TOYOTA YARIS 2022 Instructieboekje (in Dutch)
Page 191 of 590
189
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
4-3.Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Bedien de schakelaar om de
verlichting als volgt in te schakelen:
Type A
1 De koplampen, de dagrijverlich-
ting (
Blz. 190) en alle verlichting
die hieronder genoemd is, worden
automatisch in- en uitgeschakeld.
2 De parkeerlichten voor, achter-
lichten, kentekenplaat- en dash-
boardverlichting gaan branden.
3 De koplampen en alle hierbo-
ven genoemde lichten (behalve de
dagrijverlichting) gaan branden.
Ty p e B
1 De koplampen, de dagrijverlich-
ting (
Blz. 190) en alle verlichting
die hieronder genoemd is, worden
automatisch in- en uitgeschakeld.
2 De parkeerlichten voor, achter-
lichten, kentekenplaat- en dash-
boardverlichting gaan branden.
3 De koplampen en alle hierbo-
ven genoemde lichten (behalve de
dagrijverlichting) gaan branden.
4 De dagrijverlichting wordt inge-
schakeld ( Blz. 190)
Lichtschakelaar
De koplampen kunnen handmatig
of automatisch worden bediend.
Bedieningsinstructies
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 189 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 192 of 590
190
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
■De AUTO-modus kan worden gebruikt als
Het contact AAN staat.
■Dagrijverlichting
Om uw auto overdag beter zichtbaar te maken
voor andere weggebruikers wordt de dagrij-
verlichting automatisch ingeschakeld als het
hybridesysteem wordt gestart en de parkeer-
rem wordt gedeactiveerd met de lichtschake-
laar in de stand of . (Alleen auto's
met led-koplampen: Branden helderder dan
de parkeerlichten voor.) Dagrijverlichting is
niet ontworpen voor gebruik in het donker.
■Sensor koplampregeling
De werking van de sensor kan in negatieve
zin beïnvloed worden als er iets over de sen-
sor heen geplaatst wordt of als er iets op de
ruit wordt aangebracht waardoor de sensor
wordt afgeschermd.
Hierdoor kan de sensor niet op de juiste
manier de hoeveelheid omgevingslicht signa-
leren, waardoor het automatische koplamp-
systeem mogelijk onjuist functioneert.
■Automatisch uitschakelsysteem ver-
lichting
●Wanneer de lichtschakelaar in de stand of staat: De koplampen en mist-
lampen voor (indien aanwezig) worden
automatisch uitgeschakeld als het contact
in stand ACC of UIT wordt gezet.
●Wanneer de lichtschakelaar in stand
staat: De koplampen en alle verlichting
worden automatisch ui tgeschakeld als het
contact in stand ACC of UIT wordt gezet.
Zet, om de verlichting weer in te schakelen,
het contact AAN of zet de lichtschakelaar een
keer in stand of en daarna terug in
stand of .
■Zoemer verlichting
Er klinkt een zoemer als het contact UIT of in
stand ACC wordt gezet en het bestuur-
dersportier wordt geopend terwijl de verlich-
ting is ingeschakeld.
■Bij het ontgrendelen van de portieren
(verlichting Welcome Light-systeem)
(auto's met led-koplampen)
Wanneer de portieren worden ontgrendeld
met de instapfunctie of de afstandsbediening,
gaan de parkeerlichten voor automatisch
branden.
Wanneer de lichtschakelaar in de stand
AUTO staat en de omgeving donker is, treedt
deze functie in werking.
■Energiebesparende functie 12V-accu
Om te voorkomen dat de 12V-accu van de
auto ontladen raakt wanneer de lichtschake-
laar in de stand of staat terwijl het
contact UIT wordt gezet, schakelt de energie-
besparende functie van de 12V-accu alle ver-
lichting na ongeveer 20 minuten automatisch
uit. Wanneer het contact AAN wordt gezet,
wordt de energiebesparende functie van de
12V-accu uitgeschakeld.
Onder de volgende omstandigheden wordt
de energiebesparende functie van de 12V-
accu eenmaal uitgesc hakeld en vervolgens
weer geactiveerd. Alle verlichting gaat 20
minuten nadat de energiebesparende functie
van de 12V-accu weer is geactiveerd auto-
matisch uit:
●Wanneer de lichtschakelaar wordt bediend
●Wanneer een portier wordt geopend of
gesloten
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde functies kunnen worden aangepast
aan de persoonlijke voorkeur. ( Blz. 430)
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de
12V-accu
Laat de verlichting niet langer ingescha-
keld dan noodzakelijk is als het hybri-
desysteem niet is ingeschakeld.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 190 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 193 of 590
191
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
1Druk bij ingeschakelde koplampen
de hendel van u af om het grootlicht
in te schakelen.
