sensor TOYOTA SUPRA 2021 Instructieboekje (in Dutch)

Page 178 of 512

1783-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Het systeem wordt geregeld door de
volgende sensoren:
• Camera's achter de voorruit.
Voor meer informatie:
Sensoren van de auto, zie blz. 50.
Afhankelijk van de uitrusting wordt
Speed Limit Info permanent op het
instrumentenpaneel of via Toyota Supra
Command weergegeven.
1 “My vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Displays” (weergaven)
4 “Instrument cluster” (instrumenten-
paneel)
5 “Traffic signs” (verkeersborden) Het display knippert als de gesigna-
leerde snelheidslimiet wordt overschre-
den.
Afhankelijk van de uitvoering wordt
mogelijk ook een aanvullend symbool
met afstandsinformatie weergegeven
om aan te geven dat er een wijziging in
de snelheidslimiet aankomt. Afhankelijk
van de uitrusting worden mogelijk ook
tijdelijke snelheidslimieten weergege-
ven; bijvoorbeeld snelheidslimieten bij
wegwerkzaamheden of verkeersma-
nagementsystemen.
Tijdelijke snelheidslimieten kunnen
alleen worden weergegeven als de vol-
gende services zijn geselecteerd in het
gegevensbeschermingsmenu (zie blz.
76) voor het navigatiesysteem:

“Map update” (kaartupdate)
Overzicht
Sensoren
Speed Limit Info weergeven
Algemeen
Weergave via Toyota Supra
Command
Display
Speed Limit Info
Actuele snelheidslimiet.
Afhankelijk van de uitrusting
is Speed Limit Info mogelijk
niet beschikbaar.
Speed Limit Info met voorbeeld
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 178 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

Page 179 of 512

179
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Via Toyota Supra Command:
1
“My vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Displays” (weergaven)
4 “Instrument cluster” (instrumenten-
paneel)
5 Selecteer de gewenste instelling:
 “Warning when speeding” (waar-
schuwing bij te hard rijden): activeer
of deactiveer het knipperen van de
weergaven van de Speed Limit Info
op het instrumentenpaneel en het
head-up display wanneer de op dat
moment van toepassing zijnde snel-
heidslimiet wordt overschreden.
 “Show speeding” (toon te hoge snel-
heid): de snelheidslimiet die wordt
gesignaleerd door de Speed Limit
Info wordt aangegeven door middel
van een merkteken op de snelheids-
meter in het instrumentenpaneel.
Voor meer informatie:
• Camera's, zie blz. Blz. 50. In sommige situaties wordt de functio-
naliteit mogelijk beperkt of wordt moge-
lijk onjuiste informatie weergegeven,
bijvoorbeeld:

Als verkeersborden volledig of
gedeeltelijk worden overschaduwd
door objecten, stickers of verf.
 Als de auto te dicht achter een voor-
ligger rijdt.
 Als de in het navigatiesysteem opge-
slagen snelheidslimieten of de weg-
gegevens onjuist zijn.
 In het geval van snelheidslimieten
die afhankelijk zijn van het tijdstip
van de dag of de dag van de week.
 In gebieden die niet door het naviga-
tiesysteem worden gedekt.
 Als er afwijkingen zijn met betrek-
king tot navigatie, bijvoorbeeld door
een wegomleiding.
 In het geval van elektronische ver-
keersborden.
 Bij het inhalen van bussen of vracht-
wagens met verkeersbordstickers.
 Als verkeersborden niet overeenko-
men met de norm.
 Als er verkeersborden worden gesig-
naleerd die van toepassing zijn op
een parallelweg.
 In het geval van landspecifieke ver-
keersborden of wegontwerpen.
Instellingen
Beperkingen van het systeem
Systeembeperkingen van de
sensoren
Functionele beperkingen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 179 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

