YAMAHA XJR 1300 2000 Instructieboekje (in Dutch)
Page 51 of 95
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
6-7
6
Monteren
1. Meet de elektrodenafstand met een
voelmaat en stel de afstand indien no-
dig af.
2. Maak het pakkingvlak schoon. Veeg
eventueel vuil van de schroefdraad.
3. Monteer de bougie en trek deze met
het voorgeschreven koppel aan.
OPMERKING:@ Als u geen momentsleutel hebt bij het aan-
brengen van de bougie, is een goede richt-
lijn voor het juiste koppel om de bougie 1/4
tot 1/2 slag aan te trekken nadat u deze met
de hand hebt vastgedraaid. Laat de bougie
in dit geval zo spoedig mogelijk nauwkeurig
met het juiste koppel aantrekken. @4. Installeer de bougiedoppen.
DAU01784*
MotorolieInspektie van het oliepeil
1. Plaats de motorfiets op de midden-
standaard. Laat de motor enkele mi-
nuten lang warmdraaien.OPMERKING:@ Let op dat de motorfiets horizontaal staat
als u het oliepeil kontroleert. Als de motor-
fiets iets overhelt, kan dit leiden tot een ver-
keerde aflezing. @
1. ElektrodenafstandElektrodenafstand:
0,8 ~ 0,9 mm
Aantrekkoppel:
Bougie:
17,5 Nm (1,75 m·kg)
Page 52 of 95
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
6-8
6
2. Kontroleer het oliepeil, terwijl de motor
afgezet is, door het oliepeil-afleesglas
onderaan de rechterkant van het car-
terdeksel.OPMERKING:@ Wacht, na het afzetten van de motor, enke-
le minuten met het kontroleren van het olie-
peil. @3. Het oliepeil dient tussen de minimum-
en maximum-merktekens te liggen.
Als er te weinig olie in de motor zit, vul
dan olie bij tot aan het juiste peil.Verversen van de motorolie en vervan-
gen van het oliefilter-element
1. Laat de motor enkele minuten warm-
draaien.
2. Zet de motor af. Plaats een opvang-
bak onder de motor en verwijder de
olievuldop.
3. Verwijder de aftapbout en laat alle olie
weglopen.4. Verwijder de oliefilter-aftapschroef, de
filterdekselbout, het filterdeksel, het
oliefilter-element en de pakkingring.
5. Monteer de aftapbout en draai hem
stevig vast, met het voorgeschreven
aantrekkoppel.1. Oliepeil-afleesglas
2. Maximum-merkteken
3. Minimum-merkteken
1. Motorolie-aftapbout
1. Oliefilteraftapschroef
2. OliefilterdekselboutAantrekkoppel:
Aftapbout:
43 Nm (4,3 m·kg)
Page 53 of 95
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
6-9
6
6. Installeer het nieuwe oliefilter-element
en de nieuwe pakking-ring.7. Plaats het oliefilter met het uitsteken-
de deel tegenover de gleuf in de be-
huizing en installeer het filterdeksel.
8. Draai de oliefilterbout en de oliefilter-
aftapschroef vast, met het voorge-
schreven aantrekkoppel.
OPMERKING:@ Let op dat de O-ringen goed op hun plaats
zitten. @
9. Vul de motor met olie. Monteer de olie-
filterdop en schroef hem vast.
DC000066
LET OP:@l
U mag geen chemische middelen
aan de motorolie toevoegen. De
motorolie dient tevens voor het
smeren van de koppeling en toege-
voegde middelen zouden de koppe-
ling kunnen doen slippen.
l
Let op dat er geen vreemde voor-
werpen in het carter terechtkomen.
@
1. Oliefilter-element
2. O-ringen (´ 2)
1. Uitsteeksel
2. Gleuf
Aantrekkoppel:
Oliefilterbout:
15 Nm (1,5 m·kg)
Oliefilter-aftapschroef:
7 Nm (0,7 m·kg)
Aanbevolen motorolie:
Zie blz. 8-1.
