ESP CITROEN BERLINGO MULTISPACE 2016 Instructieboekjes (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2016, Model line: BERLINGO MULTISPACE, Model: CITROEN BERLINGO MULTISPACE 2016Pages: 296, PDF Size: 9.55 MB
Page 4 of 296

2
Berlingo-2-VP_nl_Chap00a_sommaire_ed01-2016
sleutel 18
Alarmsysteem 20
Portieren 21
Achterklep 23
Dakklep 26
Centrale vergrendeling 27
Instrumentenpaneel 28
Datum en tijd 29
Verklikkerlampjes 32
Brandstofniveaumeter 40koelvloeistof 40Bandenspanningscontrolesysteem 41Bandenspanningscontrolesysteem met reinitialisatie 43onderhoudsindicator 47
Dimmer dashboardverlichting
48stuurwiel verstellen 49
Handgeschakelde versnellingsbak
49schakelindicator 50elektronisch gestuurde 6-versnellin
gsbak
51stop & start-systeem 53starten en afzetten 55
Wegrijden op een hellin
g
56rijadviezen 57 V
erlichting
58ruitenwissers 61
Boordcomputer 63snelheidsregelaar 64snelheidsbegrenzer 67
V
erwarming / handbediende
airconditioning
70
automatisch 72ontdooien en ontwasemen 75
Voorstoelen 77
Achterbank 79
Achterstoelen (5
zitplaatsen) 82
Achterstoelen (7
zitplaatsen) 85
Flexibel interieur 92
Indeling 94
Modutop dak 98
Dakrails 103
Plafonniers 104
Bagagescherm (5
zitplaatsen) 105
Bagagescherm (7
zitplaatsen) 109spiegels 11
1
elektrisch bedienbare ruiten 113
3.
18-57
VOORDA
T u GAAT
RIJDEN 5.
114-147
VEILIGHEID
Exterieur 5
Interieur 6 auto met linkse besturing 6 auto met rechtse besturing 7
Cockpit 8 auto met linkse besturing 8 auto met rechtse besturing 10technische gegevens - onderhoud 12
1.
4-14
OVERZICHT
Alarmknipperlichten 114
Claxon 114
Handrem 1
14
Parkeerhulp
1
15
Achteruitrijcamera
1
17
AB
s 1
18
noodremassistentie 1
18
A
sr en esP 119
Grip control 120
Active City Brake 122
Veilig
heidsgordels
126
Airbags 129
V
ervoer van kinderen
133uitschakelen van de frontairbag aan
passagierszijde
136Aanbevolen kinderzitjes 139
Plaats 141
IsoFIX-bevestigingen 143Aanbevolen IsoFIX-zitje 144
Zitplaatsen met IsoFIX-
bevestigingen 145kinderbeveilig
ing
147
4.
58-1
13
ERGONOMIE en
COMFORT
2.
15-17
ECO-RIJDEN
Milieu 15eco-rijden 16
Het gedeelte "W
egwijzer"
(visuele index) biedt u
de mogelijkheid om de
schakelaars, functies
en desbetreffende
paginanummers terug te
vinden op de schematische
afbeeldingen van de auto.
Cockpit
auto met linkse besturing 13 auto met rechtse besturing 14
Inhoud
Page 10 of 296

8
Lokalisatie
Berlingo-2-VP_nl_Chap01_vue-ensemble_ed01-2016
Asr-esP 119
Parkeerhulp 1 15-116
elektrisch verstelbare buitenspiegels 1
11
koplampverstelling 60stop & start 53-55
snelheidsregelaar 64-66snelheidsbegrenzer 67-69
V
erlichting
58-60
Mistlampen 59
LeD-dagrijverlichting 59
Automatische verlichting 59-60
COCkPIT
Zekeringen dashboard, interieur 186-188
Motorkapontgrendeling 154
Handrem
1
14Instrumentenpanelen, klokken,
displays, tellers
28-29klok instellen via instrumentenpaneel 29
Verklikkerlampjes 32-39
Meters, display 40, 47-48
Dimmer dashboardverlichting 48schakelindicator 50
ruitenwissers 61-62
Automatische ruitenwissers 61ruitensproeier/ koplampsproeiers 62, 158
Boordcomputer 63
stuurwiel verstellen 49
Claxon 114
Contactslot
55
elektronisch gestuurde
6-versnellingsbak 51-52
Bediening aan de stuurkolom: -
t
ouchscreen 204
- Autoradio 271
Page 13 of 296