Door de hendel weer in de middenstand te
zetten, wordt het grootlicht weer uitgescha-
keld.
2 Trek de hendel naar u toe en laat
deze meteen weer los om één keer
met het grootlicht te knipperen.
U kunt lichtsignalen geven met de koplam-
pen in- of uitgeschakeld.
Dankzij dit systeem kunnen de koplam-
pen gedurende 30 seconden worden
ingeschakeld wanneer het contact UIT
staat.
Trek, nadat u het contact UIT hebt
gezet, de hendel naar u toe en laat
deze los terwijl de lichtschakelaar in
stand of staat.
De lichten doven onder de volgende
omstandigheden:
Het contact wordt AAN gezet.
De lichtschakelaa r wordt ingescha-
keld.
U trekt de lichtschakelaar naar u toe
en laat hem los.
Inschakelen van het grootlichtTijdelijke inschakeling
koplampen
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 191 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 194 of 590
192
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
De koplamphoogte kan worden afge-
stemd op het aantal passagiers in de
auto en de mate van belading.
1Verhogen van de koplamphoogte
2 Verlagen van de koplamphoogte
■Aanwijzing voor instellen van de
koplamphoogte
Auto's met linkse besturing
Auto's met rechtse besturingDraaiknop koplampverstelling
Aantal inzittenden en
hoeveelheid bagage
Stand knop
InzittendenHoeveelheid
bagage
BestuurderGeen0
Bestuurder
en voorpas-
sagier
Geen0,5
Alle zitplaat-
sen bezetGeen1,5
Alle zitplaat-
sen bezetMaximale
belading2,5
BestuurderMaximale
belading3,5
Aantal inzittenden en
hoeveelheid bagage
Stand knop
InzittendenHoeveelheid
bagage
BestuurderGeen0
Bestuurder
en voorpas-
sagier
Geen0,5
Alle zitplaat-
sen bezetGeen1,5
Alle zitplaat-
sen bezetMaximale
belading2,5
BestuurderMaximale
belading3
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 192 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 195 of 590
193
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
*: Indien aanwezig
1Druk de Automatic High Beam-
schakelaar in. 2
Zet de lichtschakelaar in de stand
of .
Het controlelampje van het Automatic High
Beam-systeem gaat branden als het sys-
teem werkt.
■Voorwaarden voor het automatisch in-
en uitschakelen van het grootlicht
●Als aan alle onderstaande voorwaarden
wordt voldaan, wordt het grootlicht auto-
matisch ingeschakeld (na ongeveer 1
seconde):
• De rijsnelheid is ongeveer 30 km/h of hoger.• Het gebied voor de auto is niet verlicht.
• Er zijn geen tegenliggers of voorliggers met ingeschakelde koplampen of achter-
lichten.
• Er bevinden zich weinig straatlantaarns op de weg voor u.
●Als aan een van onderstaande voorwaar-
den wordt voldaan, wordt het grootlicht
automatisch uitgeschakeld:
• De rijsnelheid is lager dan ongeveer 25 km/h.
• Het gebied voor de auto is verlicht.
• Tegenliggers of voorliggers hebben de koplampen of achterlichten ingeschakeld.
• Er bevinden zich veel straatlantaarns op de weg voor u.
■Detectie-informatie camera voor
●In de volgende situaties wordt het groot-
licht mogelijk niet automatisch uitgescha-
keld:
• Als plotseling een tegenligger uit een bocht opdoemt
• Als plotseling een andere auto voor de eigen auto invoegt
• Als tegenliggers of voorliggers niet kunnen worden gesignaleerd als gevolg van een
reeks bochten, wegafscheidingen of
bomen langs de weg
AHB (Automatic High
Beam)*
Het Automatic High Beam-systeem
gebruikt een camera aan de boven-
zijde van de voorruit om de helder-
heid van de verlichting van tegen-
liggers en voorliggers, straatver-
lichting, enz. te beoordelen en
schakelt, indien nodig, het groot-
licht automatisch in en uit.
WAARSCHUWING
■Beperkingen van het Automatic High
Beam-systeem
Vertrouw niet blindelings op het Automatic
High Beam-systeem. Rijd altijd voorzichtig
en houd hierbij de omgeving in de gaten
en schakel indien nodig handmatig het
grootlicht in of uit.
■Voorkomen van onjuiste werking van
het Automatic High Beam-systeem
Voorkom overbelading van uw auto.