Page 181 of 512

181
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Het systeem wordt geregeld door de
volgende sensoren:
• Camera's achter de voorruit.
Voor meer informatie:
Sensoren van de auto, zie blz. 50.
Afhankelijk van de uitrusting wordt
Speed Limit Info permanent op het
instrumentenpaneel of via Toyota Supra
Command weergegeven.
1
“My vehicle” (mijn auto)
2 “System settings” (systeeminstellin-
gen)
3 “Displays” (weergaven)
4 “Instrument cluster” (instrumenten-
paneel)
5 “Traffic signs” (verkeersborden) Afhankelijk van de uitrusting in een land
worden aanvullende symbolen en
inhaalverboden weergegeven tezamen
met Speed Limit Info.
Afhankelijk van de uitvoering wordt
mogelijk ook een aanvullend symbool
met afstandsinformatie weergegeven
om aan te geven dat er een wijziging in
de snelheidslimiet aankomt. Afhankelijk
van de uitrusting worden mogelijk ook
tijdelijke snelheidslimieten weergege-
ven; bijvoorbeeld snelheidslimieten bij
wegwerkzaamheden of verkeersma-
nagementsystemen.
Het display knippert als de gesigna-
leerde snelheidslimiet wordt overschre-
den.
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Het systeem ontslaat u niet van uw per-
soonlijke verantwoordelijkheid om de
zichtbaarheid en verkeerssituatie goed in
te schatten. Er bestaat een kans op onge-
vallen. Pas uw rijstijl aan de omstandighe-
den op de weg aan. Houd de
verkeerssituatie in de gaten en grijp in als
de situatie dit vereist.
Overzicht
Sensoren
Speed Limit Info weergeven
Algemeen
Weergave via Toyota Supra Com-
mand
Display
Algemeen
Speed Limit Info
Actuele snelheidslimiet.
Speed Limit Info niet
beschikbaar.
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 181 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

Page 192 of 512

1923-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
De led in de toets gaat branden.
Ook bij de automatische verlichting
moet u zelf de lichtcondities beoorde-
len.
De sensoren kunnen bijvoorbeeld geen
mist of nevel herkennen. Schakel in
dergelijke gevallen de verlichting hand-
matig in.
Wanneer het bestuurdersportier wordt
geopend terwijl de Drive Ready-modus
is uitgeschakeld, wordt de exterieurver-
lichting na een bepaalde tijd automa-
tisch uitgeschakeld.
Het stadslicht kan alleen worden inge-
schakeld bij lage snelheden. De auto wordt rondom verlicht.
Laat het stadslicht niet gedurende lan-
gere tijd branden, omdat de accu ontla-
den kan raken en het wellicht niet
langer mogelijk is om de Drive
Ready-modus in te schakelen.
Na het inschakelen van de Drive
Ready-modus wordt de automatische
verlichting geactiveerd.
Het dimlicht brandt als de Drive
Ready-modus is ingeschakeld.
Druk nogmaals op de toets om het dim-
licht in te schakelen zodra de
standby-modus wordt ingeschakeld.
Inschakelen
Druk op de toets van de licht-
schakelaar.
Het controlelampje in het
instrumentenpaneel gaat
branden wanneer het dimlicht
is ingeschakeld.
Beperkingen van het systeem
Stadslicht, dimlicht en
parkeerlicht
Algemeen
Stadslicht
Algemeen
Inschakelen
Druk op de toets van de
lichtschakelaar.
Het controlelampje in het
instrumentenpaneel gaat
branden.
Uitschakelen
Druk op de toets van de licht-
schakelaar of schakel de
Drive Ready-modus in.
Dimlicht
Inschakelen
Druk op de toets van de licht-
schakelaar.
Het controlelampje in het
instrumentenpaneel gaat
branden.
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 192 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

