reset CITROEN DS4 2015 Instructieboekjes (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2015, Model line: DS4, Model: CITROEN DS4 2015Pages: 452, PDF Size: 14.71 MB
Page 40 of 452

DS4_nl_Chap01_controle-de-marche_ed02-2015
Onderhoudsindicator resetten
Na elke onderhoudsbeurt moet de 
onderhoudsindicator weer op nul gezet worden.
Als u zelf de onderhoudsbeurt aan uw auto 
hebt uitgevoerd:
F 
zet
  het contact af,
F
 
d
 ruk op de resetknop van de dagteller 
".../000"  en houd deze ingedrukt,
F
 
z
 et het contact aan; de kilometerteller 
begint terug te tellen,
F
 
l
 aat de knop los als het display "=0"  
aangeeft en de sleutel verdwijnt. Resetten is niet mogelijk als de 
onderhoudsinformatie wordt opgevraagd.
Als u na deze handeling de accu 
wilt loskoppelen, vergrendel 
dan de auto en wacht minimaal 
5
  minuten. Het op 0   zetten van de 
onderhoudsintervalindicator zal anders 
niet worden opgeslagen.
Opnieuw weergeven van 
de onderhoudsinformatie 
(instrumentenpaneel type 2)
U kunt op elk moment de onderhoudsinformatie 
weergeven.
F
 
D
 ruk kort op de knop voor de nulstelling 
van de dagteller ".../000".  
 D
e onderhoudsinformatie wordt enkele 
seconden weergegeven op de middelste 
display van het instrumentenpaneel type 2. 
Page 57 of 452

55
DS4_nl_Chap01_controle-de-marche_ed02-2015
Touchscreen
Weergave van de informatie
Permanente weergave:Tijdelijke weergave in een specifiek venster:
F
 
D
 ruk op het uiteinde van de 
ruitenwisserschakelaar om de informatie 
te bekijken en de verschillende tabbladen 
weer te geven.
Actuele informatie:
-
 
 actieradius,
-
 hui
 dig brandstofverbruik,
-  
d
 e teller van het Stop & Start-systeem.
Traject "1" :
-
 af
 gelegde afstand,
-
 g
 emiddeld brandstofverbruik,
-
 g
 emiddelde snelheid, 
 v
oor het eerste traject.
Traject "2" :
-
 af
gelegde afstand,
-
 g
emiddeld brandstofverbruik,
-
 g
emiddelde snelheid, 
 v
oor het tweede traject.
Traject resetten
F Selecteer het  menu " Rijden  ".
De informatie van de boordcomputer wordt 
weergegeven op de hoofdpagina van het menu.
F
 
D
ruk op een van de toetsen om het 
gewenste tabblad te bekijken. F
 
D
 ruk, zodra het gewenste 
traject wordt weergegeven, 
op de toets voor het resetten 
of houd het uiteinde van de 
ruitenwisserschakelaar enige  
tijd ingedrukt.
De trajecten "1"  en "2" zijn onafhankelijk  
en hebben dezelfde eigenschappen.
Traject "1"  kan bijvoorbeeld gebruikt worden 
voor een dagelijks verbruik en traject "2"  voor 
een maandelijks verbruik.
1.
 
" 
Actueel  ".
2.
 "  T
raject 1   ".
3.
 
" 
Traject 2   ".
4.
 "  0
0.0
  / Reset ".
Controle tijdens het rijden  
Page 73 of 452

71
DS4_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Storing in en resetten van 
de afstandsbediening
Raadpleeg zo snel mogelijk het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats als 
de storing niet is verholpen.
Na het losnemen en weer aansluiten van de 
accukabels, het vervangen van de batterij 
van de afstandsbediening of een storing in de 
afstandsbediening kan de auto niet meer met 
de afstandsbediening ontgrendeld, vergrendeld 
en gelokaliseerd worden.
F
 
S
teek de noodsleutel (geïntegreerd in de 
afstandsbediening) in het slot om de auto 
te ontgrendelen. F 
O
 pen het deksel van de armleuning vóór.
●	 Til 	 de 	 bekleding 	 op 	 aan 	 de 	 lip 	 en 	 ver wijder
	de
 bekleding.
●	 Plaats 	 de 	 elektronische 	 sleutel 	 in 	 de 	 lezer.
F  
Z
 et het contact aan door op de knop  
" START/STOP  " te drukken.
De elektronische sleutel werkt nu weer.
Vergeet niet, nadat u de geresette 
elektronische sleutel uit de lezer hebt 
genomen, de bekleding terug te leggen op de 
bodem van de armleuning.
Toegang tot de auto  
Page 85 of 452

