TOYOTA RAV4 HYBRID 2019 Instructieboekje (in Dutch)
Page 301 of 622
3004-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
4-3.Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Bedien de schakelaar om de
verlichting als volgt in te schakelen:
1 De parkeerlichten voor, ach-
terlichten, kentekenplaat- en
dashboardverlichting gaan bran-
den.
2 De koplampen en alle ver-
lichting die hierboven genoemd is,
gaan branden.
3 De koplampen, dagrijverlich-
ting ( →Blz. 300) en alle verlichting
die hierboven genoemd is, wor-
den automatisch in- en uitgescha-
keld.
■De AUTO-modus kan worden
gebruikt als
Het contact AAN staat.
■Dagrijverlichting
Om uw auto overdag beter zichtbaar te
maken voor andere weggebruikers wordt
de dagrijverlichting automatisch ingescha-
keld als het hybridesysteem wordt gestart
en de parkeerrem wordt gedeactiveerd
met de lichtschakelaar in de stand .
(Brandt helderder dan de parkeerlichten
voor.) Dagrijverlichting is niet ontworpen
voor gebruik in het donker.
■Sensor koplampregeling
De werking van de sensor kan in nega-
tieve zin beïnvloed worden als er iets over
de sensor heen geplaatst wordt of als er
iets op de ruit wordt aangebracht waardoor
de sensor wordt afgeschermd. Hierdoor
kan de sensor niet op de juiste manier de
hoeveelheid omgevingslicht signaleren,
waardoor het automat ische koplampsys-
teem mogelijk onjuist functioneert.
■Automatisch uitschakelsysteem ver-
lichting
Type A
De verlichting wordt automatisch uitge-
schakeld als het contact in stand ACC of
UIT wordt gezet en het bestuurdersportier
wordt geopend.
Zet om de verlichting weer in te schakelen
het contact AAN of zet de lichtschakelaar
een keer in stand en daarna weer in
stand of .
Type B
●Als de lichtschakelaar in de stand
of staat: De koplampen en de mist-
lampen voor worden automatisch uitge-
schakeld als het contact in stand ACC of
UIT wordt gezet.
●Als de lichtschakelaar in de stand
staat: De koplampen en alle overige ver-
Lichtschakelaar
De koplampen kunnen handma-
tig of automatisch worden
bediend.
Inschakelen van de
koplampen
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 300 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 302 of 622
301
4
4-3. Bedienen van verlic
hting en ruitenwissers
Rijden
lichting worden automatisch uitgescha-
keld als het contact in stand ACC of UIT
wordt gezet.
Zet om de verlichting weer in te schakelen
het contact AAN of zet de lichtschakelaar
een keer in stand en daarna weer in
stand of .
■Zoemer verlichting
Er klinkt een zoemer als het contact in
stand ACC of UIT wordt gezet en het
bestuurdersportier wordt geopend terwijl
de verlichting is ingeschakeld.
■Automatische verticale koplampver-
stelling
De koplamphoogte wordt automatisch
geregeld op basis van het aantal passa-
giers in de auto en de mate van belading
om verblinding van andere weggebruikers
door de koplampen te voorkomen.
■Energiebespar ende functieTy p e A
Om te voorkomen dat de 12V-accu van de
auto ontladen raakt wanneer de koplam-
pen en/of de achterlichten aan zijn terwijl
het contact UIT wordt gezet, schakelt de
energiebesparende functie van de accu
alle verlichting na ongeveer 20 minuten
automatisch uit.
Onder de volgende omstandigheden wordt
de energiebesparende functie van de accu
eenmaal uitgeschakeld en vervolgens
weer geactiveerd. Alle verlichting gaat 20
minuten nadat de energiebesparende
functie van de accu weer is geactiveerd
automatisch uit:
●Wanneer de lichtschakelaar wordt
bediend
●Wanneer een portier wordt geopend of
gesloten
Ty p e B
Om te voorkomen dat de 12V-accu van de
auto ontladen raakt wanneer de lichtscha-
kelaar in de stand staat terwijl het
contact UIT wordt gezet, schakelt de ener-
giebesparende functie alle verlichting na
ongeveer 20 minuten automatisch uit.
