TOYOTA COROLLA HYBRID 2020 Instructieboekje (in Dutch)
Page 451 of 586
450
COROLLA HV_TMMT_EE7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Sproeierreservoir (
→Blz. 455)
Koelvloeistofreservoir ( →Blz. 452)
Zekeringenkasten ( →Blz. 479)
Oliepeilstok ( →Blz. 450)
Motorolievuldop ( →Blz. 451)
Koelvloeistofreservoir vermogensregeleenheid ( →Blz. 452)
12V-accu (→Blz. 454)
Radiateur (→ Blz. 453)
Condensor (→Blz. 453)
Elektrische koelventilatoren
Controleer het oliepeil met behulp van
de peilstok bij bedrij fswarme, afgezette motor.
■Controle van motorolie
1 Plaats de auto op een horizontale
ondergrond. Wacht, nadat de motor
op bedrijfstemperatuur is gekomen
Motorruimte
Onderdelen
Controleren en bijvullen
van motorolie
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 450 Thursday, October 3, 2019 10:56 AM
Page 452 of 586
451
7
COROLLA HV_TMMT_EE 7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
en het hybridesysteem is uitgescha-
keld, minstens 5 minuten om de olie
de gelegenheid te geven naar het
carter terug te stromen.
2 Trek de peilstok ui t de motor terwijl
u een doek onder het uiteinde
houdt.
3 Veeg de peilstok met een schone
doek af.
4 Steek de peilstok weer volledig in
de motor.
5 Trek de peilstok uit de motor en
controleer het oliepeil terwijl u een
doek onder het u iteinde houdt.
Bijna leeg
Normaal
Te hoog
De vorm van de peilstok is afhankelijk van
de uitvoering van de auto en het motortype.
6 Veeg de peilstok af en steek deze
helemaal terug in de houder.
■Oliesoort controleren en beno-
digdheden klaarleggen
Controleer welke kwaliteit motorolie
wordt voorgeschreven en leg de beno-
digdheden voor het bijvullen klaar.
Keuze motorolie
→Blz. 547
Oliehoeveelheid (minimaal → maxi-
maal)
1,5 l (1,6 qt., 1,3 Imp.qt.)
Voorwerp
Schone trechter
■Motorolie bijvullen
Als het oliepeil onder het onderste
merkteken of er net boven ligt, moet u
olie bijvullen van het type zoals hierna
is vermeld, of van hetzelfde type als
waarmee de motor eerder werd gevuld.
1 Verwijder de olievuldop door deze
linksom te draaien.
2 Giet beetje voor beetje motorolie in
de vulopening en controleer onder-
tussen het oliepeil steeds door mid-
del van de peilstok.
3 Plaats de olievuldop door deze
rechtsom te draaien.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 451 Thursday, October 3, 2019 10:56 AM
Page 453 of 586
452
COROLLA HV_TMMT_EE7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
■Olieverbruik
Er wordt tijdens het rijden een bepaalde hoe-
veelheid motorolie verbruikt. In de volgende
situaties neemt het olieverbruik mogelijk toe
en moet er mogelijk tussen de onderhoudsin-
tervallen motorolie worden bijgevuld.
●Als de motor nog nieuw is, bijvoorbeeld
direct na aanschaf van de auto of nadat de
motor is vervangen
●Als een lagere kwaliteit motorolie of motor-
olie met een verkeerde viscositeit wordt
gebruikt
●Bij het rijden met hoge motortoerentallen,
met een zwaar beladen auto, met een aan-
hangwagen of bij veelvuldig optrekken en
afremmen
●Als de motor langdurig stationair draait, of
bij veelvuldig rijden in druk verkeer
■Koelvloeistofreservoir
Het koelvloeistofnive au is correct als
het zich bij koude motor tussen de
streepjes FULL en LOW bevindt.
Dop reservoir
FULL-streepje
LOW-streepje
Als het niveau zich op of onder het
LOW-streepje bevindt, moet koelvloeistof
worden bijgevuld tot aan het FULL-streepje.
