TOYOTA RAV4 HYBRID 2019 Instructieboekje (in Dutch)
Page 381 of 622
3804-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■Het systeem kan worden geactiveerd
wanneer
●Het contact AAN staat.
●De Toyota Parking Assist-sensor is
ingeschakeld.
●De rijsnelheid lager is dan ongeveer 10
km/h.
●De selectiehendel in een andere stand
dan P staat.
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen Toyota Par-
king Assist-sensor
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht. Anders kan een ongeval het
gevolg zijn.
●Rijd als het systeem is ingeschakeld
niet harder dan 10 km/h.
●Het detectiegebied van de sensoren en
de reactietijden zijn beperkt. Controleer
tijdens het voor- of achteruitrijden of de
omgeving (vooral naast de auto) veilig
is en rijd langzaam. Regel de snelheid
met het rempedaal.
●Monteer geen accessoires in de buurt
van de bumpers omdat deze gebieden
binnen de detectiegebieden van de
sensoren vallen.
●Objecten direct onder de bumper wor-
den niet waargenomen. Smalle paaltjes
of objecten die lager zijn dan de sensor
worden mogelijk niet gesignaleerd wan-
neer u ze nadert, zelfs als ze eenmaal
zijn gesignaleerd.
■Wanneer moet de functie uitgescha-
keld worden
Schakel in de volgende situaties de func-
tie uit, omdat deze anders mogelijk zelfs
werkt als er geen kans op een aanrijding
is.
●De auto is uitgerust met een universele
staafantenne, een draadloze antenne of
mistlampen.
●De voor- of achterbumper of een sensor
ondergaat een sterke schok.
●Als een niet-originele Toyota-wielop-
hanging (bijvoorbeeld verlaagde wiel-
ophanging) is gemonteerd.
●Er zijn sleepogen geplaatst.
●Er is een kentekenplaat met achter-
grondverlichting gemonteerd.
■Bij gebruik van de Toyota Parking
Assist-sensor
In de volgende gevallen werkt het sys-
teem mogelijk niet go ed als gevolg van
een storing in een sensor, enz. Laat de
auto nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
●Het display van de Toyota Parking
Assist-sensor knippert of wordt continu
weergegeven en er klinkt een piepsig-
naal terwijl er geen objecten worden
gesignaleerd.
●Als het gedeelte rond de sensor in aan-
raking komt met iets of wordt blootge-
steld aan een krachtige schok.
●Als de bumper of grille ergens tegenaan
komt.
●Als het display knippert of continu wordt
weergegeven en er geen zoemer klinkt,
behalve wanneer het geluid is gedempt.
■Opmerkingen bij het wassen van de
auto
Stel de omgeving van de sensoren niet
bloot aan sterke waterstralen of stoom.
Anders kan de sensor defect raken.
●Spuit bij het wassen van de auto met
een hogedrukreiniger niet rechtstreeks
op de sensoren, omdat dit er toe kan
leiden dat een sensor niet meer goed
werkt.
●Richt bij het wassen van de auto met
stoom de stoom niet rechtstreeks op de
sensoren, omdat dit er toe kan leiden
dat een sensor niet meer goed werkt.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 380 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 382 of 622
381
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Als “Parking Assist Unavailable
Clean Parking Assist Sensor” (Par-
king Assist niet beschikbaar, reinig
Parking Assist-sen
sor) wordt weer-
gegeven op het multi-informatiedis-
play
Mogelijk is een van de sensoren bedekt
met bijvoorbeeld ijs, sneeuw of vuil. Ver-
wijder dit van de sensor om te zorgen dat
het systeem weer normaal werkt.
Ook wordt er bij lage temperaturen moge-
lijk een waarschuwingsmelding weergege-
ven doordat zich ijs vormt op een sensor
en een sensor daardoor mogelijk geen
obstakels signaleert. Zodra het ijs smelt,
zal het systeem weer normaal werken.
