TOYOTA PROACE VERSO 2019 Instructieboekje (in Dutch)

Page 211 of 505

210
ProaceVerso_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Elektronisch gestuurde versnellingsbak
R. Achteruit.F Draai de selectiehendel in deze stand.N. Neutraalstand.F Houd het rempedaal ingetrapt en draai de selectiehendel in deze stand om te kunnen starten.A. Automatische bediening.F Draai de selectiehendel in deze stand.M. Handmatige bediening om sequentieel te schakelen.F Draai de selectiehendel in deze stand en schakel ver volgens met behulp van de flippers aan de stuurkolom.
Selectiehendel
F Trek de rechter flipper "+" naar u toe om op te schakelen.F Trek de linker flipper "-" naar u toe om terug te schakelen.
Flippers aan de stuurkolomBij deze elektronisch gestuurde versnellingsbak kunt u kiezen tussen het comfort van de automatische bediening en handmatig schakelen.Deze transmissie heeft twee gebruiksmogelijkheden:- automatische bediening, waarbij het op- en terugschakelen volledig automatisch wordt geregeld, zonder dat de bestuurder iets hoeft te doen,- handmatige bediening, waarbij de bestuurder zelf sequentieel kan schakelen met de flippers aan het stuur wiel.Tijdens de automatische bediening kunt u op elk gewenst moment tijdelijk zelf schakelen.
Het is niet mogelijk om de neutraalstand of de achteruitversnelling met behulp van de flippers te selecteren.
Bij het bedienen van de selectiehendel is het om veiligheidsredenen raadzaam om het rempedaal ingetrapt te houden.
Rijden

Page 212 of 505

211
ProaceVerso_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Automatisch
schakelprogramma
F Selecteer bij draaiende motor de stand A om het automatische schakelprogramma in te schakelen.
De versnellingsbak werkt automatisch, zonder dat u zelf hoeft te schakelen. De versnellingsbak kiest voortdurend de meest geschikte versnelling, afhankelijk van de volgende parameters:- rijstijl.- profiel van de weg.
Op het instrumentenpaneel worden de aanduiding AUTO en de ingeschakelde
versnelling weergegeven.
Trap voor optimale acceleratie, bijvoorbeeld bij het inhalen van een ander voertuig, het gaspedaal volledig in.
Weergave op het instrumentenpaneel
Wanneer u de stand van de selectiehendel verandert, verschijnt het desbetreffende pictogram op het instrumentenpaneel.
Starten van de auto
Als op het instrumentenpaneel het pictogram Voet op het rempedaal brandt in combinatie met een geluidssignaal en de melding " Voet op rempedaal", houd het rempedaal dan steviger ingetrapt.
R. Reverse (achteruitversnelling)N. Neutral (neutraalstand)AUTO of A. Automatische bedieningM. Manual (handmatige bediening)1 tot 6/8. Ingeschakelde versnelling- Ongeldige waarde
Als de motor niet kan worden gestar t:Als de aanduiding N op het display knippert in combinatie met een geluidssignaal en een melding, verplaats de selectiehendel dan naar de stand A en zet hem ver volgens in de stand N.
F Selecteer de automatische bediening (stand A), de handmatige bediening (stand M) of de achteruitversnelling (stand R).F Zet de parkeerrem vrij.F Laat het rempedaal geleidelijk los, de auto zet zich direct in beweging.
Op het display van het instrumentenpaneel verschijnt de aanduiding N.
F Selecteer de stand N.F Houd het rempedaal ingetrapt.F Start de motor.
6
Rijden