Onder de volgende omstandigheden wordt
de energiebesparende functie van de accu eenmaal uitgeschakeld en vervolgens
weer geactiveerd. Alle verlichting gaat 20
minuten nadat de energiebesparende
functie van de accu weer is geactiveerd
automatisch uit:
●Wanneer de lichtschakelaar wordt
bediend
●Wanneer een portier wordt geopend of
gesloten
■Als “Headlight System Malfunction
Visit Your Dealer” (Storing in koplam-
psysteem. Ga naar uw dealer) op het
multi-informatiedisplay wordt weer-
gegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem
aanwezig. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijv. gevoeligheid lichtsen-
sor) kunnen worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor per-
soonlijke voorkeursinstellingen:
→ Blz. 595)
1 Druk bij ingeschakelde koplam-
pen de hendel van u af om het
grootlicht in te schakelen.
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de
12V-accu
Laat de verlichting niet langer ingescha-
keld dan noodzakelijk is als het hybride-
systeem niet in werking is.
Inschakelen van het
grootlicht
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 301 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 303 of 622
3024-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Door de hendel weer in de middenstand
te zetten, wordt het grootlicht weer uitge-
schakeld.
2 Trek de hendel naar u toe en laat
deze meteen weer los om één
keer met het grootlicht te knippe-
ren.
U kunt lichtsignalen geven met de kop-
lampen in- of uitgeschakeld.
Dankzij dit systeem kunnen de kop-
lampen gedurende 30 seconden wor-
den ingeschakeld wanneer het
contact UIT wordt gezet.
Trek, nadat u het contact UIT hebt
gezet, de hendel naar u toe en laat
hem los terwijl de lichtschakelaar in
de stand staat.
Trek de hendel naar u toe en laat hem
weer los om de verlichting uit te schake-
len.
*: Indien aanwezig
1Druk de Automatic High Beam-
schakelaar in.
Follow Me Home-systeem
(indien aanwezig)
Automatic High
Beam-systeem*
Het Automatic High Beam-sys-
teem maakt gebruik van een
ingebouwde camerasensor om
de helderheid van bijvoorbeeld
de straatverlichting en de ver-
lichting van tegenliggers en
voorliggers te meten, en scha-
kelt indien nodig automatisch
het grootlicht in of uit.
WAARSCHUWING
■Beperkingen van het Automatic
High Beam-systeem
Vertrouw niet blindelings op het Auto-
matic High Beam-systeem. Rijd altijd
voorzichtig, houd hierbij de omgeving in
de gaten en schakel indien nodig hand-
matig het grootlicht in of uit.
■Voorkomen van onjuiste werking
van het Automatic High Beam-sys-
teem
Voorkom overbelading van uw auto.
Inschakelen van het
Automatic High Beam-
systeem
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 302 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 304 of 622
303
4
4-3. Bedienen van verlic
hting en ruitenwissers
Rijden
2Duw de hendel van u af terwijl de
lichtschakelaar in de stand of
staat.
Het controlelampje van het Automatic
High Beam-systeem gaat branden als het
systeem werkt.
■Voorwaarden voor het automatisch
in- of uitschakelen van het grootlicht
●Als aan alle onderstaande voorwaarden
is voldaan, wordt het grootlicht automa-
tisch ingeschakeld (na ongeveer 1
seconde):
• De rijsnelheid is hoger dan ongeveer 30
- 40 km/h
*-.
• Het gebied voor de auto is niet verlicht.
• Er zijn geen tegenliggers of voorliggers met ingeschakelde koplampen of ach-
terlichten.
• Er bevinden zich weinig straatlantaarns op de weg voor u.
●Als aan een van onderstaande voor-
waarden is voldaan, wordt het grootlicht
automatisch uitgeschakeld:
• De rijsnelheid wordt lager dan ongeveer
25 - 30 km/h
*.
• Het gebied voor de auto is verlicht.
• Tegenliggers of voorliggers hebben de
koplampen of achterlichten ingescha-
keld.
• Er bevinden zich veel straatlantaarns op
de weg voor u.
*: De rijsnelheid waarbij het grootlicht
automatisch ingeschakeld-/uitgescha-
keld wordt, kan variëren, afhankelijk van
het land waarvoor de auto is goedge-
keurd.