Als er een waarschuwingsmelding wordt
weergegeven terwijl de sensor schoon is,
is er mogelijk een storing aanwezig in de
sensor. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
■Detectie-informatie sensoren●Het detectiegebied van de sensoren is
beperkt tot het gebied rond de voor- en
achterbumper van de auto.
●Tijdens het gebruik kunnen zich de vol-
gende situaties voordoen:
• Afhankelijk van de vorm van het object
en andere factoren kan de detectieaf-
stand korter worden of kan detectie niet
mogelijk zijn.
• Als het stilstaande object zich te dicht bij de sensor bevindt, is detectie wellicht
niet mogelijk.
• Tussen het signaleren van een statisch object en de weergave zit een kleine
vertraging (geluid waarschuwingszoe-
mer). Ook als er met lage snelheid wordt
gereden, bestaat de mogelijkheid dat
het object binnen 30 cm van de senso-
ren komt voordat het display wordt
weergegeven en de waarschuwingszoe-
mer hoorbaar is.
• Het kan moeilijk zijn om de zoemer te horen als het audiosysteem hard staat
of als de luchtcirculatie van de airconditi-
oning veel geluid produceert.
• Het kan moeilijk zijn om de geluidssig- nalen te horen ten gevolge van geluiden
van andere systemen.
■Omstandigheden waaronder de functie
mogelijk niet goed werkt
De staat van de auto en de omgeving kun-
nen van invloed zijn op de capaciteit van de
sensor om objecten correct te signaleren.
Specifieke situaties waarin dit voor kan
komen ziet u hieronder.
●De sensor is bedekt met vuil, sneeuw of
ijs. (Het reinigen van de sensoren zal het
probleem oplossen.)
●De sensor is bevroren. (Het ontdooien van
de sensor zal het probleem oplossen.)
Vooral bij lage buitentemperaturen kan het
gebeuren dat er ten gevolge van een
bevroren sensor een abnormaal beeld te
zien is op het display of dat objecten, zoals
een muur, niet worden gesignaleerd.
●Een sensor wordt ergens door afgedekt.
●Wanneer een sensor of de omgeving van
een sensor zeer heet of koud is.
●De auto rijdt op een bijzonder hobbelige
weg, op een helling, op grind of op gras.
●Er is veel omgevingslawaai rond de auto
van claxons, motorfietsmotoren, luchtrem-
men van vrachtwagens of andere geluids-
bronnen die ultrasone geluidsgolven
produceren.
●Er is een andere auto uitgerust met Par-
king Assist-sensoren in de nabije omge-
ving.
●Een sensor is bedekt met een waterfilm of
er is sprake van zware regenval.
●Als een sensor wordt geraakt door een
grote hoeveelheid water, zoals bij het rij-
den op een overstroomde weg.
●Als de auto sterk naar één kant helt.
●De auto nadert een hoge of gebogen
stoeprand.
●Als het object zich te dicht bij de sensor
bevindt.
■Objecten die mogelijk niet goed worden
gesignaleerd
Door de vorm van het object kan de sensor
het mogelijk niet signaleren. Let goed op bij
de volgende objecten:
●Kabels, hekken, touwen, enz.
●Katoen, sneeuw en andere materialen die
geluidsgolven absorberen
●Zeer hoekige objecten●Lage objecten
●Hoge obstakels waarbij het bovenste deel
uitsteekt in de richting van uw auto
Mogelijk worden mensen die bepaalde soor-
ten kleding dragen niet gesignaleerd.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 381 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 383 of 622
3824-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■Detectiebereik van de sensoren
Auto's zonder PKSB
Ongeveer 100 cm
*
Ongeveer 150 cm*
Ongeveer 65 cm
Ongeveer 60 cm
Auto's met PKSBOngeveer 100 cm
Ongeveer 150 cm
Ongeveer 63 cm
Ongeveer 63 cm
Het schema toont het detectiebereik
van de sensoren. Houd er rekening
mee dat de sensoren geen objecten
kunnen signaleren die zich extreem
dicht bij de auto bevinden.
