stop start TOYOTA RAV4 2014 Instructieboekje (in Dutch)
Page 116 of 760
1162. Instrumentenpaneel
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
■Bij het losnemen en aansluiten van de accukabels
De volgende gegevens worden gereset:
●Dagteller A en B
●Gemiddeld brandstofverbruik
●Actieradius
●Verstreken tijd
●Gemiddelde rijsnelheid
●Totale werkingsduur Stop & Start-systeem
■Weergave buitentemperatuur
Onder de volgende omstandigheden wordt mogelijk niet de juiste buitentem-
peratuur weergegeven of duurt het langer voordat de weergave wordt gewij-
zigd.
●Wanneer de auto stilstaat of met lage snelheid rijdt (ongeveer 20 km/h of
lager)
●Wanneer de buitentemperatuur plotseling verandert (bijvoorbeeld bij het in-
of uitrijden van een garage of tunnel)
■Wanneer ---C wordt weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem aanwezig. Laat de auto nakijken
door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■Het instellingsscherm automatisch uitschakelen
In de volgende situaties wordt het instellingsscherm waarop instellingen met
de toets DISP kunnen worden gewijzigd, automatisch uitgeschakeld.
●Wanneer er een waarschuwingsmelding verschijnt terwijl het instellings-
scherm wordt weergegeven
●Wanneer de auto begint te rijden terwijl het instellingsscherm wordt weerge-
geven
■LCD-scherm
Op het scherm kunnen kleine vlekjes of lichte puntjes verschijnen. Dit ver-
schijnsel is kenmerkend voor LCD-schermen en u kunt het scherm zonder
problemen blijven gebruiken.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen kunnen worden gewijzigd.
(Mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen: Blz. 730)
Page 132 of 760
1323-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)■Energiebesparende functie
De energiebesparende functie wordt geactiveerd om te voorkomen dat de
batterij van de elektronische sleutel en de accu leegraken wanneer de auto
gedurende langere tijd niet wordt gebruikt.
●In de volgende situaties kan het enige tijd duren voordat de portieren met
het Smart entry-systeem met startknop ontgrendeld kunnen worden.
• De elektronische sleutel bevindt zich gedurende 10 minuten of langer op
een afstand van ongeveer 2 m van de auto.
• Het Smart entry-systeem met startknop is gedurende 5 dagen of langer
niet gebruikt.
●Als het Smart entry-systeem met startknop gedurende 14 dagen of langer
niet gebruikt is, kunnen de portieren alleen via het bestuurdersportier wor-
den ontgrendeld. Pak in dat geval de greep van het bestuurdersportier vast
of gebruik de afstandsbediening of de mechanische sleutel om de portieren
te ontgrendelen.
■Energiebesparende functie voor de batterij van de elektronische sleutel
Wanneer de energiebesparende functie is ingeschakeld, loopt de batterij veel
minder snel leeg omdat de ontvangst van radiogolven door de elektronische
sleutel wordt gestopt.
Druk twee keer in terwijl u
ingedrukt houdt. Ga na of het controle-
lampje van de elektronische sleutel 4 keer
knippert.
Het Smart entry-systeem met startknop
kan niet worden gebruikt als de energie-
besparende functie voor de batterij is
ingeschakeld. Druk op een van de toetsen
van de elektronische sleutel om de functie
te annuleren.
Page 148 of 760
1483-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Afstandsbediening
Met de afstandsbediening kan de auto worden vergrendeld en ont-
grendeld. Ook kan de achterklep ermee worden geopend en gesloten.
Auto's zonder Smart Entry-systeem en startknop
Vergrendelen van alle portieren
Controleer of het portier goed
gesloten is.
Ontgrendelen van alle portieren
Openen en sluiten van de ach-
terklep (ingedrukt houden)
*
Druk op de toets terwijl de achter-
klep opent/sluit om de bediening te
stoppen.
*: Indien aanwezig
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Vergrendelen van alle portieren
Controleer of het portier goed
gesloten is.