Page 210 of 512

2103-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
*: indien aanwezig
Het actieve voetgangerveiligheidssys-
teem zorgt ervoor dat de motorkap
omhoog komt wanneer de voorzijde
van de auto tegen een voetganger
botst. Sensoren onder de bumper wor-
den gebruikt voor de signalering.
Wanneer het voetgangerveiligheidssys-
teem wordt geactiveerd, creëert het
vervormingsruimte onder de motorkap
voor de daaropvolgende impact tegen
het hoofd.
DisplayFunctie
Als de voorpassagiersairbags zijn ingeschakeld, gaat het
controlelampje kort branden en dooft het vervolgens.
Wanneer de voorpassagiers-airbags worden uitgescha-
keld, blijft het controlelampje branden.
Actieve voetgangerveiligheid*
Principe
Algemeen
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Het systeem kan onbedoeld worden geac-
tiveerd wanneer afzonderlijke onderdelen
van de scharnieren en motorkapvergren-
delingen worden geraakt. Er bestaat een
kans op letsel of schade. Raak de afzon-
derlijke onderdelen v an de scharnieren en
motorkapvergrendelingen niet aan.
WAARSCHUWING
Wijzigingen aan het voetgangerveilig-
heidssysteem kunnen leiden tot een defect
of een storing in of onbedoelde activering
van het voetgangerveiligheidssysteem. Er
bestaat een kans op (ernstig) letsel. Breng
op geen enkele manier wijzigingen aan het
voetgangerveiligheidssysteem aan, ook
niet aan de afzonderlijke onderdelen of de
bedrading ervan. Neem het systeem niet
uit elkaar.
WAARSCHUWING
Onjuist uitgevoerde werkzaamheden kun-
nen leiden tot een defect of een storing in
of onbedoelde activering van het systeem.
Bij een storing wordt het systeem bij een
ongeval mogelijk niet zoals bedoeld geac-
tiveerd, ondanks het feit dat het ongeval
ernstig genoeg is. Er bestaat een kans op
(ernstig) letsel. Laat het systeem door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige testen,
repareren of verwijderen en afvoeren.
WAARSCHUWING
Indien het systeem is geactiveerd of
beschadigd is geraakt, zijn de functies
ervan beperkt of werken ze helemaal niet
meer. Er bestaat een kans op (ernstig) let-
sel.
Laat het systeem, als dit is geactiveerd of
beschadigd is geraakt, nakijken en vervan-
gen door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 210 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

Page 213 of 512

213
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
ALL ON (alles ingeschakeld): alle
Toyota Supra Safe
ty-systemen zijn
ingeschakeld. De basisinstellingen wor-
den ingeschakeld voor de subfuncties,
bijvoorbeeld de instelling voor waar-
schuwingstijd.
“Customise” (aanpassen): de Toyota
Supra Safety-systemen worden inge-
schakeld overeenkomstig de afzonder-
lijke instellingen. Sommige Toyota
Supra Safety-systemen kunnen niet
afzonderlijk worden uitgeschakeld.
Alle Toyota Supr a Safety-systemen
worden uitgeschakeld.
Het systeem kan ongevallen helpen
voorkomen. Als een ongeval niet kan
worden vermeden, helpt het systeem
de snelheid van de aanrijding te verla-
gen.
Het systeem waarschuwt voor het
mogelijke risico op een aanrijding en
remt indien nodig automatisch. Het systeem wordt geregeld door de
volgende sensoren, afhankelijk van de
uitrusting:

Camera in het gebied van de bin-
nenspiegel.
 Radarsensor in de voorbumper.
Het Pre-Crash Safety-systeem werkt
ook bij uitgeschakelde cruise control.
Wanneer u opzettelijk dichter bij een
voertuig komt, wo rden de waarschu-
wing voor een kop-staartbotsing en
reminterventie later geactiveerd om
ongerechtvaardigde systeemreacties te
voorkomen.
Vanaf snelheden van ongeveer 5 km/h
geeft het systeem in twee fasen een
waarschuwing met betrekking tot een
mogelijk risico op een aanrijding met
een voertuig. De timing van deze waar-
schuwingen verschilt mogelijk afhanke-
lijk van de actuele rijomstandigheden.
Druk herhaaldelijk op de toets.
De instelling schakelt tussen het
onderstaande:
Houd de toets ingedrukt:
Pre-Crash Safety-systeem
Principe
Algemeen
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Het systeem ontslaat u niet van uw per-
soonlijke verantwoordelijkheid om de
zichtbaarheid en verkeerssituatie goed in
te schatten. Er bestaat een kans op onge-
vallen. Pas uw rijstijl aan de omstandighe-
den op de weg aan. Houd de
verkeerssituatie in de gaten en grijp in als
de situatie dit vereist.
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 213 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