Inschakelen van de Automatic
High Beam
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 193 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 196 of 590
194
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
• Wanneer tegenliggers opdoemen in de rechter tegemoetkomende rijstrook op een
brede weg
• Wanneer de verlichting van tegenliggers of voorliggers niet is ingeschakeld
●Het grootlicht wordt mogelijk uitgeschakeld
als een tegenligger wordt gesignaleerd die
zijn mistlampen aan heeft terwijl de kop-
lampen uit zijn.
●Door de aanwezigheid van huisverlichting,
straatverlichting, verkeerslichten of ver-
lichte billboards en andere reflecterende
objecten wordt mogelijk geschakeld van
grootlicht naar dimlicht of blijft het dimlicht
mogelijk ingeschakeld.
●De volgende factoren kunnen van invloed
zijn op de reactietijd voor het in- of uitscha-
kelen van het grootlicht:
• De helderheid van koplampen, mistlampen en achterlichten van tegenliggers en voor-
liggers
• De beweging en richting van tegenliggers en voorliggers
• Als de verlichting van een tegenligger of voorligger slechts aan één kant werkt
• Als een tegenligger of voorligger een voer- tuig op twee wielen betreft
• De toestand van de weg (stijgingspercen- tage, bochten, toestand van het wegdek,
enz.)
• Het aantal inzittenden en de hoeveelheid bagage in de auto
●Het grootlicht wordt mogelijk onverwacht
in- of uitgeschakeld.
●Fietsen of vergelijkbare voertuigen worden
mogelijk niet gesignaleerd.
●In de volgende situaties kan het systeem
de helderheid van het omgevingslicht
mogelijk niet juist signaleren. Hierdoor blij-
ven de dimlichten mogelijk branden of gaat
het grootlicht knipperen of worden voet-
gangers, tegenliggers of voorliggers ver-
blind. Als dat het geval is, moet handmatig
geschakeld worden tussen grootlicht en
dimlicht.
• Bij rijden in slecht weer (zware regenval, mist, sneeuw, zandstormen, enz.)
• Als het zicht door de voorruit wordt belem- merd door damp, wasem, ijs, vuil, enz.
• Als de voorruit gebarsten of beschadigd is
• Als de camera voor vervormd of vuil is
• Als de temperatuur van de camera voor extreem hoog is
• Als de helderheid van het omgevingslicht overeenkomt met die van koplampen, ach-
terlichten of mistlampen • Als de koplampen of achterlichten van
tegenliggers of voorliggers zijn uitgescha-
keld, vuil zijn, een andere kleur hebben of
niet correct zijn afgesteld
• Als de auto wordt geraakt door water, sneeuw, stof, enz. van een voorligger
• In gebieden waar lichte en donkere stuk- ken elkaar afwisselen.
• Als geregeld en herhaaldelijk over stij- gende en dalende wegen wordt gereden,
of over wegen met een slecht of oneffen
wegdek (zoals klinkerwegen, grindwegen,
enz.)
• Als geregeld en herhaaldelijk over boch- tige wegen wordt gereden.
• Als er zich een sterk spiegelend voorwerp, zoals een verkeersbord of spiegel, voor de
auto bevindt
• Als de achterzijde van een voorligger sterk spiegelend is, zoals een container op een
truck
• Als de koplampen van de auto beschadigd of vuil zijn, of niet correct zijn afgesteld
• Als de auto naar één kant overhelt door bij- voorbeeld een lekke band, of aan de ach-
terzijde wat lager ligt doordat een aan-
hangwagen is aangekoppeld, enz.
• Als herhaaldelijk op een abnormale manier wordt geschakeld tussen grootlicht en dim-
licht
• Als de bestuurder meent dat het grootlicht mogelijk knippert of voetgangers of andere
bestuurders verblindt
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 194 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 197 of 590
195
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
■Grootlicht inschakelen
Duw de hendel van u af.
Het controlelampje van het Automatic High
Beam-systeem dooft en het controlelampje
van het grootlicht gaat branden.
Trek de hendel in de oorspronkelijke stand
om het Automatic High Beam-systeem weer
te activeren.
■Dimlicht inschakelen
Druk de Automatic High Beam-schake-
laar in.
Het controlelampje van het Automatic High
Beam-systeem dooft.
Druk de schakelaar in om het Automatic
High Beam-systeem weer in te schakelen.
■Tijdelijk inschakelen van het dim-
licht
Trek de hendel naar u toe en laat hem
vervolgens terugkeren in de oorspron-
kelijke stand.