Ontgrendelen van alle portieren
Openen en sluiten van de ach-
terklep (ingedrukt houden)
*
Druk op de toets terwijl de achter-
klep opent/sluit om de bediening te
stoppen.
*: Indien aanwezig
Overzicht van functies
1
2
3
1
2
3
Page 175 of 760
1753-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
3
Bediening van elk onderdeel
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
WAARSCHUWING
■Elektrisch bedienbare achterklep (indien aanwezig)
Neem bij het bedienen van de elektrisch bedienbare achterklep de vol-
gende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan resulteren in ern-
stig letsel.
●Controleer de omgeving op eventueel aanwezige obstakels of andere
zaken die ervoor kunnen zorgen dat uw bezittingen klem komen te zitten.
●Zorg als er iemand dichtbij staat dat deze persoon veilig is en meld dat u
de achterklep gaat openen of sluiten.
●Als de hoofdschakelaar van de elektrisch bedienbare achterklep tijdens
automatische werking van de achterklep wordt uitgeschakeld, stopt de
beweging van de achterklep. Wees extra voorzichtig op een helling aange-
zien de achterklep plotseling open of dicht kan gaan.
●Wanneer niet langer aan de voorwaarden voor de werking van de elek-
trisch bedienbare achterklep wordt voldaan, klinkt er mogelijk een zoemer
en zal de achterklep mogelijk niet meer openen of sluiten. De achterklep
moet vervolgens met de hand worden bediend. Wees in dit geval extra
voorzichtig, aangezien de achterklep plotseling kan bewegen.
●Als de auto op een heuvel staat, kan de achterklep plotseling dichtvallen,
nadat deze automatisch is geopend. Zorg ervoor dat de achterklep volle-
dig is geopend.
●In de volgende situaties signaleert de elektrisch bedienbare achterklep
mogelijk een storing en wordt de automatische bediening uitgeschakeld.
In dit geval moet de achterklep met de hand worden bediend. Wees in
deze situatie extra voorzichtig, aangezien de achterklep mogelijk plotse-
ling opent of sluit, waardoor een ongeluk kan ontstaan.
• Wanneer de achterklep met een obstakel in aanraking komt
• Wanneer de accuspanning plotseling daalt, zoals wanneer het contact
AAN wordt gezet of wanneer de motor tijdens automatische werking
wordt gestart
●Als er op de achterklep een fietsendrager of een vergelijkbaar zwaar
onderdeel gemonteerd is, werkt de elektrisch bedienbare achterklep
mogelijk niet of niet goed of beweegt de achterklep mogelijk iets in de
sluitrichting, waardoor lichaamsdelen bekneld kunnen raken en letsel kan
optreden. Neem voor meer informatie over het plaatsen van accessoires
op de achterklep contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
Page 195 of 760
195
3
3-5. Openen en sluiten van de ruiten en het schuifdak
Bediening van elk onderdeel
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Elektrisch bedienbare ruiten
De elektrisch bedienbare ruiten kunnen worden geopend en gesloten
met behulp van de schakelaars.
Bedienen van de schakelaar beweegt de ruiten als volgt:
Sluiten
One-touch sluiten (alleen ruit
bestuurdersportier)
*
Openen
One-touch openen (alleen ruit
bestuurdersportier)
*
*
: De ruit stopt in een tussenstand
door de schakelaar in de andere
richting te bewegen.
Druk de schakelaar in om de
schakelaars voor de ruiten van de
passagiers te blokkeren.
Gebruik deze schakelaar om te
voorkomen dat kinderen per onge-
luk een ruit openen of sluiten.