83
DS4_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Beveiliging tegen beknellen
Als de ruit sluit en tegen een obstakel stuit, 
stopt de ruit en gaat deze gedeeltelijk weer 
open.
Resetten
Als een ruit niet automatisch kan worden 
gesloten, moet de ruitbediening worden 
gereset:
F 
t
 rek de schakelaar omhoog tot de ruit stopt 
met bewegen,
F
 
l
 aat de schakelaar los en trek hem opnieuw 
omhoog totdat de ruit volledig is gesloten,
F
 
h
 oud de schakelaar na het sluiten nog 
ongeveer 1
 
seconde vast,
F
 
d
 ruk op de schakelaar om de ruit 
automatisch te openen,
F
 
d
 ruk als de ruit volledig is geopend 
nogmaals op de schakelaar en houd deze 
nog ongeveer 1
  seconde vast.
Tijdens deze handelingen is de beveiliging 
tegen beknellen uitgeschakeld.
Als de ruit (bijvoorbeeld bij vorst) niet 
wil sluiten, voer dan als de ruit weer 
opent het volgende uit:
F
 
d
ruk op de schakelaar tot de ruit 
volledig is geopend,
F
 
t
rek vervolgens direct de 
schakelaar omhoog tot de ruit 
volledig is gesloten,
F
 
h
oud de schakelaar na het sluiten 
nog ongeveer 1
 
seconde vast.
Tijdens deze handelingen is 
de beveiliging tegen beknellen 
uitgeschakeld. Als er tijdens het bedienen van de 
ruit iets tussen de ruit en de sponning 
bekneld raakt, moet u de ruit meteen 
weer openen. Druk daarvoor op de 
desbetreffende schakelaar.
Als u als bestuurder de ruit aan 
passagierszijde bedient, zorg er dan 
voor dat niets het correcte sluiten van 
de ruit verhindert.
Zorg ervoor dat de passagiers op de 
juiste manier gebruik maken van de 
elektrische ruitbediening.
Houd met name kinderen goed in de 
gaten om te voorkomen dat ze zich 
tijdens het bedienen van de ruit kunnen 
bezeren.
Let op inzittenden en/of personen in de 
buurt van de auto tijdens het sluiten van 
de ruiten met de elektronische sleutel of 
het "Keyless entry and start"-systeem.
Neem bij het verlaten van de auto, zelfs 
voor een korte duur, altijd de sleutel uit 
het contact.
Toegang tot de auto  
Page 264 of 452

DS4_nl_Chap10_info-pratiques_ed02-2015
F Activeer de compressor door de schakelaar B in de stand "I"  te zetten, tot 
de bandenspanning 2,0
 
bar bedraagt.
 H
et afdichtmiddel wordt onder druk in 
de band gespoten; neem gedurende 
deze handeling de slang niet los van de 
aansluiting (kans op spatten). F
 V er wijder de set en draai de dop van de 
witte slang vast.
 Z
org ervoor dat restanten van de vloeistof 
niet op of in de auto terecht kunnen komen. 
Houd de set binnen handbereik.
F
 
M
 aak direct een rit van ongeveer vijf 
kilometer met matige snelheid (tussen 
20
  en 60   km/h), zodat het afdichtmiddel het 
lek kan dichten.
F
 
Z
 et de auto stil en controleer de reparatie 
en de bandenspanning met de set.
Schakel de compressor niet in voordat 
de witte slang is aangesloten op het 
ventiel van de band: het afdichtmiddel 
wordt anders buiten de band gespoten.
Controlesysteem bandenspanning
Als uw auto is uitgerust met 
een controlesysteem voor de 
bandenspanning, zal het verklikkerlampje 
voor te lage bandenspanning na 
het repareren van een wiel blijven 
branden tot u het systeem laat resetten 
door het CITROËN-netwerk of een 
gekwalificeerde werkplaats.
Als na vijf tot zeven minuten de 
gewenste bandenspanning niet is 
bereikt, is de band niet te repareren 
met de bandenreparatieset; neem 
contact op met het CITROËN-netwerk 
of een gekwalificeerde werkplaats om u 
verder te helpen. 
Page 292 of 452