Page 213 of 505

212
ProaceVerso_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Zelf schakelen (tijdelijk)
U kunt tijdelijk zelf schakelen met de flippers "+" en "-". Als het motortoerental het toestaat, wordt de gevraagde versnelling ingeschakeld.Met deze functie kunt u anticiperen op bepaalde rijsituaties, zoals het inhalen van een auto of een bocht in de weg.Als de flippers enige tijd niet meer gebruikt worden, gaat de versnellingsbak weer over op
de automatische stand.
Handmatig schakelen
De aanduiding AUTO verdwijnt en de ingeschakelde versnellingen worden achtereenvolgens op het instrumentenpaneel weergegeven.
F Selecteer bij draaiende motor de stand M om handmatig te schakelen.
Het schakelen naar een andere versnelling kan alleen als de snelheid van de auto en het toerental van de motor dit toestaan, anders wordt er
tijdelijk overgegaan op de automatische bediening.
F Bedien de flipper "+" of "-" aan de stuurkolom.
Het is niet noodzakelijk om bij het schakelen het gaspedaal los te laten.Bij het remmen of het verminderen van de snelheid schakelt de versnellingsbak automatisch terug, zodat de juiste versnelling is geselecteerd op het moment dat u het gaspedaal weer intrapt.
Bij krachtig accelereren wordt de hoogste versnelling niet ingeschakeld als de bestuurder de flippers achter het stuur niet bedient.Selecteer de neutraalstand N nooit tijdens het rijden.Zet de selectiehendel alleen in de stand R (achteruit) als de auto volledig stilstaat en het rempedaal is ingetrapt.
Rijden

Page 214 of 505

213
ProaceVerso_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Als de aanduiding A of AUTO bij het aanzetten van het contact gaat knipperen, in combinatie met een geluidssignaal en een melding, duidt dit op een storing in de versnellingsbak.
Storing
Laat het nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Stilzetten van de auto
Voordat u de motor afzet, kunt u:- de selectiehendel in de stand N zetten om de neutraalstand te selecteren,of- een versnelling ingeschakeld laten. In dat geval kan de auto niet worden verplaatst.Trek in beide gevallen altijd de parkeerrem aan om de auto volledig stil te zetten.
Als op lage snelheid de achteruitversnelling wordt ingeschakeld, knippert het lampje N en wordt automatisch de neutraalstand ingeschakeld. Houd het rempedaal ingetrapt en zet de selectiehendel in de stand N en ver volgens weer in de stand R om de achteruitversnelling in te schakelen.
Selecteer wanneer u de auto met draaiende motor stilzet altijd de neutraalstand N.Controleer voordat u werkzaamheden onder de motorkap uitvoert altijd of de selectiehendel in de neutraalstand N
staat en de parkeerrem is aangetrokken.
Houd bij het starten van de motor altijd het rempedaal ingetrapt.Trek bij het parkeren de parkeerrem altijd aan om de auto volledig te blokkeren.
Selecteer de achteruitversnelling (stand R) uitsluitend als de auto volledig stilstaat en de voet op het rempedaal wordt gehouden.
Achteruitversnelling
F Selecteer de stand R.Bij het inschakelen van de achteruitversnelling klinkt een geluidssignaal.
6
Rijden

Page 215 of 505

214
ProaceVerso_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Stop & StartOvergang naar de
STOP- stand
Bij auto's met een handgeschakelde versnellingsbak: wanneer de wagensnelheid lager is dan 20 km/h of de auto stilstaat (afhankelijk van de motor), gaat het verklikkerlampje "ECO" op het instrumentenpaneel branden en wordt de motor automatisch afgezet als de versnellingsbak in de neutraalstand wordt gezet en het koppelingspedaal wordt losgelaten.Het systeem werkt de eerste 10 seconden na het inschakelen van de achteruitversnelling niet.Tijdens de werking van het Stop & Start-systeem blijven alle andere componenten zoals de remmen en de stuurbekrachtiging normaal functioneren.Nadat de auto tot stilstand is gekomen, kan het een ogenblik duren voordat de motor wordt afgezet.
Als uw auto is uitgerust met het Stop & Start-systeem, registreert een teller hoelang de
STOP-stand tijdens een traject is geactiveerd.De teller wordt elke keer als u het contact aanzet weer op nul gezet.
Stop & Start-teller
Het Stop & Start-systeem zet de motor tijdelijk af (STOP-stand) als u stopt (bij rood licht, opstoppingen enz.). De motor wordt automatisch gestart (START-stand) als u weer weg wilt rijden. Het starten gebeurt direct, snel en stil.Het Stop & Start-systeem is per fect afgestemd op stadsgebruik en zorgt voor een lager brandstofverbruik, minder uitstoot van schadelijke stoffen en een aangename rust in het interieur tijdens het wachten.
Bij auto's met een automatische transmissie: wanneer de auto stilstaat, gaat het verklikkerlampje "ECO" op het instrumentenpaneel branden en wordt de motor automatisch afgezet als u het rempedaal intrapt of de selectiehendel in de stand N zet.
Bij auto's met een elektronisch gestuurde versnellingsbak: wanneer de wagensnelheid lager is dan 8 km/h, gaat het verklikkerlampje "ECO" op het instrumentenpaneel branden en wordt de motor automatisch afgezet als het rempedaal wordt ingetrapt of de selectiehendel in de stand N wordt gezet.
(minuten/seconden of uren/minuten)
Tank nooit als de motor door het Stop & Start-systeem in de STOP-stand is gezet. Zet in dat geval altijd het
contact af.
Rijden

