TOYOTA YARIS HATCHBACK 2016 Instructieboekje (in Dutch)

Page 261 of 548

2614-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E
Auto's met Multidrive CVT
Laat het rempedaal los. Trap wanneer de selectiehendel in stand N of
P staat het rempedaal in en zet de selectiehendel in stand D of M.
De motor wordt weer gestart. Het controlelampje van het Stop & Start-sys-
teem dooft.
Auto's met handgeschakelde transmissie
Controleer of de selectiehendel in stand N staat en trap het koppe-
lingspedaal in.
De motor wordt weer gestart. Het controlelampje van het Stop & Start-sys-
teem dooft. (In dit geval wordt de motor niet uitgezet als het koppelingspe-
daal wordt losgelaten.)
Druk op de uitschakeltoets van
het Stop & Start-systeem om het
Stop & Start-systeem uit te scha-
kelen.
Het controlelampje uitgeschakeld
Stop & Start-systeem zal gaan
branden.
De motor zal niet elke keer worden
uitgeschakeld bij het tot stilstand
komen en intrappen van het rem-
pedaal (Multidrive CVT) of koppe-
lingspedaal (handgeschakelde
transmissie) ( Blz. 260).
Druk nogmaals op de toets om het
Stop & Start-systeem weer in te
schakelen.
Opnieuw starten van de motor
Uitschakelen van het Stop & Start-systeem
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E.book Page 261 Tuesday, April 26, 2016 10:51 AM

Page 262 of 548

2624-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E■
Als op de uitschakeltoets van
het Stop & Start-systeem wordt
gedrukt terwijl de auto stilstaat
● Als de motor is uitgezet door het Stop & Start-systeem, kunt u de
motor weer starten door op de uitschakeltoets van het Stop &
Start-systeem te drukken.
Vanaf de volgende keer dat de auto tot stilstand wordt gebracht
(nadat het Stop & Start-systeem is uitgeschakeld), zal de motor
niet worden uitgezet.
● Als het Stop & Start-systeem is uitgeschakeld en op de uitscha-
keltoets van het Stop & Start-systeem wordt gedrukt, wordt het
systeem weer ingeschakeld, maar zal de motor blijven draaien.
Vanaf de volgende keer dat de auto tot stilstand wordt gebracht
(nadat het Stop & Start-systeem is ingeschakeld), zal de motor
worden uitgezet.
■ Werkingsvoorwaarden
●Het Stop & Start-systeem werkt als aan de volgende voorwaarden wordt
voldaan:
• De motor is op bedrijfstemperatuur.
• De laadtoestand van de accu is voldoende.
• Het bestuurdersportier is gesloten.
• De veiligheidsgordel van de bestuurder is vastgemaakt.
• De motorkap is gesloten.
• Het gaspedaal wordt niet ingetrapt.
• Auto's met Multidrive CVT: Het rempedaal wordt stevig ingetrapt.
• Auto's met Multidrive CVT: De selectiehendel staat niet in stand R.
• Auto's met handgeschakelde transmissie: Het koppelingspedaal wordt
niet ingetrapt.
• Auto's met handgeschakelde transmissie: De selectiehendel staat in stand N.
● Onder de volgende omstandigheden wordt de motor mogelijk niet uitge-
schakeld door het Stop & Start-systeem. Dit wijst niet op een storing van het
Stop & Start-systeem.
• De temperatuur van de koelvloeistof of van de transmissievloeistof is te
laag of te hoog.
• De buitentemperatuur is zeer laag.
• De airconditioning wordt gebruikt wanneer de buitentemperatuur hoog of laag is.
• De airconditioning wordt gebruikt om het interieur af te koelen als de tem- peratuur in het interieur extreem hoog is, bijvoorbeeld nadat de auto in de
brandende zon stond geparkeerd.
• Auto's met automatische airconditioning: De voorruitverwarming wordt gebruikt.
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E.book Page 262 Tuesday, April 26, 2016 10:51 AM