( → Blz. 537)
WAARSCHUWING
■Afgewerkte motorolie
●Afgewerkte motorolie bevat schadelijke
stoffen die huidaandoeningen zoals ont-
steking of huidkanker kunnen veroorza-
ken. Wees daarom voorzichtig en
vermijd langdurig en herhaaldelijk con-
tact met de huid. Verwijder afgewerkte
motorolie door goed met water en zeep
te wassen.
●Voer afgewerkte motorolie en gebruikte
oliefilters op een veilige en acceptabele
manier af. Gooi afgewerkte motorolie en
gebruikte oliefilters nooit weg in de vuil-
nisbak, in het riool of zomaar ergens.
Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur,
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige, tank-
station of een automaterialenzaak voor
meer informatie over recycling of afvoe-
ren.
●Houd motorolie buiten het bereik van
kinderen.
OPMERKING
■Voorkomen van ernstige schade aan
de motor
Controleer regelmatig het oliepeil.
■Bij het olie verversen of bijvullen
●Let erop dat er geen motorolie op
onderdelen van de auto terechtkomt.
●Vul nooit te veel olie bij, anders kan de
motor beschadigd raken.
●Controleer na het olie verversen altijd
het oliepeil met de peilstok.
●Controleer of de olievuldop goed is vast-
gedraaid.
Koelvloeistof controleren
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 452 Thursday, October 3, 2019 10:56 AM
Page 454 of 586
453
7
COROLLA HV_TMMT_EE 7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
■Koelvloeistofreservoir vermo-
gensregeleenheid
Het koelvloeistofniv eau is correct als
het zich bij koude motor tussen het
FULL- en het LOW-streepje bevindt.
Dop reservoir
FULL-streepje
LOW-streepje
Als het niveau zich op of onder het
LOW-streepje bevindt, moet koelvloeistof
worden bijgevuld tot aan het FULL-streepje.
(→ Blz. 537)
■Selectie van koelvloeistof
Gebruik alleen Toyota Super Long Life Cool-
ant of een gelijkwaardig product.
Toyota Super Long Life Coolant is een meng-
sel van 50% koelvloeistof en 50% gedemine-
raliseerd water. (Minimumtemperatuur:
-35°C)
Neem voor meer informatie over koelvloeistof
contact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
■Als het koelvloeistofniveau korte tijd na
het bijvullen weer is gezakt
Controleer de radiateur, de slangen, de dop-
pen van de koelvloeistofreservoirs, de aftap-
kraan en de waterpomp.
Als u geen lek kunt vinden, laat dan een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige de druk op
de dop nakijken en controleren op lekkages
in het koelsysteem.
Controleer de radiateur en de conden-
sor en verwijder eventueel vuil. Als een
van bovenstaande ond erdelen erg vuil
is of als u niet zek er bent van de staat
ervan, laat dan uw auto nakijken door
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
WAARSCHUWING
■Wanneer het hybridesysteem heet is
Verwijder de dop van het koelvloeistofre-
servoir van de motor/vermogensregeleen-
heid niet.
Als het koelsysteem nog onder druk staat,
kan hete koelvloeistof uit de vulopening
spuiten als de dop wordt verwijderd en
brandwonden of ander ernstig letsel ver-
oorzaken.
OPMERKING
■Bij het bijvullen van koelvloeistof
Gebruik geen onverdunde antivries of
alleen water. Een goede mengverhouding
van water en antivries zorgt voor een
goede smering, corrosiebescherming en
koeling. Lees altijd de informatie op het eti-
ket van de antivries of koelvloeistof.
■Als u koelvloeistof morst
Verwijder de koelvloeistof met veel water
om te voorkomen dat het de lak of onder-
delen aantast.