DS4_nl_Chap10_info-pratiques_ed02-2015
Laden met behulp van een 
acculader
F Maak de accupoolklemmen los.
F V olg de aanwijzingen van de fabrikant van 
de acculader.
F
 
S
 luit de accukabels weer aan, te beginnen 
met de (-) kabel.
F
 
C
 ontroleer of de accupolen en de klemmen 
schoon zijn. Indien ze bedekt zijn met een 
(witte of groene) oxidatielaag, neem dan 
de accukabels los en reinig de polen en 
klemmen. Bij auto's met het Stop & Start-systeem 
hoeven de accukabels tijdens het 
opladen niet losgenomen te worden.
Resetten na het weer 
aansluiten
Zet, nadat de accu weer is aangesloten, het 
contact aan en wacht minimaal één minuut 
alvorens de motor te starten: de elektronische 
systemen van de auto worden in die tijd gereset.
U moet zelf de volgende systemen en 
gegevens resetten (raadpleeg hiervoor de 
desbetreffende rubrieken):
-
 d
e sequentiële ruitbediening,
-
 
d
 e datum en de tijd,
-
 
d
 e instellingen van de autoradio of van het 
ingebouwde navigatiesysteem.
Controleer of er na het aanzetten van 
het contact geen foutmeldingen worden 
weergegeven of waarschuwingslampjes 
blijven branden.
Mochten er zich na deze handelingen 
kleine storingen blijven voordoen, 
raadpleeg dan het CITROËN-netwerk 
of een gekwalificeerde werkplaats.
F
 
P
laats de geopende accupoolklem E op de 
pluspool (+) van de accu.
F
 
D
ruk verticaal op de accupoolklem om 
deze goed tegen de accu aan te drukken.
F
 
Z
et de accupoolklem vast door de hendel D 
omlaag te bewegen.
Weer aansluiten  
van de (+) klem De (+) klem loskoppelen
F Trek de hendel D zo ver mogelijk omhoog 
om de accupoolklem E te ontgrendelen.
Forceer de hendel niet door erop te 
duwen, aangezien de accupoolklem niet 
kan worden vergrendeld als deze niet 
correct is geplaatst; herhaal de procedure. 
Page 371 of 452

1
1
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
369
DS4_nl_Chap12c_SMEGplus_ed02-2015
Niveau 1Niveau 2 Niveau 3 Aanwijzingen
Internet
Secundaire pagina Bluetooth 
Verbinding Zoeken
Het zoeken naar een te verbinden extern 
apparaat starten.
Verbinden / 
Loskoppelen De Bluetooth-verbinding van een geselecteerd 
extern apparaat tot stand brengen of beëindigen.
Bijwerken De contacten van de geselecteerde telefoon 
importeren om ze op te slaan in de autoradio.
Verwijderen De geselecteerde telefoon verwijderen.
Bevestigen De instellingen opslaan.
Internet
Secundaire pagina Internetsnelheid Reset
De teller van het gegevensverbruik resetten en 
vervolgens bevestigen.
Bevestigen
Internet
Secundaire pagina Wifi- verbinding Alle
Alle wifi-netwerken weergeven.
Beveiligd Beveiligde wifi-netwerken weergeven.
Opgeslagen Geselecteerd(e) wifi-netwerk(en) opslaan.
Toevoegen Een nieuw wifi-netwerk toevoegen.
Inschakelen / 
Uitschakelen Een wifi-netwerk activeren of deactiveren.
Verbinden Een door het systeem gevonden wifi-netwerk 
selecteren en hiermee verbinding maken.
Audio en telematica  
Page 423 of 452

421
DS4_nl_Chap13_index-alpha_ed02-2015
Controlelampjes ..................................21 , 30 , 34
Controlelampjes (status)  .................................31
Controles
 
............................... 239, 240 , 245 , 247
Eco-modus
 
.................................................... 292
Eco-rijden (adviezen)
 
...................................... 14
Electronic Brake Force   Distribution (EBD)
 
