeem met startknop
kan vooraf worden uitgeschakeld.
( → Blz. 514)
OHet inschakelen van de energiebespaar-
modus van de elektronische sleutel helpt
te voorkomen dat de sleutelbatterij leeg-
raakt. ( →Blz. 131)
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 132 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 135 of 606

133
3
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Voordat u gaat rijden
QVoor een juiste bediening van het sys-
teem
OZorg ervoor dat u de elektronische sleutel
bij u hebt als u het systeem bedient. Houd
de elektronische sleutel niet te dicht bij de
auto als u het systeem van buitenaf
bedient.
Afhankelijk van de positie en de conditie
waarin de elektronische sleutel wordt
bewaard, wordt de sleutel mogelijk niet cor-
rect door het systeem gesignaleerd, waar-
door het systeem wellic ht niet juist functio-
neert. (Het alarm kan per ongeluk afgaan of
de functie die voorkomt dat de portieren per
ongeluk worden vergrendeld, werkt wellicht
niet.)
OLaat de elektronische sleutel niet in de
bagageruimte achter.
De beveiligingsfunctie tegen het insluiten
van de sleutel functioneert mogelijk niet als
de sleutel zich op bepaalde locaties
bevindt, zoals in de binnenrand van de
bagageruimte, of door de omstandighe-
den waarin de sleutel zich bevindt (zoals in
een tas van metaal(folie) of dicht bij een
metalen voorwerp) of in de buurt van sto-
rende radiogolven. ( →Blz. 129)
QAls het Smart entry-systeem met start-
knop niet goed werkt
OVergrendelen en ontgrendelen van de por-
tieren (auto's met instapfunctie): →Blz. 492
OStarten van het hybridesysteem:
→ Blz. 492
QPersoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde functies kunnen worden aangepast
aan de persoonlijke voorkeur. ( →Blz. 514)
QAls het Smart entry-systeem met start-
knop is uitgeschakeld via de persoon-
lijke voorkeursinstellingen
OVergrendelen en ontgrendelen van de por-
tieren (auto's met instapfunctie): Gebruik
de afstandsbediening of de mechanische
sleutel. ( →Blz. 123, 492)
OStarten van het hybridesysteem en wijzi-
gen van de standen van het contact:
→ Blz. 492
OUitschakelen van het hybridesysteem:
→Blz. 167
WAARSCHUWING
QWaarschuwing met betrekking tot
beïnvloeding van elektronische appa-
ratuur
OMensen met geïmplanteerde pacema-
kers, CRT-pacemakers of geïmplan-
teerde hartdefibrillatoren moeten vol-
doende afstand bewaren tot de anten-
nes van het Smart entry-systeem met
startknop. ( →Blz. 129)
Radiogolven kunnen de werking van
dergelijke apparatuur beïnvloeden.
Indien nodig kan de instapfunctie wor-
den uitgeschakeld. Neem voor meer
informatie over bijvoorbeeld de frequen-
tie van de radiogolven en de momenten
waarop deze worden uitgezonden, con-
tact op met een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige. Raadpleeg vervol-
gens uw arts om na te gaan of de
instapfunctie moet worden uitgescha-
keld.
OGebruikers van el ektrische medische
apparatuur anders dan geïmplanteerde
pacemakers, CRT-pacemakers en
geïmplanteerde hartdefibrillatoren moe-
ten contact opnemen met de fabrikant
van deze producten om te informeren of
radiosignalen invloed uitoefenen op de
werking van deze apparatuur.
Radiogolven kunnen onverwachte effec-
ten hebben op de werking van derge-
lijke medische apparatuur.
Neem contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige voor meer informa-
tie over het uitschakelen van de instap-
functie.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 133 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 136 of 606

1343-3. Verstellen van de stoelen
3-3.Verstellen van de stoelen
Hendel stoelpositieverstelling
Hendel rugleuningverstelling
Hendel hoogteverstelling
*
Schakelaar lendensteunverstelling*
(alleen bestuurderszijde)
*: Indien aanwezig
Voorstoelen
Procedure voor het verstellen
WAARSCHUWING
QWanneer de positie van de stoel
wordt versteld
OLet er bij het verstellen van de positie
van de stoel op dat de stoel de overige
inzittenden van de auto niet raakt,
omdat deze hierdoor wellicht letsel zou-
den kunnen oplopen.
OHoud uw handen niet onder de stoel of
in de buurt van bewegende onderdelen
om letsel te voorkomen.
Uw vingers of handen zouden bekneld
kunnen raken in het stoelmechanisme.
OZorg ervoor voor dat er voldoende
ruimte overblijft voor de voeten, zodat
ze niet vast komen te zitten.
QStoel afstellen
OLet erop dat de stoel geen passagiers of
bagage raakt.
OOm te voorkomen dat u bij een aanrij-
ding onder de veiligheidsgordel door-
schuift, is het raadzaam de leuning niet
verder achterover te zetten dan strikt
noodzakelijk is.
Als de rugleuning te ver achterover
staat, kan bij een ongeval het heupge-
deelte over uw heupen heen schuiven,
waardoor er te veel kracht op uw buik
wordt uitgeoefend, of kan het schouder-
gedeelte van de gordel in contact
komen met uw nek, wat tot dodelijk of
ernstig letsel kan leiden.
Verstel de bestuurderss toel niet tijdens
het rijden, aangezien de stoel dan
onverwachts kan bewegen. Hierdoor
kan de bestuurder de controle over de
auto verliezen.
OControleer na het verstellen of de stoel
goed is vergrendeld.
OPMERKING
QWanneer een voorstoel wordt ver-
steld
Let er bij het verstellen van een voorstoel
op dat de hoofdsteun de hemelbekleding
niet raakt. Anders kunnen de hoofdsteun
en de hemelbekleding beschadigd raken.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 134 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 137 of 606