Page 263 of 548

2634-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E• De accu is niet voldoende opgeladen of wordt opgeladen.
• Door verkeersdrukte of andere omstandigheden komt de auto veelvuldig
tot stilstand, waardoor de hoeveelheid tijd dat de motor is uitgezet door
het Stop & Start-systeem extreem oploopt.
• De veiligheidsgordel van de bestuurder wordt losgemaakt.
• Het bestuurdersportier wordt geopend.
• De motorkap wordt geopend.
• De auto staat stil op een steile helling.
• Het vacuüm van de rembekrachtiger is te laag.
• Er wordt een grote hoeveelheid elektriciteit verbruikt.
• Op grote hoogte.
Als de bovenstaande omstandigheden zich niet meer voordoen, zal het Stop
& Start-systeem de volgende keer dat de auto tot stilstand komt de motor
weer uitzetten en starten.
● Onder de volgende omstandigheden wordt de motor mogelijk zelfs gestart
zonder dat het rempedaal (Multidrive CVT) wordt losgelaten of het koppe-
lingspedaal (handgeschakelde transmissie) wordt ingetrapt.
• Het rempedaal wordt pompend of diep ingetrapt.
• De airconditioning wordt gebruikt of ingeschakeld.
• Auto's met automatische airconditioning: De voorruitverwarming is inge-
schakeld.
• De laadtoestand van de accu is onvoldoende.
• De auto begint te rollen op een helling.
• Auto's met Multidrive CVT: De motorkap wordt geopend terwijl de selec- tiehendel in stand N of P staat.
• Auto's met Multidrive CVT: De selectiehendel wordt in een andere stand dan N of P gezet.
• Het gaspedaal wordt ingetrapt.
• Er wordt een grote hoeveelheid elektriciteit verbruikt.
• Het bestuurdersportier wordt geopend.
• De veiligheidsgordel van de bestuurder wordt losgemaakt.
● In de volgende gevallen kan het langer duren voordat het Stop & Start-sys-
teem wordt ingeschakeld:
• De accu is ontladen.
• De accupolen zijn losgenomen en weer aangesloten nadat de accu is
vervangen, enz.
• De koelvloeistoftemperatuur is laag.
■ Automatisch opnieuw inschakelen van het Stop & Start-systeem
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Zelfs als het Stop & Start-systeem is uitgeschakeld met de uitschakeltoets
van het Stop & Start-systeem, zal het systeem automatisch weer worden
ingeschakeld als de motor weer wordt gestart nadat het contact UIT is gezet.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Zelfs als het Stop & Start-systeem is uitgeschakeld met de uitschakeltoets
van het Stop & Start-systeem, zal het systeem automatisch weer worden
ingeschakeld als de motor weer wordt gestart nadat het contact UIT is gezet.
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E.book Page 263 Tuesday, April 26, 2016 10:51 AM

Page 264 of 548

2644-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E■
Beveiliging van het Stop & Start-systeem
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Als het volume van het audiosysteem hoog staat, kan het audiosysteem auto-
matisch worden uitgeschakeld zodat er voldoende vermogen behouden blijft
voor de werking van het Stop en Start-systeem.
Zet als dit gebeurt het contact UIT en vervolgens in stand ACC of AAN om
het audiosysteem weer in te schakelen.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Als het volume van het audiosysteem hoog staat, kan het audiosysteem auto-
matisch worden uitgeschakeld zodat er voldoende vermogen behouden blijft
voor de werking van het Stop en Start-systeem.
Zet als dit gebeurt het contact UIT en vervolgens in stand ACC of AAN om
het audiosysteem weer in te schakelen.
■ Motorkap
Als de motor is uitgezet door het Stop & Start-systeem en de motorkap wordt
geopend, kan de motor niet worden gestart door het Stop & Start-systeem of
de automatische startfunctie van de motor. Start de motor door het contact-
slot of de startknop te bedienen. ( Blz. 184, 187)
Auto's met Multidrive CVT: Als de motorkap wordt geopend terwijl de motor
door het Stop & Start-systeem is uitgezet en de selectiehendel in stand N of
P staat, wordt de motor weer gestart.
■ Gebruik van het Stop & Start-systeem
Gebruik het Stop & Start-systeem wanneer de auto tijdelijk wordt stilgezet,
bijvoorbeeld bij verkeerslichten of kruispunten. Zet de motor volledig uit wan-
neer de auto voor langere tijd wordt stilgezet.
■ Waarschuwingszoemer Stop & Start-systeem
Als de motor door het Stop & Start-systeem wordt uitgeschakeld en een van
de volgende handelingen wordt uitgevoerd, zal er een zoemer klinken en zal
het controlelampje van het Stop & Start-systeem gaan knipperen (Multidrive
CVT) of zal er een zoemer klinken (handgeschakelde transmissie). Dit geeft
aan dat de motor alleen is uitgeschakeld door het Stop & Start-systeem en
niet helemaal is uitgezet.
Auto's met Multidrive CVT
Het bestuurdersportier wordt geopend terwijl de selectiehendel in stand D
of M staat.
Auto's met handgeschakelde transmissie
De selectiehendel wordt als het koppelingspedaal niet is ingetrapt in een
andere stand dan stand N gezet.
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E.book Page 264 Tuesday, April 26, 2016 10:51 AM