....................................... 168
Electronic Stability Program (ESC)
 
..............16
9
DAB (Digital Audio Broadcasting) -  Digitale radio ...................... 352, 353 , 395 , 396
Dagrijverlichting
 
............................ 129, 275 , 277
Dagteller
 
.......................................................... 40
Dagteller resetten
 
........................................... 40
Dashboardkastje
 ...............................
.............111
Dashboardverlichting
 ...................................... 41
D
ashboardverlichting (dimmer)
 .......... 18, 
19, 41
Datum (instellen)
 
....................................... 43, 51
Datum instellen
 
......................................... 43, 51
Diesel
 
...................................................... 32, 235
Dieselmotor
 
........................... 235, 237 , 240 , 312
Digitale radio - DAB (Digital Audio  Broadcasting)
 
..................................... 352, 353
Dimlicht
 ......................................... 12
8, 275 , 276
Display instrumentenpaneel
 
.............18, 19 , 209
Dodehoekdetectie
 ......................................... 2
17
Dynamische noodrem
 
...................................192Elektrisch verstelbare stoelen
 
........................
98
Elektronische sleutel
 ................... 66, 
 67
, 69 , 189
Elektronisch gestuurde   versnellingsbak
 
 .............
14, 200 , 212, 246 , 291
Follow-me-home verlichting ......................... 13 2
Follow-me-home-verlichting  .................131, 132
Frequentie (radio)
 
.................................. 350, 3 51
Functie snelweg (richtingaanwijzers)
 ........... 16
6
Geheugen instellingen bestuurder
 
...............101
Gereedschap
 ................................................ 26
5
Gewichten
 
............................................. 308, 312
Gewichten, overzicht
  ............................308, 312
Gordelverstelling
 
.................................... 171, 172
Grootlicht
 
....................................... 128, 275 , 276
Haken  ............................................................ 123
Halogeenlampen  ........................................... 275
Handrem
 
............................................... 198, 247
Handrem, elektrisch bediend
 ................. 24, 
192
Handsfree set
 
................................ 376, 377 , 402 Het opslaan van de snelheid
  ..................
49, 220
Hill Start Assist  
...............................
 ...............
208
Hoedenplank
 
 .................................................
123
Hoofdsteunen achter
 .................................... 10
 2
Hoofdsteunen verstellen
 
 .................................
99
Hoofdsteunen vóór .......................................... 99
Hulpoproep
 ........................................... 16
 7
, 322
Hulpoproep gelokaliseerd
 ............................. 32
 2
Identificatiegegevens
 
 ....................................
319
Identificatie (stickers)
 .................................... 3
 19
Indeling achter
 
 ..............................................
121
Instapverlichting
 ............................................ 13
 3
Instellen van de uitrustingen
 
 ...............
20, 43 , 49
Instellingen (Menu's)
 
 ....................
358, 360 , 362
Instellingen van het systeem  
........................
3
 65
Instrumentenpanelen
 
 ...........................
18 -20, 39
Intelligente tractiecontrole
 
 ............................
169
Interieurfilter
 
 ..................................................
245
Interieurfilter (vervangen)
 
 .............................
245
Interieurindeling
 ..................................... 11
 0
, 111
Interieur ontgrendelen
 
 ....................................
73
Interieurverlichting
 
 ................................
142, 143
Internet
 
 ..................................................
366, 367
ISOFIX
 
 ..........................................................
159
ISOFIX (bevestigingen) .................................157
ISOFIX bevestigingen
 
 ...................................
157
ISOFIX kinderzitjes  ................................
157-16 0
Trefwoordenregister  
Page 424 of 452

DS4_nl_Chap13_index-alpha_ed02-2015
Lampen (vervangen) .............................2 74, 279
Lampen vervangen ............................... 2
74, 279
Lane Departure Warning System (LDWS)
 
...216
Lange voorwerpen vervoeren
 
......................121
Lekke band
 
.................................................... 260
Lichtschakelaar
 ..................................... 12
8, 131
Lokaliseren van de auto
 
............................63, 68
Luchtfilter
 
...................................................... 245
Luchtfilter (vervangen)
 
..................................245
Massagefunctie
 
............................................. 10 0
Matten
 
........................................................... 118
Mat verwijderen
 ............................................ 11
8
Menu
 