Page 216 of 512

2163-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
rusting van de auto wordt de dringende
waarschuwing mogelijk ondersteund
door een korte schok van de remmen.
Indien de waarschuwingstijd is inge-
steld op “Late” (laat), doet de schok
zich niet voor.
Indien nodig kan he t systeem ook hel-
pen door de auto automatisch af te
remmen wanneer het risico op een
aanrijding bestaat.
Een dringende waarschuwing kan zelfs
zonder een eerdere vroegtijdige waar-
schuwing worden geactiveerd.
De waarschuwing spoort de bestuurder
aan om actief in te grijpen. Wanneer de
remmen tijdens een waarschuwing
worden bediend, wordt de maximaal
benodigde remkracht toegepast. Rem-
hulp vereist dat het rempedaal vooraf
voldoende snel en stevig wordt inge-
trapt.
Het systeem kan ook helpen door de
auto automatisch af te remmen wan-
neer het risico op een aanrijding
bestaat.
Bij lage snelheden kan de auto tot stil-
stand worden afgeremd.
Afremmen in de stad: reminterventie
vindt plaats bij snelheden tot maximaal
ongeveer 85 km/h.
Met radarsensor: re minterventie vindt
plaats bij snelheden tot maximaal onge-
veer 250 km/h.
Bij snelheden boven ongeveer 210
km/h vindt de reminterventie plaats in
de vorm van een kort e schok. Er wordt
niet automatisch gedecelereerd. Een reminterventie kan worden onder-
broken door het gaspedaal in te trap-
pen of door het stuurwiel actief te
bewegen.
De signalering van objecten is mogelijk
beperkt. Houd rekening met de grenzen
van het detectiebereik en de functio-
nele beperkingen.
Bij snelheden boven ongeveer 250
km/h wordt het systeem tijdelijk uitge-
schakeld. Zodra de snelheid weer
onder deze waarde komt, reageert het
systeem weer overeenkomstig de
instellingen.
Reminterventie
Beperkingen van het systeem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Door werkingslimieten van het systeem
kan het voorkomen dat het systeem hele-
maal niet, te laat, onjuist of ten onrechte
reageert. Er bestaat een kans op ongeval-
len en schade.
Houd rekening met de informatie over de
beperkingen van het systeem en grijp
indien nodig actief in.
Maximale snelheidslimiet
Detectiegebied
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 216 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

Page 217 of 512

217
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Het detectievermogen van het systeem
is beperkt.
Alleen objecten
die door het systeem
zijn gesignaleerd, worden in aanmer-
king genomen.
Daarom reageert het systeem mogelijk
niet of reageert het vertraagd.
Het is mogelijk dat de onderstaande
zaken niet worden gesignaleerd, bij-
voorbeeld:
 Bij het met hoge snelheid naderen
van een langzaam rijdend voertuig.
 Voertuigen die u plotseling snijden of
die sterk afremmen.
 Voertuigen met een ongebruikelijk
uitziende achterzijde.
 Tweewielers die voor u rijden.
Het systeem werkt in de volgende situ-
aties mogelijk niet optimaal, bijvoor-
beeld:
 In scherpe bochten.
 Wanneer Vehicle Stability Con-
trol-systemen zijn beperkt of uitge-
schakeld, bijvoorbeeld VSC OFF.
 Maximaal 10 s na het starten van de
motor met behulp van de startknop.
Het bevestigen van objecten, bijvoor-
beeld stickers of emblemen, in het
gebied van de radarstraal zal ook de
werking van de radarsensoren schaden
en kan zelfs tot gevolg hebben dat deze
falen. Hoe gevoeliger de waarschuwingen
(bijvoorbeeld waarschuwingstijd) zijn
ingesteld, des te meer waarschuwingen
er worden weergegeven. Hierdoor wor-
den er mogelijk meer voortijdige of
ongerechtvaardigde waarschuwingen
en reacties gegeven.
Het systeem kan ongevallen met voet-
gangers en fietsers helpen voorkomen.
Als een ongeval niet kan worden ver-
meden, helpt het systeem de snelheid
van de aanrijding te verlagen.
Het systeem waarschuwt voor het
mogelijke risico op een aanrijding in
stadsverkeer en remt indien nodig auto-
matisch.
Bij snelheden boven ongeveer 5 km/h
waarschuwt het systeem voor het
mogelijke risico op een aanrijding met
een voetganger of fietser.
Er wordt rekening gehouden met voet-
gangers en fietsers wanneer deze bin-
nen het detectiebereik van het systeem
worden gesignaleerd.
Het systeem wordt geregeld door de
volgende sensoren, afhankelijk van de
uitrusting:

Camera in het gebied van de bin-
nenspiegel.
 Radarsensor in de voorbumper.
Functionele beperkingenGevoeligheid van de waarschuwingen
Pre-Crash Safety-systeem
(voor voetgangers en fietsers)
Principe
Algemeen
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 217 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

