ESP TOYOTA RAV4 PLUG-IN HYBRID 2021 Instructieboekje (in Dutch)

Page 9 of 666

7
De hoogspanningsonderdelen en
kabels van hybrideauto's stralen onge-
veer net zo veel elektromagnetische
golven uit als conventionele auto's met
een benzinemotor of huishoudelijke
elektronische apparatuur, ook al zijn ze
elektromagnetisch afgeschermd.
De ontvangst via een zend-/ontvangin-
stallatie kan in sommige gevallen
gestoord worden.
De auto is uitgerust met geavanceerde
computers die bepaalde informatie
opslaan, zoals:
• Motortoerental/toerental elektromo- tor (toerental tractiemotor)
• Status gaspedaal
• Status rempedaal
• Rijsnelheid
• Bedrijfsstatus van de ondersteu- nende systemen
• Status batterijpakke t (tractiebatterij)
De opgeslagen informatie is afhankelijk
van de uitvoering en de aanwezige
opties van de auto, en van de bestem-
ming.
Deze computers slaan geen gesprek-
ken of geluiden op en ze slaan alleen in
bepaalde situaties beelden van buiten
de auto op.
 Gebruik van gegevens
Toyota kan de gegevens die door deze com-
puter worden opgeslagen, gebruiken om
storingen vast te stellen, onderzoek te doen
en de kwaliteit van haar producten te verbe-
teren. Toyota stelt de gegevens die zijn opgesla-
gen niet beschikbaar aan derden, behalve:
• Met toestemming van de eigenaar van de
auto of, wanneer het een leaseauto
betreft, van de leaserijder van de auto
• Op officieel verzoek van de politie, de rechtbank of een ander overheidsorgaan
• Voor gebruik door Toyota in een rechts- zaak
• Voor onderzoek waarbij de gegevens niet worden gekoppeld aan een bepaalde auto
of eigenaar
De airbags en de gordelspanners in uw
Toyota bevatten explosieve chemica-
liën. Wanneer uw auto wordt vernietigd
terwijl de airbags en/of de gordelspan-
ners nog intact zijn, kan tijdens de ver-
nietiging een ontploffing plaatsvinden
en brand ontstaan. Laat daarom het air-
bagsysteem en de gordelspanners
eerst verwijderen en afvoeren door een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Opslaan voertuiginformatieVernietigen van uw Toyota
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 7 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM

Page 37 of 666

35
1
1-1. Voor een veilig gebruik
Veiligheid en beveiliging
Veiligheidsgordels
Controleer voordat u wegrijdt
eerst of alle inzittenden de veilig-
heidsgordel dragen.
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht om de kans op letsel bij plotseling
remmen, plotseling uitwijken of een onge-
val te beperken.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ernstig letsel tot gevolg
hebben.
■Dragen van een veiligheidsgordel
●Zorg ervoor dat alle inzittenden de vei-
ligheidsgordel dragen.
●Draag de veiligheidsgordel altijd op de
juiste manier.
●Elke veiligheidsgordel mag maar door
één persoon worden gebruikt. Gebruik
een veiligheidsgordel niet voor twee
personen tegelijk, ook niet als de
tweede persoon een kind is.
●Toyota beveelt aan dat kinderen op de
achterstoel plaatsnemen en altijd op de
juiste manier gebruikmaken van de vei-
ligheidsgordels en/of het baby- of kin-
derzitje.
●Laat om de juiste zitpositie in te stellen
de rugleuning niet verder achterover
hellen dan nodig is. De veiligheidsgor-
dels werken het best wanneer de inzit-
tenden geheel rechtop en goed tegen
de rugleuning zitten.
●Draag het schouderdeel van uw gordel
nooit onder uw arm.
●Draag de veiligheidsgordel altijd laag en
goed aansluitend over uw heupen.
■Zwangere vrouwen
Win medisch advies in en draag de veilig-
heidsgordel op de juiste manier.
(  Blz. 36)
Zwangere vrouwen moeten het heupge-
deelte van de veiligheidsgordel op
dezelfde manier dragen als de andere
inzittenden, zo laag mogelijk over het bek-
ken, de schoudergordel helemaal uittrek-
ken over de schouder en ervoor zorgen
dat de gordel niet over de buik loopt.
Als de veiligheidsgordel niet op de juiste
wijze gedragen wordt, kan niet alleen de
zwangere vrouw zelf, maar ook het onge-
boren kind ernstig lets el oplopen bij plotse-
ling remmen of een aanrijding.
■Mensen met fysieke beperkingen
Win medisch advies in en draag de veilig-
heidsgordel op de juiste manier.
(  Blz. 36)
■Als er kinderen in de auto aanwezig
zijn
 Blz. 62
■Beschadiging en slijtage van veilig-
heidsgordels
●Zorg ervoor dat de veiligheidsgordels
niet beschadigd raken doordat de riem,
de gesp of de gordelsluiting bekneld
raakt tussen het portier en de carrosse-
rie.
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 35 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM

Page 38 of 666

361-1. Voor een veilig gebruik
Trek de schoudergordel zo ver naar
buiten dat de gordel goed tegen de
schouder aan ligt en niet van de
schouder af glijdt of tegen de nek
aan ligt.
 Plaats het heupgedeelte van de gor-
del zo laag mogelijk over de heupen.
 Stel de rugleuning af.
Ga zo rechtop mogelijk in de stoel
zitten met uw rug stevig tegen de
leuning.
 Zorg ervoor dat de veiligheidsgordel
niet gedraaid zit.
■Gebruik van veiligheidsgordels door
kinderen
De veiligheidsgordels van uw auto zijn in
principe ontworpen voor gebruik door vol-
wassenen.
●Gebruik een passend baby- of kinderzitje
tot het kind groot genoeg is om de veilig-
heidsgordel van de auto op de juiste wijze
te dragen. ( Blz. 50)
●Als het kind groot genoeg is om de veilig-
heidsgordel op de juiste wijze te dragen,
volg dan de instructies met betrekking tot
het gebruik van de veiligheidsgordel op.
( Blz. 35)
WAARSCHUWING
●Controleer het veiligheidsgordelsysteem
regelmatig. Let op beschadigingen,
zoals scheuren en rafels, en op losse
onderdelen. Gebruik een beschadigde
veiligheidsgordel niet, maar laat hem zo
snel mogelijk vervangen. Een bescha-
digde veiligheidsgordel kan de veilig-
heid van de desbetreffende inzittende
niet waarborgen.
●Controleer of de gordel en de gesp ver-
grendeld zijn en of de gordel niet
gedraaid is.
Neem direct contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige als de veiligheidsgordel niet goed
werkt.
●Laat de stoelen, inclusief de veiligheids-
gordels, vervangen als de auto betrok-
ken is geweest bij een ernstig ongeval,
ook al is er geen zichtbare schade.
●Probeer de veiligheidsgordels niet zelf
te plaatsen, verwijderen, wijzigen,
demonteren of af te voeren. Laat even-
tueel noodzakelijke reparaties uitvoe-
ren door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. Als de veiligheidsgordels
niet op de juiste wijze worden gebruikt,
werken ze mogelijk niet meer naar
behoren.
Juist gebruik van de
veiligheidsgordels
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 36 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM

Page 39 of 666

37
1
1-1. Voor een veilig gebruik
Veiligheid en beveiliging
■Wetgeving met betrekking tot veilig-
heidsgordels
Als er in het land waarin u woont regels zijn
voor veiligheidsgordels, neem dan contact op
met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
voor het vervangen of plaatsen van veilig-
heidsgordels.
1 Maak de veiligheidsgordel vast door
de gesp in de gordelsluiting te druk-
ken totdat u een klik hoort.
2 De veiligheidsgordel kan worden
losgemaakt door de ontgrendelknop
in te drukken.
■Blokkeerautomaat (ELR)
De blokkeerautomaat blokkeert de gordel als
u zeer krachtig remt of betrokken raakt bij
een aanrijding. De blokkeerautomaat kan ook
in werking treden als u te snel vooroverbuigt.
Door rustig te bewegen kan de veiligheids-
gordel afrollen, zodat u vrij kunt bewegen.
1 Duw het schouderbevestigingspunt
omlaag terwijl u de ontgrendelknop
indrukt.
2 Duw het schouderbevestigingspunt
omhoog terwijl u de ontgrendelknop
indrukt.
Zet het bovenste bevestigingspunt in de
gewenste positie en laat het los als u een
klik hoort.
Vast- en losmaken van
de veiligheidsgordel
A
Afstellen van de hoogte van
het schouderbevestigingspunt
van de veiligheidsgordel
(voorstoelen)
WAARSCHUWING
■Verstelbaar schouderbevestigings-
punt
Zorg ervoor dat de gordel goed over het
midden van de schouder ligt. De gordel
mag niet tegen de nek aanliggen, maar
ook niet van uw schouder afglijden. Als u
hier niet voor zorgt, wordt de mate van
bescherming bij plotseling remmen, uitwij-
ken of een ongeval minder en de kans op
ernstig letsel groter.
A
A
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 37 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM

Page 63 of 666

61
1
1-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Veiligheid en beveiliging
■Een baby- of kinderzitje plaatsen
met behulp van een veiligheids-
gordel
Plaats het baby- of kinderzitje aan de
hand van de bijgesloten handleiding.
Als het desbetreffende baby- of kinder-
zitje niet binnen de “universele” catego-
rie valt (of de benodigde informatie
staat niet in de tabel), raadpleeg dan de
“voertuiglijst” van de fabrikant van het
baby- of kinderzitje voor de diverse
mogelijke montageposities of doe
navraag naar de compatibiliteit bij de
verkoper van het zitje. ( Blz. 55, 56)
1 Als het plaatsen van een baby- of
kinderzitje op de voorpassagiers-
stoel onvermijdelijk is, raadpleeg
dan Blz. 52 voor het afstellen van
de voorpassagiersstoel.
2 Zet de rugleuning zo veel mogelijk
rechtop. Indien er bij het plaatsen
van een in de rijrichting geplaatst
kinderzitje een opening aanwezig is
tussen het kinderzitje en de rugleu-
ning, stel de rugleuning dan af tot-
dat het zitje en de rugleuning goed
contact maken.
3 Verwijder indien mogelijk de hoofd-
steun indien deze de plaatsing van
het baby- of kinderzitje hindert. Zet
anders de hoofdsteun in de hoogste
stand. ( Blz. 276) 4
Voer de veiligheidsgordel door het
baby- of kinderzitje en steek de
gesp in de gordelsluiting. Controleer
of de gordel niet gedraaid is. Maak
de veiligheidsgordel goed vast aan
het baby- of kinderzitje aan de hand
van de bijgesloten handleiding.
5 Als uw baby- of kinderzitje niet is
voorzien van een vergrendelsys-
teem voor de veiligheidsgordel, zet
het zitje dan vast met een blokkeer-
clip.
6 Beweeg het baby- of kinderzitje na
het plaatsen naar achteren en naar
voren om te controleren of het goed
vastzit. ( Blz. 62)
Baby- of kinderzitje vastgezet
met een veiligheidsgordel
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 61 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM

Page 64 of 666

621-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
■Verwijderen van een baby- of kin-
derzitje dat is vastgezet met een
veiligheidsgordel
Druk de ontgrendelknop op de gordel-
sluiting in en laat de gordel helemaal
oprollen.
Bij het losmaken van de gordelsluiting komt
het baby- of kinderzitje mogelijk een stukje
omhoog als gevolg van de terugwerking van
de zitting. Maak de gor delsluiting los terwijl u
het baby- en kinderzitje tegenhoudt.
De veiligheidsgordel rolt automatisch op.
Houd de gordel vast, zodat het oprollen rus-
tig gebeurt.
■Als er een baby- of kinderzitje wordt
geplaatst
U moet bij het plaatsen van het zitje mogelijk
gebruikmaken van een blokkeerclip. Volg de
aanwijzingen van de fabrikant van het baby-
of kinderzitje. Als uw zitje niet over een blok-
keerclip beschikt, kunt u deze kopen bij een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige:
Blokkeerclip voor baby- of kinderzitje
(onderdeelnr. 73119-22010)
■Onderste ISOfix-bevestigingspun-
ten (ISOfix-baby- of kinderzitje)
Voor de buitenste zitplaatsen achter
zijn onderste bevestigingspunten aan-
wezig. (Labels geven aan waar de
bevestigingspunten zich in de stoelen
bevinden.)
WAARSCHUWING
■Als er een baby- of kinderzitje wordt
geplaatst
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ernstig letsel tot gevolg
hebben.
●Laat kinderen niet met de veiligheids-
gordel spelen. Als de veiligheidsgordel
om de nek van het kind draait, kan het
kind stikken of ernstig letsel oplopen.
Als dit gebeurt en de gordelsluiting niet
kan worden losgemaakt, knip de gordel
dan door met een schaar.
●Controleer of de gesp goed in de gor-
delsluiting is vergrendeld en of de veilig-
heidsgordel niet gedraaid is.
●Beweeg het baby- of kinderzitje naar
links en naar rechts en naar voren en
naar achteren om te controleren of het
goed is geplaatst.
●Verstel de rugleuning niet meer nadat
het baby- of kinderzitje is geplaatst.
●Controleer als er een zitkussen
geplaatst is altijd of de schoudergordel
over het midden van de schouder van
het kind loopt. De gordel mag niet langs
de nek van het kind lopen, maar mag
ook niet van de schouder van het kind
vallen.
●Volg bij het plaatsen van een baby- of
kinderzitje altijd de gebruiksaanwijzing
van de fabrikant.
Baby- of kinderzitje vastgezet
met een onderste ISOfix-
bevestigingspunt
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 62 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM

Page 87 of 666

85
2
2-1. Plug-in hybridesysteem
Plug-in hybridesysteem
Het plug-in hybridesysteem werkt in de
volgende modi.
Het multi-informatiedisplay kan worden
gebruikt om te controleren in welke modus
het plug-in hybridesysteem staat tijdens het
rijden. (
Blz. 168)
■EV-modus
Als er na het laden voldoende elektri-
sche energie aanwezig is
*1, kan er
elektrisch gereden worden door de
elektrische energie te gebruiken die in
het batterijpakket (tractiebatterij) is
opgeslagen.
*2
Als er in de EV-modus gereden wordt,
brandt het controlelampje EV MODE.
*1: De resterende hoeveelheid lading kan worden bekeken op de SOC-meter (State
Of Charge, ladingstoestand). ( Blz. 174)
*2: Afhankelijk van de situatie wordt het elek-
trisch rijden mogelijk uitgeschakeld en
wordt zowel de benzinemotor als de elek-
tromotor gebruikt. ( Blz. 91)
■AUTO EV-/HV-modus
Normaal gesproken wordt de in het bat-
terijpakket (tractiebatterij) opgeslagen
elektrische energie gebruikt voor elek-
trisch rijden. Als er echt meer vermo-
gen nodig is, zoals bij het oprijden van
een helling of bij plotseling accelereren,
wordt de benzinemotor gestart waar-
door krachtige acceleratie mogelijk is
door het gaspedaal st evig in te trappen.
Als de auto zich in een conditie bevindt
waarin elektrisch rijden mogelijk is, kun-
nen de EV-modus en de AUTO EV-/
HV-modus worden ingeschakeld door
de schakelaar te bedienen. ( Blz. 86)
Als er in de AUTO EV-/HV-modus gereden
wordt, brandt het controlelampje AUTO EV/
HV.
■HV-modus
In de HV-modus wordt de auto aange-
dreven door zowel de benzinemotor als
de elektromotor. ( Blz. 89)
Werkingsmodus plug-in
hybridesysteem
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 85 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM

Page 91 of 666

89
2
2-1. Plug-in hybridesysteem
Plug-in hybridesysteem

Vermijd plotseling sterk accelereren
en plotseling sterk decelereren en
rijd rustig.
Als er herhaaldelijk sterk wordt
geaccelereerd, raakt het batterijpak-
ket (tractiebatterij) sneller ontladen.
Ook kan door snel accelereren of rij-
den met hoge snelheid het elektrisch
rijden worden uitgeschakeld.
 Beperk uw snelheid zo veel moge-
lijk. De afstand die gereden kan wor-
den in de EV-modus neemt bij hoge
snelheden aanzienlijk af.
*: De actieradius voor elektrisch rijden kan
worden bekeken op het multi-informatie-
display. ( Blz. 181)
■Tijdens het rijden in de AUTO EV-/
HV-modus
Tijdens normaal rijden wordt alleen de
elektromotor gebruikt voor elektrisch rij-
den
*, maar als het gaspedaal stevig
wordt ingetrapt, wordt de benzinemotor
gestart. ( Blz. 91)
Tevens wordt bij een te lage capaciteit
van het batterijpakket (tractiebatterij)
net als bij de EV-modus automatisch
overgeschakeld naar de HV-modus.
De AUTO EV-/HV-modus is geschikt
voor rijomstandigheden waarbij meer
vermogen nodig is, zoals bij het oprij-
den van een helling of bij plotseling
accelereren. Het wordt echter aanbevo-
len normaal gesproken in de EV-modus
te rijden, omdat de benzinemotor
gemakkelijker zal starten.
*: De actieradius voor elektrisch rijden kan
worden bekeken op het multi-informatie-
display. ( Blz. 181)
■Tijdens het rijden in de HV-modus
De auto kan op dezelfde manier wor-
den gereden als een standaard-hybri-
deauto.
In de HV-modus wordt het hybridesys-
teem in principe als volgt geregeld,
afhankelijk van de rijomstandigheden.
 Wanneer de auto stilstaat, wordt de
benzinemotor uitgeschakeld
*.
 Bij het wegrijden wordt de auto aan-
gedreven door de elektromotor (trac-
tiemotor).
 Als er normaal wordt gereden, wor-
den de benzinemotor en de elektro-
motor (tractiemotor) effectief
geregeld en is het brandstofverbruik
minimaal. Ook fungeert de elektro-
motor (tractiemoto r), indien nodig,
als een elektrische generator om het
batterijpakket (tractiebatterij) op te
laden.
 Als het gaspedaal stevig wordt inge-
trapt, wordt de aandrijfkracht van
zowel de benzinemotor als de elek-
tromotor (tractiemotor) gebruikt om
te accelereren.
*: Wanneer het batterijpakket (tractiebatterij)
moet worden opgeladen of wanneer de
motor aan het opwarmen is, enz., wordt
de benzinemotor niet automatisch uitge-
schakeld. ( Blz. 91)
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 89 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM

Page 95 of 666

93
2
2-1. Plug-in hybridesysteem
Plug-in hybridesysteem
■Als de auto gedurende een langere tijd
niet wordt gebruikt
●Kan de 12V-accu ontladen raken. Laad de
12V-accu in dat geval op. (
Blz. 606)
Om te voorkomen dat het batterijpakket
(tractiebatterij) helemaal ontladen raakt,
moet het batterijpakket (tractiebatterij) wor-
den geladen via een externe voedingsbron
of moet het hybridesysteem ten minste één
keer per 2 - 3 maanden worden gestart, en
moet het contact UIT worden gezet nadat
de benzinemotor automatisch is gestopt.
(Als de benzinemotor niet start binnen 10
seconden nadat het controlelampje
READY is gaan branden, kan het contact
UIT worden gezet zonder dat verdere actie
ondernomen hoeft te worden.)
Raadpleeg “Als de 12V-accu is ontladen”
(  Blz. 606) als de 12V-accu ontladen is
en voer de correctieprocedure uit.
●Als de auto achtergelaten wordt met aan-
gesloten AC-laadkabel, neemt het elektrici-
teitsverbruik van de 12V-accu toe omdat er
controles, zoals een systeemcontrole, wor-
den uitgevoerd. Als de AC-laadkabel niet
meer nodig is, moet hij direct worden los-
gekoppeld van de auto.
Als u rijdt met uitgeschakelde benzine-
motor, wordt er een geluid, dat aange-
past wordt aan de rijsnelheid,
afgespeeld om mensen in de buurt te
waarschuwen dat de auto nadert. Het
geluid stopt als de rijsnelheid hoger
wordt dan ongeveer 25 km/h.
■Akoestisch voertuigwaarschuwings-
systeem
In de volgende gevallen is het akoestische
voertuigwaarschuwi ngssysteem mogelijk
moeilijk te horen voor mensen in de buurt.
●In gebieden met harde omgevingsgeluiden
●In de wind of regen
Ook is het akoestische voertuigwaarschu-
wingssysteem achter de auto mogelijk moei-
lijker te horen dan vóór de auto omdat het
systeem aan de voorzijde van de auto is
geïnstalleerd.
■Als “Acoustic Vehicle Alerting System
Malfunction Visit your Dealer” (storing
in akoestisch voertuigwaarschuwings-
systeem, ga naar uw dealer) op het
multi-informatiedisplay wordt weerge-
geven
Er is mogelijk een storing aanwezig in het
akoestische voertuigwaarschuwingssys-
teem. Laat de auto onmiddellijk nakijken door
een erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Akoestisch
voertuigwaarschuwings-
systeem
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 93 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM

Page 102 of 666

1002-1. Plug-in hybridesysteem
Als u de EV-modus en de AUTO EV-/
HV-modus gebruikt voor het rijden in
stedelijke gebieden en de HV-modus
voor het rijden op provinciale wegen en
snelwegen, helpt dat brandstof en elek-
triciteit te besparen. (Blz. 86)
Bij gebruik van de ECO-rijmodus kan
het koppel dat correspondeert met de
mate waarin het gaspedaal wordt inge-
trapt geleidelijker worden afgegeven
dan onder normale omstandigheden.
Bovendien wordt de werking van de air-
conditioning (verwarmen/koelen) gemi-
nimaliseerd zodat er minder brandstof
en elektriciteit verbruikt worden.
(Blz. 433)
Milieubewust rijden is mogelijk door de
hybridesysteemindicator binnen de
Eco-zone te houden. ( Blz. 177)
Zet de selectiehendel in stand D als u
moet wachten bij een verkeerslicht of
als u in druk verkeer rijdt. Selecteer stand P wanneer de auto
geparkeerd wordt. Als u stand N
gebruikt, is er geen positief effect op
het brandstofverbruik. In stand N werkt
de benzinemotor, maar kan er geen
elektriciteit worden opgewekt. Ook bij
gebruik van de airconditioning, enz.
wordt het vermogen van het batterijpak-
ket (tractiebatt
erij) verbruikt.
 Rijd zo vloeiend mogelijk. Voorkom
onnodig snel accelereren en hard
remmen. Wanneer geleidelijk wordt
geaccelereerd en gedecelereerd,
worden de voordelen van de elektro-
motor (tractiemotor) beter benut,
zodat het brandstofverbruik van de
benzinemotor lager is.
 Voorkom herhaaldelijk accelereren.
Herhaaldelijk accelereren put het
batterijpakket (tractiebatterij) uit
waardoor de auto meer brandstof
verbruikt. Het batterijpakket kan wor-
den opgeladen door tijdens het rij-
den het gaspedaal iets te laten
opkomen.
Rem rustig en tijdig. Er kan meer elek-
trische energie worden geregenereerd
tijdens het decelereren.
Herhaaldelijk accelereren en decelere-
ren en ook langdurig wachten bij ver-
keerslichten veroorzaakt een hoog
brandstof- en elektriciteitsverbruik.
Raadpleeg de verkeersberichten en
vermijd files zo veel mogelijk.
Tips voor het rijden met
een plug-in hybrideauto
Besteed aandacht aan de vol-
gende punten om zuinig en milieu-
vriendelijk te rijden:
Effectief gebruik van de
EV-modus, de AUTO EV-/HV-
modus en de HV-modus
Gebruik van de ECO-rijmodus
Gebruik van de
hybridesysteemindicator
Bedienen van de
selectiehendel
Bedienen van het
gaspedaal/rempedaal
Bij het remmen
Files
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 100 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM

Page:   1-10 11-20 21-30 31-40 40 next >