Het bereik van de sensoren kan ver-
schillend zijn, afhankelijk van bijvoor-
beeld de vorm van het object.
*: Indien aanwezig
■Weergave afstand
Wanneer er een object wordt gesignaleerd door een sensor, wordt de globale
afstand tot het object weergegeven op het scherm van het multi-informatiedis-
play, het navigatiesysteem of het multimediasysteem (indien aanwezig). (Als de
afstand tot het object klein wordt, gaan de afstandssegmenten m ogelijk knippe-
ren.)
De afbeeldingen wijken mogelijk af van de getoonde afbeeldingen .
Auto's zonder PKSB
Globale afstand tot object
• Binnenste sensor voor: 100 cm - 60 cm
• Binnenste sensor achter: 150 cm - 65 cm
Weergave
sensorsignalering, afstand
tot object
A
B
C
D
A
B
C
D
Multi-informatiedisplayScherm navigatie- of multimediasysteem
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 382 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 384 of 622
383
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Globale afstand tot object
• Binnenste sensor voor: 60 cm - 47,5 cm
• Binnenste sensor achter: 65 cm - 50 cm
Globale afstand tot object
• Binnenste sensor voor: 47,5 cm - 35 cm
• Binnenste sensor achter: 50 cm - 35 cm
Globale afstand tot object: 35 cm - 28 cm
*: De afstandssegmenten zullen langzaam knipperen.
Globale afstand tot object: minder dan 28 cm
*: De afstandssegmenten zullen snel knipperen.
Auto's met PKSB
Globale afstand tot object
• Binnenste sensor voor: 100 cm - 63 cm
• Binnenste sensor achter: 150 cm - 63 cm
Multi-informatiedisplayScherm navigatie- of multimediasysteem
Multi-informatiedisplayScherm navigatie- of multimediasysteem
Multi-informatiedisplay*Scherm navigatie- of multimediasysteem
Multi-informatiedisplay*Scherm navigatie- of multimediasysteem
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 383 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 385 of 622
3844-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Globale afstand tot object: 63 cm - 48 cm
Globale afstand tot object: 48 cm - 34 cm
Globale afstand tot object: 34 cm - 15 cm
*: De afstandssegmenten zullen langzaam knipperen.
Globale afstand tot object: minder dan 15 cm
*: De afstandssegmenten zullen snel knipperen.
Multi-informatiedisplayScherm navigatie- of multimediasysteem
Multi-informatiedisplayScherm navigatie- of multimediasysteem
Multi-informatiedisplayScherm navigatie- of multimediasysteem
Multi-informatiedisplay*Scherm navigatie- of multimediasysteem
Multi-informatiedisplay*Scherm navigatie- of multimediasysteem
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 384 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 386 of 622
385
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Werking zoemer en afstand tot
een object
Een zoemer klinkt als de sensoren in
werking zijn.
De geluidssignalen volgen elkaar
sneller op naarmate de auto dich-
ter bij het object komt.
Als de auto het object genaderd is
tot onderstaande afstand, klinkt de
zoemer continu.
• Auto's zonder PKSB: Ongeveer 35 cm
• Auto's met PKSB: Ongeveer 34 cm
Als 2 of meer sensoren gelijktijdig
een statisch object signaleren,
klinkt de zoemer voor het dichtst-
bijzijnde object.
Zelfs als de sensoren in werking
zijn, kan het geluid van de zoemer
in sommige gevallen worden
gedempt. (functie automatisch
dempen zoemer)
■Dempen van geluid zoemer (auto's
met PKSB)
●Functie automatisch dempen zoemer
Zelfs als de sensoren in werking zijn, zal
het geluid van de zoemer in de volgende
gevallen worden gedempt:
• De afstand tussen de auto en het gede- tecteerde object wordt niet kleiner
(behalve als de afstand tussen de auto
en het object 34 cm of kleiner is).
