YAMAHA XSR 900 2017 Instructieboekje (in Dutch)
Page 91 of 102
Verzorging en stalling van de motorfiets
7-3
1
2
3
4
5
678
9
10
11
12
schoonmaakmiddel om nog achterge-
bleven vuil te verwijderen.
6. Werk kleine lakbeschadigingen door steenslag e.d. bij.
7. Zet alle gelakte oppervlakken in de
was.
8. Laat de motorfiets volledig drogen al- vorens deze te stallen of af te dekken.WAARSCHUWING
DWA11132
Verontreiniging van de remmen of ban-
den kan leiden tot verlies van de contro-
le over de machine.
Controleer of er geen olie of was op
de remmen of banden zit.
Reinig de remschijven en remvoe-
ringen indien nodig met een norma-
le remschijfreiniger of aceton en
spoel de banden schoon met lauw
water en een mild reinigingsmiddel.
Test de remwerking en het wegge-
drag van de machine in bochten
voordat u met hoge snelheden gaatrijden.
LET OP
DCA10801
Breng een geringe hoeveelheid
oliespray en was aan en verwijder
overtollige hoeveelheden.
Breng oliespray of was nooit aan op rubber of kunststof delen, behandel
deze met een daartoe bestemd ver-
zorgingsmiddel.
Vermijd het gebr
uik van schurende
poetsmiddelen, deze tasten de lakaan.
OPMERKING
Vraag een Yamaha dealer om advies
over de te gebruiken producten.
Door wassen, regenachtig weer of een
vochtig klimaat kan de koplamplens
beslagen raken. Inschakelen van de
koplamp gedurende een korte periode
zal helpen bij de verwijdering van hetvocht.
DAU26183
StallingKorte termijn
Stal uw motorfiets steeds op een koele en
droge plek en bescherm indien nodig tegen
stof met een luchtdoorlatende stallinghoes.
Zorg ervoor dat de motor en het uitlaatsy-
steem zijn afgekoeld alvorens de motorfiets
af te dekken.LET OP
DCA10811
Als de motorfiets wordt gestald in
een slecht geventileerde ruimte of
in vochtige toestand wordt afgedekt
met een hoes of een dekzeil, zal wa-
ter en vocht kunnen binnendringen
en roestvorming veroorzaken.
Voorkom corrosie door de machine
niet te stallen in een vochtige kel-
der, een stal (i.v.m. de aanwezig-
heid van ammoniakdamp) en in een
opslagruimte voor sterke chemica-liën.
Lange termijn
Alvorens uw motorfiets gedurende meerde-
re maanden aaneen te stallen: 1. Volg alle instructies op in de paragraaf “Verzorging” in dit hoofdstuk.
2. Vul de brandstoftank en voeg een sta-
Page 92 of 102
Verzorging en stalling van de motorfiets
7-4
1
2
3
4
5
67
8
9
10
11
12
bilisatoradditief (indien verkrijgbaar)
toe om roestvorming in de tank en ach-
teruitgang van de brandstof te voorko-
men.
3. Voer de volgende stappen uit om de
cilinders, de zuigerveren etc. te be-
schermen tegen corrosie.
a. Verwijder de bougiedoppen en de bougies.
b. Giet een theelepel motorolie in elk bougiegat.
c. Breng de bougiedoppen aan op de bougies en leg dan de bougies zo-
danig op de cilinderkop dat de
elektroden aan massa liggen. (Dit
voorkomt vonken tijdens de vol-
gende stap.)
d. Laat de motor een paar keer rond- draaien op de startmotor. (De cilin-
derwanden worden zo geolied.)
WAARSCHUWING! Verbind de
bougie-elektrodes met de mas-
sa bij het ronddraaien van de
motor om schade of letsel door
vonkvorming te voorko-
men.
[DWA10952]
e. Haal de bougiedoppen los van debougies en breng dan de bougies
en de bougiedoppen weer aan.