■Informatie werking camerasensor●In de volgende situaties wordt het groot-
licht mogelijk niet automatisch uitge-
schakeld:
• Als plotseling een tegenligger uit een bocht opdoemt
• Als plotseling een andere auto voor de
eigen auto invoegt
• Als tegenliggers of voorliggers aan het zicht zijn onttrokken als gevolg van een
reeks bochten, wegafscheidingen of
bomen langs de weg
• Wanneer tegenliggers opdoemen uit de
rechter tegemoetkomende rijstrook op
een brede weg
• Wanneer er tegenliggers of voorliggers
met uitgeschakelde verlichting zijn
●Het grootlicht wordt mogelijk uitgescha-
keld als een tegenligger wordt gesigna-
leerd die zijn mistlampen aan heeft
terwijl zijn koplampen uit zijn.
●Door de aanwezigheid van huisverlich-
ting, straatverlichting, verkeerslichten of
verlichte billboards of verkeersborden
wordt mogelijk geschakeld van grootlicht
naar dimlicht of blijft het dimlicht moge-
lijk ingeschakeld.
●De volgende factoren kunnen van
invloed zijn op de reactietijd voor het in-
of uitschakelen van het grootlicht:
• De helderheid van koplampen, mistlam- pen en achterlichten van tegenliggers
en voorliggers
• De beweging en richting van tegenlig- gers en voorliggers
• Als de verlichting van een tegenligger of
voorligger slechts aan één kant werkt
• Als een tegenligger of voorligger een voertuig op twee wielen betreft
• De toestand van de weg (stijgingsper- centage, bochten, toestand van het
wegdek, enz.)
• Het aantal inzittenden en de hoeveel- heid bagage
●Het grootlicht kan op voor de bestuurder
onverwachte momenten worden in- en
uitgeschakeld.
●Fietsen of vergelijkbare objecten worden
mogelijk niet gesignaleerd.
●In de onderstaande situaties kan het
systeem de helderheid van het omge-
vingslicht mogelijk niet juist signaleren.
Hierdoor blijven de dimlichten mogelijk
branden of zorgt het grootlicht mogelijk
voor problemen bij voetgangers, tegen-
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 303 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 305 of 622
3044-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
liggers of voorliggers of anderen. In der-
gelijke gevallen moet handmatig worden
geschakeld tussen grootlicht en dimlicht.
• Bij slecht weer (regen, sneeuw, mist,
zandstormen, enz.)
• Het zicht door de voorruit wordt belem- merd door mist, wasem, ijs, vuil, enz.
• De voorruit is gebarsten of beschadigd
• De camerasensor is vervormd of vuil
• Als de temperatuur van de camerasen- sor extreem hoog is
• De helderheid van het omgevingslicht komt overeen met die van koplampen,
achterlichten of mistlampen.
• Als de koplampen of achterlichten van tegenliggers of voorliggers zijn uitge-
schakeld, vuil zijn, een andere kleur
hebben of niet correct zijn afgesteld
• Als de auto wordt geraakt door water,
sneeuw, stof, enz. van een voorligger
• In gebieden waar lichte en donkere stuk- ken elkaar afwisselen.
• Als geregeld en herhaaldelijk over stij- gende en dalende wegen wordt gere-
den, of over wegen met een slecht of
oneffen wegdek (zoals klinkerwegen,
grindwegen, enz.)
• Als geregeld en herhaaldelijk over boch-
tige wegen wordt gereden.
• Als er zich een sterk spiegelend voor-
werp, zoals een verkeersbord of spiegel,
voor de auto bevindt
• De achterzijde van een voorligger is
sterk spiegelend, zoals een container op
een truck
• De koplampen van de auto zijn bescha-
digd of vuil of zijn niet correct afgesteld
• De auto helt naar één kant over door bij- voorbeeld een lekke band of ligt aan de
achterzijde wat lager doordat een aan-
hangwagen is aangekoppeld.
• Er wordt herhaaldelijk en op een abnor-
male manier geschakeld tussen dim-
licht en grootlicht
• De bestuurder meent dat andere
bestuurders of voetgangers last hebben
van het grootlicht
• De auto wordt gebruikt in een gebied
waar men aan de andere kant van de
weg rijdt. Bijvoorbeeld, een auto
bestemd voor rechtsrijdend verkeer in
een gebied voor linksrijdend verkeer of
vice versa
• Wanneer men door een lange tunnel
rijdt.
■Als “Headlight System Malfunction
Visit Your Dealer” (Storing in koplam-
psysteem. Ga naar uw dealer) op het
multi-informatiedisplay wordt weer-
gegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem
aanwezig. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
■Dimlicht inschakelen
Trek de hendel naar u toe, zodat
deze in de oorspronkelijke stand
terugkomt.