• Uw auto beweegt zich van het object af.
• Er zijn geen signaleerbare objecten in de rijrichting van uw auto.
Als echter een ander object gesignaleerd
wordt of de situatie verandert terwijl de
zoemer gedempt is, begint de zoemer
weer geluid te maken.
●Dempen van het geluid van de zoemer
De zoemer kan tijdelijk worden gedempt
door op van de bedieningstoetsen van
het instrumentenpaneel te drukken terwijl
op het multi-informatiedisplay de suggestie
wordt weergegeven dat dempen mogelijk
is.
●Wanneer wordt het dempen geannu-
leerd
Het geluid wordt in de volgende situaties
automatisch weer ingeschakeld:
• Als de selectiehendel in een andere stand wordt gezet
• Als de rijsnelheid een bepaalde snelheid bereikt of overschrijdt
• Als de Toyota Parking Assist eenmaal
wordt uitgeschakeld en weer wordt inge-
schakeld
• Als het contact eenmaal UIT en weer
AAN wordt gezet
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Het zoemervolume kan worden aangepast
op het multi-informatiedisplay. (behalve
auto's zonder sensoren voor) ( →Blz. 149)
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 385 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 387 of 622
3864-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
*: Indien aanwezig
■Parking Support Brake-functie
(voor stilstaande objecten)
→ Blz. 391
■Parking Support Brake-functie
(voor voertuigen die achter-
langs rijden) (indien aanwezig)
→ Blz. 397
PKSB (Parking Support
Brake)*
Het Parking Su pport Brake-sys-
teem bestaat uit de volgende
functies die werken bij rijden
met een lage snelheid of achter-
uitrijden, bijvoorbeeld bij het
parkeren. Wanneer het systeem
oordeelt dat de kans op een aan-
rijding met een object groot is,
wordt een waarschuwing geacti-
veerd om de bestuurder aan te
sporen om uit te wijken. Wan-
neer het systeem oordeelt dat de
kans op een aanrijding met een
gesignaleerd object zeer groot
is, worden de remmen automa-
tisch bekrachtigd om te helpen
een aanrijding te voorkomen of
om de impact van een aanrijding
te helpen verminderen.
PKSB-systeem (Parking
Support Brake)
WAARSCHUWING
■Beperkingen van h et Parking Sup-
port Brake-systeem
Vertrouw niet bli ndelings op het sys-
teem, omdat dit kan leiden tot een
ongeval.
Controleer altijd de omgeving van uw
auto tijdens het rijden.
Afhankelijk van de auto en de conditie
van de weg, de weersomstandigheden,
enz. werkt het systeem mogelijk niet.
De signaleringsmogelijkheden van sen-
soren en radars zijn beperkt. Controleer
altijd de omgeving van uw auto tijdens
het rijden.
●De bestuurder is zelf verantwoordelijk
voor een veilig rijgedrag. Rijd altijd
voorzichtig en houd rekening met de
omgeving. Het Parking Support
Brake-systeem is on tworpen om te
helpen de ernst van een aanrijding te
verminderen. Onder sommige
omstandigheden is het echter moge-
lijk dat het systeem niet werkt.
●Het Parking Support Brake-systeem
is niet ontworpen om de auto volledig
tot stilstand te brengen. Bovendien is
het, zelfs wannee r het systeem de
auto tot stilstand heeft gebracht,
noodzakelijk om onmiddellijk het rem-
pedaal in te trappen, omdat de remre-
geling na ongeveer 2 seconden wordt
uitgeschakeld.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 386 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 388 of 622
387
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
De Parking Support Brake kan wor-
den ingeschakeld/uitgeschakeld via
het scherm van het multi-informa-
tiedisplay. Alle functies van de Par-
king Support Brake (voor stilstaande
objecten en voor voertuigen die ach-
terlangs rijden) worden gelijktijdig
ingeschakeld/uitgeschakeld.