Hoeveelheid motorolie:
Totale hoeveelheid:
4,2 L
Periodieke verversing:
3,0 L
Verversen van olie en vervangen van
oliefilter:
3,35 L
Page 54 of 95
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
6-10
6
10. Start de motor en laat hem enkele mi-
nuten warmdraaien. Kontroleer tijdens
het warmdraaien op olielekken. Mocht
er een olielek worden bespeurd, zet
de motor dan onmiddellijk af en pro-
beer de oorzaak te vinden.OPMERKING:@ Nadat de motor gestart is, dient het oliepeil-
lampje uit te gaan als er olie tot het juiste
peil bijgevuld is. @
DC000067
LET OP:@ Als het kontrolelampje knippert of blijft
oplichten, zet de motor dan onmiddelijk
af en raadpleeg een Yamaha dealer. @
DAU01755
LuchtfilterHet luchtfilter dient regelmatig schoonge-
maakt te worden, op de in de onderhoud-
stabel aangegeven tijdstippen. Als u veel
op stoffige wegen of in regenachtige gebie-
den rijdt, dient u het luchtfilter vaker schoon
te maken.
1. Verwijder het zadel. (Zie blz. 3-11 voor
het verwijderen en weer installeren
van het zadel.)
2. Verwijder het paneel A. (Zie blz. 6-5
voor het verwijderen en weer installe-
ren van het paneel.)
3. Verwijder de luchtfilter-behuizing door
de draden op te tillen zoals aangege-
ven en de schroeven te verwijderen.4. Verwijder het luchtfilter.1. Deksel luchtfilterbehuizing
2. Schroef (´ 4)
1. Luchtfilter
Page 55 of 95
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
6-11
6
5. Klop voorzichtig tegen het luchtfilter
tot het meeste stof en vuil er uit is en
blaas vervolgens de rest er uit met
perslucht, zoals afgebeeld. Mocht het
luchtfilter beschadigd zijn, vervang het
dan.
6. Installeer het luchtfilter weer. Volg
hierbij de omgekeerde procedure.
DC000082
LET OP:@ l
Zorg dat het luchtfilter naar beho-
ren in de luchtfilter-behuizing zit.
l
Laat de motor nooit lopen zonder
dat het luchtfilter geïnstalleerd is.
Dit kan leiden tot bijzonder snelle
slijtage van cilinders en/of zuigers.
@
DAU00630
Afstelling van de carburateurDe carburateur is een bijzonder belangrijk
onderdeel van de motor. De afstelling ervan
dient bijzonder nauwkeurig te geschieden.
Het verdient aanbeveling om deze afstel-
ling over te laten aan uw Yamaha dealer die
de nodige kennis van zaken heeft en over
ruime ervaring beschikt. Het routine-onder-
houd, zoals het afstellen van het stationair-
toerental kunt u echter zelf uitvoeren.
DC000095
LET OP:@ De carburateur is na vele tests in de
Yamaha fabrieken afgesteld. Verande-
ren van de afstellingen kan leiden tot
slecht lopen van de motor en zelfs tot
beschadiging hiervan. @
DAU00632
Afstelling stationair toerental1. Start de motor en laat deze enkele mi-
nuten lang warmdraaien met een toe-
rental van 1.000 à 2.000 tpm. Laat de
motor af en toe met een wat hoger
toerental lopen 4.000 à 5.000 tpm. De
motor is warm als deze snel op de be-
weging van de gasgreep reageert.
Page 56 of 95
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
6-12
6
2. Stel het stationair toerental nu op het
voorgeschreven toerental af, door de
gasstopschroef te verdraaien. Draai
de schroef in de richting
a om het toe-
rental te verhogen en draai de schroef
naar
b om het toerental te verlagen.OPMERKING:@ Als u het toerental niet op de voorgeschre-
ven waarde krijgt, raadpleeg dan een
Yamaha dealer. @
DAU00635
Kontroleren van de vrije speling
van de gaskabelDe gaskabel dient een voorgeschreven
vrije speling van 3 ~ 5 mm te hebben bij het
handvat. Als de vrije speling incorrect is,
laat de speling dan afstellen door een
Yamaha dealer.
DAU00637
Afstellen van de klepspelingDe juiste klepspeling verandert tijdens het
gebruik van de motorfiets, met als gevolg
een onjuiste invoer van het benzine-/lucht-
mengsel of meer lawaai. Om dit te vermij-
den, dienen de kleppen regelmatig
afgesteld te worden. Laat deze afstelling
echter aan een Yamaha dealer over.