Page 265 of 548

2654-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E■
Als het controlelampje uitgeschakeld Stop & Start-systeem blijft knippe-
ren
Er is mogelijk een storing in het Stop & Start-systeem aanwezig. Neem con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Als de voorruit is beslagen terwijl de motor is uitgezet door het Stop &
Start-systeem
Auto's met automatische airconditioning
Schakel de voorruitverwarming in. (De motor wordt gestart door de auto-
matische startfunctie van de motor.) ( Blz. 325)
Auto's met een handmatig bediende airconditioning
Auto's met Multidrive CVT:
Start de motor door het rempedaal los te laten (wanneer de selectiehendel in
stand D of M staat) of trap het rempedaal in en zet de selectiehendel in stand
D of M (wanneer de selectiehendel in stand N of P staat) (
Blz. 261), of door
op de uitschakeltoets van het Stop & Start-systeem te drukken, en zet de
draaiknop voor de keuze van de uitstroomopening in stand . (
Blz. 316)
Auto's met handgeschakelde transmissie:
Start de motor door het koppelingspedaal in te trappen (
Blz. 261) of door op
de uitschakeltoets van het Stop & Start- systeem te drukken, en zet de draai-
knop voor de keuze van de uits troomopening in stand . (
Blz. 316)
Druk als de voorruit blijft beslaan op de uitschakeltoets van het Stop &
Start-systeem om het systeem uit te schakelen.
■ Weergave werkingsduur Stop & Star t-systeem en totale werkingsduur
Stop & Start-systeem
Blz. 94
■ Vervangen van de batterij
De geplaatste batterij is speciaal voor het Stop & Start-systeem. De batterij
mag alleen worden vervangen door een soortgelijk type.
Neem voor meer informatie contact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E.book Page 265 Tuesday, April 26, 2016 10:51 AM

Page 266 of 548

2664-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E
WAARSCHUWING
■Als het Stop & Start-systeem is ingeschakeld
● Houd de selectiehendel in stand N (handgeschakelde transmissie) en
bedien het rempedaal of de parkeerrem als de motor is uitgezet door het
Stop & Start-systeem (het controlelampje Stop & Start brandt).
Anders kan de auto onverwacht in beweging komen als de motor wordt
gestart door de automatische startfunctie, waardoor een ongeval kan ont-
staan.
● Verlaat de auto niet als de motor is uitgezet door het Stop & Start-systeem
(zolang het controlelampje Stop & Start brandt).
Anders kan de auto onverwacht in beweging komen als de motor wordt
gestart door de automatische startfunctie, waardoor een ongeval kan ont-
staan.
● Zorg ervoor dat de motor niet wordt uitgezet door het Stop & Start-sys-
teem als de auto zich in een slecht geventileerde ruimte bevindt. Anders
kan de motor worden gestart door de automatische startfunctie, waardoor
er uitlaatgassen in de auto terecht kunnen komen die zeer schadelijk kun-
nen zijn voor de gezondheid.
OPMERKING
■Ervoor zorgen dat het systeem goed werkt
In onderstaande gevallen werkt het Stop & Start-systeem mogelijk niet
goed. Laat uw auto in dat geval zo snel mogelijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwali-
ficeerde en uitgeruste deskundige.
● Het waarschuwingslampje van de veiligheidsgordel van de bestuurder en
voorpassagier knippert, terwijl de veiligheidsgordel van de bestuurder is
vastgemaakt.
● Zelfs wanneer de veiligheidsgordel van de bestuurder niet is vastgemaakt,
blijft het waarschuwingslampje van de veiligheidsgordel van de bestuurder
en voorpassagier uit.
● Zelfs wanneer het bestuurdersportier gesloten is, gaat het waarschu-
wingslampje open portier/achterklep branden of de interieurverlichting
gaat branden terwijl de schakelaar in de stand DOOR staat.
● Zelfs wanneer het bestuurdersportier open is, gaat het waarschuwings-
lampje open portier/achterklep niet branden of de interieurverlichting gaat
niet branden terwijl de schakelaar van de interieurverlichting in de stand
DOOR staat.
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E.book Page 266 Tuesday, April 26, 2016 10:51 AM

