display CITROEN DS4 2014 Instructieboekjes (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2014, Model line: DS4, Model: CITROEN DS4 2014Pages: 431, PDF Size: 32.57 MB
Page 398 of 431

P
N MO
L
Oliefilter ......................................................... 244
Oliefilter (ver vangen) .................................... 244
Olieniveau ............................................... 54, 241
Oliepeilstok ............................................. 54, 241
Onderhoudscontroles ..................................... 34
Onderhoudsinter valindicator .................... 55, 57
Onderhoudsinter valindicator resetten ............ 56
Ontdooien.................................................. 87, 95
Opberglade ................................................... 153
Opbergnet ..................................................... 155
Opbergvak..............................................147, 158
Opbergvakken ....... 144, 145, 147, 149, 150, 155
Opbergvakken portieren ............................... 144
Opschakelindicator ....................................... 215
Parkeerhulp achter ....................................... 232
Parkeerhulp vóór ........................................... 233
Parkeerlichten ....................... 124, 127, 264, 268
Parkeerplaatsassistent ................................. 230
Passagiersairbag uitschakelen .................... 188
Persoonlijke instellingen ................................. 60
Plafonniers ............................................ 129, 138
Portieren ....................................................... 112
Portieren ontgrendelen ................................. 100
Portieren openen .......................................... 112
Portieren sluiten .................................... 102, 112 Kinderen ......................................... 169, 171-173
Kinderen (veiligheid) ..................................... 175
Kinderen (veiligheidsvoorzieningen) ........... 162,
163, 167, 169, 171-173, 188
Kinderzitjes .................... 162, 163, 167-169, 174
Kinderzitjes (conventioneel) ......................... 168
Klembeveiliging ............................................. 115
Kleurcode lak ................................................ 297
Kleurendisplay ................................................ 68
Kleurendisplay met
kaartweergave DT ........................ 40, 307, 347
Klokje (instellen) ........................................ 64, 68
Koelvloeistofniveau ....................................... 242
Kofferdeksel sluiten .............................. 102, 114
Koffer vergrendelen ...................................... 114
Koplampsproeiers ......................................... 135
Koplampverstelling ....................................... 130
Krik ................................................................ 255Massagefunctie ............................................... 91
Matten ........................................................... 152
Mat ver wijderen ............................................ 152
Menustructuren display ................ 347, 381, 382
Middenconsole .............................................. 147
Milieu ....................................................... 34, 106
Milieubewust rijden ......................................... 34
Mistachterlicht ............................... 126, 268, 270
Mistlampen vóór .................... 126, 132, 264, 267
Monochroom display ............................... 64, 381
Motoren .................................................292, 294
Motorenoverzicht ..................................292, 294
Motorkap ....................................................... 237
Motorkap, openen ......................................... 237
Motorkapsteun .............................................. 237
Motorolieniveau, controle ............................... 54
Motorolieniveaumeter ....................... 54, 57, 241
Motorruimte ........................................... 239, 240
MP3 (CD) ..............................................366, 367
Multifunctioneel display (met
autoradio) ........................................64, 68, 360
Multimediaspelers ......................................... 339
Lampen (ver vangen) .............................263, 268
Lampen ver vangen ............................... 263, 268
Lane Departure Warning System (LDWS) ... 221
Lange voor werpen ver voeren ...................... 154
Lekke band .................................................... 250
Lichtschakelaar ..................................... 124, 127
Lokaliseren van de auto ................................ 103
Luchtfilter ...................................................... 244
Luchtfilter (ver vangen) .................................. 244Navigatiesysteem.................... 68, 309, 310, 317
Niveaus controleren ............................... 241-243
Niveaus en controles ............................ 239 -243
Noodbediening achterklep ............................ 114
Noodbediening portieren .............................. 113
Noodprocedure starten ................................. 277
Page 405 of 431

1Controle tijdens het rijden
Controlelampje
brandt
Oorzaak
Acties / Opmerkingen
Service
tijdelijk, in combinatie
met een melding. Er zijn één of meer kleine storingen
gedetecteerd waarbij geen specifiek
verklikkerlampje gaat branden. Identificeer de oorzaak van de storing met behulp van
de melding op het display.
Bepaalde storingen kunt u zelf verhelpen, zoals een
geopend portier of een roetfilter dat verstopt dreigt te
raken (rijd om het roetfilter te regenereren, zodra de
omstandigheden dit toelaten, met een snelheid van
minimaal 60 km/h totdat het verklikkerlampje dooft).
Raadpleeg in andere gevallen, zoals een storing in
het controlesysteem bandenspanning, het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
permanent, in
combinatie met een
melding. Er zijn één of meer ernstige storingen
gedetecteerd waarbij geen specifiek
verklikkerlampje gaat branden. Identificeer de oorzaak van de storing met behulp
van de melding op het display en raadpleeg het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
permanent, in combinatie
met het knipperen en
ver volgens blijven branden
van de onderhoudssleutel.
Het onderhoudsinter val is
overschreden. Alleen bij BlueHDi uitvoeringen met dieselmotor.
Laat het onderhoud aan uw auto zo snel mogelijk
uitvoeren.
Page 410 of 431