Het controlelampje van het Automatic
High Beam-systeem dooft.
Duw de hendel van u af om het Automatic
High Beam-systeem weer in te schake-
len.
Handmatig in- en
uitschakelen van het
grootlicht
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 304 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 306 of 622
305
4
4-3. Bedienen van verlic
hting en ruitenwissers
Rijden
■Grootlicht inschakelen
Druk de Automatic High Beam-scha-
kelaar in.
Het controlelampje van het Automatic
High Beam-systeem doo ft en het contro-
lelampje van het grootlicht gaat branden.
Druk de schakelaar in om het Automatic
High Beam-systeem weer in te schake-
len.
Schakelaar mistachterlicht
1 Schakelt het mistachter-
licht uit
2 Schakelt het mistachter-
licht in
Als de schakelaarring wordt losgelaten,
keert de ring terug naar de stand .
Door de schakelaarring nogmaals te
draaien, wordt het mistachterlicht uitge-
schakeld.
Schakelaar mistlampen
De mistlampen zorgen voor
meer zicht bij ongunstige rijom-
standigheden, zoals bij regen en
mist.
Bediening
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 305 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 307 of 622
3064-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Schakelaar mistlampen voor/mist-
achterlicht
1 Schakelt de mistlampen
voor en het mistachterlicht uit
2 Schakelt de mistlampen
voor in
3 Schakelt de mistlampen
voor en het mistachterlicht in
Als de schakelaarring wordt losgelaten,
keert de ring terug naar de stand .
Door de schakelaarring nogmaals te
draaien wordt alleen het mistachterlicht
uitgeschakeld.
■Mistlampen kunnen worden gebruikt
als
Auto's met schakelaar mistachterlicht
De koplampen worden ingeschakeld.
Auto's met schakelaar mistlampen
voor/mistachterlicht
Mistlampen voor: De koplampen of par-
keerlichten voor zijn ingeschakeld.
Mistachterlicht: De mistlampen voor zijn
ingeschakeld.
Door de hendel te bedienen
werken de ruitenwissers en -sproei-
ers als volgt:
Ruitenwissers met intervalstand
1 Uit
2 Intervalwerking
3 Lage snelheid
Ruitenwissers en
-sproeiers
Door de hendel te bedienen kan
worden geschakeld tussen auto-
matische werking en handbedie-
ning, of kan de sproeier worden
gebruikt.
OPMERKING
■Als de voorruit droog is
Gebruik de ruitenwissers niet als de
voorruit droog is omdat hierdoor de
voorruit beschadigd kan worden.
Bedienen van de
ruitenwisserhendel
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 306 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 308 of 622
307
4
4-3. Bedienen van verlic
hting en ruitenwissers
Rijden
4 Hoge snelheid
5 Enkele slag
Het wisinterval kan worden gewijzigd
als de intervalstand wordt geselec-
teerd.
6 Verkort het interval van de wisser-
werking
7 Verlengt het interval van de wis-
serwerking
8 Gelijktijdig inschakelen rui-
tensproeiers en ruitenwissers
Door aan de hendel te trekken treden de
ruitenwissers en -sproeiers in werking.
De ruitenwissers zullen automatisch een
aantal slagen maken als de ruitensproei-
ers worden ingeschakeld. Auto's met kop-
lampsproeiers: Als het contact AAN staat,
de koplampen zijn ingeschakeld en u de
hendel naar u toe trekt, werken de kop-
lampsproeiers één keer. Daarna werken
de koplampsproeiers elke vijfde keer dat
u de hendel naar u toe trekt.
Ruitenwissers met regensensor
1 Uit
2 Stand AUTO
3 Lage snelheid
4 Hoge snelheid
5 Enkele slag
In de stand AUTO werken de ruitenwis-
sers automatisch wanneer de sensor sig-
naleert dat het regent. De wissnelheid
wordt automatisch afgestemd op de hoe-
veelheid neerslag en de rijsnelheid.
In de stand AUTO kan de sensorge-
voeligheid worden ingesteld.
6Verhoogt de gevoeligheid
7 Verlaagt de gevoeligheid
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 307 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 309 of 622
3084-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
8 Gelijktijdig inschakelen rui-
tensproeiers en ruitenwissers
Door aan de hendel te trekken treden de
ruitenwissers en -sproeiers in werking.