1. Gasstopschroef
Standaard stationair toerental:
1.000 ~ 1.100 tpm
a. Vrije speling
Page 57 of 95
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
6-13
6
DAU00658
BandenLet, voor goede rijprestaties, een lange le-
vensduur en veilig rijden, op de volgende
punten:
Bandenspanning
Kontroleer de bandenspanning altijd, voor-
dat u met de motorfiets wegrijdt.
DW000082
WAARSCHUWING
@ De bandenspanning dient gemeten te
worden als de temperatuur van de ban-
den gelijk is aan de omgevingstempera-
tuur. De bandenspanning is afhankelijk
van het totale gewicht van de bagage, de
bestuurder, de medepassagier, overige
accessoires (stroomlijnkappen, zadel-
tassen, enz. - monteer nooit accessoires
die niet zijn goedgekeurd voor deze mo-
torfiets) en de snelheid van de motor-
fiets. @
CE-33DDW000083
WAARSCHUWING
@ Een juiste verdeling van het gewicht is
van groot belang voor een goede weg-
ligging, juist reageren op het remmen,
balans en veiligheid in het algemeen.
Zorg ervoor dat bagage die u vervoert,
goed vast zit zodat deze niet kan gaan
schuiven. Plaats de zwaarste voorwer-
pen in het midden van de motorfiets en
verdeel het gewicht gelijkmatig over
rechter- en linkerzijde. Stel de voorbe-
lasting van de schokbrekers in aan de
hand van het totale gewicht en breng de
bandenspanning ook op de juiste waar-
de. OVERLAAD UW MOTORFIETS
NOOIT. Overschrijdt nooit het totaal toe-
gestane gewicht van bagage, bestuur-
der, medepassagier, overige accessoi-
res (stroomlijnkappen, zadeltassen, enz.
- monteer nooit accessoires die niet zijn
goedgekeurd voor deze motorfiets). Een
te zwaar beladen motorfiets kan leiden
tot beschadiging van de banden, een on-
geluk en ernstige verwondingen. @
Maximale belasting* 207 kg
Bandenspanning bij
koude bandenVoor Achter
Belasting tot 90 kg*250 kPa
(2,50 kg/cm
2,
2,50 bar)250 kPa
(2,50 kg/cm
2,
2,50 bar)
90 kg ~
Maximale belasting*250 kPa
(2,50 kg/cm
2,
2,50 bar)290 kPa
(2,90 kg/cm
2,
2,90 bar)
Bij rijden met hoge
snelheid250 kPa
(2,50 kg/cm
2,
2,50 bar)290 kPa
(2,90 kg/cm
2,
2,90 bar)
* Belasting is het totale gewicht van bagage, bestuur-
der, mede-passagier en accessoires.
Page 58 of 95
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
6-14
6
Inspekteren van de banden
Kontroleer de banden altijd, voordat u met
de motorfiets wegrijdt. Als het middenprofiel
de minimale waarde bereikt (zie de afbeel-
ding), als er zich een spijker of stukjes glas
in de band bevinden, of als de flank van de
band gescheurd is, vraag een Yamaha
dealer dan zo snel mogelijk om de band te
vervangen.
DW000095
WAARSCHUWING
@ Rijden met de motorfiets met versleten
banden is bijzonder gevaarlijk. Dit zal
leiden tot verlies aan wegligging en ver-
lies aan kontrole over de motorfiets.
Laat versleten banden onmiddellijk ver-
vangen door een Yamaha dealer. Ver-
vangen van banden, remmen en alle
onderdelen die te maken hebben met het
wiel, dient alleen te worden uitgevoerd
door erkend personeel van een Yamaha
dealer. @CE-26DOPMERKING:@ De voorwaarden voor de minimale profiel-
diepte, kunnen van land tot land verschillen.
Houd u aan de plaatselijke regelingen, en
minimaal aan de voorwaarden van
Yamaha. @
Informatie over de banden
Deze motorfiets is uitgerust met tubeless
banden, bandventielen en gegoten wielen.
1. Zijwand
a. Profieldiepte
Minimale profieldiepte
(voor en achter)1,6 mm
1. Bandventiel
2. Ventielkern
3. Ventieldop met dichting
Page 59 of 95
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
6-15
6
DW000080
WAARSCHUWING
@ l
Na het uitvoeren van vele uitgebrei-
de tests heeft Yamaha Motor Co.,
Ltd. de hieronder genoemde ban-
den, voor dit model, goedgekeurd.