4. Smeer alle bedieningskabels en scharnierpunten van alle hendels en pedalen en van de zijstandaard/mid-
denbok.
5. Controleer de bandenspanning, corri- geer deze indien nodig en breng dan
de motorfiets omhoog, zodat beide
wielen los van de grond zijn. Een an-
dere mogelijkheid is de wielen elke
maand iets te draaien, zodat de ban-
den niet op één gedeelte sterker ach-
teruitgaan.
6. Dek de uitlaatdemper af met een plas-
tic zak om te voorkomen dat vocht kan
binnendringen.
7. Verwijder de accu en laad deze volle-
dig bij. Berg de accu op een koele en
droge plek op en laad deze eens per
maand bij. Berg de accu niet op een
overmatig koude of warme plek op
[onder 0 °C (30 °F) of boven 30 °C (90
° F)]. Zie pagina 6-28 voor meer infor-
matie over het opbergen van de accu.
OPMERKINGVoer eventueel benodigde reparaties uitvoordat u uw mo torfiets stalt.
Page 93 of 102
8-1
1
2
3
4
5
6
789
10
11
12
Specificaties
DAU6999B
Afmetingen:Totale lengte: 2075 mm (81.7 in)
Totale breedte: 815 mm (32.1 in)
Totale hoogte: 1140 mm (44.9 in)
Zadelhoogte:
830 mm (32.7 in)
Wielbasis: 1440 mm (56.7 in)
Grondspeling: 135 mm (5.31 in)
Kleinste draaicirkel:
3.0 m (9.84 ft)Gewicht:Rijklaar gewicht:195 kg (430 lb)Motor:Verbrandingscyclus:4-takt
Koelsysteem: Vloeistofgekoeld
Kleppenmechanisme:
DOHC
Cilinderopstelling: In lijn
Aantal cilinders: 3-cilinder
Slagvolume:
847 cm
3
Boring × slag:
78.0 × 59.1 mm (3.07 × 2.33 in) Compressieverhouding:
11.5 : 1
Startsysteem:
Elektrische startmotor
Smeersysteem: Wet sump
Motorolie:Aanbevolen merk:
YAMALUBE
SAE-viscositeitsklassen: 10W-40
Aanbevolen kwaliteit motorolie: API service type SG of hoger, JASO
MA-norm
Hoeveelheid motorolie: Olieverversing:2.40 L (2.54 US qt, 2.11 Imp.qt)
Met verwijderen van oliefilterelement: 2.70 L (2.85 US qt, 2.38 Imp.qt)Hoeveelheid koelvloeistof:Koelvloeistofreservoir (tot aan de merkstreep
voor maximumniveau):
0.25 L (0.26 US qt, 0.22 Imp.qt)
Radiator (inclusief alle leidingen): 1.93 L (2.04 US qt, 1.70 Imp.qt)Luchtfilter:Luchtfilterelement:
Papieren element met oliecoatingBrandstof:Aanbevolen brandstof:Loodvrije superbenzine (gasohol [E10] ac-
ceptabel)
Inhoud brandstoftank: 14 L (3.7 US gal, 3.1 Imp. gal) Hoeveelheid reservebrandstof:
2.6 L (0.69 US gal, 0.57 Imp.gal)
Brandstofinjectie:Gasklephuis:Het teken van identificatie:
B901 00Bougie(s):Fabrikant/model: NGK/CPR9EA9
Elektrodenafstand:
0.8–0.9 mm (0.031–0.035 in)Koppeling:Type koppeling:Nat, meervoudige plaatAandrijflijn:Primaire reductieverhouding:1.681 (79/47)
Eindoverbrenging: Ketting
Secundaire reduc tieverhouding:
2.813 (45/16)
Type versnellingbak: Constant mesh, 6 versnellingen
Overbrengingsverhoudingen: 1e:2.667 (40/15)
2e: 2.000 (38/19)
3e:
1.619 (34/21)
4e: 1.381 (29/21)
5e: 1.190 (25/21)
Page 94 of 102
Specificaties
8-2
1
2
3
4
5
6
78
9
