CITROEN DS5 HYBRID 2012 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2012, Model line: DS5 HYBRID, Model: CITROEN DS5 HYBRID 2012Pages: 358, PDF Size: 11.07 MB
Page 91 of 358

89Toegang tot de auto
Brandstoftank Inhoud van de brandstoftank: ongeveer 60 liter.
Als er minder dan 5 liter brandstof getankt wordt, wordt deze stijging van het
brandstofniveau niet weergegeven op debrandstofmeter.
Tijdens het openen van de tankdop kan eengeluid van aangezogen lucht hoorbaar zijn. Dit wordt veroorzaakt door de onderdruk
die ontstaat door de afdichting van het
brandstofcircuit. Dit geluid is normaal. ) Kies bij het tankstation de juiste brandstof (deze staat vermeld op de sticker aan de binnenzijde van de brandstofvulklep vanuw auto). )
Open de vuldop door deze een kwart
omwenteling linksom te draaien. ) Ver wijder de vuldop en plaats deze op de steun (aan de klep).
Openen
Indien u per vergissing de verkeerdebrandstof voor uw auto tankt, moetde tank beslist worden afgetapt voordat de motor kan wordengestart.
Tank nooit als de motor door het Stop& Star t-systeem in de STOP-stand isgeschakeld; zet in dat geval altijd hetcontact af met "START/STOP"-knop.
Tanken
)
Steek het vulpistool zo ver mogelijk in de
vulopening en druk hierbij de metalen klep Ain. ) Vul de brandstoftank. Laat het vulpistoolmaximaal drie keer afslaan, aangezien er
anders storingen kunnen optreden. ) Plaats de vuldop terug en sluit deze door
de dop een kwart omwenteling rechtsom te draaien. ) Druk de klep van de tankdop dicht.
Uw auto is voorzien van een katalysator, die de schadelijke bestanddelen in de uitlaatgassen
vermindert.
)Druk op de toets.
Na afzetten van het contact is deze toetsnog enkele minuten actief. Zet eventueel
opnieuw het contact aan om deze toets weer te activeren.
Page 92 of 358

Minimumbrandstofniveau
Als het minimumbrandstofniveauis bereikt, gaat dit
waarschuwingslampje branden, in
combinatie met een geluidssignaalen een melding op het display van het instrumentenpaneel.
Als dit lampje gaat branden, zit er nog ongeveer 6 liter brandstof in de tank.Ga zo snel mogelijk tanken om te voorkomendat u zonder brandstof komt te staan.
Onderbreking
brandstoftoevoer
Uw auto is voorzien van een beveiliging die bij een aanrijding onmiddellijk de brandstoftoevoer afsluit.
Het vullen van de brandstoftank metbehulp van een jerrycan is wel mogelijk.Houd de tuit van de jerrycan recht, druk deze niet tegen de klep van de vulpistoolrestrictie en giet voorzichtig om ervoor te zorgen dat de brandstof netjes in de vulopening stroomt.
Vulpistoolrestrictie (Diesel) *
Dit mechanisme is aangebracht in auto's met een dieselmotor, waardoor het onmogelijk is om benzine
te tanken. Hiermee wordt schade aan motoren, ontstaan door het tanken van de verkeerde brandstof,
voorkomen.
Deze voorziening, die in de tankopening is ingebouwd, is zichtbaar zodra u de brandstoftankdop verwijdert.
Wanneer u bij een dieseluitvoering eenbenzinetankpistool in de tankopening plaatst,
wordt dit tegengehouden door een klep,
waardoor het vergrendeld blijft en er dus nietgetankt kan worden.
Probeer in dat geval niet toch te tankenmaar kies een dieseltankpistool.
Werking
Reizen naar het buitenland
Omdat de tankpistolen voor het tanken van
Diesel per land kunnen verschillen, kan de
aanwezi
gheid van een tankbeveiliging op de
auto er toe leiden dat tanken niet mogelijk is.
Wij adviseren u daarom voordat u naar het
buitenland afreist bij het CITROËN-netwerk
te informeren of uw auto geschikt is om in het desbetreffende land te kunnen tanken.
*
Vol
gens land van bestemming.
Page 93 of 358

Toegang tot de auto
Brandstofkwaliteit voor
dieselmotoren
Auto's met dieselmotoren kunnen probleemloos
rijden op biobrandstoffen die aan de huidigeen toekomstige Europese richtlijnen voldoen(diesel die voldoet aan de richtlijn EN 590gemengd met biobrandstof die voldoet aan de
richtlijn EN 14214) en die aan de pomp getankt
kunnen worden (met een gehalte aan methyl-ester vetzuren van 0 tot 7%).
Het gebruik van biobrandstof B30 is mogelijkbij bepaalde dieselmotoren op voorwaarde dat
de bijzondere onderhoudsvoorschriften strikt
worden nageleefd. Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Het gebruik van elk ander type (bio)brandstof (zuivere of verdunde plantaardige of dierlijke
olie, stookolie...) is nadrukkelijk verboden (kans op schade aan de motor en het
brandstofcircuit).
Page 94 of 358