Bij gebruik van andere banden of
andere kombinaties van banden,
kan er geen garantie worden gege-
ven over de wegligging en de be-
stuurbaarheid van de motorfiets.
De voorband en de achterband die-
nen van hetzelfde ontwerp en de-
zelfde fabrikant te zijn.
l
Gebruik van andere ventielen en
andere ventielkernen dan degenen
die hieronder worden vermeld, kan
leiden tot plotseling leeglopen van
de banden bij rijden met hoge snel-
heid. Gebruik altijd originele
Yamaha onderdelen of onderdelen
van een gelijkwaardige kwaliteit.
l
Vergeet niet om de ventieldoppen
op de ventielen te plaatsen. De ven-
tieldoppen zijn, met name bij het rij-
den met hoge snelheid, ook
belangrijke onderdelen.
@
CE-10D
CE-12DDAU00684
WAARSCHUWING
@ Deze motorfiets is uitgerust met banden
voor rijden met uiterst hoge snelheden.
Om deze banden op de juiste manier te
gebruiken, dient u op de volgende pun-
ten te letten.l
Als u een band vervangt, gebruik
hier dan altijd de voorgeschreven
band voor. Andere banden kunnen
uit elkaar klappen bij rijden met
zeer hoge snelheden.
l
Nieuwe banden, die nog niet inge-
sleten zijn, hebben minder grip op
de weg. Zodoende dient u eerst
zo’n 100 km met normale snelheid
te rijden, alvorens uw snelheid te
verhogen.
l
Voordat u met bijzonder hoge snel-
heid gaat rijden, dient u de banden
eerst wat op te warmen.
l
Zorg dat de banden altijd de juiste
spanning voor de betreffende
rijomstandighheden hebben.
@
VOOR
Bandenmerk Bandenmaat Type
Dunlop 120/70ZR17 (58W) D207F
Bridgestone 120/70ZR17 (58W) BT57F
Michelin 120/70ZR17 (58W) MACADAM90X
ACHTER
Bandenmerk Bandenmaat Type
Dunlop 180/55ZR17 (73W) D207
Bridgestone 180/55ZR17 (73W) BT57R
Michelin 180/55ZR17 (73W) MACADAM90X
Type
Bandventiel TR412
Ventielkern #9000A (Genuine)
Page 60 of 95
PERIODIEK ONDERHOUD EN EENVOUDIGE REPARATIES
6-16
6
DAU00687
WielenVoor optimale prestaties, een lange levens-
duur en een optimale veiligheid, dient u op
de volgende punten te letten:l
Kontroleer de wielen op de volgende
punten, alvorens te gaan rijden.
Kontroleer de velg op scheurtjes, bar-
sten en op vervorming (slag in het
wiel). Als er iets mis is met een wiel,
raadpleeg dan een Yamaha dealer.
Probeer niet zelf reparaties aan het
wiel uit te voeren. Een vervormd wiel
of een wiel met scheuren dient onmid-
dellijk vervangen te worden.
l
Als er een band of een wiel is vervan-
gen, dient u de wielen te laten uitba-
lanceren. Een slecht uitgebalanceerd
wiel kan leiden tot slechtere presta-
ties, verminderde wegligging en een
kortere levensduur van de banden.
l
Rijd in het begin langzaam en voor-
zichtig, na het verwisselen van een
band, om het oppervlak van de nieu-
we band in te rijden, zodat de band
zijn optimale kwaliteiten kan ontwikke-
len.
DAU00712
Afstellen van de achterrem-
pedaalhoogteDe bovenkant van het achterrempedaal
dient 40 mm onder de bovenkant van de
voetsteun te liggen. Mocht dit op uw motor-
fiets niet het geval zijn, vraag uw Yamaha
dealer dan om de achterrem-pedaalhoogte
af te stellen.
DW000109
WAARSCHUWING
@ Als het achterrempedaal sponzig aan-
voelt, kan dit betekenen dat er lucht in
het remsysteem zit. Deze lucht moet ver-
wijderd worden door het remsysteem te
ontluchten. Rijd nooit met de motorfiets
als er zich lucht in het remsysteem be-
vindt. Lucht in het remsysteem zal het
remvermogen van de motorfiets sterk
verminderen, met als gevolg verhoogde
kans op ongelukken. Laat uw Yamaha
dealer het remsysteem inspekteren en
ontluchten. @
a. Achterrem-pedaalhoogte