Page 216 of 505

215
ProaceVerso_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Overgang naar de
S TA R T- s t a n d
De START-stand wordt automatisch geactiveerd onder bepaalde bijzondere omstandigheden (met betrekking tot bijvoorbeeld de laadtoestand van de accu, de koelvloeistoftemperatuur, de werking van de rembekrachtiging of de regeling van de airconditioning) en in de volgende gevallen:- het bestuurderportier wordt geopend,- een schuifdeur wordt geopend,- de veiligheidsgordel van de bestuurder wordt losgemaakt,- de snelheid van de auto hoger is dan 25 km/h of 3 km/h (afhankelijk van de motoruitvoering) bij een handgeschakelde versnellingsbak,- de snelheid van de auto hoger is dan 3 km/h bij een automatische transmissie.
Bijzonderheden: automatisch activeren van de START-stand
Het verklikkerlampje "ECO" knippert een paar seconden en gaat dan uit.
Deze werking van het systeem is volkomen normaal.
Bij een auto met een handgeschakelde versnellingsbak dooft het verklikkerlampje "ECO" op het instrumentenpaneel en wordt de motor automatisch opnieuw gestart als u het koppelingspedaal volledig intrapt.
Bij een auto met een automatische transmissie dooft het verklikkerlampje "ECO" op het
instrumentenpaneel en wordt de motor automatisch opnieuw gestart als:- u het rempedaal loslaat ter wijl de selectiehendel in de stand D of M staat,- u, met de selectiehendel in de stand N en het rempedaal niet ingetrapt, de selectiehendel in de stand D of M zet,- u de achteruitversnelling inschakelt.
Bij een auto met een elektronisch gestuurde versnellingsbak dooft het verklikkerlampje "ECO" op het instrumentenpaneel en wordt de motor automatisch opnieuw gestart als:- u het rempedaal loslaat ter wijl de selectiehendel in de stand A of M staat,- u, met de selectiehendel in de stand N en het rempedaal niet ingetrapt, de
selectiehendel in de stand A of M zet,- u de achteruitversnelling inschakelt.
Bijzonderheden: STOP-stand niet beschikbaar
De STOP-stand wordt niet geactiveerd onder bepaalde bijzondere omstandigheden (met betrekking tot bijvoorbeeld de laadtoestand van de accu, de koelvloeistoftemperatuur, de werking van de rembekrachtiging of de buitentemperatuur) en in de volgende gevallen:- de auto bevindt zich op een steile helling (bergopwaarts of bergafwaarts),- het bestuurderportier is geopend,- een schuifdeur is geopend,- de veiligheidsgordel van de bestuurder is losgemaakt,- de auto heeft sinds de laatste start door de bestuurder niet sneller dan 10 km/h gereden,- de elektrische parkeerrem wordt /is aangetrokken,- de klimaatregeling in het interieur laat het niet toe,- de voorruitontwaseming is ingeschakeld.
In dit geval knippert het verklikkerlampje "ECO" een paar seconden, waarna het uitgaat.
Deze werking van het systeem is volkomen normaal.
6
Rijden

Page 217 of 505

216
ProaceVerso_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Uitschakelen / inschakelen
Met autoradio
F Druk op deze knop: het lampje er van gaat branden, het systeem is uitgeschakeld.
F Druk op deze knop: het lampje er van dooft, het systeem is ingeschakeld.
Uitschakelen van het systeem:
Met touchscreen
Open het menu Rijden en activeer/deactiveer "Stop and Start-systeem".
Het systeem wordt automatisch weer ingeschakeld zodra u de motor opnieuw start.
Als u het systeem uitschakelt ter wijl de motor in de STOP-stand staat, wordt de motor onmiddellijk opnieuw gestart.
Openen van de motorkapSchakel omwille van uw veiligheid het Stop & Start-systeem altijd uit alvorens werkzaamheden onder de motorkap uit te voeren om ver wondingen als gevolg van het automatisch inschakelen van de START-stand te voorkomen.
Rijden op een overstroomde weg
Schakel het Stop & Start-systeem uit wanneer u over een overstroomde weg moet rijden.Raadpleeg de desbetreffende rubriek
voor meer rijadviezen, met name over het rijden op overstroomde wegen.
Inschakelen van het systeem:
Rijden