Page 267 of 548

267
4
4-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E
Ondersteunende systemen
◆ABS (antiblokkeersysteem)
Helpt het blokkeren van de wielen te voorkomen bij plotseling rem-
men of remmen op een glad wegdek
◆Brake Assist
Zorgt voor een grotere remkracht nadat het rempedaal is ingetrapt
als het systeem oordeelt dat er sprake is van een noodstop
◆Vehicle Stability Control (VSC) (indien aanwezig)
Helpt de bestuurder de auto onder controle te houden bij uitwijkma-
noeuvres en het maken van bochten op een glad wegdek
◆TRC (Traction Control) (indien aanwezig)
Zorgt ervoor dat de aandrijfkracht behouden blijft en voorkomt dat
de aandrijvende wielen gaan doorslippen bij het wegrijden met de
auto of bij het accelereren op gladde wegen
◆EPS (elektrische stuurbekrachtiging)
Maakt gebruik van een elektromotor om de benodigde kracht voor
het ronddraaien van het stuurwiel te verminderen
◆PCS (Pre-Crash Safety-systeem) (indien aanwezig)
 Blz. 229
◆Noodstopsignaal
Als het rempedaal plotseling wordt ingetrapt, gaan de alarmknip-
perlichten automatisch knipperen om het achteropkomende ver-
keer te waarschuwen.
Om de veiligheid en de prestaties tijdens het rijden te verbeteren
is uw auto uitgerust met de volgende systemen die automatisch
in werking treden als de omstandigheden daar om vragen. Houd
er echter rekening mee dat dit aanvullende systemen zijn en ver-
trouw niet in al te sterke mate op deze systemen als u de auto
bedient.
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E.book Page 267 Tuesday, April 26, 2016 10:51 AM

Page 268 of 548

2684-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E
Het controlelampje Traction Con-
trol knippert wanneer het TRC-/
VSC-systeem in werking is.
Als u met uw auto vast komt te zitten in modder of sneeuw, kan het
TRC-systeem het aandrijfvermogen van de motor naar de wielen
beperken. Door op de schakelaar VSC OFF te drukken om het sys-
teem uit te schakelen, is het makk elijker voor u om de auto vrij te
maken door te “schommelen”.
Schakel de TRC uit door de
schakelaar VSC OFF snel in te
drukken en weer los te laten.
Het controlelampje TRC OFF
gaat branden.
Druk nogmaals op de toets om
het systeem weer in te schake-
len.
Als het TRC-/VSC-systeem in werking is
Uitschakelen van het TRC-systeem
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E.book Page 268 Tuesday, April 26, 2016 10:51 AM

Page 269 of 548

2694-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E
■Zowel TRC als VSC uitschakelen
Houd de schakelaar VSC OFF meer dan 3 seconden ingedrukt, terwijl de
auto stilstaat, om de TRC en VSC uit te schakelen.
De controlelampjes TRC OFF en VSC OFF gaan branden.
Druk nogmaals op de toets om het systeem weer in te schakelen.
Bij auto's met het Pre-Crash Safety -systeem worden ook het Pre-Crash
Brake Assist-systeem en het Pre-Crash Brake-systeem uitgeschakeld. Het
waarschuwingslampje PCS gaat branden. ( Blz. 242)
■ Wanneer het controlelampje TRC OF F zelfs gaat branden als de schake-
laar VSC OFF niet is ingedrukt
De TRC kan niet worden bediend. Neem contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
■ Bijgeluiden en trillingen veroorzaak t door het ABS, de Brake Assist, de
TRC en de VSC
● Het is mogelijk dat u tijdens het starten van de motor of bij het wegrijden een
geluid in de motorruimte hoort wanneer het rempedaal herhaaldelijk wordt
ingetrapt. Dit duidt niet op een storing in een van deze systemen.
● De volgende verschijnselen kunnen zich voordoen als bovenstaande syste-
men in werking zijn. Geen van deze verschijnselen duidt op een storing.
• Er kunnen trillingen gevoeld worden in de carrosserie en de stuurinrichting.
• Nadat de auto tot stilstand is gekomen, kan het geluid van een elektro-
motor hoorbaar zijn.
• Er kan een lichte trilling in het rempedaal voelbaar zijn als het antiblok- keersysteem geactiveerd is.
• Het rempedaal kan iets verder naar beneden bewegen als het antiblok-
keersysteem geactiveerd is.
■ Geluid EPS
Wanneer het stuurwiel bediend wordt, kan het geluid van een elektromotor
(zoemend geluid) hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
■ Automatisch opnieuw inschakelen van de TRC- en VSC-systemen
Als de TRC- en VSC-systemen zijn uitgeschakeld, worden deze automatisch
opnieuw ingeschakeld in de volgende situaties:
●Wanneer het contact UIT wordt gezet
● Als alleen het TRC-systeem wordt uitgeschakeld, wordt de TRC weer inge-
schakeld zodra de rijsnelheid toeneemt.
Als zowel het TRC- als het VSC-systeem is uitgeschakeld, worden deze niet
automatisch weer ingeschakeld als de rijsnelheid toeneemt.
■ Gereduceerde bekrachtiging door het EPS-systeem
De mate van bekrachtiging door het EPS-systeem wordt gereduceerd om het
systeem tegen oververhitting te beschermen als er gedurende langere tijd veel
stuurbewegingen worden uitgevoerd. Hierdoor kan de besturing zwaar aanvoe-
len.
Probeer als dat het geval is minder frequent te sturen of breng de auto tot stil-
stand en zet de motor uit. Het EPS-systee m moet binnen 10 minuten weer nor-
maal werken.
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E.book Page 269 Tuesday, April 26, 2016 10:51 AM

Page 270 of 548

2704-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E■
Als het controlelampje Traction Control gaat branden
Dit kan duiden op een storing in de systemen. Neem contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Voorwaarden voor werking noodstopsignaal
Als aan de volgende drie voorwaarden wordt voldaan, werkt het noodstop-
signaal:
●De alarmknipperlichten zijn uit.
● De werkelijke rijsnelheid is hoger dan 55 km/h.
● Het rempedaal wordt op zo'n manier ingetrapt dat het systeem op basis van
de deceleratie van de auto oordeelt dat het om een noodstop gaat.
■ Automatisch uitschakelen van noodstopsignaal
Het noodstopsignaal wordt in de volgende situaties uitgeschakeld:
●De alarmknipperlichten worden ingeschakeld.
● Het rempedaal wordt losgelaten.
● Het systeem oordeelt op basis van de deceleratie van de auto dat het niet
om een noodstop gaat.
WAARSCHUWING
■Het ABS werkt niet effectief als
● De maximale grip van de banden overschreden wordt (bijvoorbeeld ver-
sleten banden op een weg die bedekt is met sneeuw).
● Er sprake is van aquaplaning bij hoge snelheid op een nat of glad wegdek.
■ De remweg met ABS in werking kan langer zijn dan onder normale
omstandigheden
Het ABS is niet ontworpen om de remweg van de auto te verkorten. Houd
altijd voldoende afstand tot uw voorligger, met name in de volgende geval-
len:
● Als wordt gereden op wegen met grind, zand en dergelijke, of op
besneeuwde wegen
● Als wordt gereden met sneeuwkettingen
● Als wordt gereden op slechte wegen
● Als er gereden wordt over wegen met putdeksels of andere grote oneffen-
heden
■ De TRC werkt mogelijk niet effectief als
Het insturen van de juiste richting en het overbrengen van de aandrijfkracht
kunnen op een gladde weg niet onder alle omstandigheden gerealiseerd
worden, zelfs niet als het TRC-systeem in werking is.
Rijd voorzichtig met de auto onder omstandigheden waarbij de stabiliteit en
de aandrijfkracht verloren kunnen gaan.
YARIS_F_OM_Europe_OM52G66E.book Page 270 Tuesday, April 26, 2016 10:51 AM

Page:   < prev 1-10 ... 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 281-290 291-300 301-310 ... 550 next >