Controle van radiateur
en condensor
WAARSCHUWING
■Wanneer het hybridesysteem heet is
Raak om brandwonden te voorkomen de
radiateur of de condensor niet aan, aange-
zien deze heet kunnen zijn.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 453 Thursday, October 3, 2019 10:56 AM
Page 455 of 586
454
COROLLA HV_TMMT_EE7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Controleer de 12V-accu als volgt.
■Exterieur 12V-accu
Controleer de 12V -accu op gecorro-
deerde en loszittende klemmen, scheu-
ren en een loszittende klembeugel.
Accupolen
Klembeugel
■Voorzorgsmaatregelen voor het opla-
den van de accu
Tijdens het opladen van de 12V-accu ont-
staat het licht ontvlambare en explosieve
waterstof. Houd u daarom voor het opladen
aan de volgende voorzorgsmaatregelen:
●Als de 12V-accu in de auto is gemonteerd,
moet voorafgaand aan het opladen de
massakabel worden losgenomen.
●Zorg ervoor dat de acculader tijdens het
aansluiten en losnemen van de accuklem-
men is uitgeschakeld.
■Na het laden/aansluiten van de
12V-accu
●Auto's met instapfunctie: Nadat de
12V-accu losgenomen is geweest en weer
is aangesloten, is het wellicht niet meteen
mogelijk om de portieren met het Smart
entry-systeem met startknop te ontgrende-
len. Gebruik in dat geval de afstandsbedie-
ning of de mechanische sleutel om de
portieren te vergrendelen of ontgrendelen.
●Start het hybridesysteem met het contact
in stand ACC. Het hybridesysteem kan niet
worden gestart als het contact UIT staat.
Het hybridesysteem werkt vanaf de
tweede poging echter normaal.
●De stand van het contact wordt door de
auto geregistreerd. Als de 12V-accu weer
wordt aangesloten, keert de startknop
terug naar de stand die was geselecteerd
voordat de 12V-accu werd losgenomen.
Controleer of het contact UIT is gezet voor-
dat u de 12V-accu losneemt. Wees extra
voorzichtig als niet bekend is wat de stand
van de startknop was voordat de 12V-accu
leeg raakte.
Neem, als het systeem na meerdere pogin-
gen nog niet start, contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.12V-accu
WAARSCHUWING
■Chemicaliën in de 12V-accu
Het zwavelzuur in de 12V-accu is giftig en
bijtend en kan het ontstaan van het licht
ontvlambare en explosieve waterstof ver-
oorzaken. Neem bij werkzaamheden bij of
aan de 12V-accu de volgende voorzorgs-
maatregelen in acht om ernstig letsel te
voorkomen:
●Veroorzaak geen vonken met gereed-
schap.
●Rook nooit en steek nooit een lucifer of
een aansteker aan bij de 12V-accu.
●Voorkom dat ogen, huid of kleren in
contact komen met de elektrolyt.
●Adem of slik nooit elektrolyt in.
●Gebruik een veiligheidsbril als u bij de
12V-accu bezig bent.
●Laat kinderen niet in de buurt spelen als
u met de 12V-accu bezig bent.
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 454 Thursday, October 3, 2019 10:56 AM
Page 456 of 586
455
7
COROLLA HV_TMMT_EE 7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
Ty p e A
Als het sproeierreservoir op LOW staat,
vul dan ruitensproeiervloeistof bij.
Ty p e B
Vul in de volgende situaties ruiten-
sproeiervloeistof bij:
Een sproeier werkt niet.
Er verschijnt een waarschuwings-
melding op het multi-informatiedis-
play.
WAARSCHUWING
■Een veilige plaats voor het opladen
van de 12V-accu
Laad de 12V-accu altijd op in een open
ruimte. Laad de 12V-accu niet op in een
garage of in een afgesloten ruimte waar
onvoldoende ventilatie is.
■Noodmaatregelen met betrekking tot
elektrolyt
●Als er elektrolyt in uw ogen terechtkomt
Spoel de ogen minstens 15 minuten met
water en schakel direct medische hulp
in. Blijf zo mogelijk water met een spons
of doek op de ogen deppen, terwijl u
naar een arts of het ziekenhuis gaat.