■De elektrisch bedienbare ruiten kunnen bediend worden als
Auto's zonder Smart Entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
Auto's met Smart Entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
Openen en sluiten
1
2
3
4
Blokkeerschakelaar ruitbediening
Page 196 of 760
1963-5. Openen en sluiten van de ruiten en het schuifdak
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)■Bedienen van de elektrisch bedienbare ruiten nadat het contact UIT is
gezet
Auto's zonder Smart Entry-systeem en startknop
De elektrisch bedienbare ruiten kunnen, nadat het contact in stand ACC of
UIT is gezet, nog ongeveer 45 seconden worden bediend. Ze kunnen echter
niet meer worden bediend als een van de voorportieren wordt geopend.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
De elektrisch bedienbare ruiten kunnen, nadat het contact in stand ACC of
UIT is gezet, nog ongeveer 45 seconden worden bediend. Ze kunnen echter
niet meer worden bediend als een van de voorportieren wordt geopend.
■Klembeveiliging (ruit bestuurdersportier)
Als tijdens het sluiten een object bekneld raakt tussen de ruit en het ruitframe,
stopt de beweging van de ruit en wordt de ruit weer iets geopend.
■Als de elektrisch bedienbare ruit niet normaal sluit
Als de klembeveiliging niet goed werkt en een ruit niet kan worden gesloten,
voer dan de volgende handelingen uit met de schakelaar ruitbediening van
het bestuurdersportier.
●Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop: Nadat de auto is stilgezet,
kan de ruit worden gesloten door de schakelaar ruitbediening ingedrukt te
houden in de one-touch sluitpositie terwijl het contact AAN wordt gezet.
●Auto's met Smart entry-systeem en startknop: Nadat de auto tot stilstand is
gebracht, kan de ruit worden gesloten door de schakelaar van de ruitbedie-
ning ingedrukt te houden in de one-touch sluitpositie terwijl het contact AAN
wordt gezet.
●Als de ruit zelfs na het uitvoeren van de bovenstaande stap nog steeds niet
kan worden gesloten, initialiseert u de functie via de volgende procedure.
Houd de schakelaar ruitbediening ingedrukt. Blijf, nadat de ruit volledig is
geopend, de schakelaar gedurende 1 seconde ingedrukt houden.
Houd de schakelaar voor de ruitbediening in de one-touch sluitpositie.
Blijf, nadat de ruit volledig is gesloten, de schakelaar gedurende 1
seconde ingedrukt houden.
Herhaal de procedure vanaf het begin als u de schakelaar hebt losgelaten
terwijl de ruit nog in beweging was.
Als de ruit ook na het op de juiste wijze uitvoeren van bovenstaande proce-
dure sluit, maar vervolgens weer iets opent, laat dan uw auto controleren
door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
1
2
Page 199 of 760
1993-5. Openen en sluiten van de ruiten en het schuifdak
3
Bediening van elk onderdeel
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
■Het schuifdak kan worden bediend als
Auto's zonder Smart Entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
Auto's met Smart Entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
■Bedienen van het schuifdak nadat het contact UIT is gezet
Auto's zonder Smart Entry-systeem en startknop
Het schuifdak kan, zelfs nadat het contact in stand ACC of UIT is gezet, nog
ongeveer 45 seconden worden bediend. Het kan echter niet meer bediend
worden als een van de voorportieren is geopend.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Het schuifdak kan, zelfs nadat het contact in de stand ACC of UIT is gezet,
nog ongeveer 45 seconden worden bediend. Het kan echter niet meer
bediend worden als een van de voorportieren is geopend.
■Klembeveiliging
Als tijdens het sluiten een object bekneld raakt tussen het schuifdak en het
frame, stopt de beweging van het schuifdak en wordt het weer geopend.
■Voor minder windgeruis door het schuifdak
Wanneer het schuifdak automatisch wordt geopend, komt het vlak voor de
volledig geopende positie tot stilstand. Rijden met het schuifdak in deze posi-
tie kan het windgeruis helpen verminderen.
■Zonnescherm
Het zonnescherm kan met de hand worden geopend en gesloten. Bij het ope-
nen van het schuifdak zal het zonnescherm echter automatisch ook worden
geopend.
■Openen van het schuifdak in kleine stappen
Druk kort op de schakelaar.