(
→Blz. 149)
Wanneer de Parking Support Brake wordt
uitgeschakeld, gaat het controlelampje
PKSB OFF ( →Blz. 129) op het multi-infor-
matiedisplay branden.
Als u het systeem weer wilt inschakelen,
selecteer dan op het multi-informatie-
display, selecteer en zet het vervol-
gens aan.
Wanneer het systeem is uitgeschakeld,
blijft het uitgeschakeld, zelfs als het con-
tact AAN wordt gezet nadat dit UIT was
gezet.
Als de begrenzingsregeling van het
hybridesysteem of de remregeling in
werking is, klinkt een zoemer en
wordt een melding weergegeven op
het multi-informatiedisplay, het
scherm van het navigatiesysteem
(indien aanwezig) of het scherm van
het multimediasysteem, om de
bestuurder te waarschuwen.
Afhankelijk van de situatie werkt de
begrenzingsregeling van het hybridesys-
teem om hetzij de acceleratie te begren-
zen hetzij het vermogen zo veel mogelijk
te beperken.
De begrenzingsregeling van het
hybridesysteem is in werking
(begrenzing acceleratie)
Het systeem begrenst sneller accelereren
dan een bepaalde waarde.
Scherm navigatiesysteem (indien aanwe-
zig) of multimediasysteem (indien aanwe-
zig): Geen waarschuwing weergegeven
Multi-informatiedisplay: “Object Detected
Acceleration Reduced” (Object gesigna-
leerd, acceleratie begrensd)
Controlelampje PKSB OFF: Brandt niet
Zoemer: Klinkt niet
De begrenzingsregeling van het
hybridesysteem is in werking (ver-
mogen zo veel mogelijk beperkt)
Het systeem heeft bepaald dat er harder
moet worden geremd dan normaal.
Scherm navigatiesysteem (indien aanwe-
zig) of multimediasysteem (indien aanwe-
zig): “BRAKE!” (Remmen!)
OPMERKING
■Wanneer “PKSB Unavailable”
(PKSB niet beschik baar) op het
multi-informatiedisplay wordt
weergegeven en het controle-
lampje PKSB OFF knippert
Als deze melding direct nadat het con-
tact AAN is gezet wordt weergegeven,
bedien de auto dan voorzichtig en let
daarbij goed op de omgeving. Het is
wellicht nodig om een bepaalde tijd met
de auto te rijden voordat het systeem
weer normaal werkt. (Als het systeem
nog niet normaal werkt nadat een
poosje met de auto gereden is, reinig
dan de sensoren en hun omgeving op
de bumpers.)
Inschakelen/uitschakelen
van de Parking Support
Brake
Weergave en zoemer voor
begrenzingsregeling
hybridesysteem en
remregeling
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 387 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 389 of 622
3884-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Multi-informatiedisplay: “BRAKE!” (Rem-
men!)
Controlelampje PKSB OFF: Brandt niet
Zoemer: Kort piepsignaal
De remregeling is in werking
Het systeem heeft bepa ald dat een nood-
stop noodzakelijk is
Scherm navigatiesysteem (indien aanwe-
zig) of multimediasysteem (indien aanwe-
zig): “BRAKE!” (Remmen!)
Multi-informatiedisplay: “BRAKE!” (Rem-
men!)
Controlelampje PKSB OFF: Brandt niet
Zoemer: Kort piepsignaal
Auto tot stilstand gebracht door de
werking van het systeem
De auto is tot stilstand gebracht door de
remregeling.
Scherm navigatiesysteem (indien aanwe-
zig) of multimediasysteem (indien aanwe-
zig): “Press Brake Pedal” (Trap
rempedaal in)
Multi-informatiedisplay: “Switch to Brake”
(Verplaats voet naar rempedaal) (Als het
gaspedaal niet is ingetrapt, wordt “Brake”
(remmen) weergegeven.)