●Als er elektrolyt op uw huid terechtkomt
Was de huid zorgvuldig met veel water.
Als het pijn doet of brandt, roept u
meteen medische hulp in.
●Als er elektrolyt op uw kleding terecht-
komt
De elektrolyt kan via de kleding op uw
huid terechtkomen. Trek onmiddellijk de
kleding uit en volg, indien nodig, de pro-
cedure zoals hierboven beschreven.
●Als u per ongeluk elektrolyt binnenkrijgt
Drink zo veel mogelijk water of melk.
Schakel zo snel mogelijk medische hulp
in.
■Accukabels van de 12V-accu losne-
men
Neem de negatieve (-) accupool niet los
van de carrosseriezijde. De losgenomen
negatieve (-) accupool kan in contact
komen met de positieve (+) accupool,
waardoor ernstig letsel als gevolg van een
kortsluiting kan ontstaan.
OPMERKING
■Wanneer de 12V-accu wordt opgela-
den
Laad de 12V-accu nooit op wanneer het
hybridesysteem in werking is. Controleer
ook of alle accessoires zijn uitgeschakeld.
Bijvullen van
ruitensproeiervloeistof
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 455 Thursday, October 3, 2019 10:56 AM
Page 457 of 586
456
COROLLA HV_TMMT_EE7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
■Gebruik van de peilstok (type A)
Het ruitensproeiervloeistofniveau kan worden
gecontroleerd door in de peilstok te kijken
naar het niveau van de ruitensproeiervloei-
stof.
Als het niveau lager is dan de tweede ope-
ning van onderen (merkteken LOW) moet er
ruitensproeiervloeistof worden bijgevuld.
Actueel vloeistofniveau
Controleer of de slijt age-indicatoren op
de banden te zien zijn. Controleer de
banden tevens op ongelijkmatige slij-
tage, zoals overmatige slijtage aan een
zijde van het loopvlak.
Controleer de staat en de bandenspan-
ning van het reservewiel ook als het
niet gebruikt wordt.
Nieuwe band
Versleten loopvlak
Slijtage-indicator
De plaats van de slijtage-indicatoren wordt
aangegeven met de tekst TWI of de indicatie op de wang van de band.
WAARSCHUWING
■Bij het bijvullen van ruitensproeier-
vloeistof
Vul geen ruitensproeiervloeistof bij als het
hybridesysteem warm is of nog werkt. Rui-
tensproeiervloeistof bevat alcohol en kan
vlam vatten als het bijvoorbeeld op hete
motoronderdelen wordt gemorst.
OPMERKING
■Vul het reservoir uitsluitend met rui-
tensproeiervloeistof
Gebruik geen zeepsop of motorantivries in
plaats van ruitensproeiervloeistof.
Wanneer u dit wel doet, kan de lak van uw
auto worden aangetast en de pomp
beschadigd raken, waardoor er geen rui-
tensproeiervloeistof meer kan worden
gesproeid.
■Verdunnen van ruitensproeiervloei-
stof
Verdun ruitensproeiervloeistof indien nodig
met water.
Raadpleeg de op het etiket van de ruiten-
sproeiervloeistoffles aangegeven tempe-
raturen voor de juiste mengverhouding.
Banden
Vervang of verwissel banden
afhankelijk van het onderhouds-
schema en het slijtagepatroon.
Controleren van de banden
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 456 Thursday, October 3, 2019 10:56 AM
Page 458 of 586
457
7
COROLLA HV_TMMT_EE 7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
Vervang de band als de slijtage-indicatoren
te zien zijn.
■Wanneer moeten banden worden ver-
vangen
Banden moeten worden vervangen als:
●De slijtage-indicatoren zijn te zien op een
band.
●De banden beschadigingen vertonen,
zoals insnijdingen, scheuren of barsten die
zo diep zijn dat het binnenmateriaal zicht-
baar wordt en bulten die duiden op een
interne beschadiging
●Een band vaak leegloopt of niet goed kan
worden gerepareerd vanwege de grootte
of plaats van de beschadiging
Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige als u er niet zeker van
bent.
■Levensduur van de banden
Banden die ouder zijn dan 6 jaar moeten
altijd door gekwalificeerd werkplaatsperso-
neel worden gecontroleerd, zelfs als er niet of
nauwelijks met de banden is gereden en de
banden niet beschadigd lijken te zijn.
■Brede banden (17 inch banden en 18
inch banden)
In het algemeen slijten brede banden eerder
en kan de grip op besneeuwde en/of gladde
wegen beperkt zijn in vergelijking met stan-
daard banden. Gebruik daarom winterban-
den of sneeuwkettingen op besneeuwde
en/of gladde wegen en rijd voorzichtig waar-
bij u uw snelheid aanpast aan de toestand
van de weg en de weersomstandigheden.
■Als de profieldiepte van winterbanden
minder is dan 4 mm
In dat geval gaat de werkzaamheid van de
winterbanden verloren.
■Controle van de ventielen
Controleer bij het vervangen van de banden
de ventielen op vervorming, scheuren of
andere beschadigingen.
WAARSCHUWING
■Bij het controleren of vervangen van
de banden
Houd u aan de volgende voorzorgsmaat-
regelen om ongevallen te voorkomen.
Het niet in acht nemen van deze voor-
zorgsmaatregelen, kan schade aan de
aandrijflijn veroorzaken en gevaarlijke rij-
eigenschappen tot gevolg hebben, waar-
door een ongeval met ernstig letsel kan
ontstaan.
●Gebruik geen banden van verschil-
lende merken, types of profielen.
Gebruik ook geen banden met duidelijk
verschillende slijtagepatronen door
elkaar.
●Gebruik uitsluitend de door Toyota voor-
geschreven bandenmaat.
●Gebruik geen verschillende soorten
banden (radiaalbanden, gordelbanden
met diagonaalkarkas en diagonaalban-
den) door elkaar.
●Gebruik geen zomer-, all-season- en
winterbanden door elkaar.
●Gebruik nooit banden onder uw auto die
zijn gebruikt onder een andere auto.
Door het gebruik van banden waarvan
het verleden onbekend is, loopt u extra
risico.
●Auto's met een compact reservewiel:
Rijd niet met een aanhangwagen als
een compact reservewiel is gemon-
teerd.
●Auto's met bandenreparatieset: Rijd niet
met een aanhangwagen o.i.d. als een
gemonteerde band gerepareerd is met
behulp van de bandenreparatieset. De
belasting van de band kan leiden tot
onverwachte schade aan de band.
OPMERKING
■Brede banden (17 inch banden en 18
inch banden)
Het gebruik van brede banden kan leiden
tot meer schade aan de velg bij het rijden
op een slecht wegdek. Let daarom goed
op de volgende punten:
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 457 Thursday, October 3, 2019 10:56 AM
Page 459 of 586
458
COROLLA HV_TMMT_EE7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Wissel de banden zoals aangegeven in
de afbeelding.
Vo o r
Toyota beveelt aan om de banden ongeveer
elke 10.000 km van plaats te wisselen om
een gelijkmatig slijtagepatroon en een lan-
gere levensduur van de banden te verkrij-
gen. Vergeet bij het wisselen van voor- en achter-
banden met een verschillende bandenspan-
ning niet om na het wisselen het
bandenspanningswaarschuwingssysteem te
initialiseren.
Uw auto is uitgerust met een banden-
spanningswaarschu
wingssysteem dat
gebruikmaakt van bandenspannings-
sensoren en -zenders om een lage
bandenspanning te signaleren voordat
deze tot problemen leidt.
Als de bandenspanning onder een
bepaalde waarde komt, wordt de
bestuurder door mi ddel van een waar-
schuwingslampje gewaarschuwd.