De ruitenwissers zullen automatisch een
aantal slagen maken als de ruitensproei-
ers worden ingeschakeld. Auto's met kop-
lampsproeiers: Als het contact AAN staat,
de koplampen zijn ingeschakeld en u de
hendel naar u toe trekt, werken de kop-
lampsproeiers één keer. Daarna werken
de koplampsproeiers elke vijfde keer dat
u de hendel naar u toe trekt.
■De ruitenwissers en ruitensproeiers
kunnen worden bediend als
Het contact AAN staat.
■Regensensor (auto's met ruitenwis-
sers met regensensor)
●De regensensor registreert de hoeveel-
heid neerslag.*
●Als de ruitenwisserschakelaar in de
stand AUTO wordt gezet terwijl het con-
tact AAN is, maken de ruitenwissers één
wisbeweging om aan te geven dat de
stand AUTO is ingeschakeld.
●Als de ruitenwisser gevoeliger wordt
afgesteld, kan de wisser één keer wer-
ken om aan te geven dat de gevoelig-
heid is gewijzigd.
●Als de temperatuur van de regensensor
85°C of hoger, of -15°C of lager is, werkt
de automatische functie mogelijk niet.
Zet de ruitenwisserschakelaar in dat
geval in een andere stand dan AUTO.
*: Deze zijn mogelijk aan de andere kant geplaatst, afhankelijk van de regio.
■Als er geen vloeistof uit de ruiten-
sproeiers komt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in
het reservoir aanwezig is en controleer als
dat het geval is of de sproeierkoppen niet
verstopt zijn.
■Sproeierkopverwarming (indien aan-
wezig)
De sproeierkopverwarming treedt in wer-
king om te voorkomen dat de sproeierkop-
pen bevriezen wanneer de
buitentemperatuur 5°C of lager is en het
contact AAN staat.
WAARSCHUWING
■Waarschuwing met betrekking tot
het gebruik van de ruitenwissers in
de stand AUTO (auto's met ruiten-
wissers met regensensor)
De ruitenwissers voor kunnen onver-
wacht in werking treden als de sensor
wordt aangeraakt of als de voorruit aan
trillingen wordt blootgesteld terwijl de
ruitenwissers in de stand AUTO staan.
Let erop dat er niets bekneld raakt als
de ruitenwissers in werking treden.
■Waarschuwing met betrekking tot
het gebruik van ruitensproeier-
vloeistof
Gebruik bij koud weer de ruitensproeier-
vloeistof pas wanneer de voorruit warm
is. De vloeistof kan anders op de voor-
ruit bevriezen en zo het zicht belemme-
ren. Dit kan leiden tot een ongeval
waarbij ernstig letsel kan ontstaan.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 308 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 310 of 622
309
4
4-3. Bedienen van verlic
hting en ruitenwissers
Rijden
Door de schakelaar te bedie-
nen werkt de achterruitenwisser als
volgt:
1 Uit
2 Intervalwerking
3 Normale werking
WAARSCHUWING
■Wanneer de sproeierkopverwar-
ming in werking is (indien aanwe-
zig)
Raak het oppervlak rond de sproeierkop
niet aan, omdat dit heet kan worden en
brandwonden kan veroorzaken.
OPMERKING
■Als het sproeierreservoir leeg is
Druk niet constant op de schakelaar,
aangezien de sproeierpomp oververhit
kan raken.
■Wanneer een sproeier verstopt
raakt
Neem in dit geval contact op met een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Probeer als een sproeierkop verstopt is
geraakt deze niet schoon te maken met
een naald of iets dergelijks. Hierdoor
kan de sproeierkop beschadigd raken.
■Voorkomen van ontlading van de
12V-accu
Laat de ruitenwissers niet langer inge-
schakeld dan noodzakelijk is als het
hybridesysteem niet ingeschakeld is.
Achterruitenwisser
en -sproeier
Door de hendel te bedienen kan
worden geschakeld tussen auto-
matische werking en handbedie-
ning, of kan de sproeier worden
gebruikt.
OPMERKING
■Als de achterruit droog is
Gebruik de ruitenwisser niet als de ach-
terruit droog is omdat de achterruit hier-
door beschadigd kan raken.
Bedienen van de
ruitenwisserhendel
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 309 Friday, March 22, 2019 11:40 AM