11
Lokalisatie
Berlingo-2-VP_nl_Chap01_vue-ensemble_ed01-2016
snelheidsregelaar 64-66snelheidsbegrenzer 67-69
V
erlichting
58-60
Mistlampen 59
LeD-dagrijverlichting 59
Automatische verlichting 59-60
Handrem
1
14Instrumentenpanelen, klokken,
displays, tellers
28-29klok instellen via instrumentenpaneel 29
Verklikkerlampjes 32-39
Meters, display 40, 47-48
Dimmer dashboardverlichting 48schakelindicator 50
stuurwiel verstellen 49
Claxon 114 Contactslot
55
ruitenwissers 61-62
Automatische ruitenwissers 61ruitensproeier/ koplampsproeiers 62, 158
Boordcomputer 63
Bediening aan de stuurkolom: -
t
ouchscreen 204
- Autoradio 271
uitschakelen frontairbag passagierszijde 132, 136
A
sr-esP 119
Parkeerhulp 1
15-116
elektrisch verstelbare buitenspiegels 1
11
koplampverstelling 60stop & start 53-55
elektronisch gestuurde 6-versnellingsbak 51-52
1
oVerZICHt
Page 15 of 296

13
Presentatie
Berlingo-2-VP_nl_Chap01_vue-ensemble_ed01-2016
COCkPIT
1. schakelaar verlichting/
richtingaanwijzers.
2.
Instrumentenpaneel met display.
3.
s
chakelaar ruitenwissers/
ruitensproeiers/boordcomputer
.
4.
Contact.
5. Bediening autoradio.
6. Frontairbag bestuurderszijde/claxon.
7. Hendel stuurwielverstelling.
8. Bediening snelheidsregelaar/-
begrenzer.
9.
Bedieningspaneel: parkeerhulp,
koplampverstelling, esP
,
stop & start.
10. Hendel motorkapontgrendeling.
11 . schakelaars elektrisch verstelbare
buitenspiegels.
12.
s
chakelaars ruitbediening vóór
.
13.
Bedieningspaneel:
alarmknipperlichten, centrale
vergrendeling, kinderbeveiliging.
14.
Aansteker
.
15.
Bediening verwarming/ventilatie.
16. Bediening elektronisch gestuurde
versnellingsbak of Grip Control.
17.
touchscreen.
18.
us
B-aansluiting (met elektronisch
gestuurde versnellingsbak).
19.
us
B-aansluiting (met
handgeschakelde versnellingsbak).
1
oVerZICHt
Page 16 of 296

14
Presentatie
Berlingo-2-VP_nl_Chap01_vue-ensemble_ed01-2016
COCkPIT
1. schakelaar verlichting en
richtingaanwijzers.
2.
Instrumentenpaneel met display.
3.
s
chakelaar ruitenwissers,
ruitensproeiers, boordcomputer
.
4.
Contact.
5. Bediening autoradio.
6. Frontairbag bestuurderszijde, claxon.
7. Hoogte- en diepteverstelling
stuurwiel.
8.
s
chakelaars snelheidsregelaar/-
begrenzer
.
9.
Bedieningspaneel: parkeerhulp,
koplampverstelling, esP
,
stop & start, alarmsysteem.
10. Hendel motorkapontgrendeling.
11 . elektrische bediening buitenspiegels.
12.
s
chakelaars ruitbediening vóór
.
13.
Bedieningspaneel:
alarmknipperlichten, centrale
vergrendeling, kinderbeveiliging.
14.
Aansteker
.
15.
Bediening verwarming-ventilatie.
16. Bediening elektronisch gestuurde
versnellingsbak of Grip Control.
17.
touchscreen.
18.
us
B-aansluiting (met elektronisch
gestuurde versnellingsbak).
19.
us
B-aansluiting (met
handgeschakelde versnellingsbak).
Page 27 of 296

25
Toegang tot de auto
Berlingo-2-VP_nl_Chap03_Pret-a-partir_ed01-2016
Praktische informatie
Bij het vervoer van lange voorwerpen
kan met de rechter achterdeur geopend
worden gereden. De linker achterdeur
wordt gesloten gehouden door de duidelijk
zichtbare gele vergrendeling in de deurstijl.
Deze gesloten deur mag niet worden
gebruikt om lading op zijn plaats te houden.
rijd alleen met een geopende deur
als het niet anders kan. respecteer de
wettelijke veilig
heidsvoorschriften om
medeweggebruikers op de uítstekende
belading te attenderen.
Van binnenuit
trek deze handgreep, indien
aanwezig, naar u toe om de linkerdeur
te openen.
Openen tot ongeveer 180°
De deurvangers maken het mogelijk
de achterdeuren met een hoek van
ongeveer 90° tot 180° te openen.
trek als de deur is geopend aan de
gele hendel.
Bij het sluiten van de deur komt
de deurvanger automatisch in zijn
oorspronkelijke stand terug.
Bij het parkeren van de
auto met de achterdeuren
90° geopend,
bedekken de deuren de
achterlichten. Gebruik
een gevarendriehoek of
een andere signalering
die door de regelgeving
en wetten van uw land
voorgeschreven is om
andere weggebruikers, die
in dezelfde richting rijden
en niet opmerken dat u
stilstaat, te waarschuwen.
VoorDAt u GAAt rIjDen
3
Page 28 of 296