Page 218 of 512

2183-1. BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
De detectiezone vóór de auto bestaat
uit twee delen:
 Centrale zone, pijl 1, direct vóór de
auto.
 Uitgebreide zone, pijlen 2, rechts en
links van het centrale gebied.
Er bestaat een risico op een aanrijding
wanneer personen zich in de centrale
zone bevinden. Er wordt alleen een
waarschuwing gegeven voor personen
in de uitgebreide zone wanneer deze
zich in de richting van de centrale zone
bewegen.
Het systeem wordt geregeld door de
volgende sensoren:
• Camera's achter de voorruit.
Detectiegebied
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Het systeem ontslaat u niet van uw per-
soonlijke verantwoordelijkheid om de
zichtbaarheid en verkeerssituatie goed in
te schatten. Er bestaat een kans op onge-
vallen. Pas uw rijstijl aan de omstandighe-
den op de weg aan. Houd de
verkeerssituatie in de gaten en grijp in als
de situatie dit vereist.
WAARSCHUWING
Weergaven en waarschuwingen ontslaan
u niet van uw verantwoordelijkheid om vei-
lig te rijden. Systeembeperkingen kunnen
betekenen dat waarschuwingen of reac-
ties van het systeem niet of te laat worden
gegeven, onjuist worden gegeven of zon-
der rechtvaardiging worden gegeven. Er
bestaat een kans op ongevallen. Pas uw
rijstijl aan de omstandigheden op de weg
aan. Houd de verkeerssituatie in de gaten
en grijp in als de situatie dit vereist.
WAARSCHUWING
Als gevolg van systeembeperkingen wer-
ken individuele functies
mogelijk niet cor-
rect bij het starten door aanslepen/slepen
terwijl de Toyota Supra Safety-systemen
zijn ingeschakeld. Er bestaat een kans op
ongevallen. Schakel voor het starten door
aanslepen/slepen alle Toyota Supra
Safety-systemen uit.
Overzicht
Toets in de auto
Toyota Supra Safety
Sensor
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 218 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

Page 219 of 512

219
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
• Met radarsensor: radarsensor voor.
Voor meer informatie:
Sensoren van de auto, zie blz. Blz. 50.
Het systeem wordt aan het begin van
elke rit automatisch ingeschakeld.
Het menu voor de Toyota Supra
Safety-systemen wordt weergegeven.
Als alle Toyota Supra Safety-systemen
waren uitgeschakeld, worden alle sys-
temen nu ingeschakeld.
“Customise Settings” (persoonlijke
voorkeursinstellingen): afhankelijk van
de uitrusting kunnen de Toyota Supra
Safety-systemen afzonderlijk worden
geconfigureerd. De afzonderlijke instel-
lingen worden ingeschakeld en opge-
slagen voor het op dat moment
gebruikte bestuurders
profiel. Zodra een
instelling wordt gewijzigd in het menu,
worden alle instellingen in het menu
ingeschakeld.
De instelling schakelt tussen het onder-
staande:
ALL ON (alles ingeschakeld): alle
Toyota Supra Safe ty-systemen zijn
ingeschakeld. De basisinstellingen wor- den ingeschakeld voor de subfuncties.
“Customise” (aanpassen): de Toyota
Supra Safety-systemen worden inge-
schakeld overeenkom
stig de afzonder-
lijke instellingen.
Sommige Toyota Supra Safety-syste-
men kunnen niet afzonderlijk worden
uitgeschakeld.
Alle Toyota Supra Safety-systemen
worden uitgeschakeld.
Als er een risico bestaat op een aanrij-
ding met een gesignaleerde voetgan-
ger of fietser, wordt er een
waarschuwingssymbool weergegeven
op het instrumentenpaneel en, indien
van toepassing, op het head-up display.
In-/uitschakelen
Automatisch inschakelen
Handmatig in-/uitschakelen
Druk op de toets.
Druk herhaaldelijk op de toets.
Houd de toets ingedrukt.
ToetsStatus
Controlelampje brandt groen: alle Toyota Supra Safety-
systemen zijn ingeschakeld.
Controlelampje brandt oranje: sommige Toyota Supra
Safety-systemen zijn uitge-
schakeld of op dat moment niet beschikbaar.
Controlelampje brandt niet:
alle Toyota Supra Safety-
systemen zijn uitgeschakeld.
Waarschuwing met remfunctie
Display
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 219 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 ... 70 next >