Page 200 of 760
2003-5. Openen en sluiten van de ruiten en het schuifdak
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)■Waarschuwingsfunctie schuifdak open
Auto's zonder Smart Entry-systeem en startknop
Een zoemer klinkt en er verschijnt een melding op het multi-informatiedisplay
wanneer het contact UIT wordt gezet en het bestuurdersportier wordt
geopend terwijl het schuifdak geopend is.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Een zoemer klinkt en er verschijnt een melding op het multi-informatiedisplay
wanneer het contact UIT wordt gezet en het bestuurdersportier wordt
geopend terwijl het schuifdak geopend is.
■Als de accukabels worden losgenomen of het schuifdak niet normaal
sluit
Het schuifdak moet voor een juiste werking eerst worden geïnitialiseerd.
Zet het contact AAN.
Houd de toets CLOSE of UP ingedrukt tot de hieronder beschreven bewe-
ging stopt.
Het schuifdak kantelt omhoog en blijft gedurende ten minste 1 seconde in
die stand. Dan kantelt het omlaag, gaat open en sluit volledig.
Laat de toets los en druk deze in om een correcte werking te waarborgen.
Als het schuifdak niet automatisch beweegt, moet de procedure vanaf het
begin worden herhaald.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijv. de waarschuwingsfunctie schuifdak open) kunnen wor-
den gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen:
Blz. 730)
1
2
3
Page 203 of 760
203
4Rijden
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden met de auto ............ 204
Lading en bagage .............. 218
Rijden met een
aanhangwagen ................ 220
4-2. Rijprocedures
Contactslot (auto's zonder
Smart entry-systeem
en startknop) ................... 232
Startknop (auto's met
Smart entry-systeem
en startknop) ................... 236
Automatische transmissie
(met S-modus) ................. 244
Automatische transmissie
(met M-modus) ................ 251
Multidrive CVT ................... 260
Handgeschakelde
transmissie ...................... 268
Richtingaanwijzer-
schakelaar ....................... 272
Parkeerrem ........................ 274
Claxon ............................... 275
DPF-roetfilter
(Diesel Particulate Filter)/
DPNR-katalysator
(Diesel Particulate-NOx
Reduction) ....................... 2764-3. Bedienen van verlichting
en ruitenwissers
Lichtschakelaar .................. 279
Automatic High Beam-
systeem ........................... 285
Schakelaar mistlampen ..... 292
Ruitenwissers en
-sproeiers......................... 294
Achterruitenwisser en
-sproeier .......................... 300
4-4. Tanken
Openen van de tankdop .... 302
4-5. Gebruik van de
ondersteunende systemen
Cruise control..................... 307
LDA
(Lane Departure Alert) ..... 311
Toyota Parking Assist-
sensor .............................. 319
Schakelaar permanente
vierwielaandrijving
(AWD-uitvoeringen) ......... 325
Stop & Start-systeem ......... 326
Ondersteunende
systemen ......................... 333
Hill Start Assist Control ...... 339
Downhill Assist Control ...... 341
BSM (Blind Spot Monitor) .. 344
• De Blind Spot Monitor-
functie ............................ 351
• De Rear Crossing
Traffic Alert-functie ........ 354
4-6. Rijtips
Rijden in de winter ............. 357
Voorzorgsmaatregelen
bij terreinauto's ................ 362
Page 273 of 760
2734-2. Rijprocedures
4
Rijden
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
■De richtingaanwijzers kunnen bediend worden als
Auto's zonder Smart Entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
Auto's met Smart Entry-systeem en startknop
Het contact AAN staat.
■Als het controlelampje sneller knippert dan normaal
Controleer of er een lamp van de richtingaanwijzer voor of achter is doorge-
brand.
■Als de richtingaanwijzers stoppen met knipperen voordat van rijstrook
is veranderd
Bedien de hendel nogmaals.
■Om het knipperen van de richtingaanwijzers gedurende het veranderen
van rijstrook te onderbreken
Beweeg de hendel in de tegenovergestelde richting.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instelling voor het knipperen van de richtingaanwijzers tijdens het veran-
deren van rijstrook kan worden aangepast.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen:
Blz. 730)