26
Toegang tot de auto
Berlingo-2-VP_nl_Chap03_Pret-a-partir_ed01-2016
DAkkLEP
Steunstang
u heeft de beschikking over een
steunstang voor het vervoer van lange
stukken na het openen van de dakklep.
klap de steunstang neer door de
hendel omhoog te zetten.
Breng het uiteinde van de stang naar
de achterdeursponning.
Houd de te vervoeren lange
voorwerpen met één hand vast, til
ze op en zet met de andere hand de
steunstang terug.
Controleer of deze goed is vergrendeld
door de handgreep naar beneden te
duwen tot voorbij het zware punt en zet
de lading stevig vast. De achterbumpers zijn versterkt
voor het gebruik als treeplank bij
het instappen in de laadruimte.
De achterdeuren kunnen alleen
worden vergrendeld als de
steunstang is geplaatst.
Let bij het rijden met geopende
girafon op wegen met een beperkte
doorrijhoogte.
Laat geen belading tegen de
achterdeuren rusten.
respecteer de wettelijke voorschriften
om medeweggebruikers op de
uítstekende belading te attenderen.
Beperk het gebruik van de dakklep tot
korte afstanden. De steunen opzij kunnen worden
gebruikt als bevestigingspunten.
-
laat het zwarte hendeltje zakken
om de dakklep te vergrendelen.
Door de dakklep te vergrendelen, wordt deze
goed op het rubber geplaatst waardoor een juiste
afdichting, zonder bijgeluiden, is gegarandeerd.
Deze dakklep achter is alleen mogelijk
bij uitvoeringen met achterdeuren.
openen van de dakklep:
-
til het zwarte hendeltje van de kap
omhoog,
-
duw de dakklep voorzichtig naar
beneden en maak de haak los,
-
trek de dakklep omhoog,
-
open de dakklep tot voorbij het
zware punt om hem te blokkeren
met de steunen.
Ga nooit rijden als de steunen niet
geplaatst zijn.
sluiten van de dakklep:
-
controleer of de steunstang goed is
vergrendeld,
-
laat de dakklep zakken,
-
pak, terwijl u de dakklep naar beneden
duwt, de twee ringen van de veer vast
en zet de haak op zijn plaats,
Bevestig de belading nooit aan de
dakklep.
Ga nooit rijden als de steunstang niet
op zijn plaats zit.
Page 35 of 296

33
Berlingo-2-VP_nl_Chap03_Pret-a-partir_ed01-2016
Cockpit
Verklikkerlampje status signaleertOplossing - actie
koelvloeistoftemperatuur
en -niveau
brandt en
wijzer in het
rode gebied. een abnormale verhoging
van de temperatuur. Zet de auto stil, zet het contact af en laat de
koelvloeistof afkoelen. Controleer visueel het
niveau.
knippert. een te laag
koelvloeistofniveau. Zie in rubriek 7
het gedeelte "niveaus".
neem contact op met het CItroËn-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Service blijft kort
branden.
kleine storingen of
waarschuwingen.
raadpleeg het "Logboek meldingen" op het
display
.
Als uw auto is voorzien van een boordcomputer
of een display: zie in rubriek 4
het gedeelte
"stuurkolomschakelaars".
neem contact op met het CItroËn-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
blijft branden.
ernstige storingen.
Veiligheidsgordel
niet vastgemaakt
brandt en gaat
vervolgens
knipperen.dat de bestuurder en/
of de voorpassagier de
veiligheidsgordel niet
hebben vastgemaakt.
Doe de gordel om en steek de gesp in de
gordelsluiting.
knippert in
combinatie met een
geluidssignaal en blijft
vervolgens branden.dat de bestuurder en/
of de voorpassagier de
veiligheidsgordel niet hebben
vastgemaakt terwijl de auto rijdt.trek aan de gordel om de vergrendeling van de
gesp te controleren.
Zie in rubriek 5
het gedeelte "V
eiligheidsgordels".
ECO brandt
permanent.
dat de functie stop & start
de motor in de st oP-stand
heeft gezet nadat de auto
tot stilstand is gekomen
(verkeerslichten, files, overig...).Zodra u wilt wegrijden, gaat het lampje uit en
wordt de motor automatisch opnieuw gestart
(
stAr
t
-stand).
knippert
enkele
seconden
en gaat
vervolgens uit. dat de
st
o
P-stand tijdelijk
niet beschikbaar is.
of
dat de
stAr
t
-
stand automatisch is
ingeschakeld. Zie in rubriek 3 het gedeelte "stop & start".
VoorDAt u GAAt rIjDen
3
Page 37 of 296