Het grootlicht blijft i ngeschakeld terwijl de
hendel naar u toe is getrokken. Nadat de
hendel echter weer in de oorspronkelijke
stand is teruggekeerd, bl ijft het dimlicht
gedurende enige tijd branden. Vervolgens
wordt de Automatic High Beam weer inge-
schakeld.
■Tijdelijk inschakelen van het dimlicht
Het verdient aanbeveling om het dimlicht in
te schakelen wanneer het grootlicht andere
bestuurders of voetgangers in de buurt hin-
dert.
Handmatig in- en uitschakelen
van het grootlicht
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 195 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 198 of 590
196
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Schakelaar mistachterlicht
Schakelt het mistachterlicht in
Als de schakelaarring wordt losgelaten,
keert de ring terug naar de stand .
Door de schakelaarring nogmaals te
draaien, wordt het mistachterlicht uitgescha-
keld.
Schakelaar mistlampen voor/mist-
achterlicht
1 Schakelt de mistlampen voor uit
2
Schakelt de mistlampen voor in
3 Schakelt de mistlampen voor
en het mistachterlicht in
Als de schakelaarring wordt losgelaten,
keert de ring terug naar de stand .
Door de schakelaarring nogmaals te
draaien, wordt alleen het mistachterlicht uit-
geschakeld.
■Mistlampen kunnen worden gebruikt als
●Auto's met schakelaar mistachterlicht
De koplampen worden ingeschakeld.
●Auto's met schakelaar mistlampen voor en
mistachterlicht
De koplampen of mistlampen voor zijn inge-
schakeld.
Schakelaar mistlampen
De mistlampen zorgen voor
uitstekend zicht bij ongunstige
rijomstandigheden, zoals bij regen
of mist.
Bedieningsinstructies
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 196 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 199 of 590
197
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
Door de hendel te bedienen
werken de ruitenwissers en -sproeiers
als volgt.
Ruitenwissers met intervalafstelling
1 Intervalstand
2 Lage snelheid ruitenwissers
3 Hoge snelheid ruitenwissers 4
Enkele slag
Het wisinterval kan worden gewijzigd als
de intervalstand wordt geselecteerd.
5Verkort het interval van de wisser-
werking
6 Verlengt het interval van de wisser-
werking
7 Gelijktijdig inschakelen rui-
tensproeiers en ruitenwissers
Door aan de hendel te trekken treden de rui-
tenwissers en -sproeiers in werking.
De ruitenwissers maken automatisch een
aantal wisbewegingen nadat de sproeier in
werking treedt.
Ruitenwissers en
-sproeiers
Met de hendel kunnen de ruiten-
wissers en de ruitensproeiers
worden bediend.
OPMERKING
■Als de voorruit droog is
Gebruik de ruitenwissers niet als de voor-
ruit droog is omdat hierdoor de voorruit
beschadigd kan worden.
Bedienen van de
ruitenwisserhendel
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 197 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 200 of 590
198
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Ruitenwissers met regensensor
1 Stand AUTO
2 Lage snelheid ruitenwissers
3 Hoge snelheid ruitenwissers
4 Enkele slag
In de stand AUTO werken de ruitenwissers
automatisch wanneer de sensor signaleert
dat het regent. De wissnelheid wordt auto-
matisch afgestemd op de hoeveelheid neer-
slag en de rijsnelheid.
In de stand AUTO kan de gevoeligheid
van de sensor als volgt worden inge-
steld door de schakelaarring te draaien.
5Verhoogt de gevoeligheid van de
ruitenwisser met regensensor 6
Verlaagt de gevoeligheid van de rui-
tenwisser met regensensor
7 Gelijktijdig inschakelen rui-
tensproeiers en ruitenwissers
Door aan de hendel te trekken treden de rui-
tenwissers en -sproeiers in werking.
De ruitenwissers maken automatisch een
aantal wisbewegingen nadat de sproeier in
werking treedt.
■De ruitenwissers en ruitensproeiers
kunnen worden bediend als
Het contact AAN staat.
■Effecten van de rijsnelheid op de ruiten-
wisserwerking (auto's met ruitenwis-
sers met regensensor)
De rijsnelheid heeft invloed op de interval-
werking.
■Regensensor (auto's met ruitenwissers
met regensensor)
●De regensensor registreert de hoeveelheid
neerslag.
De auto is voorzien van een optische sen-
sor. Deze werkt mogelijk niet goed als zon-
licht van de opkomende of ondergaande
zon af en toe op de voorruit valt of als er
insecten o.i.d. op de voorruit zitten.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 198 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM