YAMAHA TRICITY 2017 Instructieboekje (in Dutch)

Page 41 of 92

Gebruik en belangrijke rij-informatie
5-3
5
DAU16782
Sneller en langzamer rijden
De rijsnelheid wordt geregeld door de gas-
greep open of dicht te draaien. Draai de
gasgreep richting (a) om sneller te gaan rij-
den. Draai de gasgreep richting (b) om
langzamer te gaan rijden.
DAU60650
Remmen
WAARSCHUWING
DWA17790
zVermijd hard en abrupt remmen
(met name wanneer u naar één kant
overhelt). Hierdoor zou de machine
kunnen slippen of kantelen.
zSpoorwegovergangen, tramrails,
ijzeren platen gebruikt in de wegen-
bouw en putdeksels worden in nat-
te toestand zeer glad. U dient deze
obstakels daarom met aangepaste
snelheid te naderen en voorzichtig
te passeren.
zOnthoud dat remmen op een nat
wegdek veel moeilijker is.
zRijd langzaam heuvelafwaarts,
remmen kan tijdens afdalingen
soms lastig zijn.
1. Sluit de gasklep volledig.
2. Bekrachtig de voor- en achterrem ge-
lijktijdig en oefen daarbij geleidelijk
meer druk uit.
(b)
(a)
ZAUM0199
UBR7D0D0.book Page 3 Tuesday, October 25, 2016 2:40 PM

Page 42 of 92

Gebruik en belangrijke rij-informatie
5-4
5
DAU16821
Tips voor een zuinig brandstof-
verbruik
Het brandstofverbruik is vooral afhankelijk
van uw rijstijl. Hierna volgen enkele tips om
het brandstofverbruik te verlagen:
zVoer het motortoerental tijdens acce-
lereren niet te hoog op.
zVoer het toerental niet te hoog op ter-
wijl de motor onbelast draait.
zLaat de motor niet langdurig stationair
draaien maar zet hem af (bijvoorbeeld
in files, bij stoplichten of bij spoorweg-
overgangen).
DAU16842
Inrijperiode
De belangrijkste periode in de levensduur
van het motorblok is de tijd tussen 0 en
1600 km (1000 mi). Lees daarom de vol-
gende informatie aandachtig door.
Omdat het motorblok gloednieuw is, mag
dit de eerste 1600 km (1000 mi) niet te
zwaar worden belast. De verschillende on-
derdelen van de motor slijten op elkaar in
totdat de juiste bedrijfsspelingen zijn be-
reikt. Rijd tijdens deze periode nooit lang-
durig volgas en vermijd ook andere
manoeuvres die tot oververhitting van de
motor kunnen leiden.
DAU74660
0–1000 km (0–600 mi)
Houd de gasgreep niet langdurig voorbij
1/3 opengedraaid. LET OP: Na 1000 km
(600 mi) moet de motorolie worden ver-
vangen en de oliezeef worden gereinigd,
en moet de eindoverbrengingsolie wor-
den vervangen.
[DCA23650]
1000–1600 km (600–1000 mi)
Houd de gasgreep niet langdurig voorbij
1/2 opengedraaid.
1600 km (1000 mi) en verder
De machine kan nu normaal worden ge-
bruikt.
LET OP
DCA10271
Als tijdens de inrijperiode motorschade
optreedt, vraag dan direct een Yamaha
dealer de machine te controleren.
UBR7D0D0.book Page 4 Tuesday, October 25, 2016 2:40 PM

Page 43 of 92

Gebruik en belangrijke rij-informatie
5-5
5
DAU17214
Parkeren
Zet om te parkeren de motor af en neem
dan de sleutel uit het contactslot.
WAARSCHUWING
DWA10312
zDe motor en het uitlaatsysteem
kunnen zeer heet worden, parkeer
dus op een plek waar voetgangers
of kinderen niet gemakkelijk met
deze onderdelen in aanraking kun-
nen komen en brandwonden kun-
nen oplopen.
zParkeer nooit op een helling of een
zachte ondergrond, hierdoor kan
de machine kantelen met mogelijk
brandstoflekkage en brand tot ge-
volg.
zParkeer niet nabij gras of andere
brandbare materialen die vlam zou-
den kunnen vatten.
UBR7D0D0.book Page 5 Tuesday, October 25, 2016 2:40 PM

Page 44 of 92

Periodiek onderhoud en afstelling
6-1
6
DAU17246
Door periodiek inspecties, afstellingen en
smeerbeurten uit te laten voeren, zorgt u
ervoor dat uw machine in zo veilig en effi-
ciënt mogelijke conditie blijft. De eige-
naar/bestuurder van de machine is
verplicht de optimale veiligheid te waarbor-
gen. Op de volgende pagina's wordt de be-
langrijkste informatie met betrekking tot
inspecties, afstellingen en smeerbeurten
gegeven.
De intervalperioden vermeld in de periodie-
ke onderhoudsschema's moeten worden
beschouwd als een algemene richtlijn on-
der normale rijcondities. Het is echter mo-
gelijk dat de intervalperioden voor
onderhoud moeten worden verkort afhan-
kelijk van het weer, het terrein, de geografi-
sche locatie en individueel gebruik.
WAARSCHUWING
DWA10322
Het niet of onjuist uitvoeren van onder-
houd aan de machine vergroot het risico
op letsel of overlijden tijdens het uitvoe-
ren van onderhoud of het rijden met de
machine. Als u niet bekend bent met
voertuigonderhoud, laat het onderhoud
dan uitvoeren door uw Yamaha dealer.
WAARSCHUWING
DWA15123
Zet voor het uitvoeren van onderhoud de
motor af tenzij anders aangegeven.
zEen draaiende motor heeft bewe-
gende delen die lichaamsdelen of
kleding kunnen grijpen en elektri-
sche onderdelen die schokken of
brand kunnen veroorzaken.
zHet laten draaien van de motor tij-
dens het uitvoeren van onderhoud
kan leiden tot oogletsel, brandwon-
den, brand of koolmonoxidevergif-
tiging, mogelijk met de dood tot
gevolg. Zie pagina 1-2 voor meer in-formatie over koolmonoxid
e.
WAARSCHUWING
DWA15461
Remschijven, -klauwen, -trommels en
-voeringen kunnen tijdens het gebruik
zeer heet worden. Laat onderdelen van
het remsysteem afkoelen alvorens deze
aan te raken.
UBR7D0D0.book Page 1 Tuesday, October 25, 2016 2:40 PM

Page 45 of 92

Periodiek onderhoud en afstelling
6-2
6
DAU17303
Emissiecontroles zorgen niet alleen voor
een betere luchtkwaliteit, maar zijn ook zeer
belangrijk voor een juiste werking van de
motor en om maximale prestaties te beha-
len. In de volgende periodieke onderhouds-
schema’s is het emissiecontrole-
onderhoud apart gegroepeerd. Dit onder-
houd vereist gespecialiseerde gegevens,
kennis en gereedschap. Onderhoud, ver-
vanging, of reparatie van emissiecontrole-
apparatuur en -systemen kan door elke
gecertificeerde reparateur worden uitge-
voerd (indien van toepassing). Yamaha
dealers beschikken over de training en het
gereedschap om dit onderhoud uit te voe-
ren.
DAU39692
Boordgereedschapsset
De boordgereedschapsset bevindt zich
aan de onderkant van het zadel. (Zie pagina
3-15.)
De onderhoudsinformatie in deze handlei-
ding en het gereedschap in de boordge-
reedschapsset zijn bedoeld om u te
ondersteunen bij het uitvoeren van preven-
tief onderhoud en kleinere reparaties. Voor
de correcte uitvoering van bepaalde onder-
houdswerkzaamheden kan echter het ge-
bruik van extra gereedschap zoals een
momentsleutel vereist zijn.
OPMERKING
Laat een Yamaha dealer onderhoud ver-
richten als u niet beschikt over het gereed-
schap of de ervaring die voor bepaalde
werkzaamheden vereist zijn.
1. Boordgereedschapsset
1
UBR7D0D0.book Page 2 Tuesday, October 25, 2016 2:40 PM

Page 46 of 92

Periodiek onderhoud en afstelling
6-3
6
DAU74580
OPMERKING
zDe jaarlijkse controles horen eenmaal per jaar te worden uitgevoerd, behalve
wanneer in plaats daarvan een onderhoudsbeurt op kilometerbasis of, voor
Groot-Brittannië, op mijlbasis wordt verricht.
zHerhaal de onderhoudsintervallen vanaf 20000 km (12000 mi), beginnend vanaf 4000
km (2400 mi).
zWerkzaamheden gemarkeerd met een asterisk horen te worden uitgevoerd door een
Yamaha dealer, omdat hiertoe speciaal gereedschap, technische gegevens en vak-
manschap vereist zijn.
DAU74590
Periodiek onderhoudsschema van het uitstootcontrolesysteem
NR. ITEM
1*Brandstofleiding• Controleer de brandstofslangen
op scheurtjes of beschadigin-
gen.
• Vervang indien nodig.√√√√√
2*Bougie• Controleer de conditie.
• Reinig en stel elektrodenaf-
stand af.√√
• Vervangen.√√
3*Klepspeling• Controleren en afstellen. Elke 12000 km (7200 mi)
4*Brandstofinjectie• Controleer het stationaire toe-
rental van de motor.√√√√√√
5*Uitlaatsysteem• Controleer op lekkage.
• Zet indien nodig vast.
• Vervang pakking indien nodig.Elke 12000 km (7200 mi)X 1000 km CONTROLE OF
ONDERHOUDSBEURT
X 1000 miKILOMETERSTAND
JAARLIJKSE
CONTROLE
1481216
0.62.44.87.29.6
UBR7D0D0.book Page 3 Tuesday, October 25, 2016 2:40 PM

Page 47 of 92

Periodiek onderhoud en afstelling
6-4
6
DAU74600
Algemeen smeer- en onderhoudsschema
NR. ITEM
1*Diagnostische sy-
steemcontrole• Voer dynamische inspectie uit
met Yamaha diagnosegereed-
schap.
• Controleer de storingscodes.√√√√√√
2 Luchtfilterelement• Vervangen. Elke 20000 km (12000 mi)
3Aftapslang luchtfil-
terhuis• Reinigen.√√√√√
4*Luchtfilterelement
in v-snaarbehui-
zing• Reinigen.
• Vervang indien nodig.√√√√√
5*Vo or re m• Controleer de werking, het
vloeistofniveau en op vloeistof-
lekkage.
• Vervang de remblokken indien
nodig.√√√√√√
6*Achterrem• Controleer de werking, het
vloeistofniveau en op vloeistof-
lekkage.
• Controleer de vrije slag van de
remhendel en stel deze indien
nodig af.
• Vervang de remblokken indien
nodig.√√√√√√
7*Remslangen• Controleer op scheurtjes en be-
schadigingen.√√√√√
• Vervangen. Elke 4 jaar
8*Remvloeistof• Verversen. Elke 2 jaar
9*Wielen• Controleer de speling en con-
troleer op beschadigingen.
• Vervang indien nodig.√√√√
• Balanceer de voorwielen uit.Telkens wanneer de wielen of
banden zijn gewisseld of ver-
vangen.X 1000 km CONTROLE OF
ONDERHOUDSBEURT
X 1000 mi
KILOMETERSTAND
JAARLIJKSE
CONTROLE
1481216
0.62.44.87.29.6
UBR7D0D0.book Page 4 Tuesday, October 25, 2016 2:40 PM

Page 48 of 92

Periodiek onderhoud en afstelling
6-5
6
10*Banden• Controleer op slijtage en be-
schadigingen.
• Vervang indien nodig.
• Controleer de bandspanning.
• Corrigeer indien nodig.√√√√√
11*Wiellagers• Controleer op speling of be-
schadigingen.√√√√
12*Stuursysteem• Controleer de lagers op spe-
ling en oppervlakteruwheid.
• Controleer de spoorstang en
vervang deze indien nodig.√√√√√
• Smeren met lithiumvet. Elke 24000 km (14000 mi)
13*Leunsysteem• Controleer op speling of be-
schadigingen.√√√√√
14*Framebevestigin-
gen• Controleer of alle moeren, bou-
ten en schroeven stevig zijn
vastgezet.√√√√√
15Scharnieras van
voor- en achter-
remhendel• Smeren met siliconenvet.√√√√√
16*Gekoppeld remsy-
steem• Smeer de scharnierpunten en
bewegende delen met silico-
nenvet.
• Smeer het kabeluiteinde met li-
thiumvet.√√√√
17Zijstandaard, mid-
denbok• Controleer de werking.
• Smeren met lithiumvet.√√√√√
18*Zijstandaardscha-
kelaar• Controleer de werking en ver-
vang indien nodig.√√√√√√
19*Vo or v o rk• Controleer op een correcte
werking en olielekkage.
• Vervang indien nodig.√√√√
20*Schokdemperunits• Controleer op een correcte
werking en olielekkage.
• Vervang indien nodig.√√√√ NR. ITEM
X 1000 km CONTROLE OF
ONDERHOUDSBEURT
X 1000 miKILOMETERSTAND
JAARLIJKSE
CONTROLE
1481216
0.6 2.4 4.8 7.2 9.6
UBR7D0D0.book Page 5 Tuesday, October 25, 2016 2:40 PM

Page 49 of 92

Periodiek onderhoud en afstelling
6-6
6
DAU72780
OPMERKING
zMotorluchtfilter en luchtfilters van V-snaarbehuizing
• Het motorluchtfilter op dit model is voorzien van een geolied papieren filterelement.
Reinig dit niet met perslucht om beschadiging te voorkomen.
• Het motorluchtfilterelement moet vaker worden vervangen en de luchtfilterelemen-
ten van de V-snaarbehuizing moeten vaker worden gereinigd bij rijden in zeer stof-
fige of vochtige gebieden.
21 Motorolie• Verversen (warm de motor op
alvorens olie af te tappen).
• Controleer het olieniveau en
controleer de machine op olie-
lekkage.√√√√√√
22*Olie-aanzuigzeef• Reinigen.√√√
23*Koelsysteem• Controleer het koelvloeistofni-
veau en controleer de machine
op vloeistoflekkage.√√√√√
• Verversen. Elke 3 jaar
24*Eindoverbren-
gingsolie• Controleer de machine op olie-
lekkage.√√√√√
• Verversen.√Elke 12000 km (7200 mi)
25*V- s n a a r• Vervangen. Elke 20000 km (12000 mi)
26*Voor- en achter-
remschakelaar• Controleer de werking.√√√√√√
27*Bewegende delen
en kabels•Smeren.√√√√√
28*Gasgreephuis en
gaskabel• Controleer werking en vrije
slag.
• Stel de vrije slag van de gaska-
bel af indien nodig.
• Smeer het gasgreephuis en de
gaskabel.√√√√√
29*Lampen, richting-
aanwijzers en
schakelaars• Controleer de werking.
• Stel de koplamplichtbundel af.√√√√√√ NR. ITEM
X 1000 km CONTROLE OF
ONDERHOUDSBEURT
X 1000 mi
KILOMETERSTAND
JAARLIJKSE
CONTROLE
1481216
0.62.44.87.29.6
UBR7D0D0.book Page 6 Tuesday, October 25, 2016 2:40 PM

Page 50 of 92

Periodiek onderhoud en afstelling
6-7
6
zHydraulisch remsysteem
• Ververs na het demonteren van de remhoofdcilinders en remklauwen altijd de rem-
vloeistof. Controleer regelmatig de remvloeistofniveaus en vul de reservoirs indien
nodig bij.
• Elke twee jaar moeten de inwendige onderdelen van de hoofdremcilinders en de
remklauwen worden vervangen en de remvloeistof worden ververst.
• De remslangen dienen elke vier jaar te worden vervangen, of wanneer deze zijn ge-
scheurd of beschadigd.
UBR7D0D0.book Page 7 Tuesday, October 25, 2016 2:40 PM

Page:   < prev 1-10 ... 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 ... 100 next >