................................... 330, 332 , 336 , 344 ,  
346 , 348, 358 , 360, 362, 372 , 374
Menu's (audio)
 
.............................. 344, 346 , 348
Menu's (Touchscreen)
 .......................... 325, 
329
Menustructuren display
 
......330, 332 , 336 , 344 , 
346 , 348, 358 , 360,  
362, 372 , 374, 410, 411
Menustructuur
 ..... 33
0, 332 , 336 , 344 , 346 , 348,  
358 , 360 , 362, 372 , 374
Middenconsole
 
.............................................. 113
Milieu
 
......................................................... 14, 72
Milieubewust rijden
 ......................................... 14
M
istachterlicht
 
 ............................... 13 0, 279 , 281
Mistlampen vóór
 
....................13 0, 13 6 , 275 , 278
Monochroom display
 ............................... 43, 
410
Motoren
 
................................................. 308, 312
Motorenoverzicht
 
.................................. 308, 312
Motorkap
 
....................................................... 238
Motorkap, openen
 
......................................... 238
Jack ........
.......................................................
354
JACK-aansluiting .......................... 11
2 , 354 , 400
Jack-kabel
 
..................................................... 354
Jukebox (beluisteren)
 
.................................... 357
Jukebox (kopie)
 ............................................. 3
57
Kaartenhouder
 
.............................................. 11 0
Kaartleeslampjes
 
.......................................... 142
Kentekenplaatverlichting
 .............................. 28
0
Keyless entry and start
 
....................... 66, 68 , 72
Kilometerteller
 ................................................. 40
K
inderbeveiliging
 
.......................................... 162
Kinderen
 
......................................... 155, 157-16 0
Kinderen (veiligheid)
 
..................................... 162
Kinderen   (veiligheidsvoorzieningen)
 
......... 148, 149 , 153 ,
 155 , 157-16 0 , 176
Kinderzitjes
 .................... 14
8 , 149 , 153 -155 , 161
Kinderzitjes (conventioneel)
 
......................... 15 4
Klembeveiliging
 
............................................... 82
Kleurcode lak
 
................................................ 319
Kleurendisplay met kaartweergave DT
 
.......... 20
Klokje (instellen)
 ...............................
......... 43, 51
Koelvloeistofniveau
 
....................................... 243
Kofferdeksel sluiten
 
.................................. 62, 80
Koplampsproeiers
 
......................................... 13 9
Koplampverstelling
 ....................................... 13
4
Krik
 
................................................................ 265Motorkapsteun ..............................................238
Motorolie ............... ........................................ 2 41
Motorolieniveau, controle
 
...............................35
Motorolieniveaumeter
 
.......................35, 39 , 2 41
Motorruimte
 
........................................... 239, 240
M P3 (CD)
 
.............................................. 397, 398
Multifunctioneel display   (met autoradio)
 
...................................... 43, 392
Navigatiesysteem .........................330, 332 , 336
Niveaus controleren
 
...............................241-244
Niveaus en controles
 
............................239 -244
Noodbediening achterklep
 
..............................81
Noodbediening portieren
 .......................... 64, 
69
Noodprocedure starten
 
.................................289
Oliefilter
 
......................................................... 245
Oliefilter (vervangen)
 
.................................... 245
Olieniveau
 
............................................... 35, 2 41
Oliepeilstok
 ..............................
...............35, 2 41
Olieverbruik
 ................................................... 2
41
Onderhoudscontroles
 
..................................... 14
Onderhoudsintervalindicator
 
....................36, 39
Onderhoudsintervalindicator resetten
 ............ 38
O
ntdooien ................................................ 96, 104
Ontgrendelen
 
.................................................. 66 
Page 425 of 452

423
DS4_nl_Chap13_index-alpha_ed02-2015
Panoramische voorruit ..................................120
Parkeerhulp achter ....................................... 2
28
Parkeerhulp vóór
 
........................................... 229
Parkeerlichten
 ....................... 12
8, 131 , 275 , 279
Passagiersairbag uitschakelen
 
....................176
Persoonlijke instellingen
 ................................. 42
P
lafonniers
 
 ............................................ 13 3, 142
Portieren
 
......................................................... 79
Portieren ontgrendelen
 