135
3
3-3. Verstellen van de stoelen
Voordat u gaat rijden
1
Schuif de voorstoelen naar voren.
(→Blz. 134)
2 Berg de armsteun achter op.
(→Blz. 387)
3 Berg de middelste gordelsluiting
achter op.
4 Zet de hoofdsteunen in de laagste
stand. ( →Blz. 137)
5 Druk de ontgrendelknop van de rug-
leuningen in en klap de rugleuning
neer.
De delen van de rugleuning kunnen afzon-
derlijk worden neergeklapt.
Achterstoelen
De rugleuningen van de achter-
stoelen kunnen worden neerge-
klapt.
Rugleuningen achter
neerklappen
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht. Het niet in acht nemen van de
voorzorgsmaatregelen kan dodelijk of ern-
stig letsel tot gevolg hebben.
QBij het neerklappen van de rugleu-
ningen van de achterstoelen
OKlap de rugleuningen niet neer tijdens
het rijden.
OParkeer de auto op een vlakke onder-
grond, activeer de parkeerrem en zet de
selectiehendel in stand P.
OLaat geen personen op een neerge-
klapte rugleuning of in de bagageruimte
zitten tijdens het rijden.
OLaat geen kinderen toe in de bagage-
ruimte.
OZorg ervoor dat uw hand niet klem komt
te zitten bij het neerklappen van de rug-
leuningen van de achterstoelen.
OVerplaats de voorstoelen alvorens de
rugleuningen van de achterstoelen neer
te klappen, zodat de voorstoelen niet in
de weg zitten.
QNadat de rugleuning van de achter-
stoel rechtop is gezet
OControleer of de rugleuning goed ver-
grendeld is door de rugleuning voorzich-
tig naar voren en naar achteren te druk-
ken.
Als de rugleuning niet goed vergrendeld is,
is de rode markering zichtbaar op de ont-
grendelknop van de rugleuningen. Zorg
dat het rode merkteken niet zichtbaar is.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 135 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 138 of 606

1363-3. Verstellen van de stoelen
QVoorstoelen
1 Omhoog
Trek de hoofdsteun omhoog.
2Omlaag
Duw de hoofdsteun omlaag en houd daarbij
de ontgrendelknop ingedrukt.
WAARSCHUWING
OControleer of de veiligheidsgordels niet
gedraaid zijn of vastzitten in de rugleu-
ning.
Als de veiligheidsgordel klem zit tussen de
haak en de grendel van de rugleuningver-
grendeling, kan de gordel beschadigd
raken.
OPMERKING
QAls de rugleuning rechts is neerge-
klapt
Pas op dat de bagage in de vergrote baga-
geruimte de band van de middelste veilig-
heidsgordel achter niet beschadigt.
Hoofdsteunen
Alle zitplaatsen zijn voorzien van
een hoofdsteun.
WAARSCHUWING
QVoorzorgsmaatregelen bij het
gebruik van de hoofdsteunen
Neem met betrekking tot de hoofdsteunen
de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht. Het niet in acht nemen van de voor-
zorgsmaatregelen kan dodelijk of ernstig
letsel tot gevolg hebben.
OPlaats de hoofdsteunen altijd op de bij-
behorende stoel.
OStel de hoofdsteunen altijd goed af.
ODruk de hoofdsteunen na het plaatsen
naar beneden om te controleren of ze
goed vergrendeld zijn.
ORijd nooit zonder hoofdsteunen.
Afstellen van een hoofdsteun
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 136 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 139 of 606

137
3
3-3. Verstellen van de stoelen
Voordat u gaat rijden
QBuitenste achterstoelen
1 Omhoog
Trek de hoofdsteun omhoog.
2Omlaag
Duw de hoofdsteun omlaag en houd daarbij
de ontgrendelknop ingedrukt.
QAfstellen van de hoogte van de hoofd-
steunen (voorstoelen)
Stel de hoofdsteunen zo in dat het midden
van de hoofdsteun zich zo dicht mogelijk bij
de bovenzijde van uw oren bevindt.
QVoorstoelen
Trek de hoofdsteun omhoog en houd
daarbij de ontgrendelknop inge-
drukt.
QBuitenste achterstoelen
Trek de hoofdsteun omhoog en houd
daarbij de ontgrendelknop inge-
drukt.
Verwijderen van de
hoofdsteunen
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 137 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page 140 of 606

1383-3. Verstellen van de stoelen
QVoorstoelen
Breng de hoofdsteun in lijn met de
bevestigingsgaten en schuif hem
omlaag tot hij in de vergrendeling klikt.
Houd de ontgrendelknop ingedrukt wan-
neer u de hoofdsteun laat zakken.
QBuitenste achterstoelen
Breng de hoofdsteun in lijn met de
bevestigingsgaten en schuif hem
omlaag tot hij in de vergrendeling klikt.
Houd de ontgrendelknop ingedrukt wan-
neer u de hoofdsteun laat zakken.
Plaatsen van de hoofdsteunen
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12R51E_1_2201.book Page 138 Monday, October 11, 2021 11:32 AM

Page:   < prev 1-10 ... 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 151-160 161-170 171-180 ... 610 next >