(→Blz. 500)
■Periodieke controle van de banden-
spanning
Het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem vervangt de periodieke controle van de
bandenspanning niet. Controleer daarom ook
zelf regelmatig de bandenspanning.
■Situaties waarin het bandenspannings-
waarschuwingssysteem mogelijk niet
goed werkt
●Onder de volgende omstandigheden werkt
het bandenspanningsw aarschuwingssys-
teem mogelijk niet goed.
• Als er niet-originele Toyota-velgen zijn gemonteerd.
• Er is een band vervangen door een exem- plaar dat niet overeenkomt met de
OE-specificaties (Original Equipment).
• Er is een band vervangen door een exem- plaar dat niet de voorgeschreven maat
heeft.
• Er zijn sneeuwkettingen gemonteerd.
• Er is een run-flat band met ondersteu- nende ring gemonteerd.
• Als de ruiten zijn voorzien van een coating die de ontvangst van de radiografische sig-
nalen nadelig beïnvloedt.
• Als de auto bedekt is met sneeuw of ijs, vooral bij de wielen of de wielkasten.
OPMERKING
●Zorg ervoor dat de banden de juiste
spanning hebben. Bij een te lage ban-
denspanning zullen de banden sneller
beschadigd raken.
●Rijd niet door diepe gaten of tegen hoge
of scherpe voorwerpen aan of erover-
heen. Anders kunnen de banden en vel-
gen ernstig beschadigd raken.
■Als tijdens het rijden in elke band een
te lage bandenspanning ontstaat
Rijd niet verder als de bandenspanning te
laag is, anders kunnen de banden en/of
velgen ernstig beschadigd raken.
■Rijden over onverharde wegen
Wees extra voorzichtig bij het rijden over
onverharde wegen en wegen met kuilen.
Dergelijke omstandigheden hebben moge-
lijk een verlaging van de bandenspanning
tot gevolg, waardoor de verende werking
van de banden vermindert. Bovendien
kunnen de banden zelf en de velgen en
carrosserie beschadigd raken bij het rijden
over onverharde wegen.
Wisselen van banden
Bandenspannings-
waarschuwingssysteem
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 458 Thursday, October 3, 2019 10:56 AM
Page 460 of 586
459
7
COROLLA HV_TMMT_EE 7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
• Als de bandenspanning aanzienlijk hoger
is dan de voorgeschreven waarde.
• Als er banden zonder bandenspannings- sensoren en -zenders worden gebruikt.
• Als de identificatiecode op de banden- spanningssensoren en -zenders niet is
geregistreerd in de bandenspanningswaar-
schuwingssysteem-ECU.
●In de volgende situaties kunnen de presta-
ties worden beïnvloed.
• In de buurt van een televisiezendmast, elektriciteitscentrale , tankstation, radiozen-
der, videowall, luchthaven of andere loca-
tie waar sterke radiogolven of
elektromagnetische velden aanwezig zijn.
• Als u een draagbare radio, mobiele tele- foon, draadloze telefoon of een ander
draadloos communicatiemiddel bij u
draagt.
●Wanneer de auto geparkeerd is, kan het
langer duren voordat de waarschuwing
verschijnt of verdwijnt.
●Wanneer de bandenspanning snel daalt,
zoals bij een klapband, dan verschijnt de
waarschuwing mogelijk niet.
■Waarschuwingen bandenspannings-
waarschuwingssysteem
De eventuele waarschuwing van het banden-
spanningswaarschuwi ngssysteem is geba-
seerd op de rijomstandigheden. Daarom laat
het systeem mogelijk z elfs een waarschu-
wing zien wanneer de bandenspanning niet
laag genoeg is of wanneer de druk hoger is
dan de druk die was ingesteld tijdens het ini-
tialiseren van het systeem.
■Verklaring bandenspanningswaarschuwingssysteem
COROLLA-HYBRID(TMMT)_OM_Europe_OM12N58E_1_1912.book Page 459 Thursday, October 3, 2019 10:56 AM