+
ABS
35
Berlingo-2-VP_nl_Chap03_Pret-a-partir_ed01-2016
Cockpit
Verklikkerlampje status signaleertOplossing - actie
Stuurbekrachtigingbrandt.een storing in het
systeem.De conventionele werking van de stuurinrichting, zonder
bekrachtiging, blijft behouden. Laat de auto controleren door
het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Geopend
portierbrandt in combinatie
met melding op het
display. een niet goed
gesloten portier.
Controleer of alle portieren goed zijn gesloten.
ABS blijft branden. een storing in het
antiblokkeersysteem.De conventionele werking van het remsysteem
blijft behouden.
neem contact op met het CItroËn-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
ESP knippert.
een ingreep van de
A
sr of de esP
.
Het systeem verdeelt de aandrijfkracht optimaal over de
wielen en verbetert zo de koersvastheid van de auto.
Zie in rubriek 5 het gedeelte "Veilig rijden".
blijft branden. een storing in het
systeem.
Bijv.: een te lage
bandenspanning.Bijv
.: controleer de bandenspanning.
Laat de auto controleren door het CI
troËn-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats
(wielsensor
, hydraulisch regelorgaan, ...).
Bandenspanning
te laag
brandt. een te lage spanning
van een of meerdere
banden.Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.
De controle dient bij voorkeur bij koude banden
te worden uitgevoerd.
knippert en brandt
vervolgens permanent,
in combinatie met het
verklikkerlampje
Service
en, afhankelijk van de
uitrusting, de weergave
van een melding.
een storing in het
bandenspanningscontrolesysteem
of het niet-detecteren van de
sensor van een van de wielen.De bandenspanning wordt niet meer
gecontroleerd.
Laat het systeem controleren door het CI
troËn-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Roetfilter brandt.
een storing in het
roetfilter (niveau
brandstofadditief, kans
op verstopping, ...).Laat het filter controleren door het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Zie in rubriek 7
het gedeelte "niveaus".
VoorDAt u GAAt rIjDen
3
Page 75 of 296

73
Berlingo-2-VP_nl_Chap04_ergonomie_ed01-2016
Handmatig verstellen
Al naar gelang uw wensen kunt u
de automatische bediening van het
systeem handmatig aanpassen. De
overige functies worden automatisch
geregeld. Bij het indrukken van de
toets AUTO zal het systeem weer
volledig automatisch functioneren.Regeling luchtverdeling
Druk deze toets herhaalde
malen in om de luchtstroom
te verdelen naar:
-
de voorruit,
-
de voorruit en de beenruimte,
-
de beenruimte,
-
de linker, rechter en middelste
ventilatieroosters en de beenruimte,
-
de linker, rechter en middelste
ventilatieroosters. Regeling luchtopbrengst
De luchtopbrengst kan
vergroot of verkleind worden
door respectievelijk de toets
"kleine propeller"
of "grote
propeller" in te drukken.
Het symbool van de luchtopbrengst
op het display, de propeller, wordt
afhankelijk van de ingestelde waarde
geleidelijk voller.
Airconditioning AAN/UIT
Druk op deze toets: het symbool
A/C wordt weergegeven
en de airconditioning wordt
geactiveerd.
Uitschakelen van het
systeem
Druk op de toets "kleine
propeller" van de
luchtopbrengstregeling tot het
symbool van de propeller van
het display is verdwenen.
Alle functies van de airconditioning
worden dan uitgeschakeld,
behalve de luchtrecirculatie en de
achterruitverwarming (volgens uitvoering).
Toevoer van buitenlucht/
luchtrecirculatie
Bij het indrukken van deze toets
wordt de lucht in het interieur
gerecirculeerd. Het symbool van de
luchtrecirculatie wordt weergegeven.
Het is raadzaam om niet
langdurig met uitgeschakelde
airconditioning te rijden. Druk op
de toets "grote propeller" of op
de toets AUTO om het systeem
weer met de laatst ingestelde
waarden in te schakelen. De luchtrecirculatie dient om de toevoer
van buitenlucht bij stank en stofoverlast
af te sluiten. Gebruik de luchtrecirculatie
alleen als dit echt nodig is (om te
voorkomen dat de ruiten beslaan en de
luchtkwaliteit in het interieur achteruitgaat).
Druk de toets zodra de luchtrecirculatie
niet meer nodig is nogmaals in om de
toevoer van buitenlucht te hervatten.
Druk nogmaals op deze toets om de
aircondioning uit te schakelen.
De ventilatieopening in het
dashboardkastje verspreidt koele
lucht (als de airconditioning is
ingeschakeld), onafhankelijk van de
ingestelde temperatuur in het interieur
en de buitentemperatuur.
De ingestelde waarde wordt niet meer
geregeld en verdwijnt van het display.
erGonoMIe en CoMFort
4
Ventilatie