...................................60
Portieren openen
 
...................................... 66, 79
Portieren sluiten
 
.................................. 62, 67, 79
Radio  ..................................... 350, 3 51 , 354 , 393
Radiozender  .......................................... 350, 3 51
RDS
 
............................................................... 3 51
Regelmatig onderhoud
 
...................................14
Regeneratie roetfilter
 
.................................... 246
Rembekrachtigingsysteem
 ........................... 16
8
Remblokken
 
.................................................. 247
Remlichten
 
.................................................... 279
Opberglade ................................................... 11 9
Opbergnet  ..................................................... 12 2
Opbergvak ............................................. 113, 125
Opbergvakken
 
.........11 0, 111 , 113 , 115 , 11 6 , 12 2
Opbergvakken portieren
 
...............................11 0
Opschakelindicator
 
....................................... 209Remmen 
........................................................247
Remschijven .................................................. 247
Remvloeistofniveau
 ...................................... 2
42
Reservewiel
 
..................................................267
Resetten van het traject
 
..................................55
R
ichtingaanwijzers
 
 .........131, 166 , 275 -277 , 279
Riem
 ...............
...............................................12 2
Rijadviezen
 
...................................................18 4
Rijstrookcontrolesystemen
 
...........................169
Risicozones (update)
 
....................................3 41
Roetfilter
 
................................................244, 246
Ruitbediening
 
..................................................82
Ruitbediening resetten
 
....................................82
Ruitensproeier achter
 
...................................141
Ruitensproeiers vóór ..................................... 13 9
Ruitenwisser achter
 
......................................141
Ruitenwisserbladen (vervangen)
 
..........140, 293
Ruitenwisserbladen vervangen
 ............ 14
0, 293
Ruitenwissers
 .................................. 32, 
137, 13 8
Ruitenwisserschakelaar
 ................. 13
7, 13 8 , 141
Schakelen automatische versnellingsbak ........ 20 4
Schakelen elektronisch bediende  versnellingsbak 
  .......................................... 19 9
SCR (Selective Catalytic Reduction)
 
............248
SCR-systeem
 
.......................................... 29, 248
Selectiehendel elektronisch   gestuurde versnellingsbak
 ................. 20
0, 246
Serienummer auto
 ..............................
..........319
Sfeerverlichting
 
............................................. 143
Sjorogen
 
........................................................ 12 2
Skiluik
 
............................................................ 121
Slepen van een auto
  ..................................... 295Sleutel
 
...........................................
66, 67 , 71 , 72
Sleutel met afstandsbediening
 ......... 60, 
 62, 191
Sleutel niet herkend
 ...................................... 18
 9
Sneeuwkettingen
 
 ..........................................
273
Sneeuwscherm
 ............................................. 2
 93
Snelheidsbegrenzer
 
 ..............................
220, 222
Snelheidsregelaar
 
 .................................
220, 225
Spaarfase
 
 ......................................................
292
Startblokkering, elektronische
 ................ 7
 2
, 191
Starten ........................................................... 289
Starten van de auto...... 185, 188 , 189, 200 , 204
Starten van de motor   ....................................
185
Stilzetten van de auto   ....
185 , 188 , 189, 200 , 204
Stoelen verstellen
 
 .....................................
97, 98
Stoelverwarming
 
 .............................................
99
Stoelverwarming, schakelaars
 
 .......................
99
Stop & Start
 
 ................................
56, 92 , 95 , 212 , 
233 , 238 , 245, 288
Streaming audio Bluetooth
 
 .....
354 , 356 , 400, 403
Stuurbekrachtigingsvloeistofniveau
 
 .............
242
Stuurkolomschakelaars
 
 ........................
328, 391
Stuurslot
 
 ........................................................
191
Stuurverstelling
 
 .............................................
103
Stuurwiel (verstellen)
 
 ....................................
103
Synchroniseren afstandsbediening
 
 ....
65, 70 , 71
Tankbeveiliging
 ...............................
 ..............236
Technische gegevens
 
...........................308, 312
Telefoon
 
.................................372, 374 , 376 -378
Te l l e r
 
..........................................................18, 19
Tijd instellen
 
..............................................43, 51
TMC (verkeersinformatie)
 
.............................342
Toerenteller
 ................................................ 18
-20
Trefwoordenregister