10
11
12
6e: 1.037 (28/27)
Chassis:Type frame: Diamantframe
Spoorhoek: 25.0 graden
Naspoor:
103 mm (4.1 in)Voorband:Type:Tubeless
Maat:
120/70 ZR17M/C(58W)
Fabrikant/model: BRIDGESTONE/S20F MAchterband:Type:
Tubeless
Maat: 180/55 ZR17M/C (73W)
Fabrikant/model: BRIDGESTONE/S20R MBelading:Maximale belasting:170 kg (375 lb)
* (Totaalgewicht van bestuurder, passagier,
bagage en accessoires)Bandenspanning (gemeten aan koude
banden):1 persoon:Voor:250 kPa (2.50 kgf/cm
2, 36 psi) Achter:
290 kPa (2.90 kgf/cm
2, 42 psi)
2 personen:
Voor: 250 kPa (2.50 kgf/cm2, 36 psi)
Achter:
290 kPa (2.90 kgf/cm2, 42 psi)
Voorwiel:Type wiel:Gietwiel
Velgmaat:
17M/C x MT3.50Achterwiel:Type wiel:Gietwiel
Velgmaat:
17M/C x MT5.50Voorrem:Type:Hydraulische dubbele schijfrem
Aanbevolen remvloeistof:
DOT 4Achterrem:Type:Hydraulische enkele schijfrem
Aanbevolen remvloeistof:
DOT 4Voorwielophanging:Type:Telescoopvork
Veer:
Schroefveer
Schokdemper: Hydraulische schokdemper Veerweg:
137 mm (5.4 in)
Achterwielophanging:Type:Achterbrug (link-ophanging)
Veer: Schroefveer
Schokdemper:
Gasgevulde hydraulische schokdemper
Veerweg: 130 mm (5.1 in)Elektrische installatie:Systeemspanning:
12 V
Ontstekingssysteem: Transistorontsteking
Laadsysteem: Wisselstroomdynamo met permanente
magnetenAccu:Model:YTZ10S
Voltage, capaciteit: 12 V, 8.6 Ah (10 HR)Koplamp:Type gloeilamp:
HalogeenlampWattage gloeilamp:Koplamp:H4, 60.0 W/55.0 W
Remlicht/achterlicht unit:
LED
Voorste richtingaanwijzer: 10.0 W
Page 95 of 102
Specificaties
8-3
1
2
3
4
5
6
789
10
11
12
Achterste richtingaanwijzer: 10.0 W
Parkeerlicht:
5.0 W
Kentekenverlichting: 5.0 W
Instrumentenverlichting: LED
Controlelampje vrijstand:
LED
Controlelampje grootlicht: LED
Waarschuwingslampje olieniveau: LED
Controlelampje richtingaanwijzers:
LED
Waarschuwingslampje koelvloeistoftempera-
tuur:
LED
Waarschuwingslampje motorstoring: LED
ABS-waarschuwingslampje: LED
Controlelampje startblokkering:
LED
Controlelampje tractieregeling: LEDZekering:Hoofdzekering:
50.0 A
Hulpzekering 1: 2.0 A
Koplampzekering: 15.0 A Zekering signaleringssysteem:
7.5 A
Zekering ontstekingssysteem:
15.0 A
Zekering parkeerlichtcircuit: 7.5 A
Zekering radiatorkoelvin: 15.0 A
Zekering brandstofinjectiesysteem:
10.0 A
Zekering ABS-regeleenheid: 7.5 A
Zekering ABS-motor: 30.0 A
Zekering van de ABS-solenoïdeklep:
15.0 A
Backup-zekering: 7.5 A
Zekering elektronische smoorklep: 7.5 A
Page 96 of 102
9-1
1
2
3
4
5
6
7
89
10
11
12
Gebruikersinformatie
DAU53562
IdentificatienummersNoteer het voertuigidentificatienummer, het
serienummer van het motorblok en de ge-
gevens op de modelinformatiesticker in on-
derstaande ruimtes. Deze
identificatienummers zijn nodig voor de
kentekenregistratie van het voertuig in uw
land en voor het bestellen van reserveon-
derdelen bij een Yamaha dealer.
VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER:
SERIENUMMER MOTOR:
MODELINFORMATIESTICKER:
DAU26401
Voertuigidentificatienummer
Het voertuigidentifica tienummer is ingesla-
gen op de balhoofdbuis. Noteer dit nummer
in het daartoe bestemde vakje.OPMERKINGHet voertuigidentificatienummer is bedoeld
voor identificatie van uw motorfiets en kan
worden gebruikt om uw motor in uw landaan te melden voor kentekenregistratie.
DAU26442
Serienummer motorblok
Het motorblokserienummer is ingeslagen in
het carter.
1. Voertuigidentificatienummer
1
1. Serienummer motorblok
1
Page 97 of 102
Gebruikersinformatie
9-2
1
2
3
4
5
6
7
8910
11
12
DAU26481
Modelinformatiesticker
De modelinformatiesticker is onder het za-
del bevestigd aan het frame. (Zie
pagina 3-21.) Noteer de informatie op deze
sticker in het daartoe bestemde vakje. Deze
informatie is nodig om reserve-onderdelen
te bestellen bij een Yamaha dealer.
DAU69910
DiagnosestekkerDe diagnosestekker bevindt zich op de aan-
gegeven plaats.
DAU74701
Voertuiggegevens registrerenDe ECU van dit model slaat bepaalde voer-
tuiggegevens op voor ondersteuning bij de
storingsdiagnose en v oor onderzoeks- en
ontwikkelingsdoeleinden. Deze gegevens
worden alleen geüpload wanneer een spe-
ciaal diagnosegereedschap van Yamaha
op de machine wordt aangesloten, bijvoor-
beeld bij de uitvoering van controles of on-
derhoudsprocedures.
Hoewel de sensors en geregistreerde gege-
vens van model tot model verschillen, zijn
de belangrijkste gegevenspunten:
Informatie over de voertuigstatus en
motorprestaties
Informatie over brandstofinspuiting en
emissie
Yamaha deelt deze gegevens niet met an-
dere partijen, behalve:
Met toestemming van de voertuigeige-
naar
Als dat wettelijk verplicht is
Voor gebruik door Yamaha bij juridi-
sche procedures
Voor algemeen onderzoek door
Yamaha waarbij de gegevens niet
kunnen worden herleid tot een indivi-
duele machine of eigenaar
1. Modelinformatiesticker
1
1. Diagnosestekker
1
Page 98 of 102
10-1
1
2
3
4
5
6
7
8
910
11
12
IndexAAandrijfketting, reinigen en smeren .........6-24
ABS ..........................................................3-16
ABS-waarschuwingslampje .......................3-4
Accu .........................................................6-28
Achterbrugscharnierpunten, smeren........6-27BBagageriembevestiging ...........................3-25
Banden.....................................................6-16
Bougies, controleren ..................................6-9
Brandstof..................................................3-19
Brandstofverbruik, tips voor een zuinig ......5-3CClaxonschakelaar ....................................3-13
Contactslot/stuurslot ..................................3-2
Controlelampje grootlicht ...........................3-3
Controlelampjes en waarschuwingslampjes............................3-3
Controlelampjes richtingaanwijzers ...........3-3
Controlelampje startblokkering ..................3-5
Controlelampje tractieregeling ...................3-5DDe motor starten ........................................5-1
Diagnosestekker ........................................9-2
Dimlichtschakelaar ...................................3-13
D-mode (rijmodus ) ...................................3-12FFilterbus ...................................................6-10GGasgreep en gaskabel, controleren en
smeren...................................................6-25
Gegevensregistratie, voertuig ....................9-2
Gelijkstroom kabelstekker voor
accessoires............................................3-28 Gereedschapsset ...................................... 6-2
Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen ............................................. 6-35
IIdentificatienummers ................................. 9-1
Inrijperiode ................................................. 5-3KKabels, controleren en smeren................ 6-24
Kentekenverlichting ................................. 6-35