Page 218 of 505

217
ProaceVerso_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Storing
Afhankelijk van de uitvoering van uw auto:
Laat het nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.Als er in de STOP-stand een storing zou optreden, kan het zijn dat de motor niet meer wil aanslaan of direct afslaat.Alle verklikkerlampjes gaan branden.Afhankelijk van de uitvoering kan er daarnaast een waarschuwingsmelding verschijnen, waarbij verzocht wordt om de selectiehendel in de stand N te zetten en opnieuw het rempedaal in te trappen.U moet, bij stilstaande auto, het contact uitzetten en de motor opnieuw starten.
Het Stop & Start-systeem maakt gebruik van een speciale 12V-accu.
Het lampje van deze knop knippert en er wordt een melding weergegeven in combinatie met een geluidssignaal.
Bij een storing in het systeem gaat dit verklikkerlampje op het instrumentenpaneel knipperen.Alle werkzaamheden aan dit type accu moeten door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige worden uitgevoerd.Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over de 12V-accu.
6
Rijden

Page 219 of 505

218
ProaceVerso_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
1. Aan.2. Uit (lang indrukken).3. Regeling lichtsterkte.4. Hoogteverstelling weergave.
Als het head-up display is ingeschakeld, geeft het de volgende informatie weer:A. De snelheid van uw auto.B. De informatie van de snelheidsregelaar/-begrenzer.C. Indien uw auto met deze systemen is uitgerust: informatie van de Distance Alert, het automatisch noodremsysteem en het navigatiesysteem.D. Indien uw auto met dit systeem is uitgerust: informatie van de snelheidsbegrenzer.
Systeem dat bepaalde informatie op een getint scherm projecteert, in het directe gezichtsveld van de bestuurder zodat deze zijn ogen niet van de weg hoeft af te wenden.
Schakelaars
Informatie op
het head-up display
Head-up display
Raadpleeg voor meer informatie over het navigatiesysteem de rubriek "Audio en datacommunicatie".
F Druk bij draaiende motor op de toets 1 om het systeem in te schakelen en het scherm uit te klappen.
Inschakelen/uitschakelen
F Houd de toets 2 ingedrukt om het systeem uit te schakelen en het scherm in te klappen.
De ingeschakelde/uitgeschakelde status van het head-up display blijft behouden als de motor opnieuw wordt gestart.
Rijden

Page 220 of 505

219
ProaceVerso_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
F Stel bij draaiende motor de lichtsterkte van het display in met de toetsen 3:- "zon" om de lichtsterkte te verhogen,- "maan" om de lichtsterkte te verlagen.
Regelen van de lichtsterkteHoogteverstelling
Bij bepaalde weersomstandigheden (regen en/of sneeuw, zeer zonnig weer, ...) kan de informatie op het head-up display tijdelijk minder goed leesbaar zijn.Sommige zonnebrillen kunnen het lezen van de informatie hinderen.Gebruik een schone en zachte doek (bijvoorbeeld een brillendoekje of microvezeldoekje) om het projectiescherm te reinigen. Gebruik nooit een droge doek, een schuurspons, of een schoonmaak- of oplosmiddel om te voorkomen dat er krassen ontstaan op het scherm of de
anti-reflecterende laag beschadigd raakt.
Het is raadzaam de toetsen uitsluitend bij stilstaande auto te bedienen.Leg nooit voor werpen rondom het scherm (of in de uitsparing) zodat het uitklappen en de goede werking van het scherm niet verhinderd worden.
Dit systeem werkt bij draaiende motor
en de instellingen worden opgeslagen bij het afzetten van het contact.
F Stel het display bij draaiende motor op de gewenste hoogte af met de toetsen 4:- omhoog om het display hoger af te stellen,- omlaag om het display lager af te stellen.
6
Rijden

Page:   < prev 1-10 ... 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 ... 510 next >