003
Comfort
Page 95 of 358

Page 96 of 358

Vo or stoelen
Handmatig
1.Hoofdsteun in hoogte verstellen en
kantelen
Trek de hoofdsteun omhoo
g om deze hoger te stellen.
Houd de pal ingedrukt en druk gelijktijdigop de hoofdsteun om de hoofdsteun lager
te stellen.2.Kantelen van de rugleuningDraai aan de draaiknop om de rugleuningin de gewenste hellingshoek te zetten.3.Instellen van de zithoogteBeweeg de hendel net zo lang omhoog
of omlaag tot de gewenste instelling is bereikt.4.Verstellen van de stoel in lengterichtingTil de beugel op en schuif de stoel naar
voren of naar achteren. 5.Lendensteun bestuurdersstoel
verstellen
Draai aan de draaiknop om de
gewenstemate van steun voor de lendenen in testellen.
Page 97 of 358

Comfort
Zet het contact aan of star t de motor als de eco-mode is ingeschakeld.
Na het openen van het voorportier kan de bediening van de elektrischeverstelling van de bestuurdersstoel nog ongeveer 45 seconden wordengebruikt. Ongeveer 45 seconden na het afzetten van het contact en in de eco-mode, wordt de bediening van de elektrische stoelverstelling uitgeschakeld. Als het contact wordt aangezet, wordt de bediening van de elektrische stoelverstelling weer ingeschakeld.
Elektrisch
1.Zitting kantelen en in hoogte en in lengterichting verstellen )Licht de schakelaar aan de voorzijde op of druk deze neer om de zitting van de stoel te kantelen. )Licht de schakelaar aan de achterzijde op
of druk deze neer om de zitting te verhogen
of te verlagen. )Beweeg de schakelaar naar voren of naar achteren om de stoel naar voren of naar achteren te bewegen. 2.Kantelen van de rugleuning Beweeg de schakelaar naar voren of naar achteren om de hellingshoek van derugleuning in te stellen. 3.Lendensteun bestuurdersstoel verstellen
Druk op de schakelaars om de gewenste mate van steun voor de lendenen in te stellen.
4. Handmatig verstellen van de zitting Trek aan de handgreep om de lengte van
de zitting in te stellen.
Page 98 of 358

Opslaan van zitposities in
het
geheugen
Dit systeem slaat de elektrische instellingen
van de bestuurdersstoel en het head-up display
op. U kunt twee standen opslaan met de
toetsen aan
de zijkant van de bestuurdersstoel.
Opslaan van een zitpositie met
de toetsen M / 1 / 2
)
Zet het contact aan. )
Zet uw stoel en de head-up display in degewenste stand. )
Druk op de toets Men vervolgens binnen
4 seconden op de toets 1 of 2.
Een geluidssignaal geeft aan dat de
zitpositie is opgeslagen.
Het opslaan van een andere stand annuleert de
vorige, in het geheugen opgeslagen stand.
Oproepen van een opgeslagen
zitpositie
)Druk kort op de toets 1 of 2 om de
desbetreffende zitpositie op te roepen.
Een
geluidssignaal geeft aan dat de
opgeslagen zitpositie is ingenomen.
U kunt de beweging onderbreken door op de toets M, 1of 2te drukken of door een van de schakelaars van destoelverstelling te bedienen. U kunt een zitpositie niet oproepen tijdens het rijden.
Het opvragen van een opgeslagenzitpositie is tot 45 s na het afzetten van het contact mogelijk.
Page 99 of 358

Comfort
Voor de veiligheid is het frame van de hoofdsteun gekarteld om te voorkomen dat de hoofdsteun zakt in het geval vaneen aanrijding.
De juiste stand van de hoofdsteun isals de bovenzijde van de hoofdsteunzich ter hoogte van de bovenzijdevan het hoofd bevindt.Ga nooit rijden als de hoofdsteunen zijn ver wijderd. De hoofdsteunen moeten zijn geplaatst en correct zijn afgesteld.
Hoogte- en hoekverstelling
hoofdsteun
)Trek de hoofdsteun omhoog om hem hoger
te zetten. )Druk op de pal A en trek de hoofdsteun
omhoog om hem te verwijderen.
)Steek om de hoofdsteun terug te zetten
de pennen van de hoofdsteun recht in
de openin
gen van de rugleuning tot dehoofdsteun op zijn plaats blijft. )Druk gelijktijdig op de pal Aen op de hoofdsteun om deze lager te zetten. )Beweeg om de hoek van de hoofdsteun te
verstellen de onderzijde van de hoofdsteun naar voren of naar achteren.
Page 100 of 358

Massagefunctie
Deze functie zorgt voor een massage ter hoogte van de lendenen van de bestuurder.De functie werkt alleen bij ingeschakeld
hybridesysteem en als de STOP-stand van het Stop & Start-systeem is geactiveerd.
Inschakelen
)
Druk op deze knop.
Het controlelamp
je gaat branden en de massagefunctie wordt voor een tijdsduur van1 uur ingeschakeld.
Gedurende deze tijdsduur wordt de massage
in 6 cycli van 10 minuten uitgevoerd (6 minuten massage worden gevolgd door 4 minuten rust).
Na een uur wordt de functie uitgeschakeld, hetcontrolelampje gaat dan uit.
Uitschakelen
U kunt de massagefunctie op elk
gewenst moment uitschakelen door
op deze knop te drukken.
Bediening stoelver warming
)Met de draaiknop kan de stoelver warming ingeschakeld worden en kan een
ver warmingsstand worden geselecteerd:0 : Uit. 1: Laag.2
: Gemiddeld. 3
: Hoog.
Als het hybridesysteem is ingeschakeld, isde stoelver warming voor beide voorstoelen afzonderlijk regelbaar.