5Controle tijdens het rijden
Dit systeem geeft aan hoeveel kilometer u
nog ver wijderd bent van de eerstvolgende
onderhoudscontrole volgens het
onderhoudsschema van de fabrikant.
Deze afstand wordt berekend vanaf de laatste
nulstelling van de onderhoudsindicator op basis
van de afgelegde afstand en de verstreken tijd
sinds de laatste onderhoudscontrole.
Bij uitvoeringen met een BlueHDi-dieselmotor
kan, afhankelijk van het land van bestemming,
ook de ver vuiling van de motorolie invloed
hebben op de berekende afstand tot de
volgende onderhoudscontrole.
Onderhoudsindicator
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is 1000 tot 3000 km
Als het contact wordt aangezet,
gaat gedurende enkele seconden
de onderhoudssleutel branden. De
kilometerteller of een signalering midden
op het instrumentenpaneel geeft de
resterende kilometers tot de eerstvolgende
onderhoudscontrole aan.
Voor beeld:
de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudscontrole bedraagt 2800 km.
Als het contact wordt aangezet, geeft het
display een paar seconden het volgende aan:
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is minder dan 1000 km
Voor beeld:
de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudscontrole bedraagt 900 km.
Als het contact wordt aangezet, geeft het
display een paar seconden het volgende aan:
Enkele seconden na het aanzetten van
het contact treedt de kilometerteller weer
in werking en blijft de sleutel branden
om aan te geven dat er binnenkort
onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd
moeten worden.
Enkele seconden na het aanzetten van het
contact verdwijnt de sleutel
; de teller geeft
weer de kilometerstand en de stand van de
dagteller aan.
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is meer dan 3000 km
Als het contact wordt aangezet, verschijnt er geen
onderhoudsinformatie in het midden van het display.
Page 411 of 431

6Controle tijdens het rijden
Enkele seconden na het aanzetten van het
contact treedt de kilometerteller weer in
werking en blijft de sleutel branden
. De sleutel kan ook gaan branden als
het inter val in tijd sinds de laatste
onderhoudscontrole, zoals vermeld
in het onderhoudsschema van de
fabrikant, is overschreden.
Bij uitvoeringen met een BlueHDi-
dieselmotor kan de sleutel ook eerder
gaan branden, in verband met de
mate van vervuiling van de motorolie.
Deze ver vuiling is afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden van de auto.
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is overschreden
Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende enkele
seconden de sleutel knipperen
om aan te geven dat
de onderhoudswerkzaamheden zo spoedig mogelijk
uitgevoerd moeten worden.
Voor beeld:
u hebt de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt met 300 km overschreden.
Als het contact wordt aangezet, geeft het
display een paar seconden het volgende aan:
Bij uitvoeringen met een BlueHDi-dieselmotor
gaat deze waarschuwing, zodra het contact
is aangezet, vergezeld van het permanent
branden van het verklikkerlampje "Ser vice".
Page 412 of 431

7Controle tijdens het rijden
Onderhoudsindicator resetten
Na elke onderhoudsbeurt moet de
onderhoudsindicator weer op nul gezet worden.
Als u zelf de onderhoudsbeurt aan uw auto
hebt uitgevoerd:
)
zet het contact af,
)
druk op de resetknop van de dagteller
".../000"
en houd deze ingedrukt,
)
zet het contact aan; de kilometerteller
begint terug te tellen,
)
laat de knop los als het display "=0"
aangeeft en de sleutel verdwijnt. Resetten is niet mogelijk als de
onderhoudsinformatie wordt opgevraagd.
Als u na deze handeling de accu wilt
loskoppelen, vergrendel dan de auto
en wacht minimaal 5 minuten. Het op
0 zetten van de onderhoudsindicator
zal anders niet worden opgeslagen.
Opnieuw weergeven van
de onderhoudsinformatie
(instrumentenpaneel type 2)
U kunt op elk moment de onderhoudsinformatie
weergeven.
)
Druk kort op de knop voor de nulstelling
van de dagteller ".../000".
De onderhoudsinformatie wordt enkele
seconden weergegeven op de middelste
display van het instrumentenpaneel type 2.