Klepspeling .............................................. 6-15
Koelvloeistof ............................................ 6-13
Koplampgloeilamp, vervangen ................ 6-32
Koppelingshendel .................................... 3-14LLichtsignaalschakelaar ............................ 3-13
Luchtfilterelement .................................... 6-14MMatkleur, let op .......................................... 7-1
Modelinformatiesticker............................... 9-2
Motorolie en oliefilterpatroon ................... 6-10
Multifunctionele meter ............................... 3-6OOnderhoud, uitstootcontrolesysteem ......... 6-3
Ondersteunen van de motorfiets ............. 6-36
Opbergcompartiment ............................... 3-22PParkeerlichtgloeilamp, vervangen ........... 6-34
Parkeren .................................................... 5-4
Plaats van de onderdelen .......................... 2-1
Problemen oplossen ................................ 6-36RRem- en koppelingshendels,
controleren en smeren .......................... 6-26 Rem- en schakelpedalen,
controleren en smeren .......................... 6-25
Remhendel .............................................. 3-15
Remlicht/achterlicht ................................. 6-34
Remlichtschakelaars ............................... 6-20
Rempedaal .............................................. 3-15
Remvloeistofniveau, controleren ............. 6-21
Remvloeistof, verversen.......................... 6-22
Richtingaanwijzerschakelaar................... 3-13
SSchakelaar alarmverlichting .................... 3-14
Schakelaar tracti eregeling....................... 3-13
Schakelen ................................................. 5-2
Schakelpedaal......................................... 3-15
Schokdemperunit, afstellen ..................... 3-24
Serienummer motorblok ............................ 9-1
Smering en onderhoud, periodiek ............. 6-5
Spanning aandrijfketting.......................... 6-22
Specificaties .............................................. 8-1
Stalling ...................................................... 7-3
Startblokkeersysteem................................ 3-1
Startspersysteem .................................... 3-26
Stationair toerental, controleren .............. 6-15
Stop/Run/Start-schakelaar ...................... 3-14
Storingzoekschema’s .............................. 6-37
Stuurschakelaars .................................... 3-13
Stuursysteem, controleren ...................... 6-28TTankbeluchtingsslang en overloopslang ....................................... 3-20
Tankdop .................................................. 3-18
Tractieregeling ........................................ 3-17UUitlaatkatalysator..................................... 3-21
Page 99 of 102
Index
10-2
1
2
3
4
5
6
7
8
91011
12
VVeiligheidsinformatie ................................. 1-1
Verzorging ................................................. 7-1
Voertuigidentificatienummer ...................... 9-1
Voor- en achterremblokken controleren ............................................ 6-20
Voorvork, afstellen ................................... 3-22
Voorvork, controleren .............................. 6-27
Vrije slag koppelingshendel, afstellen ..... 6-18
Vrije slag van gasgreep, controleren ....... 6-15
Vrije slag van remhendel, controleren ..... 6-19
Vrijstandcontrolelampje ............................. 3-3WWaarschuwingslampje koelvloeistoftemperatuur ......................... 3-4
Waarschuwingslampje motorstoring.......... 3-4
Waarschuwingslampje olieniveau ............. 3-3
Wielen...................................................... 6-18
Wiellagers controleren ............................. 6-28ZZadel........................................................ 3-21
Zekeringen, vervangen ............................ 6-30
Zijstandaard ............................................. 3-25
Zijstandaard, controleren en smeren ....... 6-26