Controlelampje PKSB OFF: Brandt
Zoemer: Kort piepsignaal
Als de Parking Support Brake bepaalt
dat er een risico op een aanrijding
met een gesignaleerd object bestaat,
wordt het vermogen van het hybride-
systeem verminderd om een toe-
name van de rijsnelheid te beperken.
(Begrenzingsregeling hybridesys-
teem: zie afbeelding 2 hieronder.)
Bovendien treedt wanneer u het gas-
pedaal ingetrapt blijft houden auto-
matisch het remsysteem in werking
om de rijsnelheid te verlagen. (Rem-
regeling: zie afbeelding 3)
Afbeelding 1: Wanneer de PKSB
(Parking Support Brake) niet in
werking is
Vermogen hybridesysteem
Remkracht
Tijd
Afbeelding 2: Wanneer de begren-
zingsregeling voor het hybridesys-
teem in werking is
Overzicht systeem
A
B
C
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 388 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 390 of 622
389
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Vermogen hybridesysteem
Remkracht
Tijd
Begrenzingsregeling hybridesys-
teem wordt geactiveerd (het sys-
teem bepaalt dat de kans op een
aanrijding met een gesignaleerd
object groot is)
Afbeelding 3: Wanneer de begren-
zingsregeling voor het hybridesys-
teem en de remregeling in werking
zijn
Vermogen hybridesysteem
Remkracht
Tijd
Begrenzingsregeling hybridesys-
teem wordt geactiveerd (het sys-
teem bepaalt dat de kans op een
aanrijding met een gesignaleerd
object groot is) Remregeling wordt geactiveerd
(het systeem bepaalt dat de kans
op een aanrijding met een gesig-
naleerd object zeer groot is)
■Als de Parking Support Brake in wer-
king is getreden
Als de auto is stilgezet door de werking
van de Parking Support Brake, wordt de
Parking Support Brake uitgeschakeld en
gaat het controlelampje PKSB OFF bran-
den. Als de Parking Support Brake onno-
dig in werking treedt, kan de remregeling
worden geannuleerd door het rempedaal
in te trappen of door ongeveer 2 seconden
te wachten totdat deze automatisch wordt
geannuleerd. Vervolgens kunt u verder rij-
den door het gaspedaal in te trappen.
■Opnieuw inschakelen van de Parking
Support Brake
Wanneer de Parking Support Brake is uit-
geschakeld door de werking ervan, kunt u
zelf het systeem weer inschakelen
(→ Blz. 387) of het contact UIT en vervol-
gens weer AAN zetten. Het systeem wordt
automatisch weer ingeschakeld als het
obstakel zich niet langer in de rijrichting
van de auto bevindt of als de auto van rij-
richting verandert (bijvoorbeeld achteruit in
plaats van vooruit of andersom).
■Wanneer “PKSB Unavailable” (PKSB
niet beschikbaar) op het multi-infor-
matiedisplay wordt weergegeven en
het controlelampje PKSB OFF knip-
pert
Als de auto is stilgezet door de werking
van de Parking Support Brake, wordt de
Parking Support Brake uitgeschakeld en
gaat het controlelampje PKSB OFF bran-
den.
●Als gelijktijdig “Parking Assist Unavaila-
ble Clean Parking Assist Sensor” (Par-
king Assist niet beschikbaar, reinig
Parking Assist-sensor) wordt weergege-
ven, is een van de sensoren mogelijk
bedekt met bijvoorbeeld ijs, sneeuw of
vuil. Verwijder dit in dat geval van de
sensor om te zorgen dat het systeem
weer normaal werkt. Laat de auto nakij-
ken door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
A
B
C
D
A
B
C
D
E
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 389 Friday, March 22, 2019 11:40 AM